Levo hoofdstuk 1 uitingen van levensvisies
Datum: 10 december 2009
Levensvragen zijn vragen over het leven. Voorbeelden van levensvragen:
- Wat gebeurt er na de dood?
- Waarom draagt iemand een hoofddoek?
- Waarom gaan we naar de kerk?
- Waarom heb ik geen rugtas maar een schoudertas?
- Waarom moeten zij honger lijden terwijl wij genoeg te eten hebben?
- Waarom is het raar als je anders bent dan anderen?
- Waarom wilt de leraar dat wij alles perfect doen?
- Als er een god is, waarom heeft hij er niet voor gezorgd dat mijn oma niet hoeft te lijden?
- Waarom mag je van sommige geloven niet gemengd zwemmen?
- Waarom mag ik niet doen wat ik zelf wil?
- Waarom gaan haar vader en broer naar de moskee?
- Waarom gebeurt dit?
- Waarom schelden we (met enge ziektes)?
- Waarom veranderd de mens door geld?
- Waarom wensen mensen elkaar de smerigste ziektes toe?
- Waarom is de Bond van het Vloeken oudbollig?
- Waarom wordt de taal misbruikt?
- Waarom krijg ik hetzelfde antwoord?
Begrippen die je moet kennen bij dit hoofdstuk:
1. Levensvisie = de manier van kijken op het leven.
2. Levensvraag = een vraag over het leven.
3. Levensbeschouwelijke uiting = het gedrag van een godsdienst.
4. Symbool = een teken dat aangeeft dat het iets groots omvat (alles omvattend). Bijvoorbeeld het kruis van het Katholieke geloof.
5. Teken = (logo) een teken dat 1 (klein) ding aangeeft. Bijvoorbeeld een damestoilet of een nooduitgang.
6. Indirect = niet rechtstreeks dus via een omweg. Bijvoorbeeld een moslima zonder hoofddoek.
7. Persoonlijke levensvisie = eigen levensvisie met kennis uit eigen ervaringen. Dus niet bij een organisatie aangesloten.
8. Rituelen = uitingen van mensen met een vast, herkenbaar patroon. Dat zich regelmatig herhaald.
9. Levensbeschouwelijke rituelen = religieuze handelingen van mensen met een vast, herkenbaar patroon. Dat zich regelmatig herhaald. Bijvoorbeeld: Sinterklaas, kerst, ramadan en bidden.
10. Mythe = stammen af van godsdienstige verhalen. Hebben als doel het bestaan van het volk, in verhalen voort te laten leven. Bevat een stukje geschiedenis en een kijk naar de toekomst.
11. Levensbeschouwelijke organisatie = een gemeenschap die samen een geloof delen en dit inzet ten behoeven van de omgeving.
Je herkent een persoonlijke levensvisie aan het gedrag van het persoon. Iedereen gedraagt zich naar zijn levensvisie op zijn eigen manier. Sommige mensen willen niets over hun persoonlijke levensvisie vertellen tegen anderen en al helemaal niet samen met anderen delen.
Levensbeschouwelijke viering: Sinterklaas
Je viert het door: je schoon zetten, pakjesavond, liedjes zingen, intocht en snoep krijgen.
Voorbeelden van levensbeschouwelijke symbolen:
- Verkeersborden
- Elektriciteit
- PC-tekens
- Pinkribbon
- Batterij
- Stand by
Levensvraag: Waarom krijg ik hetzelfde antwoord?
Antwoord: Dat is een echo, maar eigenlijk is het leven.
Levensvisie: Het leven geeft je altijd terug wat jij erin brengt. Het is een spiegel van jouw eigen handelingen.
Een verhaal dat geschreven is in levensbeschouwelijke taal en dat vanuit een levensvisie geschreven is:
- Adam en Eva van het Christendom
- De ark van Noah van het Christendom
Levensbeschouwelijke vieringen:
- Sinterklaas Christendom
- Carnaval Christendom
- Suikerfeest Islam
Ritueel bij het offerfeest: Een schaap slachten.
Rituele handelingen: Schaap kopen, familie bijeen, slager mag slachten, schaap in één keer gekild, bloed van het schaap helemaal verwijderen en het opeten gedeeld met familie en armen.
Datum: 10 december 2009
Levensvragen zijn vragen over het leven. Voorbeelden van levensvragen:
- Wat gebeurt er na de dood?
- Waarom draagt iemand een hoofddoek?
- Waarom gaan we naar de kerk?
- Waarom heb ik geen rugtas maar een schoudertas?
- Waarom moeten zij honger lijden terwijl wij genoeg te eten hebben?
- Waarom is het raar als je anders bent dan anderen?
- Waarom wilt de leraar dat wij alles perfect doen?
- Waarom mag je van sommige geloven niet gemengd zwemmen?
- Waarom mag ik niet doen wat ik zelf wil?
- Waarom gaan haar vader en broer naar de moskee?
- Waarom gebeurt dit?
- Waarom schelden we (met enge ziektes)?
- Waarom veranderd de mens door geld?
- Waarom wensen mensen elkaar de smerigste ziektes toe?
- Waarom is de Bond van het Vloeken oudbollig?
- Waarom wordt de taal misbruikt?
- Waarom krijg ik hetzelfde antwoord?
Begrippen die je moet kennen bij dit hoofdstuk:
1. Levensvisie = de manier van kijken op het leven.
2. Levensvraag = een vraag over het leven.
3. Levensbeschouwelijke uiting = het gedrag van een godsdienst.
5. Teken = (logo) een teken dat 1 (klein) ding aangeeft. Bijvoorbeeld een damestoilet of een nooduitgang.
6. Indirect = niet rechtstreeks dus via een omweg. Bijvoorbeeld een moslima zonder hoofddoek.
7. Persoonlijke levensvisie = eigen levensvisie met kennis uit eigen ervaringen. Dus niet bij een organisatie aangesloten.
8. Rituelen = uitingen van mensen met een vast, herkenbaar patroon. Dat zich regelmatig herhaald.
9. Levensbeschouwelijke rituelen = religieuze handelingen van mensen met een vast, herkenbaar patroon. Dat zich regelmatig herhaald. Bijvoorbeeld: Sinterklaas, kerst, ramadan en bidden.
10. Mythe = stammen af van godsdienstige verhalen. Hebben als doel het bestaan van het volk, in verhalen voort te laten leven. Bevat een stukje geschiedenis en een kijk naar de toekomst.
11. Levensbeschouwelijke organisatie = een gemeenschap die samen een geloof delen en dit inzet ten behoeven van de omgeving.
Levensbeschouwelijke viering: Sinterklaas
Je viert het door: je schoon zetten, pakjesavond, liedjes zingen, intocht en snoep krijgen.
Voorbeelden van levensbeschouwelijke symbolen:
- Verkeersborden
- Elektriciteit
- PC-tekens
- Pinkribbon
- Batterij
- Stand by
Levensvraag: Waarom krijg ik hetzelfde antwoord?
Antwoord: Dat is een echo, maar eigenlijk is het leven.
Levensvisie: Het leven geeft je altijd terug wat jij erin brengt. Het is een spiegel van jouw eigen handelingen.
Een verhaal dat geschreven is in levensbeschouwelijke taal en dat vanuit een levensvisie geschreven is:
- Adam en Eva van het Christendom
- De ark van Noah van het Christendom
- Sinterklaas Christendom
- Carnaval Christendom
- Suikerfeest Islam
Ritueel bij het offerfeest: Een schaap slachten.
Rituele handelingen: Schaap kopen, familie bijeen, slager mag slachten, schaap in één keer gekild, bloed van het schaap helemaal verwijderen en het opeten gedeeld met familie en armen.
REACTIES
1 seconde geleden