Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Verzorgingstaat hoofdstuk 1 t/m 5

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • Klas onbekend | 955 woorden
  • 29 maart 2010
  • 11 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
11 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Verzorgingstaat
1. Waarom werken we?
We definiëren werk of arbeid als iedere menselijke bezigheid die verricht wordt:
• met een bepaalde inspanning
• met gebruik van iemands capaciteiten
• eventueel met behulp van gereedschappen, computers, enzovoorts
• binnen een maatschappelijk geregelde behoefte
• met het doel het leveren van een product of dienst
Piramide van Maslow:

Bij de Piramide van Maslow moet men eerst de onderste behoeftes vervullen, voordat de behoefte zelf vervuld kan worden.
Verzorgingsstaat = een land waar de overheid zich verantwoordelijk stelt voor het welzijn van de burgers

Arbeidsethos = de waarde die mensen aan arbeid toekennen
Maatschappelijke positie = de plaats die je inneemt op de maatschappelijke ladder
Sociale stratificatie = de verdeling van de samenleving in maatschappelijke klassen waartussen een verhouding van sociale ongelijkheid bestaat.
Sociale ongelijkheid = ongelijke verdeling van welvaart
Sociale mobiliteit = de mogelijk om te stijgen en te dalen op de maatschappelijke ladder

2. De sociale partners
Sociale partners = de band tussen de werkgevers en werknemers
Ieder bedrijf met meer dan 50 werknemers is verplicht een ondernemingsraad te hebben.
Een ondernemingsraad heeft instemmingbevoegdheid bij personele aangelegenheden.
Een ondernemingsraad heeft adviesbevoegdheid bij bedrijfseconomische beslissingen.
Vakbonden:
• FNV = grootste vakbond van Nederland
• CNV = Christelijke vakbond met gematigde koers
• De Unie MHP = Is speciaal voor midden- en hoger personeel
Belangen van de vakbonden:

• Arbeidsvoorwaarden
• Arbeidsomstandigheden
• Arbeidsverhoudingen
• Rechtspositie
• Sociale zekerheid
• Werkgelegenheid
Middelen van vakbonden:
• Prikacties en stiptheidsacties
• Staken
• Blokkades vormen
• Bedrijfsbezettingen houden
• Gerechtelijke procedure starten
Werkgeversorganisaties:
• VNO-NCW = richt zich vooral op de wat grotere bedrijven en bedrijfstakken
• MKB-Nederland =richt zich vooral op de kleinere bedrijven
Doelen van werkgeversorganisaties:
• Het behartigen van de belangen
• Bevorderen van goed ondernemersklimaat
• Bevorderen van onderlinge eenheid

• Onderlinge ondersteuning
Middelen van werkgeversorganisaties:
• Werkgelegenheid
• Gerechtelijke procedures
Op landelijk niveau overleggen de vakbonden en de werkgeversorganisaties in de SER en de Stichting van de Arbeid. In de SER overleggen de top van de werkgevers en werknemersorganisaties met onafhankelijke deskundigen, de zogenaamde Kroonleden die benoemd zijn door de regering.
Centraal akkoord = als allebei de partijen het met elkaar eens zijn
Bedrijfstak = groep gelijke bedrijven
Collectieve arbeidsovereenkomst = een overeenkomst tussen werkgevers en werknemers over arbeidsvoorwaarden en alle andere zaken waarover men afspraken wil maken.
Arbeidsrust = werkgevers worden niet verrast met plotselinge eisen van de werknemers.
Harmoniemodel = uitgaande van de wederzijdse onafhankelijkheid = CNV en de Unie MHP
Conflictmodel = belangtegenstellingen worden benadrukt = FNV
Poldermodel = het overlegmodel waarbij beide partijen iets van hun wensen terugvinden

3. Van nachtwakersstaat tot verzorgingsstaat
Politieke visies
• Liberalen ; overheid moet zich terughoudend opstellen

• Sociaaldemocraten ; de staat bemoeit zich actief met het productieproces, maar blijft het vrije, ondernemingsgewijze productie gehandhaafd.
• Christendemocraten ; zij vinden dat werknemers en werkgevers in het beginsel gezamenlijk, in harmonie, de economie moeten vormgeven.
Adam Smith = bedenker van vrijemarkteconomie
Prijsmechanisme = veel aanbod is lage prijs, laag aanbod is hoge prijs
Vrijemarkteconomie = een economie die gebaseerd is op een ongehinderde samenwerking van het prijsmechanisme
Nachtwakersstaat = land waarin de overheid vooral moet zorgen voor veiligheid en het beschermen van de bezittingen van burgers
Toen bleek dat een nachtwakersstaat niet goed werkten ontstonden er nieuwe ideeën:
• Christendemocraten wilden de zwakkeren een betere bescherming geven
• Socialisten streefden naar betere leefomstandigheden en een sterkere rechtspositie van de arbeiders
• Liberalen hadden belang bij het verminderen van de criminaliteit, die onvermijdelijk het gevolg was van de grote armoede

Er kwamen sociale wetten namelijk:
• 1854; de Armenwet
• 1874; kinderwetje van Van Houten
• 1895; de Veiligheidswet
• 1901; de Ongevallenwet, de 1e Woningwet, de Leerplichtwet

• 1917; het werkloosheidsbesluit
• 1919; de Arbeidswet
• 1939; de Kinderbijslagwet
Door de sociale wetten veranderde Nederland in een gemengde markteconomie.
Na de Tweede Wereldoorlog beseften de politieke stromingen dat ze moesten samenwerken om het land weer op te bouwen.
Geleide loonpolitiek = regering bepaald hoe hoog de lonen mochten zijn
Er kwamen opnieuw sociale wetten zoals de AOW in 1956 de Bijstandswet in1965 en de Arbowet in 1980. Dit zorgde ervoor dat Nederland veranderde in een verzorgingsstaat. Ook was Nederland onderhand veranderd in een gemengde markteconomie.

4. Sociaaleconomische doelstellingen
De vijf doelstellingen van de SER:
• Een evenwichtige economische groei, gaat verspreid over het hele land en mag niet niet ten koste van andere behoefte zoals milieu
• Een rechtvaardige inkomensverdeling, Nederland kan dit krijgen door: een progressief belastingstelsel, een minimumloon, uitkeringen en subsidies.
• Een stabiel prijsniveau
• Een evenwichtige arbeidsmarkt
Je hebt vier soorten werkeloosheid:

• Frictiewerkeloosheid, is tijdelijk en komt niet door slechte economie
• Seizoenswerkeloosheid, kan je bepaalde seizoenen wel werken en andere niet
• Conjuncturele werkeloosheid, tijdelijk minder werkaanbod door een slechte economie
• Structurele werkeloosheid, is voor altijd omdat banen verdwijnen

Ontwikkelingen in de arbeidsmarkt zijn:
• Globalisering
• Steeds meer scholing
• Europeanisering
• De beroepsbevolking verandert
• Flexibilisering

5. De sociale zekerheid geregeld
Er zijn verschillende soorten verzorgingsstaten:
• Scandinavisch model, heeft een flexibele arbeidsmarkt en een sterke sociale zekerheid
• Angelsaksisch model, liberale waarden staan centraal, een goed ondernemingsklimaat is belangrijk, slechte sociale zekerheid
• Rijnlands of corporatistisch model , een gemengde economie, aan de ene kant een sterk ontwikkelde collectieve sector en daarnaast een harmonieuze samenwerking tussen overheid en sociale partners. Sociale zekerheid is belangrijk.
Taken van de Nederlandse regering:

• Economische taken
• Ondernemerstaken
• Sociale taken
• Welzijnstaken
• Culturele kaarten
Sociale verzekeringen = verplichte verzekeringen voor bepaalde risico’s.
Volksverzekeringen = iedereen die in Nederland een inkomen heet betaald een premie. De uitkeringen zijn voor iedereen bestemd. Volksverzekeringen zijn basisuitkeringen die voor iedereen gelijk zijn, zoals de: Algemene Ouderdomswet (AOW) , algemene Nabestaandenwet (ANW) en Algemene Kinderbijslagwet (AKW)
Werknemersverzekeringen = Speciaal voor werknemers van een bedrijf. De uitkeringen worden betaald door de UWV. De hoogte van de uitkeringen is gekoppeld aan het laatst verdiende loon.

Werknemersverzekeringen:
• De Werkeloosheidwet (WW), als je onvrijwillig werkloos wordt, de duur is afhankelijk van hoeveel jaren je bij het bedrijf hebt gewerkt.
• De Wet uitbreiding loondoorbetalingplicht bij ziekte (WULBZ), als men onverwachte ziek wordt, duurt maximaal een jaar, is 70% van normale loon
• De Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen ( WIA),als men verwacht langdurig ziek wordt of een ongeval krijgt, hoogte hangt af van laatste loon en de mate waarin met arbeidsongeschikt is,

Sociale voorzieningen zijn voor iedereen:
• De Wet werk en bijstand (WWB), minimaal 21 jaar oud, je hebt algemene bijstand en bijzondere bijstand voor onverwachte problemen. Je hebt wel sollicitatieplicht. Je moet ook premies betalen

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.