Bloed bestaat uit:
1. Rode bloedcellen
2. Witte bloedcellen
3. Plasma
4. Bloedplaatjes
5. Water
6. Overig (Glucose – Vitaminen – Mineralen – Afvalstoffen – Co2)
1. Rode bloedcellen: hebben geen celkern, leven ± 4 maanden
Rode en Witte bloedcellen worden gemaakt in het beenmerg door de stamcellen
Bloedstolling:
1. Fibrine-draden worden gevormd door plasma-eiwitten
2. Bloedplaatjes blijven eraan kleven
3. Rode bloedcellen plakken de laatste gaten dicht
Afweer:
Fagocytose = “opeten”
Plasma
Intercellulaire ruimte
Cellen
= Witte bloedcel
= Rode bloedcel
= Bloedplaatje
Rode bloedcel:
Celmembraan (cm)
In de celmembraan zitten celmembraaneiwitten
(heemeiwitten)
Heemeiwit in de celmembraan:
Heemeiwit
Deeltje ijzer (Fe2+)
Zuurstof
Heemeiwit + IJzer = Hemoglobine
2. Witte bloedcellen (Lymfocyten)
Functie: Afweer
Soorten:
1. Geheugenlymfocyten: onthouden welk antilichaam binnen is geweest.
2. Beenmerglymfocyten: doen faqoculose, A-specifieke (niet specifieke) afweer.
3. Thymuslymfocyten: specifieke afweer, met passend antigeen (AG)
- Er wordt een AL-AG complex gevormd.
- Het complex wordt snel opgeruimd.
Antilichaam (AL)
Bacterie
3. Plasma: Bevat Water + Overig + Fibrinogeen (eiwitten die draden kunnen vormen)
Functie: Vervoer
Afweer (speelt zich af in het plasma)
Rol bij stolling
Het lymfestelsel: plasma gaat uit de bloedbaan (2 à 3 liter per dag) =
Weefselvocht→ kleine lymfevaten→ lymfeknopen/klieren→ grote lymfevaten→ holle aders
1 plasma bloedbaan
2 weefselvloeistof intracellulaire ruimte
3 lymfe(vocht) kleine lymfevaatjes
4 lymfe lymfeknopen (filters)
5 lymfe grote lymfevaten
6 plasma holle aders
Longaders = Vena pulmonalis
1. Linkerboezem = Atrium sinistra
2. Linker hartklep = Mitralis klep (2 flappen)
3. Linker kamer = Ventrikel sinistra
4. Grote lichaamsslagader = Aorta
5. Holle aders = Vena cava
6. Rechterboezem = Atrium dextra
7. Rechter hartklep = Tricuspidalis klep (3 flappen)
8. Rechterkamer = Ventrikel dextra
9. Longslagader = Arteria pulmonalis
10. Grote lichaamsslagader klep = Aorta klep
11. Longslagader klep = Arteria pulmonalis klep
12. Hartzakje = Pericard
13. Hartspier = Myocard
Rechts = Zuurstofarm
Links = Zuurstofrijk
Slagader (arteria) = Van het hart af
Ader (vena) = Naar het hart toe
Zuurstofrijk bloed is lichter dan zuurstofarm bloed
REACTIES
1 seconde geleden