Samenvatting thema's maatschappijleer vwo hfd3 par 1 - 6
Paragraaf 1 Wat is politiek? Politiek = de wijze waarop een land bestuurd wordt
↘ algemeen belang
1 efficiënt besturen (doelmatig resultaat)
2 maximale participatie (democratie, zorgvuldig)
Dictatuur = de drie machten zijn niet gescheiden
- Beperkte individuele vrijheid
- Geen politieke vrijheid
- Overheidsgeweld
- Geen onafhankelijke rechtspraak
- Censuur van massamedia en kunstuitingen
1 autocratische dictatuur → één leidersfiguur (kan geholpen worden door een junta = regering bestaand uit militairen)
- Bevolking wordt onderdrukt, maar wel godsdienstvrijheid en economische vrijheid
2 totalitaire dictatuur → groep heeft de macht via ideologische revolutie
- Indoctrinatie
- Alles is geregeld, geen vrijheden
→ theocratie (godsdienst als ideologie)
Democratie = het volk regeert → referendum (volksstemming over een bepaald wetsvoorstel)
- Trias Politica
- Individuele vrijheid
- Politieke grondrechten
- Politie + leger hebben beperkte bevoegdheden
- Onafhankelijke rechtspraak
- Persvrijheid
- Vaak rechtsstaat
→ representatieve democratie (volk kiest vertegenwoordigers die beslissingen nemen en bij verkiezingen aan het volk vertegenwoordiging afleggen over hun beleid)
1 parlementaire stelsel → gekozen parlement is het hoogste orgaan → participatie
- Vaak constitutionele monarchie
2 presidentieel stelsel → president staat aan hoofd van de regering
- Heeft vaak geen ontbindingsrecht (recht om parlement te ontbinden)
Nederland
1806 monarchie
1848 macht bij parlement i.p.v. koning
1917 algemeen mannenkiesrecht
1922 algemeen vrouwenkiesrecht
→ parlementaire stelsel (vrijheid en gelijkheid zijn belangrijk)
Oligarchie = heerschappij van weinigen
Regentencultuur = politici en bestuurders regelen onderling politieke zaken en schuiven elkaar onderling belangrijke baantjes toe
Paragraaf 2 Politieke stromingen
Ideologie = samenhangend geheel van ideeën over de mens en de gewenste inrichting van de samenleving
- Normen en waarden die voor iedereen in de samenleving gelden
- Sociaaleconomische verhoudingen oftewel de rechtvaardige verdeling van welvaart
- Machtsverdeling in de samenleving
1 liberalisme: vrijheid, individuele verantwoordelijkheid, tolerantie
- Ontstond tijdens Franse revolutie, burgers kwamen in opstand tegen de absolute macht van de koning
- Doel: meer politieke macht en persoonlijke en economische vrijheid
- Hoe meer macht, hoe conservatiever → progressieve liberalen liepen over naar socialisten
Liberalen in Nederland willen een vrijemarkteconomie. Rol van overheid is klein, houden zich alleen bezig met defensie, onderwijs en bescherming van de rechtstaat en grondrechten. Verzorgingsstaat onder drie voorwaarden:
- Vrijemarkteconomie komt niet in gevaar
- Mensen dragen zelf verantwoordelijkheid voor hun situatie
- Uitkeringen blijven zo laag mogelijk
2 socialisme: gelijke kansen, solidariteit
- Ontstond als reactie op slechte werkomstandigheden van arbeiders, volgens de socialisten was de vrijemarkteconomie (liberalen) hier de oorzaak van
- Doel: einde maken aan armoede en ongelijkheid
→ Communisten: arbeiders nemen door revolutie de macht over
→ Sociaaldemocraten: veranderingen door verkiezingen (parlementaire weg)
Sociaaldemocraten in Nederland zijn niet tegen de vrijemarkteconomie, maar kennis, inkomen en macht moet eerlijker verdeeld worden. De verzorgingsstaat moet in stand gehouden worden en moet worden uitgebouwd (sociale grondrechten zoals huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs).
3 confessionalisme: politieke stroming gebaseerd op geloof
- Doel: samenleving gebaseerd op waarden uit de bijbel
- Organische staatsopvatting = samenleving is vergelijkbaar met menselijk lichaam, alle delen zijn afhankelijk van elkaar, kunnen alleen in onderlinge samenhang functioneren
Christendemocraten in Nederland streven naar een samenleving met:
- Gespreide verantwoordelijkheid: mensen zijn verantwoordelijk voor elkaar, overheid heeft een aanvullende rol, maatschappelijk middenveld (welzijnsinstellingen, schoolbesturen) doet veel
- Rentmeesterschap = mens heeft de taak om goed voor de door God aan ons toevertrouwde aarde te zorgen
- Solidariteit en naastenliefde
Populisme: stem van het volk
- Meer bepaalde stijl van politiek bedrijven dan ideologie
- Doel: gewone burger een stem geven
- Daadkrachtige oplossingen
- Hebben vaak nationalistische standpunten
Vooral in tijden van economische crisis krijgen populistische partijen veel aanhangers.
Progressief = vooruitstrevend, veranderingsgezind, gericht op de toekomst
Conservatief = behoudend, gericht op heden en verleden
→ Reactionair = vervanging van regels terugdraaien, achteruitstrevend
Links/rechts zijn visies op de rol van de overheid in sociaaleconomische verhoudingen.
- Links: gelijkwaardigheid, gelijke kansen → actieve overheid
- Rechts: vrijheid, eigen verantwoordelijkheid → passieve overheid
- Politiek midden: gezamenlijke verantwoordelijkheid van overheid en burgers
Paragraaf 3 Politieke stromingen
Politieke partij = groep mensen met dezelfde ideeën over de manier waarop een samenleving het beste bestuurd kan worden
- Ideologische partijen (zie paragraaf 2)
- Populistische partijen (zie paragraaf 2)
- One-issuepartijen: richten zich op één aspect in de samenleving
- Protestpartijen: ontstaan uit onvrede met de bestaande politiek
Actiegroepen houden zich bezig met één bestaande doelstelling en zijn vaak maar tijdelijk.
Belangenorganisaties behartigen de belangen van een bepaalde groep mensen.
Functies van politieke partijen:
- Integratie van ideeën: opvattingen van veel mensen worden gebundeld tot één politiek programma, oftewel het verbinden van mensen op basis van hun ideologie
- Informatie: kiezers komen via politieke partijen verschillende standpunten te weten, waardoor ze een eigen mening kunnen vormen
- Participatie: burgers stimuleren om actief mee te doen aan de politiek
- Selectie van kandidaten: politieke partijen stellen kandidatenlijsten op, burgers kunnen makkelijker kiezen. Zonde politieke partij is het niet mogelijk om gekozen te worden
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden