Geschiedenis hoofdstuk 6
§6.1
De koning is blut
Koning Lodewijk XVI had grote schulden gekregen van zijn voorganger waar door het land bijna failliet was, hierdoor moest de staat veel geld lenen tegen hoge rente. In 1789 was het duidelijk dat de geldproblemen niet opgelost zouden worden. Voor het eerst in 175 jaar liet de koning de Staten-Generaal samen komen. In deze vergadering waren de adel, geestelijkheid en de burgers vertegenwoordigt. De koning wilde hen vragen voor geld.
Het volk heeft honger
De derde stand was het grootst en had de minste invloed op het bestuur van het land en betaalden toch de meeste belasting. Vele mensen uit de derde stand waren arm, en werkten op het land, als er dan een misoogst was merkten de mensen dat gelijk. De prijzen van brood enz. gingen omhoog en mensen gingen dood van de honger. Ze gaven de koning de schuld van de honger en armoede. Het volk riep om een beter bestuur maar bedoelde daar vooral mee gewoon betaalbaar voedsel.
Buitenspel
Op 4 mei 1789 kwamen de Staten Generaal bijeen, het doel was de belasting te regelen. De derde stand zou NOG meer belasting moeten betalen en de adel en geestelijken zouden nu ook moeten bijdragen. De drie groepen kregen ruzie, de koning kon daar weinig aan doen. De ruzie liep zo hoog op dat de derde stand een aparte vergadering uitriep: de nationale vergadering. Zij vonden dat hun vergadering de enige echte vertegenwoordiging van het volk was. De koning was het er niet mee eens, zo had hij geen controle meer. Hij verbood de vergadering. De leden van de nationale vergadering besloten een grondwet op te stellen. Lodewijk verloor nu snel controle. Sommige leden van de Adel en de Geestelijken liepen over naar de nationale vergadering. De koning liet het leger naar Parijs komen waardoor het volk dacht dat hij met geweld probeerde te winnen en kwam in opstand
§6.2
De Bastille valt
Het woedende volk ging op zoek naar wapens en bestormde op 14 juli 1789 de Bastille. Het werd niet streng bewaakt en de Parijzenaars hadden het snel in handen. De val van de Bastille werd gezien als het ‘startschot’ voor de revolutie en het verzet tegen de koning, maar zij zagen het als uiting van hun woede over de honger. Op het platteland plunderen veel boeren de landhuizen van de adel en de rijke kloosters. Niemand besefte dat hun daden zulke grote gevolgen zouden hebben.
Vrijheid, gelijkheid…
Als snel was er niks meer over van het Franse bestuur, de Nationale Vergadering bracht een verklaring uit: De Verklaring van de Rechten van de Mens en van de Burger. Daarin werd vastgelegd dat iedereen gelijk en vrij was. Dat werd ook de kreet van de revolutie: ‘vrijheid, gelijkheid en broederschap!’
…En broederschap?
In 1791 begon men zich af te vragen hoe het nu verder moest. Iedere groep had zijn eigen ideeën. Veel edelen waren naar het buitenland gevlucht, waar ze hulp zochten om Frankrijk met legers aan te vallen en de revolutionairen te verjagen. Vooral in Parijs was nog veel armoede en honger. Koning Lodewijk en zijn familie probeerden naar het buitenland te vluchten maar werden opgepakt en werden onthoofd. Frankrijk was nu een republiek. Groepen revolutionairen, gematigden en radicalen, kwamen tegenover elkaar te staan. De leider van de radicale groep (Robespierre) greep de macht. De revolutie sloeg om in een burgeroorlog.
De koning was zo slecht nog niet
Dagelijks werden zoveel mensen vermoord dat zelfs de meest radicale revolutionairen er genoeg van hadden. Toen Robespierre zelfs zijn eigen mensen begon te vermoorden besloten ze om hem af te zetten, op 28 juli 1794 werd hij zelf onthoofd. Toen ze even later ook nog corrupte ‘directeuren’ kregen waren ze steeds meer toe aan een sterke leider.
§6.3
De keizer van Europa
De radicale regering kreeg steeds minder steun van de bevolking en in 1799 pleegde Napoleon Bonaparte een staatsgreep. Hij draaide veel verandering van de revolutie terug, hij zorgde dat in het hele land alle maten en gewichten hetzelfde waren en dat het een strak gecentraliseerd land was. Alle wetten en regels liet hij vastzetten in de ‘Code Napoléon’ die wetten golden in alle door Frankrijk bestuurde landen. Ook kroonde hij zichzelf tot keizer in 1804. Napoleon veroverde veel delen van Europa en zette familieleden op de troon. Zo kreeg Nederland in 1806 een nieuwe koning, koning Lodewijk Napoleon, zijn broer. In 1812 besloot napoleon dat ook Rusland veroverd moest worden, maar dat mislukte. De russen lokten napoleon en zijn leger dieper het land in, kleine groepjes russen voerde steeds kleine en korte aanvallen uit. Voedsel munitie en reserveonderdelen werden gestolen. De russen gebruikten de tactiek van de verschroeide aarde. Ze vernietigden alles wat bruikbaar was zodat de fransen het niet konden gebruiken. Hierdoor verloor hij veel soldaten en begon weer aan zijn terugtocht. Duizenden mensen stierven van de kou.
Napoleon vindt zijn Waterloo
In 1813 werd napoleon verslagen door gezamenlijke legers uit Oostenrijk, Engeland, Duitsland en Rusland, hij werd verbannen naar een klein eilandje, Elba. In Frankrijk werd opnieuw een koning op de troon gezet: Lodewijk XVIII, hij was niet zo populair en al snel zag napoleon zijn kans om terug te keren. De fransen haalden hem enthousiast binnen, maar de anderen waren minder blij. Op 18 juni 1815 verzamelden een grote troepenmacht zich bij een plaatsje Waterloo. Napoleon werd daar verslagen en werd voorgoed verbannen naar een ander eilandje. Waar hij in 1821 stierf
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
E.
E.
dikke trauma's
4 jaar geleden
Antwoordenjens
jens
waarom dat dan, zo slecht kan het toch niet zijn
8 maanden geleden