Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 1.1 + 1.2

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 2e klas vwo | 1514 woorden
  • 9 oktober 2014
  • 36 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
36 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Hoofdstuk 1.1

Welvarend Amsterdam.

  • Ontdekken.

26 Juli 1655 : Op de Dam in Amsterdam werd het nieuwe stadhuis in gebruik genomen. Iedereen keek zijn ogen uit > nog nooit zoveel marmer gebruikt aan de buitenkant van een gebouw.

Mensen noemde het stadhuis het ‘achtste wereldwonder’ en dat was ook de bedoeling van het Amsterdamse stadsbestuur.

Amsterdam : welvarend in de 17e eeuw en had een bevolkingsgroei > over 100.000 mensen waren van Antwerpen naar Amsterdam gevlucht.

1585 : Spanjaarden veroveren Antwerpen als straf voor hun opstand tegen koning Filips II.

  • Oostzeevaart.

16e eeuw : Amsterdam een echte handelsstad. >  vooral handel in hout, graan en zout. Graan & hout uit Sweden, Polen en Baltische staten. Deze liggen rond de oostzee. Amsterdam : vervoerde de producten naar de rest van Europa.                                In ruil : oostzeegebied kreeg zout uit Amsterdam. Conserveren van vlees, haring en andere vis : zout nodig. Graan : brood en bier gemaakt.

Einde 15e eeuw : oostzeevaart groeit. Amsterdammers : voerde meer graan in dan nodig : voldoende over om door te verkopen. Tijdgenoten noemde oostzeehandel moedergenotie.

Bloeiende graanhandel > handel en bedrijvigheid in andere goederen groeide.                        Antwerpen was een concurrent van Amsterdam. Antwerpen handelde in producten zoals kant, tappijt, suiker, zilver en laken.

  • Nieuwkomers.

1585 : Spanjaarden veroveren Antwerpen, bloeiende handel stopt.                                                Kooplieden : vluchten naar Republiek, de meesten naar Amsterdam.                                            Hier zetten zij hun bedrijf voort.

Andere immigranten vluchtten ook naar Amsterdam.

Nieuwkomers : eigen bedrijf starten en woohuizen bouwen.  Hiervoor moest Amsterdam worden uitgebreid. De grachtengordel werd aangelegd.                      Aantal inwoners steeg zeer snel.

  • Stapelmarkt.

Amsterdam : had vroeger een stapelmarkt, producten werden daar opgeslagen en zonder bewerking doorverkocht.

Goederen : werden steeds meer verhandeld in Amsterdam door het wegvallen van de handelsstad Antwerpen. > Amsterdamse stapelmarkt veranderd :

Producten als laken en suiker werden eerst bewerkt voor ze werden verhandeld.17e eeuw : bijna alles draaide om handel. > Handelskapitalisme.

Kooplieden : zoveel mogelijk winst maken.

Bloeiende handel > grondstoffen komen naar de republiek.

Bedrijven : gingen deze grondstoffen verwerken tot nieuwe producten.

BV : Hout verzaagt tot scheepswerven. De mensen in Amsterdam en Leiden hadden een goed leven. De mensen in de laagste groep van de bevolking hadden een zwaar leven.

  • Begrippenlijst. 1.1 & 1.2

Oostzeevaart :                                                                                                                        -  Handel tussen Nederland en het Oostzeegebied.

Moedergenotie :                                                                                                                   - De (graan) handel op de Oostzee, die de basis vormde voor alle andere Nederlandse handelsactiviteiten

Stapelmarkt :                                                                                                                         - Een plaats waar ingekochte goederen worden bijeengebracht om vanuit daar weer verhandeld te worden.

Handelskapitalisme :                                                                                                              - Een vorm van economie waarin ondernemers probere zoveel mogelijk winst te maken met handel.

Wereldeconomie :                                                                                                                - Een economie die zich uitstrekt over de hele wereld.

Voorcompagnieen :

  • Handelsbedrijf dat voor het onstaan van de VOC naar Azie ging om daar specerijen te halen

Verenigde Oost – Indische Compagnie :

  • Handelscompagnie die in 1602 in de Republiek werd opgericht en het alleenrecht van de Nederlandse handel in Azie

Heren XVII :

  • Bestuurders van de VOC.

West – Indichse Compagnie :

  • Handelsmaatschappij die zich over heel de wereld uitstrekt doordat landen van de hele wereld producten aan elkaar verkopen.

Hoofdstuk 1.2 Van de Oost en de West.

  • Wereldeconomie

16e eeuw : handel ontstaat in allerlei nieuwe producten.

BV : cacoa, suiker, koffie, tabak en peper.

Deze handel vond plaats over de hele wereld, vandaar de naam wereldeconomie.

  • VOC

Ook Nederlanders deden mee aan wereldhandel.

Eind 16e eeuw : Nederlanders zagen Portugezen veel in de specerijenhandel.

Nederlandse kooplieden lieten schepen naar Azie gaan om zelf specerijen te halen. Hiervoor stichtten ze Compagnieen op.

1595 : Compagnie van Verre laat vier schepen van Amsterdam naar Azie gaan.

2 jaar later : 3 schepen keren met lading terug.

Jaren daarna : steeds meer compagnieen worden opgericht.

Specerijen handel : zo gewild dat de compagnieen onder elkaar gingen concurreren ; dit was niet goed voor de handel.

Nederlandse handel moest worden beschermt tegen Portugese concurrentie.

1602 : Compagnieen besluiten samen te gaan werken > VOC.

Nederlanders konden een aandeel kopen in het bedrijf.

Bedrijf : strarte met kapitaal van 6,5 miljoen gulden.

Bestuur van VOC : in handen van 17 heren : heren XVII.

VOC : monopolie ( alleenrecht ) om handel te drijven met Indie.

VOC : mocht zelfstandig oorlog voeren in Azie.

VOC : stichte in Oost – Indie handelsposten om producten te kopen van de plaatselijke bevolking. Dit ging niet altijd vredelievend.

  • WIC.

1621 : nog een handelsmaatschappij werd opgericht : WIC = West – indichse Compagnie. WIC : monopolie : als enige handel drijven met Amerika                    en West – Afrika. WIC : andere werkwijze dan VOC : WIC hield zich bezig met kaapvaart, hierbij werden schepen van andere landen overvallen en de vracht buitgemaakt.

1628 : verovering Spaanse Zilvervloot door Piet Hein.

WIC : verdiende veel geld met de slavenhandel naar Suriname.

Slaven : aan het werk gezet aan plantages.

WIC : niet zo succesvol als de VOC, er waren veel conflicten met de Engelsen, Spanjaarden en Portugezen.

 

 

 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.