Eindexamens 2024

Wij helpen je er doorheen ›

Hoofdstuk 5 t/m 7 Politiek en Ruimte Europa

Beoordeling 6.4
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 1060 woorden
  • 22 maart 2004
  • 16 keer beoordeeld
Cijfer 6.4
16 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
Politiek en Ruimte, deel 2: Nederland in de Europese unie Europese Unie werkt samen op de volgende gebieden: - politiek  Brussel  Europese commissie  Straatsburg  Europese parlement  Luxemburg  Europese hof  Besturen  wij staan bevoegdheden af aan de 3 bovengenoemde - Economie  1 betaalmiddel  Open grenzen  vrij verkeer van mensen, goederen, kapitaal & diensten  ’85 verdrag van Schengen, open grenzen = geleidelijk afschaffen van grenscontroles (Benelux, port, Griek, Ier, Frank, Duits.) H5 groei en bloei van de Europese unie - Nationale binnengrenzen  vrij verkeer etc. - buitengrenzen EU nemen toe  belang economisch blok  veel belangstelling voor lidmaatschap §16 Ontwikkeling Eu
1944 oprichting Benenlux

1952 EGKS, schuman
1957 EEG, later samen met EGKS  EG (6 landen) 1973 Denemarken, Verenigd Koninkrijk, Ierland
1981 Griekenland
1986 Spanje & Portugal
1990 Duitse hereniging
1994 EU, ook Monetaire Unie
1995 Finland, Oostenrijk & Zweden (samen 370 miln. Inwoners) - verder toetreding hangt af van politieke belemmeringen & minimumeisen (bijv. Democratie & mensenrechten situatie) - Afbrokkeling EVA (EFTA) door toetreding EU §17 Ecu’s & Euro’s
Euro als nieuwe munt
Ecu (rekeneenheid) vervangen door euro - vaste interne koersverhoudingen tussen nationale munteenheid & Euro - Vastgelegde koersverhoudingen tussen euro en de munteenheid van de overige lidstaten - geen vaste wisselkoers tussen euro & munteenheden buiten de Eu (dollar, yen etc.) §18 De EU & de landbouw
Vanaf de oprichting een gemeenschappelijk landbouwbeleid *Uitgangspunten - burger voorzien van voldoende landbouwproducten - tegen redelijke prijs & beperkte prijsschommelingen - redelijk inkomen voor de boeren - door vaste prijzen voor hun producten te garanderen - streven naar zelfvoorziening
Vaste prijzen voor de boer - investeringen op langere termijn mogelijk Redelijk inkomen oor de boer - (perifeer, aan de rand gelegen) platteland loopt niet leeg (belangrijk voor voorzieningen niveau, scholen etc.) Uitgangspunten leiden tot: - garantieprijzen voor de boeren --> 1. Overproductie

2. Regionale specialisatie
3. Enorme kosten
Maatregelen - koppelingen, subsidies & productie hoeveelheden losgelaten - verlaging garantieprijzen - quota- stelsel voor bijvoorbeeld melk, suiker/ strafkorting - braakregeling / premie voor niet voedingsgewassen
Resultaten - kostenbesparing - afname overschotten - betere aansluiting op wereldmarktprijzen  gewenst i.v.m. GATT/ WTO (wereld handels organisaties) Overproductie EU bij afnemende vraag leidt tot: - toename export  handelsconflicten met o.a. USA - sterk schommelde prijzen op de wereldmarkt - prijsdaling op de vrije markt - milieuproblemen (kwaliteit bodem & water) - schaalvergroting in de landbouw - groter bedrijven - aantasting landschap verscheidenheid - imago verslechtering landbouw
vraag voor de toekomst: ~ Hoe kan de landbouw in de Oost-Europese landen worden ingepast?  Komende jaren veel geld kwijt aan modernisering
H6 Toenemende Economische Vervlechting
De economie binnen de EU: - Gevolgen EU voor de Economie - EUL & Regionaal beleid (globalisering, internationalisering) §18 De Eu & De landbouw
Vanaf de oprichting een gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) - structuurbeleid, om een gezonde landbouw sector = gezonde grote bedrijven  fuseren, schaalvergroting  vertrekkers, ouderdom subsidie & jongeren, omscholing - markt en prijs beleid - burgers voorzien van voldoende landbouwproducten - tegen redelijke prijs & beperkte prijsschommeling - etc. zie stuk terug §19 De Europese Unie en de Exploitatie van de zee  UN conference law of sea = Unclos II - territoriale wateren, tot 12 zeemijlen uit de kust - aansluitende zone, extra 12 zeemijlen; handhaving nationale wetten - 200 zeemijlen vanaf de kust = economische exclusieve zone (EEZ)  Regelingen m.b.t. de visserij  Bodemschatten - volle zee, zeerecht
Belang van de EU? - Alle EE zondes van de lidstaten minus de 12 mijlszone samen: communautaire zee - gemeenschappelijk vissersbeleid  Quotabeleid - * Tac op basis van biologische minimum * Aantal schepen * Motorvermogen * Soorten netten/ maaswijdte * Handhaving > visserij inspectie * visserijverdragen met 3e wereldlanden: wie wordt er beter van? `§ 20 De EU, de industrie & de diensten - geen gemeenschappelijk beleid voor industrie of diensten maar wel: - subsidiariteitprincipe: EU neemt zaken op zich die een afzonderlijk land niet kan/ wil regelen

Basisprincipes: - vrij verkeer van goederen, diensten en kapitaal in de EU - ook vrij verkeer personen (Schengen-landen) - Vrije keuze van wonen en werken in de EU (mits) Wel gericht op gemeenschappelijk beleid EU op gebied van: - versterking condurrenteivermogen van bedrijven  afschaffen van situatie van vals concurrentie (subsidie) - transport  voledign vrije condurrentie - infrastructuur  bijvoorbeeld kanaafltunnel/ HSL/ Trans Europees Netwerk - wetenschappelijk onderzoek en ontwikkeling (R&D)  bundelen nationale programma’s §21 Regionaal beleid
In Eu grote verschillen in welvaart, werkgelegenheid en ontwikkeling  criteria voor steun uit structuurfonds opgesteld: - laag bruto regionaal product/ inwonders - veroudering industriele structuur - hoge, en langdurige (jeugd) werkloosheid - ombou-w in de industrieele structuur, landbouw/ visserij - kwetsbare plattelandsgebieden - lege gebieden
bergboerenregeling in Nederland & lege gebieden regeling tonen: ‘wat de buren krijgen, wil ik ook’ tip: zie atlas voor EU-problematiek
H7 De wereld buiten de Eu
1. groot aantal landen dat aansluiting wenst: hoe de ex-communistische staten inpasten
2. 2 concurrende machtsblokken: partners of tegenstanders
3. ontwikkelingslanden: steun of uitbuiting §22 De relaties tussen Oost-Europese en de EU - document agenda 2000 - nut en noodzaak van toetreding ex-communistische landen - gevolgen voor de gehele EU
Welke landen mogen toetreden? - politieke voorwaarden: * Democratie * Rechtsorde * Mensenrechten * Positie van minderheden: - situatie voormalig Joegoslavië - Hongaarse en Turkse minderheden in aantal landen - Roma minderheden in tal van landen - Russische minderheden in Baltische staten - Economische voorwaarden * Markteconomie - vraag en aanbod bepalen de marktprijs - starten en stoppen van ondernemingen - eigendomsverhoudingen duidelijk * Economische veerkracht - beperken staatsschuld - bestrijden inflatie - overige voorwaarden * Verplichtingen van lidmaatschap waarmaken  Toepassen van alle regelingen, wetten en afspraken (aquis) * Streven naar politie, economische, monetaire Unie  Respecteren richtlijnen EMU
Toelating is resultaat van onderhandelingsproces - verschilt per aspirant lidstaat - Cyprus is opgenomen in onderhandelingsproces - onderhandelingsklaar zijn: Polen, Hongarije, Estland, Tsjechië, Slovenië Strategie voorafgaande aan toetreding voormalige Oostbloklanden  Partnerschap voor toetreding  Europa akkoord op economisch terrein  Voortgangsrapportage van de hervorming  Geldelijke steun aan bedrijven (phare) §23 De EU en de wereldhandel

Dubbele moraal: Voorkeur voor vrijhandel, geen protectionisme:  Binnentarief muren slopen(voor bescherming) Maar tegenover de wereld buiten de EG:  Gemeenschappelijk buitentarief  Protectionisme door tolmuren, invoerverboden, subsidies e.d. Voortschrijdend inzicht(naarmate tijd voortduurt= opvattingen veranderen)  Nu ook tegenover landen buiten de EU vrij handelsprincipe  Past in streven van GATT (73, betreft goederenhandel) en volgens WTO (+ dienstverlening) In de wereld onderscheiden we 3 machtsblokken (triade): Europa, NAFTA (noord Amerika) en ASEAN * koningkrijk der nederlanden bestaat uit 3 delen * deze hebben allemaal een eigen regering - nederland - “ ” antillen - aruba § 24 De Eu & Zuid-oost Azie  toegang tot Japanse markt is lastig  openen van markten in zuid en oost azie * ASEAN als handelsblok * geld als bilaterale ontwikkelingsprojecten * Ecip steunt joint ventures * activiteiten Europese investeringsbank §25 De Eu & De ontwikkelingslanden  speciale aandacht voor voormalige kolonieen van europese lidstaten * verdrag van Lome (75): handelsvoorkeur & partnerschap
bijvoorbeeld. Bananenverdrag ‘eurobananen’ <=> ‘dollarbananen’

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.