Begrippenlijst
Vietcong
Begin jaren zestig groeide het verzet in Zuid-Vietnam tegen Diem. Hij kreeg steeds meer te maken met guerrilla-acties tegen zijn bewind. Op 20 december 1960 waren vertegenwoordigers van de verschillende verzetsgroepen bijeengekomen. Zij besloten tot de oprichting van een nieuwe politieke organisatie, het Nationaal Bevrijdingsfront (NLF), ook wel Vietcong genoemd. De Vietcong werd gesteund en aangestuurd vanuit Noord-Vietnam
Vietminh
In 1941 werd de Viet minh opgericht om de Fransen uit Vietnam te verdrijven. De leider en één van de oprichters was Ho Chi Minh. In 1945 riep Ho Chi Minh de Democratische Republiek Vietnam uit (Noord-Vietnam). Later vocht de Vietminh vanuit Noord-Vietnam tegen de Amerikanen.
Dominotheorie
De dominotheorie houdt in dat de Amerikanen bang waren dat als er een land communistisch werd, het buurland binnen korte tijd ook communistisch zou worden. Deze theorie was voor de VS een van de belangrijkste redenen om zich in Vietnam tegen de opmars van het communisme te verzetten. Ook was dit een excuus om in Zuid-Vietnam een anticommunistisch bewind op de been te houden.
Tet-offensief
Het offensief dat de Vietcong en het Noord-Vietnamese leger inzetten tijdens het Vietnamese nieuwjaar (Tet) op 30 januari 1968. De Amerikanen waren totaal verrast door de massaliteit van de aanvallen; alle Zuid-Vietnamese steden kwamen onder vuur te liggen. Het Tet-offensief mislukte, maar werd toch een keerpunt in de oorlog. Vanaf 1968 geloofden de Amerikaanse regering en de publieke opinie niet meer in een overwinning en was het doel van de regering zich zonder al te veel gezichtsverlies terug te trekken uit Vietnam
Ho Chi Minh trail(Ho Chi Minh route)
Via deze weg werd de Vietminh in Zuid-Vietnam bevoorraad. De weg liep door Laos en Cambodja. De Ho Chi Minh route bestond niet uit één weg, er waren 5 parallelle wegen die van Noord-Vietnam via Laos en Cambodja naar Zuid-Vietnam liepen. Het was voor de Amerikanen een doorn in het oog, omdat het de slagader van de bevoorrading van troepen in Zuid-Vietnam was. Doordat het geen brede, verstevigde wegen maar smalle bospaadjes waren, was het vrijwel onmogelijk om de vijand via deze route te stoppen. Er ging geen zwaar materieel over en de weg was erg goed gecamoufleerd.
Ho Chi Minh
Ho Chi Minh werd in 1890 als Nguyen Sinh Cung geboren in het noorden van Vietnam. Op 17-jarige leeftijd werd hij kok op een schip met bestemming Europa. Hij ging in Londen en Parijs wonen en hij verdiepte zich in het Franse socialisme. Hij bleef altijd sterk betrokken bij de Vietnamese gemeenschap in Parijs. In de jaren twintig en dertig verbleef hij lange tijd als adviseur koloniale kwesties in de Sovjet-Unie en China. Zijn grootste passie was de onafhankelijkheid van van Indochina. In 1930 steunde hij in Hongkong de oprichting van de invloedrijke Indochinese Communistische Partij (ICP). In 1941 keerde hij terug naar Indochina. Hij leidde daar de guerrillastrijd tegen de Japanse bezetter. Ook leidde hij de strijd tegen de Fransen van 1946 tot 1954 en daarna een groot deel van de oorlog tegen Zuid-Vietnam en de VS. Zijn droom was één verenigd Vietnam, maar deze droom werd verwezenlijkt na zijn dood.
1. De Fransen uit Vietnam
Waarom vertrokken de Fransen uit Vietnam?
Geen enkel ander Aziatisch land heeft zoveel met de katholieke kerk te maken gehad als Vietnam. Deze godsdienst werd geïntroduceerd door de Portugezen en later verspreid door de Fransen. Eén van de eerste Fransen die in Vietnam aankwam was, Alexandre de Rhodes. Hij kwam eind 16e eeuw begin 17e eeuw aan. Hij kreeg de opdracht om het katholicisme te verspreiden. Hij ging naar Vietnam in de verwachting een rijk tropisch land aan te treffen. Maar Vietnam viel hem zwaar tegen, hij trof een ingewikkelde samenleving aan waar mensen het ene jaar rijke rijstoogsten binnenhaalden en het volgende jaar zelfmoord pleegden om niet te sterven van de honger.
Rhodes vond Vietnamees een heel vreemde taal, de uitspraak deed hem denken aan kwetterende vogels. Rhodes maakte er een aangepast Romeins alfabet van. Dat deed hij zodat andere mensen de taal eerder te leren was. Het vergemakkelijkte ook de verspreiding van het katholicisme. Veel Vietnamezen bekeerden zich in de 17e eeuw tot het katholicisme, dit is een ook een reden waarom het land zo verdeeld is. Want nu waren er Christenen en Boeddhisten.
De Franse priesters en missionarissen gingen vrolijk door met het uitbreiden van het katholicisme tot 1843. Er waren wel eerder oorlogen en problemen geweest maar nu was er een Franse priester gevangen genomen. Eigenlijk was dit niet zo erg, want Vietnam was toch niet het beloofde land waar ze op gehoopt hadden. De Vietnamezen begonnen langzaamaan in opstand te komen onder leiding van keizer Tu Duc. Hij wou het christendom en de Fransen voorgoed uit zijn land verdrijven.
Maar Vietnam was zo belangrijk geworden dat Frankrijk een permanente vloot voor de kust van Vietnam stationeerde. Zij beschoten vier jaar lang de haven van Danang. Ondanks het warme klimaat, de ruige natuur en de tropische ziektes namen de Fransen de macht langzaam maar zeker over. In 1861 namen ze Saigon in en eind 19e eeuw hadden ze heel Cambodja in handen. In 1887 hadden ze heel Vietnam onder controle en 6 jaar later ook Laos. Deze drie gebieden vormden samen Frans Indochina.
De verschillende bevolkingsgroepen verloren hun identiteit en hun wrok tegenover de Fransen nam toe. In 1886 vervingen de Fransen het Vietnamese rechtssysteem en begonnen te zware belastingen te heffen op van alles en nog wat. In 1908 kwamen mensen overal in het land in opstand, maar deze opstand werd hardhandig de kop in gedrukt.
De Vietnamezen kregen een beetje hoop toen in Frankrijk een socialistische regering aan de macht kwam. De Vietnamezen hoopten dat de socialisten hun ideeën over gelijkheid en broederschap over zouden dragen op het volk. Maar dit bleek niet het geval en in 1937 braken er weer opstanden uit en de Franse nederlaag tegen de Japanners werd met gejuich ontvangen.
Maar toen de Japanners na de aanval op Pearl Harbor in 1941 een groot gebied van de Stille Oceaan in handen kreeg, waren de Vietnamezen niet meer zo blij. De Japanners konden het goed vinden met de fascistische Vichy-regering in Frankrijk. Japan gebruikte Frans-Indochina als voorraadschuur voor het leger, terwijl Frankrijk de orde handhaafde.
In de loop van de jaren 40 en 50 hadden de Vietnamezen schoon genoeg van de Franse bezetter. Veel Vietnamezen schaarden zich achter Ho Chi Minh. Hij zou Vietnam de onafhankelijkheid brengen.
Ho Chi Minh werd in 1890 als Nguyen Sinh Cung geboren in het noorden van Vietnam. Op 17-jarige leeftijd werd hij kok op een schip met bestemming Europa. Hij ging in Londen en Parijs wonen en hij verdiepte zich in het Franse socialisme. Hij bleef altijd sterk betrokken bij de Vietnamese gemeenschap in Parijs. In de jaren twintig en dertig verbleef hij lange tijd als adviseur koloniale kwesties in de Sovjet-Unie en China. Zijn grootste passie was de onafhankelijkheid van Indochina. In 1930 steunde hij in Hongkong de oprichting van de invloedrijke Indochinese Communistische Partij (ICP). In 1941 keerde hij terug naar Indochina. Hij leidde daar de guerrillastrijd tegen de Japanse bezetter. Ook leidde hij de strijd tegen de Fransen van 1946 tot 1954 en daarna een groot deel van de oorlog tegen Zuid-Vietnam en de VS. Zijn droom was één verenigd Vietnam, maar deze droom werd verwezenlijkt na zijn dood.
In 1941 werd de Vietminh opgericht om de Fransen uit Vietnam te verdrijven. De leider en één van de oprichters was Ho Chi Minh. In 1945 riep Ho Chi Minh de Democratische Republiek Vietnam uit (Noord-Vietnam). Ho Chi Minh was niet alleen leider van de communistische partij, maar ook president van Noord-Vietnam. Generaal Giap was de minister van defensie.
In de eerste jaren na de oorlog kregen de Fransen de meeste steden weer in handen. Terwijl de Vietminh het platteland beheerste. Heel voorzichtig voerde de Vietminh het communisme door op het platteland. Zo werd de naam Indonesische communistische partij veranderd in de Vietnamese arbeiderspartij. Privé bezit werd toen nog toegestaan en er werd land verdeeld onder de boeren. Deze stukken land waren oude Franse plantages.
Van 1945 tot 1955 probeerde de Vietminh onder leiding van Vo Nguyen Giap de Fransen het land uit te zetten. Dit geschiedde zonder succes. De Viet Minh werd uit de noordelijke hoofdstak Hanoi verdreven en ze werden meerdere malen in de pan gehakt door het Franse leger. De enige manier hoe ze de Fransen aankonden was door konvooien in een hinderlaag te lokken en door andere guerrillatactieken toe te passen.
Giap wist de Fransen tenslotte te verleiden een geïsoleerd gebied van Dien Bien Phu binnen te trekken. De Fransen dachten dat dit een gewone veldslag werd en dat ze makkelijk zouden winnen. Maar eigenlijk waren de Fransen radeloos, in acht jaar oorlog waren ze meer dan 75.000 mannen verloren. De meeste doden vielen niet door gewone gevechten, maar door sluipschutters, landmijnen, granaatvuur en door infecties en tropische ziektes.
Het thuisfront was bijna iedereen voor onderhandelingen en tegen het doorgaan met de oorlog. Dien Bien Phu was een risicovolle gok, als ze wonnen hadden ze een versterkte onderhandelingspositie en met die gedachte trokken ze de vallei binnen.
In 1954 sloegen 13.000 Franse soldaten hun kamp op in het afgelegen dal Dien Bien Phu. Wat ze niet wisten was dat ze omringd waren door 35.000 Vietminh strijders. De Viet Minh had grote stukken artilleriegeschut de bergen in gesleept die ze in de grotten verborgen. Waarmee ze de Fransen te lijf gingen.
Ander slecht nieuws was dat de gebieden bij Dien Bien Phu regelmatig in nevel gehuld waren. De Franse piloten konden dus niet zien waar de Vieth Minh zat en kon dus niet bombarderen. Ze konden ook geen voorraden en wapens droppen. De Fransen hadden dus geen andere keuze en groeven zich in.
Beide partijen vochtten het hele voorjaar met elkaar. Frankrijk wist toen Amerika te overtuigen dat het hier om een oorlog tegen het communisme ging en vroeg Eisenhower om hen vanuit de lucht te steunen. Amerika gaf steun ter waarde van ongeveer 4 miljard dollar en voor de rest wilden ze niks meer doen. Amerika was zelf namelijk ook in oorlog in Korea, waar ze tegen het communistische Noorden vochten.
Ondanks de financiële steun van Eisenhower werden de Fransen op 7 mei onder de voet gelopen. Aan de Franse kant waren er 75.000 doden gevallen en aan Vietnameze kant 300.000. Dit zegt nogmaals hoeveel de Vietnamezen over hadden voor onafhankelijkheid.
Nadat Frankrijk in 1954 bij Dien Bien Phu in de pan werd gehakt werd er op de conferentie van Genéve over de toekomst van Vietnam gesproken. Frankrijk en Vietnam sloten een wapenstilstand. Maar eigenlijk wilden de Noord-Vietnamezen Vietnam zo snel mogelijk herenigen tot één communistisch Vietnam.
De volgende afspraken werden er gemaakt op de conferentie van Genéve. Vietnam zou in tweeen worden verdeeld langs de 17e breedtegraad. Het Noorden kwam in handen van Ho Chi Minh en de Fransen werden in het zuiden de baas. De Vietminh moest z’n gebieden in het zuiden opgeven en veel Vietminh strijders begaven zich naar het noorden. De Fransen die in het noorden waren kwamen naar het Zuiden.
Na 1954 vertrokken de Fransen geleidelijk uit Vietnam. De VS nam de plaats van Frankrijk in omdat zij bang waren voor het feit dat heel Vietnam communistisch werd. In het zuiden werd een anti-communistische staat opgebouwd, met de katholieke president Diem aan het hoofd.
Frankrijk heeft een lange tijd met Vietnam te maken gehad. De eerste Fransen gingen naar Vietnam met de gedachte om het katholicisme te verspreiden. Vietnam bleek een vruchtbaar land en Frankrijk ging zich steeds meer met Vietnam bemoeien. In 1887 had Frankrijk heel Vietnam onder controle. Maar Frankrijk kreeg begin 20e eeuw steeds meer met opstanden te maken. Dit werd in de loop van de eeuw steeds erger.
In de tweede wereldoorlog werd Vietnam even geregeerd door Japan. Maar nadat Japan in 1945 verslagen was, nam Frankrijk Japan zijn plaats weer in. De opstanden werden als maar erger en er werden groeperingen opgericht, met doel om Frankrijk te verdrijven. Zij hanteerden guerillatactieken en nadat zij Frankrijk bij Dien Bien Phu hadden verslagen, trok Frankrijk zich geleidelijk terug.
Bronnen:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Vietnam_Oorlog
http://www.scholieren.com/werkstukken/24505
prof. Dr. A. F. Manning, Onze jaren deel 5 de wereld na 1945 geschiedenis van de eigen tijd, 1972, Amsterdam
David Wright., De oorlog in Vietnam, 1995, Harmelen
2. Amerika word gestopt!
Waarom veranderde de houding van de VS ten opzichte van de vrijheidsstrijd van Vietnam 1945 – 1960?
1944. De tweede wereld oorlog lijkt niet lang meer te duren. De nazi’s, onder leiding van Hitler, worden steeds verder teruggedrongen. Het einde is in zicht. Rusland en de andere geallieerden zaten op dit punt al rond de tafel om te vergaderen wat er na de oorlog met Europa moest gebeuren. Overduidelijk was het dat het niet op zijn eigen benen kon staan omdat het continent gewoon totaal verwoest was.
Zowel Amerika als Rusland hadden al plannen gemaakt met wat ze met Europa wilden gaan doen. Amerika wou het laten zoals het voor de oorlog was. Democratisch dus. Maar Rusland was in de ban van het communisme, en wilde het communisme uitbreiden. Beide grootmachten wilden de baas zijn over het enorme gebied en dit leidde tot een meningsverschil. Daarom besloten Roosevelt, Churchill en Stalin in 1945 om Duitsland in tweeën op te delen. Het westelijke deel werd geleid door de geallieerden en het oostelijke deel door de Russen. Omdat beide partijen Berlijn wouden hebben, kreeg deze ook dezelfde oost-west verdeling.
Ondertussen had Stalin Oost-Europa ingenomen. Het was onduidelijk of Rusland het gebied nu bevrijd of bezet had. Amerika zag het ook en de vriendschap die het even heeft gehad met Rusland was weer totaal verdwenen. Er werd gevreesd voor Rusland en hun pogingen tot machtvergroting. Op dit moment waren Duitsland en Berlijn onherroepelijk in twee delen gesplitst. De ene kant de democratie van Amerika en aan de andere kant het communisme van Rusland. Een ‘ijzeren gordijn’, ofwel ‘iron curtain’ was neergestreken over Europa. Op dit moment kwam het begrip ‘containment’ ter sprake. Het was ontstaan in Amerika en het stond voor het inperken van het communisme in de wereld. De containment-politiek welke nu gevoerd werd, was voor de VS van levensbelang. Er werd gevreesd voor het communisme, voor Rusland, omdat deze het communisme juist wouden uitbreiden. Vanaf dit punt kreeg Amerika het zwaar te verduren. De containment werd op de proef gesteld.
De eerste grote actie in de gedachte van de containment politiek vond plaats in 1948. Rusland besloot West-Berlijn af te sluiten van het westen. Dus moest Amerika, om West-Berlijn te beschermen tegen het communisme, een jaar lang voedsel en ander materieel het stadsdeel letterlijk invliegen. Dit werkte en Stalin hief de blokkades weer op. Maar Amerika had nog geen reden tot opluchting. Juist niet.
In 1950 viel Noord-Korea onder leiding van Rusland Zuid-Korea aan wat onder Amerikaans bewind handelde. De tweede grote actie in de gedachte van de containment ging van start. Amerika stuurde soldaten naar Korea om de situatie weer te stabiliseren maar ze waren te enthousiast. Ze dreven de Noord-Koreanen terug tot de Chinese grens. China haalde uit naar Amerika door duizenden troepen op de Amerikanen los te laten. In 1951 lag het front weer bij de oude grens tussen Noord- en Zuid-Korea en in 1953 werd de oorlog formeel beëindigd. Een tweede overwinning van de containment was een feit, maar nog steeds had Amerika geen reden tot opluchting.
Tijdens de Koreaanse oorlog was de media in Amerika veroorzaker van angst voor binnenlands communisme. Joseph McCarthy, een Senator uit de VS maakte hier handig gebruik van. Hij begon allerlei namen te noemen van mensen welke communistisch zouden zijn. Amerika was in de ban van het ‘McCarthysm’. De mensen welke door Joseph werden beschuldigd werden zelfs vaak verhoord door de Amerikaanse Senaat. In 1957 stierf McCarthy en nam het McCarthysm mee zijn graf in.
Nu het in het binnenland weer rustig werd, werd er weer naar buiten gekeken. Daar zag Eisenhower dat Rusland de eerste raket buiten de Aardatmosfeer bracht. De Spoetnik. Maar dat was niet het enige. Want ook de kwestie Vietnam begon te groeien. Frankrijk was verslagen door de Vitminh en een grote dreiging van het communisme was een feit. Voordat Amerika de oorlog van Frankrijk overnam waren ze min of meer al aan het oorlogvoeren. Het grootste deel van de kosten van de Fransen werden vergoed door de Amerikanen welke de oorlog later overnamen.
De containment had nog nooit zo’n grote brok hoeven slikken. Amerika ging aan het begin van de oorlog nog vrij optimistisch Vietnam binnen. Ze vreesden wel voor Rusland en China omdat deze de Vietcong en Vietminh strijders stonden. Deze partijen hadden allemaal de zelfde mening over de beste politiek, ze waren het er allemaal over eens dat het communisme voor het volk de beste politiek was. Eigenlijk wilde Amerika niet eens in oorlog, maar omdat ze de wereld en natuurlijk zichzelf wilden beschermen hadden ze, zo vonden ze zelf, geen keus. Ze vreesden het communisme meer dan ooit. Want als Vietnam communistisch zou worden zouden de omliggende landen ook communistisch worden. Vervolgens zou de hele wereld in de ban van het communisme raken en was Amerika niet meer Amerika. Tenminste, zo redeneerden de Amerikaanse autoriteiten. Ze spraken van het ‘domino-effect’. De wereld zou als een rij dominostenen op elkaar reageren door voor het communisme te vallen.
De oorlog werd bloederig, duur, maar vooral ook vernederend. Dat terwijl er geen enkel rendement gehaald was. Amerika betaalde naast de vele miljoenen dollars precies 47.244 mensenlevens, 153.329 gewonden en 2.483 vermisten. Het ergste was nog dat Amerika gebroken en vernederd was. Ze probeerden bij het eindigen van de verloren oorlog zo min mogelijk gezichtsverlies te lijden, maar ondanks dit was Vietnam een heel zure appel waar Amerika met een rood hoofd van schaamte doorheen beet.
In 1981 kwam voormalig filmster Ronald Reagan, president van de Verenigde Staten met het plan om Amerika tegen de raketten van de Russen te beschermen. Een heus ruimteschild. Helaas stuitte dit probleem op teveel technologische en publieke problemen dus werd het plan afgeblazen.
Hierna begonnen de VS en de Sovjet Unie weer met elkaar te praten. Ze hadden genoeg van de spanning welke tussen de twee grootmachten heerste. De Sovjet Unie viel in 1989 uit elkaar en Oost-Europa was bevrijd van het communisme. Begin jaren ’90 werden er afspraken gemaakt tussen het nieuwe Rusland en Amerika om een volgende situatie in de wereld te voorkomen.
Als je de angst van Amerika voor het communisme in een grafiek zou kunnen zetten zou je een lijn schuin omhoog krijgen welke maar blijft stijgen totdat het op een hoogtepunt komt en daarna helemaal zakt naar bijna 0. Als je dan ook de angst voor het communisme, oftewel de Sovjet-Unie, China en Noord-Vietnam, tijdens de Vietnamoorlog in een grafiek zou zetten krijg je bijna exact hetzelfde patroon. Aan het begin van de oorlog was Amerika wel angstig maar het had nooit gedacht dat het een oorlog zou verliezen, en al helemaal niet van een arm land als Vietnam. Helaas voor de Amerikanen was dit wel het geval. In de loop van de strijd werd het voor de Amerikaanse Autoriteiten steeds duidelijker dat de oorlog een verloren zaak was. De burgers in de VS wisten toen eigenlijk nog van niets. Ze werden aan het lijntje gehouden met de leugen dat het allemaal voorspoedig verliep. Aan het einde van de oorlog was er voor VS niets meer over. Ze waren verslagen. Het optimisme en de hoop wat ze aan het begin van de oorlog nog hadden was verdwenen. Amerika had de oorlog en de containment politiek in Vietnam verloren.
Bronnen:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Vietnam_Oorlog
Spectrum Encyclopedie, blz. 244 – 252
http://www.allesamerika.com/vietnamoorlog.html
McNab, C., Wiest, A., De geschiedenis van de Vietnam oorlog, 2004, plaats niet vermeld
3. Vier presidenten, één oorlog…
Wat was het beleid van de Amerikaanse presidenten in Vietnam tijdens de oorlog?
Dwight D. Eisenhower (1953-1961)
Na twintig jaar Democratisch bewind in Amerika werd het tijd voor een Republikein aan de macht. De Republikeinen waren dan ook gebrand om de verkiezingen in 1952 te winnen. De man die ze hiervoor aanwezen was Dwight D. Eisenhower. Generaal en beroemd als militair leider in de Tweede Wereldoorlog.
De populaire Eisenhower won de verkiezingen vrij gemakkelijk. Na een toch behoorlijk stevige campagne versloeg hij de Democratische kandidaat Adlai Stevenson, gouverneur van Illinois en een van de beste kandidaten die de Democraten ooit gebruikten. Om het feest voor de Republikeinen compleet te maken, behaalden ze een meerderheid in beide huizen van het Congres. Eisenhower was een echte leider. Hij had in het leger geleerd te werken met wat hij had en ook om trouw te zijn aan andere landen. Eisenhower zorgde er dan ook voor dat Amerika zijn internationale verplichtingen nakwam en zette het buitenlandse beleid van het terugdringen van het communisme in de wereld, de containment politiek, van Truman voort. Met enig verschil dat er nu beter op de kosten hiervan gelet werd.
Dwight had nou niet bepaald een makkelijke periode uitgezocht om president te worden. Amerika stond op het punt om in oorlog te gaan met Noord-Vietnam en daarbij kwamen er nog allerlei lastige maatschappelijke kwesties in de Verenigde Staten zelf waar hij een oplossing voor moest vinden.
Het was duidelijk dat Frankrijk de oorlog en daarbij zijn kolonie in Vietnam zou gaan verliezen en Eisenhower zag de bui al hangen. Als Vietnam communistisch wordt, zal dat druppel zijn die de emmer doet overlopen. Het communisme zal zich uitbreiden door middel van het domino-effect, precies het tegenovergestelde van wat Amerika tracht. President Eisenhower moet snel beslissen wat hij wil. Moeten de Verenigde Staten de plaats van het verliezende Frankrijk innemen in de strijd tegen het communisme, of moeten ze zich er niet te veel mee gaan bemoeien met het risico dat het communisme zich uitbreidt? Dit laatste vooruitzicht was zo verontrustend dat onder andere vice-president Nixon, de minister van buitenlandse zaken Dulles en admiraal Radford Amerikaans optreden in Vietnam goedkeurden. De leiders van Huis en Senaat, welke geraadpleegd werden over de situatie voelden niets voor een oorlog in Vietnam. Dulles en de luchtmachtgeneraals wilden ingrijpen, de landmacht was tegen interventie en Eisenhower zelf aarzelde. Tenslotte hakt Eisenhower de knoop door. Hij stelt het Amerikaanse militaire ingrijpen afhankelijk van Engelse steun. Maar de Engelsen hadden natuurlijk geen behoefte om mee te doen met de oorlog dus Amerika ging nog niet volledig in oorlog met Vietnam. Toch nam Amerika wel geleidelijk de leiding van Zuid-Vietnam over van Frankrijk en bleef steeds meer materieel en mensen sturen. In 1954 gaf Eisenhower al 2.6 miljard dollar uit aan militaire en economische steun aan de Fransen in Vietnam. Dit is 80% van de totale kosten welke de Fransen hadden gemaakt.
In januari 1955 begint de VS met directe steun aan de regering. Ze gaan het Zuid-Vietnamese leger trainen door middel van adviseurs. Dit zijn Amerikanen welke steeds een paar Zuid-Vietnamezen onder zich nemen om te vechten tegen de Vietminh.
De macht over Noord-Vietnam ligt nu nu bij Eisenhower. Hij stelt tijdens de vredesbesprekingen in Genéve in 1954 Ngo Dinh Diem aan als politiek leider van Vietnam. Diem is een Vietnamees met Amerikaanse denkbeelden en een goed leider. Dit is de reden dat hij wordt gezien als de ideale persoon voor deze positie. Eisenhouwer blijft Diem steunen. Ook als hij de afspraken van Genéve, waarin onder anders staat dat er voor 16 juli verkiezingen zullen worden gehouden, niet nakomt. Eisenhower wou koste wat het kost van de communistische politiek van het zuiden af en was daarbij in staat om een dictatoriaal regime onder leiding van Diem te laten ontstaan.
Amerika is onder leiding van president Eisenhower de oorlog echt ingerold. Het was voor hem een hele moeilijke periode om te regeren maar toch heeft hij het goed gedaan volgens de Amerikanen. Eisenhower wou natuurlijk het liefst niet in een oorlog raken met Vietnam, een vreemd land welke ook nog eens niet bepaald voor de deur ligt. Het lastige was dat als Amerika het opkomende communisme in Vietnam niet zou stoppen, niemand dat zou doen en voor een grootmacht als Amerika, de kapitalist bij uitstek, is dat natuurlijk fataal.
John F. Kennedy (1961-1963)
John Fitzgerald Kennedy werd geboren in Brookline, Massachusetts als tweede kind in een katholiek gezin met negen kinderen. John ging in 1935 studeren aan de Princeton University, maar door ziekte moest hij zijn studie snel opgeven. Een jaar later hervatte hij zijn opleiding aan de Harvard universiteit. In de Tweede Wereldoorlog diende John F. Kennedy in de Pacific. Hij werd onderscheiden met de US Navy and Marine Corps Medal. Na de oorlog werkte hij als verslaggever bij de uitgever Hearst, maar reeds snel besloot hij voor een politieke loopbaan.
In 1960 werd Kennedy de eerste Katholieke president van de VS en hij liet de zaken in Vietnam excaleren. Hij wilde de wereld laten zien hoe machtig Amerika was en hoe goed en sterk de containment politiek was. Hiervoor gebruikte hij Vietnam. Kennedy stuurde meer soldaten en adviseurs naar het land waarvan er in 1961 al meer dan 3200 waren en waarvan er in 1963 ruim 16.000. Ondanks dat het nog niet officieel was, was de de Vietnamoorlog op dit punt al min of meer een feit. Amerika kon in principe niet meer terug.
Diem, de dictator van Noord Vietnam welke was aangesteld door Eisenhower was intussen een last voor Amerika geworden. Zijn politieke spel begon uit de hand te lopen en hij misbruikte zijn macht meer dan ooit. Hij had een paranoïde, dictoriaal regime opgebouwd en legde het Boeddhisme sterk aan banden terwijl Vietnam overwegend Boeddhistisch was. In november 1963 liet Kennedy Vietnamese generaals toe om Diem af te zetten en te vermoordden.
Drie weken hierna werd John F. Kennedy zelf vermoord. De reden van de moord is nog steeds niet helemaal duidelijk. Het kan een verwarde Amerikaan geweest zijn maar er wordt ook gedacht aan onder andere Cubanen, maffia of Amerikaanse banken. Elk van deze personen en instellingen hadden hun eigen redenen waarvoor ze John Fitzgerald Kennedy vermoord zouden kunnen hebben.
Kennedy heeft maar 2 jaar president van Amerika kunnen zijn. In deze tijd heeft hij wel het zwaarste mee mogen maken wat een president zich kan wensen. Hij moest veel keuzes maken in de oorlog tegen Vietnam. Meer troepen? Terugtrekken? Bombarderen? Kennedy nam volgens veel mensen de verkeerde keuze door fel in oorlog te gaan met Vietnam. De Amerikanen zeggen dat hij het subtieler had moeten aanpakken. Ondanks dit was de moord op John Fitzgerald een schok voor vooral Amerika, maar ook de rest van de wereld schrok.
Lyndon B. Johnson (1963-1969)
Lyndon Johnson, geboren in Texas in 1908, was een Amerikaanse politici met opvallend veel ervaring toen hij met zijn plannen over het presidentschap begon. In de jaren ’50 was hij een uiterst succesvolle leider van de Democraten in de Senaat. Onder zijn leiding werkte de wetgeving in Amerika beter dan ooit. Deze raspoliticus vormde een effectief en constructief tegenwicht voor Dwitght Eisenhower die op dat moment voor de Republikeinen in het Witte Huis zat.
In de periode dat Kennedy president was kreeg Johnson een ondankbare positie in de regering. Hij werd weliswaar vice-president, maar hij werd min of meer genegeerd, alsof hij het vijfde wiel van de wagen was. Maar Johnson kreeg zijn kans toen Kennedy werd vermoord. Lyndon was per direct de president van de verenigde staten, hij kon eindelijk laten zien wat hij waard was.
De situatie in Vietnam verslechterde. Vietcongstrijders waren al goed op weg richting het zuiden. Johnson zag dit ook maar durfde zich niet terug te trekken. Hij werd heen en weer geslingerd tussen doordrukken en terugtrekken, tussen het risico van een conflict met China en Rusland of een afgang. Hij kon niet beslissen maar koos uiteindelijk toch voor de allerslechtste optie: doormodderen.
Johnson hield van de macht van het presidentschap en wou nog 4 jaar president zijn, dus deed hij in 1964 mee met de presidentsverkiezingen. In zijn campagnes vertelde hij de Amerikaanse kiezer wat deze wilde horen. Niet zinloos Amerikaanse jongens de dood injagen, maar wel Vietnam en de rest van de wereld tegen het communisme beschermen. Ondertussen had hij achter de schermen al toestemming gevraagd voor een open oorlog tegen Vietnam.
In Juli 1964 gaf Johson het bevel van een amfibische aanval op twee eilandjes voor de kust van Noord-Vietnam. Ondertussen voer een torpedobootjager van Amerika richting de eilandjes waar de Noord-Vietnamese vloot ondertussen opzoek was gegaan naar de aanvallers. De torpedobootjager was niet op de hoogte van de Amerikaanse aanval en was verrast toen hij werd aangevallen door enkele vijandige schepen. De Amerikaanse reactie op de aanval was het neerschieten van 3 schepen van Noord-Vietnam. Deze aanval op de Amerikaanse torpedobootjager greep Johnson aan als excuus voor een vrije oorlog tegen Vietnam. Het Amerikaanse congres ging hiermee akkoord en gaf de president bijna onbeperkte macht over de oorlog in Vietnam. De Vietnamoorlog kon nu echt beginnen.
Het werd een uitputtingsoorlog en het was kunst om zoveel mogelijk vijanden te doden. Statistieken werden essentieel en daarom liet Johnson elke soldaat bijhouden hoeveel vijanden hij doodde. Er was geen front en er waren geen grote aanvallen. Het was een guerrillastrijd. Eind 1967 waren er 500.000 Amerikaanse soldaten in Vietnam en dit aantal bleef toenemen. Om de grondtroepen bij te staan liet de president honderden bommenwerpers los boven vijandelijk gebied. Hij had er alle vertrouwen in dat de oorlog op den duur in Amerikaans voordeel zou eindigen. Maar eind januari 1968 bleek dat dit vertrouwen nergens op gebaseerd was.
Het Tet-offensief startte. De Noord-Vietnamese strijders lieten zien hoe een tactisch ongekend goed offensief in elkaar zit. In het noorden van Zuid-Vietnam werd een Amerikaanse basis bestookt waardoor er door Johnson versterkingen aangevoerd moesten worden om de dreiging te ontkrachten. Probleem was alleen dat er daarom vanuit de rest van het land strijdkrachten moesten komen. Door de verzwakkingen in het binnenland van Zuid-Vietnam konden duizenden Vitminhstrijders, welke zich in de maanden hiervoor hadden verspreid over het vijandelijk gebied, toeslaan. Er werden honderden Amerikaanse doelen aangevallen. Dit was een keerpunt in de oorlog. Amerika was gebroken.
Johnson sprak publiekelijk uit dat hij niet tegen vredesbesprekingen met de Vietcong. Ook stelde zich bij de volgende verkiezingen niet meer beschikbaar.
Lyndon B. Johnson kwam met een beetje geluk op de belangrijkste plaatst in de Amerikaanse regering te zitten. Hij wurmde zich op een sluwe manier in een oorlog met Vietnam waarmee hij kon laten zien hoe sterk hij was en hoe sterk Amerika was. Helaas voor hem pakte het niet helemaal goed uit. Het werd een bloederige, zware oorlog. Johnson had hoop en zat vol optimisme totdat de vijand met het goed geplande Tet-Offensief de Amerikanen liet zien dat ze niet met zich laten sollen. De president had niets meer in te brengen en verliet met zijn staart tussen zijn benen de Amerikaanse presidentspositie.
Richard M. Nixon (1969-1974)
Richard Nixon werd geboren in 1913 in Yorba Linda, California. Hij was de zoon van een winkelier. In 1934 haalde hij zijn diploma aan de Duke University. Drie jaar later vestigde hij zich in Whitter als jurist.
In 1969 werd Nixon president van de Verenigde Staten en ontving hiermee een niet zo’n leuke erfenis; de Vietnamoorlog. Iedereen wist dat de oorlog tijdens het presidentschap van Nixon zou eindigen. De oorlog was inmiddels uitgelopen op een ramp voor het Amerikaanse eergevoel. Ruim een half miljoen Amerikanen waren er bij betrokken en het was duidelijk dat er geen beweging meer inzat. Tenminste niet in de goede richting vanuit Amerikaans standpunt gezien. Sinds het Tet-Offensief is Johnson, de voorganger van Nixon zijn troepen gaan terugtrekken en Nixon zette dit voort.
Nixon had zich een doel gesteld. Hij wou de troepen zo snel mogelijk weg krijgen uit Vietnam, maar zonder gezichtsverlies en als het even kon de situatie in Zuid-Vietnam stabiliseren zodat het regime daar overeind kon blijven staan. Om Zuid-Vietnam tegen de Vietcong te beschermen ging hij Noord-Vietnam zwaar bombarderen. Hiermee werd de Vietcong genoeg afgezwakt om op korte termijn een invasie in het zuiden van Vietnam onmogelijk uit te kunnen voeren.
De Amerikaanse troepen trokken geleidelijk Vietnam uit. Maar omdat Nixon niet wou laten blijken dat de Amerikanen echt verslagen waren voerde hij nog een aantal grote gewelddadige operaties uit. Ondertussen leerden oorlogsspecialisten uit de VS het Zuid-Vietnamese leger op eigen benen te staan. Nixon bleef de vijand bombarderen omdat al verscheidene vredesovereenkomsten mislukt waren. Ook verbeterde hij de banden met China en de Sovjet-Unie omdat hij dacht dat deze landen veel invloed op Vietnam hadden.
Na vele bombardementen op Noord-Vietnam, maar ook veel gesprekken tussen de verschillende landen was er in 1973 de eerste vredesovereenkomst. Amerika beloofde zich terug te trekken uit Vietnam en er zou een staakt-het-vuren tussen Noord- en Zuid-Vietnam volgen. Dit staakt-het-vuren duurde echter niet lang; de Amerikanen waren nog niet weg of de Noord-Vietnamezen verzetten zich alweer tegen de regering in het zuiden en openden de aanval.
8 augustus 1974 trad Nixon af wegens het ‘Watergateschandaal’.
Nixon kreeg de taak op zich van het redden van het Amerikaanse gezicht. Dit deed hij voor zover het mogelijk was nog redelijk maar zorgde hierbij wel voor veel onnodige doden. Helaas is het zo dat dit niet opviel omdat de hele oorlog al een groot onnodig bloedbad was. Naar omstandigheden heeft Nixon de oorlog tot een redelijk eind kunnen brengen. Een eind dat twintig jaar eerder ook al geweest zou kunnen zijn.
Bronnen:
Veen, B. van, Kennedy president voor ons allen, jaar niet vermeld, Amsterdam
http://www.allesamerika.com/vietnamoorlog.html
http://nl.wikipedia.org/wiki/Vietnam_Oorlog
Kinder, H., Atlas bij de wereldgeschiedenis, 2003, Baarn, blz. 221, 237, 241, 301, 303
http://www.allesamerika.com/amerikaanse-presidenten.html
4. De oorlog in Vietnam
Hoe verliep de oorlog in Vietnam?
Nadat Frankrijk zich had teruggetrokken, nam de VS haar plaats in. In 1954 zouden er verkiezingen worden gehouden, maar uiteindelijk werd dat 1956. Na deze verkiezingen zou Vietnam één worden. De buitenlandse troepen moesten dan uit Vietnam vertrekken. Maar de Verenigde Staten en de regering van Zuid-Vietnam tekenden het contract niet. Want de VS was nog steeds bang voor de welbekende dominotheorie.
Nu moesten de Amerikanen een keuze maken. In Zuid-Vietnam vocht de Vietcong nog steeds tegen het regime en als de Amerikanen zouden vertrekken, zouden zij die strijd winnen. En werd heel Vietnam communistisch.
Om te voorkomen dat het communisme heel Vietnam overnam, richtte de Verenigde Staten in 1955 de Zuidoost-Aziatische Verdragsorganisatie (ZOAVO) op. Van deze Verdragsorganisatie waren, de Verenigde Staten, Engeland, Australië, Nieuw Zeeland, Frankrijk, Thailand, Pakistan en de Filippijnen lid. Deze landen moest onder andere Vietnam, Cambodja, Laos en Thailand beschermen tegen het communisme. Het verschil tussen de ZOAVO en de NAVO is dat als een land aangevallen wordt, er dan eerst overlegd werd wat te doen en dan als het noodzakelijk is mee te gaan in de oorlog. Bij de NAVO helpen de landen elkaar meteen.
Toen John Kennedy in 1960 president werd, begon het conflict in Vietnam te escaleren. Kennedy stuurde veel waarnemers en soldaten naar Vietnam, die zouden helpen de orde te bewaren. De president van Zuid-Vietnam, Diem, was onderhand een doorn in het oog voor de Amerikanen. Hij voerde een dictatoriaal regime en verbood het Boedhisme. Terwijl Zuid-Vietnam voornamelijk Boedhistisch was.
In november 1963 stemde Kennedy dan ook toe met de ‘verwijdering’ van Diem. Nauwelijks 3 weken later werd Kennedy zelf vermoord en opgevolgd door Lyndon B. Johnson. Johnson vertrouwde het zaakje in Zuid-Vietnam niet en stuurde nog meer militairen. In 1964 won Johnson de verkiezingen. Hij had in z’n campagne gezegd dat geen enkele Amerikaanse militair zinloos zou sterven en dat de VS Vietnam beschermde tegen het communisme. In 1964 was er een incident in de Golf van Tonkin. Het was een schietpartij tussen een Amerikaanse en Noord-Vietnamese vloot. Die tot gevolg had dat Johnson vrijmacht van het Congres kreeg in de oorlog van Vietnam. Hij mocht nu doen wat hij wilde.
In Amerika boden veel jonge soldaten zich vrijwillig aan. In 1965 waren er zo'n 500.000 VS-soldaten in Vietnam. Johnson besefte echter dat er niet veel Amerikanen mochten sterven en daarom wilde hij de oorlog zo snel mogelijk oplossen. De VS zette daarom bommenwerpers in, zowel in het noorden en het zuiden. Er kwamen hierbij veel onschuldige Vietnamese burgers en Amerikaanse soldaten om het leven. Daarbovenop kwam nog eens dat de Vietcong zelfs harder leek te vechten naarmate er meer gebombardeerd werd. De luchtoorlog bleek niet voldoende.
Daar kwam nog bij dat de bases waar de bommenwerpers gestationeerd waren beschermd moesten worden, wat een moeilijk taak bleek. De vijand was namelijk overal aanwezig en kon zich zonder problemen als burger vermommen. Er waren dus veel soldaten nodig om de bases te beschermen. De grote basis bij Da Nang werd bijvoorbeeld al snel versterkt met ruim 24.000 man.
Amerika stuurde als maar meer soldaten naar Vietnam. Het leidde alleen maar tot meer doden. In 1965 waren er 184300 Vietnamezen gesneuveld en 636 Amerikaanse. In 1968 was dat al 536.000 en 30.600.
En toen kwam het Tet offensief in 1968. Het Tet offensief gooide de Amerikaanse kijk op de Vietnamoorlog volledig om. Tet was het begin van het nieuwe maanjaar voor Vietnamezen en was een feestdag waarop niet gevochten werd. Op 30 januari 1968 gebruikte de Vietcong dit feit om de Amerikanen de grootste klap van de Vietnamoorlog te geven. Ze vielen in grote getallen de Zuid-Vietnamese dorpen en steden aan. Veel burgers stierven en veel huizen werden door de Vietcong in brand gestoken.
Tot het Tet Offensief dachten de Amerikanen dat een overwinning in de Vietnamoorlog mogelijk was. Maar na het Tet Offensief gingen ze aan terugtrekken denken, met als het mogelijk was zo weinig mogelijk gezichtsverlies. Veel Amerikaanse bevelhebbers hielden hun soldaten voor dat de vijand bijna verslagen was en de Vietnamoorlog bijna gewonnen. Door het Tet Offensief werd iedereen zich ervan bewust dat ze de oorlog nog lang niet gewonnen hadden.
De Amerikanen waren verbaasd dat de Vietcong na gigantische verliezen toch nog een groot offensief op konden zetten. Tet was vooral een psychologische overwinning op de Amerikanen, maar ze hadden ook 40.000 van hun beste troepen en vele wapens verloren. De Amerikanen hadden er nog nooit aan gedacht dat ze de oorlog gingen verliezen, maar het Tet Offensief bewees het tegenovergestelde.
Van toen af aan begonnen de Amerikanen zich geleidelijk terug te trekken om zo weinig mogelijk gezichtsverlies te lijden. Johnson moest aan de onderhandelingstafel met de Vietcong en maakte bekend dat hij niet zou deelnemen aan de presidentsverkiezingen, later in 1968. De eerste fase van de Vietnam-oorlog was voorbij.
In 1969 werd Richard Nixon de opvolger van Lyndon Johnson en daarmee president van de Verenigde Staten. Hij had een zware erfenis van z'n voorganger meegekregen: de Vietnam-oorlog waarbij 500.000 Amerikaanse mannen en vrouwen betrokken waren in een uitzichtloos conflict. Daarbij kwam de steeds groeiende schreeuw van de militairen en de bevolking om de oorlog te beëindigen. Nixon had in zijn verkiezingscampagne een 'eerzame vrede' belooft. In 1969 formuleerde hij de Nixon Doctrine, waarin hij stelde dat de Zuid-Vietnamezen (en alle andere Aziaten) meer en meer hun eigen oorlog moesten vechten.
Terwijl steeds meer Amerikaanse soldaten teruggetrokken werden, werd de financiële en materiële hulp aan de Zuid-Vietnamezen groter. Nixon ging daarbij ook onderhandelen met de Noord-Vietnamezen.
Maar Nixon, die zich wel bewust was van het feit dat Zuid-Vietnam de druk niet aankon, deed ook het tegenovergestelde: hij begon de Vietcong in Noord-Vietnam en Cambodja te bombarderen. Uiteraard leverde dit aan de onderhandelingstafel weinig op.
In 1970 vielen de Amerikanen de Ho Chi Minh Trail aan, een militaire route voor de Vietcong via Cambodja. Zonder veel succes. Er reden immers geen grote vrachtwagens: de Ho Chi Minh Trail was maar enkele meters breed, overkoepeld door het oerwoud, en werd gebruikt door Vietcong die te voet of per fiets gingen. Voeg daaraan toe dat het pad honderden kilometers lang is en het wordt duidelijk dat het geen makkelijk doelwit voor bombardementen is.
Tegen 1972 wilde Nixon nog maar één ding: de oorlog zo snel mogelijk beëindigen zonder teveel gezichtsverlies.
In 1972 was het aantal Amerikaanse troepen dat meedeed aan de Vietnamoorlog wel gezakt: van 586.000 in 1968, 475.000 in 1969, 334.000 in 1970 en 156.000 in 1971 naar 24.400 in 1972. Tegelijkertijd probeerde Nixon de oorlog zo eerzaam mogelijk te beëindigen door de relaties met China en de Sovjet Unie, die beide volgens hem de Noord-Vietnamezen hielpen, te verbeteren.
Hij overschatte echter hun invloed op Noord-Vietnam, want hoewel de VS langzaamaan de relaties met China en de Sovjet Unie verbeterde, veranderde er weinig in Vietnam. De vredesbesprekingen faalden meermaals waardoor Nixon zich gedwongen voelde de bombardementen op het noorden te vergroten. Pas in december 1972, toen de bombardementen beëindigd werden, ging men weer rond de tafel zitten.
Dat leidde uiteindelijk eind januari 1973 tot een vredesovereenkomst. Amerika beloofde zich terug te trekken uit Vietnam en er zou een staakt-het-vuren volgen. Dit staakt-het-vuren duurde echter niet lang. De Amerikanen waren nog niet weg of de Noord-Vietnamezen lagen alweer in de clinch met de regering in het zuiden en openden de aanval.
In 1975 gaf Zuid-Vietnam zich dan volledig over. De VS ontruimde haar ambassade in Saigon en nam enkele Vietnamese medewerkers met zich mee. Verreweg de meesten bleven achter en zouden door de Vietcong vermoord worden. Dit was de zwaarste militaire vernedering in de Amerikaanse geschiedenis.
Op 30 april 1975 tekende Zuid-Vietnam de capitulatie (=overgave); Vietnam was weer herenigd. De Vietnamoorlog was voorbij, maar de kosten in mensenlevens waren hoog: 47.244 Amerikaanse doden, 153.329 gewonden, 2.483 vermisten. 365.000 Vietnamese burgers hadden het leven verloren, het Zuid-Vietnamese leger had bijna 224.000 doden en 570.000 gewonden te betreuren, het Noord-Vietnamese leger ruim 660.000 doden en een onbekend aantal gewonden.
De Amerikanen gingen zich met deze oorlog bemoeien rond 1954. Toen Frankrijk zich terugtrok. De VS controleerde Zuid-Vietnam, om zo het communistische Noord-Vietnam tegen te houden. In het zuiden ontstond de Vietcong, die het de Amerikanen zeer lastig maakte. In het noorden zat de Vietminh, met Ho Chi Minh aan het hoofd.
Langzamerhand begon de oorlog te escaleren en er werden steeds meer militairen in Zuid-Vietnam gestationeerd. De vijand zat overal en de Amerikanen begingen vreselijke oorlogsmisdaden. Rond 1968 kreeg de media lucht van enkele misdaden en kreeg de VS te maken met een massale aanval van de Vietminh (Tet-Offensief).
Militair gezien had Amerika de oorlog kunnen winnen, maar na het Tet-Offensief in 1968 waren de militairen psychologisch niet meer in staat om de oorlog naar hun hand te zetten.
Bronnen:
* Kinder, H., Atlas bij de wereldgeschiedenis, 2003, Baarn, blz. 221, 237, 241, 301, 303
* Prof. dr. Manning A. F. e.a., Onze Jaren, 1972/1975, Amsterdam, deel 7, blz. 3827, 3833
* Prof. dr. Manning A. F. e.a., Onze Jaren, 1972/1975, Amsterdam, deel 6, blz. 2915 t/m 2943
* Spectrum Encyclopedie, blz. 244 – 252
* Ulrich, H., Geschiedenis van gisteren, 1988, deel en plaats niet vermeld, blz. 166 - 167
* McNab, C., Wiest, A., De geschiedenis van de Vietnam oorlog, 2004, plaats niet vermeld
Conclusie
Wat waren de hoofdzakelijke redenen dat een groot macht zoals Amerika niet kon winnen van Vietnam?
Frankrijk heeft een lange tijd met Vietnam te maken gehad. De eerste Fransen gingen naar Vietnam met de gedachte om het katholicisme te verspreiden. Vietnam bleek een vruchtbaar land en Frankrijk ging zich steeds meer met Vietnam bemoeien. In 1887 had Frankrijk heel Vietnam onder controle. Maar Frankrijk kreeg begin 20e eeuw steeds meer met opstanden te maken. Dit werd in de loop van de eeuw steeds erger.
In de tweede wereldoorlog werd Vietnam even geregeerd door Japan. Maar nadat Japan in 1945 verslagen was, nam Frankrijk Japan zijn plaats weer in. De opstanden werden als maar erger en er werden groeperingen opgericht, met doel om Frankrijk te verdrijven. Zij hanteerden guerrillatactieken en nadat zij Frankrijk bij Dien Bien Phu hadden verslagen, trok Frankrijk zich geleidelijk terug.
Op dit moment(1954) gingen de Amerikanen zich met de oorlog bemoeien. De reden van de bemoeienis was angst. Als je de angst van Amerika voor het communisme in een grafiek zou kunnen zetten zou je een lijn schuin omhoog krijgen welke maar blijft stijgen totdat het op een hoogtepunt komt en daarna helemaal zakt naar bijna 0. Het land rolde in de oorlog en waren zeker dat ze deze zouden winnen, waardoor ze ook zouden winnen van het communisme. De VS controleerde Zuid-Vietnam, om zo het communistische Noord-Vietnam tegen te houden wanneer ze Zuid-Vietnam in wouden nemen en zo hun politieke opvattingen verder te verspreiden. In het zuiden ontstond de Vietcong, die het de Amerikanen zeer lastig maakte. In het noorden zat de Vietminh, met Ho Chi Minh aan het hoofd.
Langzamerhand begon de oorlog te escaleren en er werden steeds meer militairen in Zuid-Vietnam gestationeerd. De Vietminh en Vietcong waren duidelijk onderschat. In deze wildernis hadden de georganiseerde soldaten van het Amerikaanse leger geen kans tegen de Guerrillastrijders die gemakkelijk in de bossen en dichte wouden konden vechten. De vijand zat overal en de Amerikanen begingen vreselijke oorlogsmisdaden. In de loop van de strijd werd het voor de Amerikaanse Autoriteiten steeds duidelijker dat de oorlog een verloren zaak was. De burgers in de VS wisten toen eigenlijk nog van niets. Ze werden aan het lijntje gehouden met de leugen dat het allemaal voorspoedig verliep. Rond 1968 kreeg de media lucht van enkele misdaden en kreeg de VS te maken met een massale aanval van de Vietminh (Tet-Offensief).
Militair gezien had Amerika de oorlog kunnen winnen, maar na het Tet-Offensief in 1968 waren de militairen psychologisch niet meer in staat om de oorlog naar hun hand te zetten.
Aan het einde van de oorlog was er voor VS niets meer over. Ze waren verslagen. Het optimisme en de hoop wat ze aan het begin van de oorlog nog hadden was verdwenen. Amerika had de oorlog en de containment politiek in Vietnam verloren.
De Vietnamoorlog heeft uiteindelijk vier Amerikaanse presidenten versleten. Het begon bij Eisenhower. Deze man stond voor een grote keuze. Oorlog om het communisme te verdrijven, of geen oorlog met het risico dat het communisme de wereld in haar macht neemt. Hij koos voor de oorlog welke Kennedy na Eisenhower 2 jaar lang midden in zat. Ook Kennedy had het zwaar. Meer troepen? Minder troepen? Terugrekken misschien? Hij koos ervoor om keihard de oorlog in te gaan. Helaas werd hij na 2 jaar regeren vermoord. Met een beetje geluk nam Lyndon B. Johnson zijn positie in. Hij wou door middel van de oorlog laten zien hoe sterk hij en Amerika waren maar dit pakte niet helemaal volgens plan uit. Het werd een bloederige, zware oorlog waardoor Johnson na het Tet-Offensief met zijn staart tussen zijn benen de presidentspositie doorspeelde naar Nixon. Nixon kreeg de taak om aan de oorlog die ondertussen richting einde ging een net einde te breien. Hij zorgde ervoor dat Amerika zonder al te veel gezichtsverlies de oorlog verliet maar offerde hiervoor wel veel doden op. De oorlog was afgelopen maar heeft twintig jaar langer geduurd dan nodig was.
REACTIES
1 seconde geleden