Cafeine

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Profielwerkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 4393 woorden
  • 23 maart 2007
  • 70 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
70 keer beoordeeld

1. Inleiding Dit profielwerkstuk maken wij in het kader van ons eindexamen. Onze begeleider bij dit werkstuk is Ir., docent biologie. Dit werkstuk telt als handeling mee voor het examen. Het onderwerp voor dit werkstuk is “Effecten van cafeïne op je lichaam’’. We hebben het met name erover wat er met je bloeddruk en je hartslag gebeurt nadat je cafeïne in je lichaam hebt. We hebben voor dit onderzoek gekozen, omdat wij tweeën erg weinig over dit onderwerp wisten en het leek ons interessant om ons hierin te gaan verdiepen. Maar hoe is men nou precies achter de werking van cafeïne gekomen. Een van de bekendste hiervan is het verhaal van Kaldi. Toen hij op een nacht met zijn geiten rond liep merkte hij dat deze zich op een uiterst ongewone manier gedroegen. De geiten waren extreem levendig en actief. Toen hij op zoek ging naar de oorzaak waarom de geiten zich zo raar gedroegen, stuitte hij al gauw op een mogelijke oorzaak. De geiten bleken vooral actief te worden nadat ze van bessen van een bepaalde struik hadden gegeten. Hij proefde de dieprode bessen en merkte dat de bessen hetzelfde effect hadden op hem als op zijn geiten. Niet ver van de plaats waar Kaldi het effect van de, naar wat later bleek, koffiebonen had ontdekt, woonde een aantal Mohammedaanse monniken die problemen hadden met het wakker blijven tijdens de nachtelijke gebeden. Ze hoorden van de wonderbaarlijke werking van de bonen en besloten om zelf de proef op de som te nemen. Ook bij hen bleek het te werken. Ze konden ‘s nachts wakker blijven en hun geestesvermogen bleef onaangetast. 2. Onderzoeksvraag en deelvragen formuleren We willen in dit werkstuk vooral ingaan op de effecten van cafeïne op het lichaam van de mens, met name op je bloeddruk en hartslag. Onze onderzoeksvraag is dan ook: Wat voor effect heeft cafeïne op onze lichaam, met name op je bloeddruk en hartslag? Onze deelvragen hierbij zijn:  Wat is cafeïne?  Wat zijn de bijwerkingen van cafeïne?  Wat verstaan we onder bloeddruk?  Wat kun je doen tegen een hoge bloeddruk?  Hoe meet je je bloeddruk?
3. Beantwoorden deelvragen 3.1. Deelvraag 1. Wat is cafeïne? Cafeïne is een stof die we allemaal kennen uit het dagelijks leven. De chemische formule van cafeïne is C8H10N4O2. De systematische naam van de stof is1,3,7-trimethylxanthine. Cafeïne zorgt ervoor dat het zenuwstelsel, de hartslag en de ademhaling gestimuleerd wordt. Bij regelmatige gebruik kan gewenning optreden. Plotseling stoppen met de inname kan dan zorgen voor hoofdpijn, een sterke afname van de bloeddruk en andere ontwenningsverschijnselen. Cafeïne kennen we voornamelijk door koffie. Wat te veel cafeïne is, verschilt sterk per persoon want niet iedereen is even gevoelig voor de werking. Het cafeïnegehalte van een kop koffie hangt af van de soort koffie, hoe sterk de koffie is gezet en de grootte van de kop of de mok. In een kop van 125 ml gewone koffie, gezet met papieren filter in een koffiezetapparaat, zit ongeveer 85 mg cafeïne. Buiten koffie bevindt de stof zich echter ook in thee, cola, chocolade, en in sommige geneesmiddelen. In een kop thee van 125 ml zit ongeveer 45 mg en in een glas cola van 150 ml zit 5 tot 35 mg. Chocolademelk bevat per glas van 150 ml ongeveer 30 mg cafeïne. Een kop koffie komt dus wat cafeïnegehalte betreft overeen met twee kopjes thee of ruim twee glazen cola. Doordat het in zoveel verschillende stoffen zit, komen veel mensen bijna dagelijks in contact met cafeïne. Er zit natuurlijk niet in alle boven genoemde producten even veel cafeine. De volgende tabel geeft een indruk van de hoeveelheid cafeïne per product. Product Hoeveelheid cafeïne Ice tea 34 mg/ liter
Koffie 50 mg/ liter
Coca-Cola 120 mg/ liter
Dr.Pepper 123 mg/ liter
Lipton Ice tea 129mg/ liter
Cola Light 147 mg/ liter
Virus 283 mg/ liter
Red Bull 286 mg/ liter
XTC 300 mg/ liter
Smart 338 mg/ liter
Red Devil 365 mg/ liter
Warp 4 506 mg/ liter
Flugel Energy 788 mg/ liter
Turbo 1.218 mg/ liter
Afb 3. Cafeïne in verscheidene dranken 3.2 Deelvraag 2. Wat zijn de bijwerkingen van cafeïne? Cafeïne pept je op, je wordt er wakker van en voelt je vermoeidheid minder. Het is een mild stimuleringsmiddel, dat invloed heeft op verscheidene organen zoals het hart en de nieren, maar ook op het centrale zenuwstelsel en de stofwisseling. Ook word je alerter door cafeïnegebruik en stijgt het concentratievermogen. Dit komt doordat het centrale zenuwstelsel, de ademhaling en de hartspier gestimuleerd worden. Mensen met hartklachten wordt afgeraden om veel cafeïne te gebruiken, omdat dit voor hartritmestoornissen kan zorgen. Hoge doseringen cafeïne veroorzaken onder andere nervositeit, angst, onrust en slaapstoornissen. Verder worden een verhoogde hartslag, hartkloppingen en maag- darmklachten beschreven. Deze effecten lijken sterker voor mensen die normaal geen cafeïne gebruiken. De werking van cafeïne is afhankelijk van een aantal factoren: leeftijd, drink- en rookgewoontes, lichamelijke gesteldheid en de afbraaksnelheid van cafeïne in het lichaam. De afbraaksnelheid van cafeïne is bij mensen die vaak en veel koffie drinken hoger dan bij mensen die af en toe koffie drinken. Tevens speelt de individuele gevoeligheid voor cafeïne een rol. Sommige personen reageren heftiger op cafeïne dan anderen. Het is daarom moeilijk om te zeggen dat de effecten voor iedereen gelden. Toch zullen een aantal kopjes koffie ongeveer hetzelfde resultaat geven bij de mensen. Het gebruik van cafeïne vlak voor het slapen gaan kan slaapproblemen veroorzaken. Cafeïne concurreert in het lichaam met adenosine, een lichaameigen neurotransmitter die vooral de slaap regelt. Vandaar dus dat het moeilijk is met een paar koppen koffie op om in slaap te vallen. En zelfs al raak je in slaap zal je geen diepe, echt rustgevende slaap hebben. De lichamelijke gevolgen van cafeïne zijn dat sommige mensen last kunnen krijgen van maagzuur. Dit komt echter niet door cafeïne, maar door een andere stof in de koffie. Van cafeïne kun je hartproblemen krijgen. Daarom worden mensen met hartproblemen vaak afgeraden om het in te nemen. Het kan ook zorgen voor een onregelmatige hartslag. Met als gevolg een verandering in de bloeddruk. 3.3. Deelvraag 3. Wat verstaan we onder bloeddruk? De belangrijkste oorzaak van de bloeddruk is de systole van de hartkamers, vooral van de linkerkamer. Als de halvemaanvormige kleppen zijn opengedrukt, is de bloeddruk in de hartkamers gelijk aan die in de aangesloten slagaders. De hoge bloeddruk in de slagaders wordt opgevangen doordat de elastische wand van de slagaders uitzet. De bloeddruk daalt daardoor iets. Als de systole van de kamers is voltooid, nemen de terugverende elastische wanden van de slagaders de pompende kracht over. Dat kun je voelen op plaatsen waar slagaders minder diep in het lichaam liggen, bijvoorbeeld in je polsen en in je hals. Tijdens het stromen van het bloed van slagaders via haarvaten naar aders neemt de bloeddruk voortdurend af. Ook de stroomsnelheid van het bloed neemt af. Door de lage stroomsnelheid van het bloed in de haarvaten wordt een goede uitwisseling van stoffen tussen het bloed en de omringende cellen mogelijk gemaakt. Als het bloed vanuit de haarvaten naar de aders stroomt, neemt de bloeddruk verder af. In de armen en benen is de bloeddruk in de aders vaak te laag om het bloedstroom op gang te houden. In de beenaders bijvoorbeeld moet het bloed meestal over een grote afstand tegen de zwaartekracht in stromen. In de benen liggen de aders tegen de slagaders aan. Daardoor veroorzaken de kloppende slagaders een pulserende druk op het bloed in de aders. Gedurende het etmaal schommelt je bloeddruk iedereen, gezond of niet gezond, de bloeddruk enorm. Dit dag- en nachtritme wordt mede geregeld door de bijnieren via de afgifte van bijnierschorshormonen aan het bloed. 's Nachts is de aanwezige hoeveelheid bijnierschorshormoon relatief klein waardoor ook de bloeddruk relatief laag is. Tegen de tijd dat we wakker worden gaat de bloeddruk een stuk omhoog, doordat de bijnieren dan een extra hoeveelheid bijnierschorshormoon maken. In de loop van de dag neemt de bloeddruk weer iets af, om aan het eind van de middag en het begin van de avond opnieuw te stijgen. De hoogte van de bloeddruk is ook afhankelijk van de lichamelijke en geestelijke activiteit. Bij inspanning, en met name bij zwaardere lichamelijke activiteiten zoals sporten, stijgt de bloeddruk. Als men gewend is aan regelmatige lichamelijke activiteiten is dat ook helemaal niet slecht. Alle organen, met name de spieren, hebben dan ook een verhoogde vraag naar zuurstofrijk bloed om de gevraagde inspanningen te kunnen leveren. Hierbij maakt het een verschil of iemand een slechte lichamelijke conditie heeft of juist een goede conditie. Bij een slechte lichamelijke conditie leidt een geringe inspanning al tot een hoge bloeddruk. Bij iemand met een goede lichamelijke conditie stijgt de bloeddruk pas wanneer er een forse lichamelijke prestatie wordt gevraagd. Daarom is een goede lichamelijke conditie van groot belang voor een gezonde bloeddruk. Na een periode van training stijgt de bloeddruk tijdens inspanning niet meteen tot grote hoogte. Het is gebleken dat een dagelijkse wandeling van 30 minuten leidt tot een aanzienlijke conditieverbetering en dat dit gepaard gaat met een mindere stijging van de bloeddruk. De conclusie mag dus zijn dat, als u regelmatig beweegt, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk kleiner wordt. Het is dus normaal dat tijdens inspanning de bloeddruk verhoogd is, maar dat ligt anders wanneer uw lichaam in rust is. Alle bloedvaten blijven dan onder een constant verhoogde druk staan wat dan op den duur leidt tot het ontstaan van afwijkingen aan de structuur van de vaten waardoor ze enorm stug worden en op hun beurt weer een bijdrage leveren aan het verhoogd blijven van de bloeddruk. We spreken niet van hypertensie bij een verhoogde bloeddruk tijdens inspanning. Om te bepalen of u hypertensie heeft, moet de bloeddruk absoluut in rust gemeten worden waarbij u zowel lichamelijk als geestelijk ontspannen moet zijn. Zorg er daarom voor dat u, als u naar de dokter gaat voor een bloeddrukcontrole, ruim op tijd bent en niet op het allerlaatste moment hijgend binnen komt hollen. Bij het meten van de bloeddruk worden altijd twee waarden genoteerd: de bovendruk (de systolische waarde) en de onderdruk (de diastolische waarde). De systolische waarde komt overeen met de kracht waarmee het hart het bloed de vaten in pompt en de diastolische waarde is een maat voor de druk in de bloedvaten op het moment dat het hart zich ontspant en weer vult met bloed (de rustdruk). Beide waarden kunnen verhoogd zijn. Vroeger werd wel gedacht dat alleen die rustdruk (onderdruk) belangrijk was; we weten nu echter dat verhoging van zowel de systolische als de diastolische druk, en ook van een van beide drukken afzonderlijk, kan leiden tot complicaties. Een verhoging van alleen de systolische bloeddruk geeft vooral complicaties in de grote bloedvaten. Een verhoging van de diastolische bloeddruk geeft meer problemen in de kleinere vaten.
3.4. Deelvraag 4. Wat kun je doen tegen een hoge bloeddruk? We spreken van hoge bloeddruk ("hypertensie") als de bovendruk gemiddeld 140 of hoger is en/of als de onderdruk gemiddeld 90 of hoger is. Voor ouderen boven de 60 jaar ligt de grens voor de bovendruk iets hoger. Er is sprake van hypertensie bij ouderen als de bovendruk bij herhaling hoger is dan 160. Hoge bloeddruk komt heel vaak voor. Ongeveer 1% van de Nederlandse mannen onder de 30 jaar heeft hoge bloeddruk. Dit percentage stijgt geleidelijk met de leeftijd en in de leeftijd tussen 50 en 59 jaar heeft al 16% van de mannen en 7% van de vrouwen een hoge bloeddruk. Hoge bloeddruk wordt vaak bij toeval ontdekt tijdens een medische keuring of doktersbezoek. Een hoge bloeddruk geeft over het algemeen geen aanleiding tot klachten (is dus "stilletjes aanwezig") maar verhoogt stiekem wel de kans op het ontstaan van hart- en vaatziekten. De oorzaak van hoge bloeddruk wordt bij de meeste mensen nooit gevonden. Bij slechts 5% van de mensen, en dan vooral bij ouderen, kan er een oorzaak worden gevonden, bijvoorbeeld een vernauwd bloedvat. Wanneer men lijdt aan een te hoge bloeddruk, is dit voor de rest van het leven. Hoge bloeddruk kan gecontroleerd worden, maar niet genezen. Zaak is om eerst de bloeddruk te doen dalen en daarna de goede bloeddruk te behouden. Door de bloeddruk onder controle te houden, vermindert men risico op hartaanval, hartfalen, nierstoornissen, hersenbloeding of herseninfarct. 3.4.1. Hoe kan de bloeddruk verlaagd worden? Hoge bloeddruk kan meestal niet genezen. Iemand met hoge bloeddruk kan wel veel doen om de bloeddruk onder controle te houden en het risico op complicaties, zoals hart- en vaatziekten, te verminderen. Het effect van de maatregelen om de bloeddruk te verlagen, hangt af van de hoogte van de bloeddruk. Hoe hoger de bloeddruk, hoe sterker het effect. Hieronder worden gemiddelden gegeven voor het effect van de verschillende maatregelen. Of iemand nu wel of geen bloeddrukverlagende medicijnen krijgt, bij iedere behandeling hoort ook het aanpassen van de leefstijl. Deze aanpassingen bestaan uit: - Afvallen voor mensen met overgewicht
Een daling van het lichaamsgewicht met één kilo leidt tot een daling van de bloeddruk van gemiddeld 1,6 mm Hg systolisch en 1,3 mm Hg diastolisch. Dat lijkt misschien weinig, maar vijf tot tien kilo afvallen, zorgt toch voor een flinke daling van de bloeddruk. De individuele reactie op het gewichtsverlies kan variëren, maar bij de meeste mensen leidt afvallen tot verlaging van de bloeddruk (zie voor afvallen hoofdstuk 'Overgewicht'). - Minder zout gebruiken
Minder zout verlaagt de bloeddruk met ongeveer 4 mm Hg systolisch en 1 à 2 mm Hg diastolisch. Sommige mensen zijn gevoeliger voor het bloeddrukverhogende effect van zout dan anderen. Die gevoeligheid is gedeeltelijk erfelijk bepaald. Ouderen zijn vaak gevoeliger dan jongeren. - Gezond eten
Een voeding met veel groenten en fruit, en vetarme zuivelproducten verlaagt de bloeddruk met gemiddeld 11 mm Hg systolisch en 5 mm Hg diastolisch. - Niet meer dan één à twee glaasjes alcohol per dag drinken
Het drinken van meer glaasjes alcohol per dag verhoogt de bloeddruk. - Meer lichaamsbeweging
Lichamelijke activiteit zorgt voor een bescheiden daling van de systolische bloeddruk met gemiddeld 6 mm Hg en van de diastolische bloeddruk met gemiddeld 5 mm Hg. Sommige bloeddrukverlagende medicijnen hebben als nadeel dat ze het inspanningsvermogen verminderen. - Stoppen met roken voor mensen die roken
Nicotine veroorzaakt een stijging van de bloeddruk, maar dit effect is tijdelijk. Toch is het sterk aan te bevelen om te stoppen met roken. Voor een roker met een matige verhoogde bloeddruk vermindert de kans op hart- en vaatziekten méér door te stoppen met roken dan door het gebruik van bloeddrukverlagende medicijnen. Daar komt nog bij dat roken het effect kan verminderen van sommige bloeddrukverlagende medicijnen, in het bijzonder van sommige bètablokkers. 3.5. Deelvraag 5. Hoe meet je je bloeddruk? De bloeddruk is de druk die het bloed uitoefent op de wanden van de middelgrote slagaders. Dichtbij het hart, in de slagaders, is het druk het grootst. Vandaar dat slagaders een dikkere en meer elastische wand dan de aders hebben. Om steeds dezelfde referentie te hebben is afgesproken om de bloeddruk steeds te meten in de slagader in de linkerarm ter hoogte van het hart. De bloeddruk wordt meestal opgegeven in mm kwikkolom. De meeste gebruikte bloeddrukmeting is die waarbij een manchet opgepompt wordt. De slagader in de linkerbovenarm wordt daardoor dichtgedrukt. De manchet is verbonden met een stethoscoop en een manometer. De druk in de manchet is hoger dan de systolische druk. Er stroomt een beetje bloed door de dichtgedrukte slagader als de druk in de manchet daalt tot onder de systolische druk. Dat kleine beetje bloed veroorzaakt wervelingen die als korotkoffgeluiden met de stethoscoop als klopjes hoorbaar zijn. Deze geluiden verdwijnen als de diastolische druk bereikt wordt. Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen waarom de gemeten bloeddruk afwijkt van de normale of echte druk van het bloed. De gewone bloeddruk kan door menselijke omstandigheden variëren. Deze fluctuaties kunnen een gevolg zijn van een grotere lichamelijke inspanning of doordat iemand zich ergens zenuwachtig over maakt. Er zijn ook effecten van de meetmethode. Tussen slagader en manchet zit bijvoorbeeld nog elastisch vetweefsel. Door de druk in de manchet snel te verminderen is het mogelijk een klop te laat af te lezen. Deze meetonnauwkeurigheid is relatief groter bij een langzame hartslag. Bovendien is bij snel leeglopen de druk bij de manometer iets hoger dan de druk in de manchet. Een arts meet de bloeddruk meestal bij de slagader van de linkerarm. In een manchet om de bovenarm wordt lucht gepompt. Hierdoor wordt de armslagader dichtgedrukt. De arts controleert met een stethoscoop of er geen bloed meer door de armslagader stroomt. Dan laat de arts de lucht uit de manchet langzaam ontsnappen. Op een gegeven moment is de druk in de manchet gedaald tot net onder de systolische bloeddruk. ( De systole is de fase waarin het hart samentrekt en bloed het hart uitpompt. De linkerkamer die onderaan het hart zit pompt zuurstofrijk bloed door de aorta naar het lichaam en de hersenen, de rechterkamer pompt tijdens de systole zuurstofarmbloed naar de longen, waarna dit zuurstofrijk terugkeert naar de linkerboezem die bloed weer naar de linkerkamer geleidt. Het is de tegenhanger van diastole).De armslagader wordt dan bij iedere systole van de hartkamers heel even opengedrukt en laat een klein beetje bloed door. Dit is met een stethoscoop als een stootsgewijs schavend geluid te horen: het vaatgeruis. De arts leest dan de bovendruk af. Vervolgens laat de arts meer lucht uit de manchet ontsnappen. Op een gegeven moment is de druk in de manchet kleiner geworden dan de diastolische bloeddruk.Vanaf dat moment stroomt het bloed continu door de armslagader en is met de stethoscoop geen vaatgeruis meer te horen. De arts leest dan de onderdruk.
4. Plan van aanpak 4.1 Onderzoeksvraag: Wat voor effect heeft cafeïne op je lichaam (met name op je bloeddruk/hartslag) 4.2 Hypothese Wij verwachten dat de bloeddruk gaat dalen en de hartslag gaat stijgen na de koffie gedronken te hebben. 4.3 Opzet en uitvoer van de proef : - bloeddrukmeter - 5 koppen koffie - enquêtes - pen - papier - telefoon (foto’s) We hadden 6 proefpersonen nodig die wilden deelnemen aan onze proef. Naast onze onderzoek hebben we ook een enquête opgesteld die we door de proefpersonen lieten beantwoorden. We hebben erop gelet dat de proefpersonen ongeveer van dezelfde leeftijd waren, zodat er niet grote afwijkingen zijn in de resultaten. natuurlijk 6 proefpersonen die ons mee willen helpen met onze experiment. Omdat spanning ook een rol kan spelen bij de verhoging van bloeddruk hebben we ze gevraagd om zo ontspannen mogelijk te zijn bij de experiment. Verder hebben we mensen van ongeveer dezelfde leeftijd als proefpersoon gebruikt. Dit omdat het ook een rol zou kunnen spelen bij de bloeddruk. We hebben een paar foto's gemaakt tijdens onze onderzoek ( bijlage 1). Voor de onderzoek hebben we van alle proefpersonen de bloeddruk en hartslag gemeten. 5 minuten hierna hebben 6 van de proefpersonen koffie gedronken en hebben we de onder- en bovendruk en de hartslag gemeten. Nadat ze het hebben gedronken, meten we vervolgens om de 5 minuten hun hartslag en de bloeddruk. Dit deden we na elke 5 minuten totdat we het 6 keer hadden 5. Resultaten van de onderzoek Proefpersoon 1 Proefpersoon 2 Proefpersoon 3
Tijd (min) Bovendruk (mm Hg) Onderdruk (mm Hg) Bovendruk (mm Hg) Onderdruk (mm Hg) Bovendruk ( mm Hg) Onderdruk (mm Hg) voor(0) 114 75 93 72 118 74
5 110 43 102 62 124 67
10 100 57 105 65 119 72
15 128 73 107 65 123 86
20 100 48 105 73 125 60
25 96 46 112 76 126 54
30 97 46 107 73 128 52
Tabel 1. Verband tussen de tijd en de bloeddruk
Proefpersoon 4 Proefpersoon 5 Proefpersoon 6

Tijd (min) Bovendruk (mm Hg) Onderdruk (mm Hg) Bovendruk (mm Hg) Onderdruk (mm Hg) Bovendruk ( mm Hg) Onderdruk (mm Hg) voor(0) 124 32 115 68 115 56
5 127 44 126 54 125 59
10 107 40 115 52 103 48
15 113 38 126 84 98 40
20 65 35 103 57 102 48
25 97 41 99 52 115 52
30 105 24 103 50 118 59
Tabel 2. vervolg Pr.1 Pr.2 Pr.3 Pr.4 Pr.5 Pr.6
Tijd (min) Hartslag
per min Hartslag per min Hartslag per min Hartslag per min Hartslag per min Hartslag per min
Voor 65 77 103 109 106 105
5 68 81 75 98 79 75
10 58 81 86 93 89 85
15 68 80 86 88 84 82
20 70 86 105 95 95 94
25 67 95 89 98 82 87
30 67 88 88 103 80 81
Tabel 3. Verband tussen tijd en de hartslag 6. Discussie Het effect van koffie op de bloeddruk is eind jaren tachtig en begin jaren negentig uitgebreid onderzocht. Daaruit bleek dat koffie door de stof cafeïne een tijdelijke, lichte stijging van de bloeddruk veroorzaakt. Waarschijnlijk heeft regelmatig drinken van koffie een beperkte tot geen invloed op de bloeddruk van gezonde mensen. Maar bij oudere mensen en bij mensen met een verhoogde bloeddruk, zou het innemen van meer dan 250 mg cafeïne per dag (ongeveer 2,5 kop koffie) een verhoging van de bloeddruk kunnen veroorzaken. Wat wij hebben gevonden klopt met de theorie. Wij hebben wel afwijkingen tussen de metingen. Dit kan liggen aan het meetapparatuur dat niet oneindig nauwkeurig is. Of aan de houding (hoogte) van de hand ten opzichte van het hart, de positie van het lichaam, het tussentijds bewegen en/of de spanning van de proefpersoon. Er is wel een stijging van de bloeddruk en de hartslag, maar natuurlijk is het verschillend per persoon. Bij de personen die vaak genoeg koffie drinken heeft het een niet al te grote effect gehad, omdat het lichaam er gewend aan is. Bij de personen die niet vaak cafeïne innemen is er een lichte stijging van het bloeddruk en hartslag. Daardoor is het niet helemaal duidelijk of cafeïne een grote invloed heeft op het bloeddruk en hartslag, dus op hart- en vaatziektes. Het heeft wel invloed op het lichaam waardoor je je alerter voelt en je gedrag verandert. Verslaving treedt nauwelijks op, evenals gewenning aan de stof, maar mensen die elke dag koffie drinken en bij het opstaan niet zonder kunnen, kunnen al bijna verslaafden worden genoemd. De verslaving is niet te vergelijken met hard drugs, want deze stoffen reageren veel heftiger in het lichaam. 7. Conclusie Het onderzoek naar de effecten van cafeïne heeft voor ons wel een resultaat geleverd. Bij de proefpersonen van ons onderzoek, zagen we dat de bloeddruk van de 6 personen steeg. Je zag wel een verandering in de bloeddruk voordat ze cafeïne in hun lichaam hadden en erna. Bij persoon 1 zag je na 15 minuten een stijging in de bloeddruk en de hartslag. Bij persoon 2 zag je na 25 minuten een stijging in de bloeddruk en de hartslag. Bij persoon 3 zag je na 20 minuten een stijging in de bloeddruk en de hartslag. Bij persoon 4 zag je al na 5 minuten een stijging in de onder- en de bovendruk. Maar de hartslag die daalde. Je zag een daling van de hartslag. Dat komt waarschijnlijk doordat hij regelmatig cafeïne inneemt. Bij persoon 5 zag je na 15 minuten een stijging in zowel de bloeddruk als de hartslag. En bij persoon 6 zie je na 5 minuten al een stijging in de boven- en onderdruk. En een daling van de hartslag. Alhoewel soms het verschil tussen de metingen voor en na het drinken nauwelijks waar te nemen is, zie je dat de bloeddruk stijgt nadat je cafeïne in heb genomen. Je ziet dat het niet meteen effect heeft, maar na een tijdje. We kunnen vaststellen dat de mensen die cafeïne in hun lichaam hebben gekregen een stijging vertoonden in de bloeddruk. In kleine doses verhoogt cafeïne de waakzaamheid en het concentratievermogen. Om die reden wordt cafeïne bij bepaalde sporten soms gebruikt om de prestatie te verbeteren. Cafeïne zorgt er voor dat we ons na een kop koffie beter kunnen concentreren en alerter zijn. De cafeïne heeft een licht stimulerend effect op het centraal zenuwstelsel. Dat is overdag een plezierig gevolg van koffie drinken, maar in de loop van de avond ervaren sommige mensen dat als hinderlijk. De een is daar wel gevoelig voor, de ander helemaal niet. Het stimulerende effect van cafeïne verdwijnt vanzelf weer. Maar als je er wél gevoelig voor bent, kan een kop koffie 's avonds soms voor slapeloosheid zorgen. Bloeddruk is het bloed in je lichaam dat door je hart wordt rondgepompt. Het afwisselend samentrekken en ontspannen van het hart zorgt voor een bepaalde druk in de bloedvaten. De bloeddruk bestaat uit een boven- en een onderdruk. De bovendruk is de druk in de bloedvaten tijdens het samentrekken van het hart. De onderdruk is de druk in de bloedvaten als het hart zich ontspant. De druk wordt meestal weergegeven in mm Hg ( millimeter kwikdruk). Een hoge bloeddruk, ook wel bekend als hypertensie. Daarbij kunnen zowel de bovendruk als de onderdruk verhoogd zijn. Ook wanneer alleen de systolische bloeddruk of de diastolische bloeddruk verhoogd is spreken we van hypertensie. Voordat de conclusie getrokken mag worden dat er sprake is van hypertensie moeten er meerdere metingen gedaan worden op verschillende tijdstippen van de dag over een periode van enkele weken. Daarbij is het van groot belang dat de patiënt echt in een rusttoestand verkeert en dat de bloeddruk dus niet gemeten wordt als de patiënt bijvoorbeeld net een kwartier tegen de wind in gefietst heeft. Ook mag er geen sprake zijn van grote emoties (blijdschap, stress) omdat die ook de bloeddruk tijdelijk kunnen verhogen. De enige manier om er achter te komen of je een hoge bloeddruk hebt, is door het te meten. Bloeddruk wordt gemeten met een sphygmomanometer. Een manchet wordt rond de arm gesnoerd en opgeblazen tot er geen bloed meer door de ader kan stromen. Dan wordt de lucht zachtjes uit de manchet gelaten. Met de stethoscoop kan de dokter horen vanaf welke druk (de boven- of systolische druk) het bloed begint te stromen tot wanneer hij niets meer hoort, het teken dat het bloed ongestoord door de ader vloeit (onder- of diastolische druk). Als de bloeddruk bij meerdere metingen verhoogd is, spreken we van hoge bloeddruk ( hypertensie). Daarbij kunnen zowel de bovendruk (systolische waarde) als de onderdruk (diastolische waarde) verhoogd zijn. Ook wanneer alleen de systolische bloeddruk of de diastolische bloeddruk verhoogd is spreken we van hypertensie. Voordat de conclusie getrokken mag worden dat er sprake is van hypertensie moeten er meerdere metingen gedaan worden op verschillende tijdstippen van de dag over een periode van enkele weken. Daarbij is het van groot belang dat de patiënt echt in een rusttoestand verkeert en dat de bloeddruk dus niet gemeten wordt als de patiënt bijvoorbeeld net een kwartier tegen de wind in gefietst heeft. Ook mag er geen sprake zijn van grote emoties (blijdschap, stress) omdat die ook de bloeddruk tijdelijk kunnen verhogen.
8. Bronnenlijst Boeken: 1. Wolffers, I (1996), Hart en bloeddruk
2. Cone, E.H, Kollaard. S (2002), Hoge bloeddruk
3. Werkman, Hans, Oost, Bart (1983), Het hart van de mens
4. Natuurkunde Overal
Eerste druk, derde oplage, 2002
P.G. Hogenbirk
J. Gravestijn
J. D. Jager
Th. J. A Timmers
K.W. Walstra
5. Biologie voor jou vwo B2 deel 3
Tweede druk
Gerard Smits en Ben Waas Internet: 1. http://www.scholieren.com/werkstukken/13833
2. http://www.egezondheid.be
3. http://www.spreekuurthuis.nl/themapag.html?thema=Hoge%20bloeddruk
4. http://www.farmalinks.nl/hogebloeddruk/ 5. http://www.voedingcentrum.nl
6. http://www.de.nl/DeKoffiewereld/Consumptie/Hoe+werkt+cafeine.htm

REACTIES

D.

D.

Volgens mij zit er wel 110mg cafeïne in een mok koffie...

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.