Natriumfosfaatoplossing en Koper(II)sulfaatoplossing en gips

Beoordeling 3.8
Foto van een scholier
  • Proef door een scholier
  • 4e klas vwo | 312 woorden
  • 29 mei 2003
  • 21 keer beoordeeld
Cijfer 3.8
21 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Maak kans op 50 euro Bol.com tegoed 💜

Scholieren.com wil weten hoe school écht is voor jou. Vul de vragenlijst in (7 - 10 min) en laat weten wat er beter kan. Wij luisteren — en je maakt kans op 50 euro 💶

Doe mee
Taak 2, proeven 2, 5, 8b en 7

Natriumfosfaatoplossing en Koper(II)sulfaatoplossing in één reageerbuis
Toen ik bij het filtraat van koper(II)sulfaatoplossing en natriumfosfaatoplossing wat koper(II)sulfaatoplossing toevoegde, kreeg de vloeistof in de reageerbuis een blauwachtige kleur. De vloeistof was niet troebel, al zat het er wel heel dicht tegenaan. Ook was er geen neerslag gevormd.
Toen ik bij het andere deel van het filtraat van koper(II)sulfaatoplossing en natriumfosfaatoplossing wat natriumfosfaatoplossing toevoegde, werd de vloeistof doorzichtig en kreeg dus geen kleur. De vloeistof was helder en er was geen neerslag te zien in de reageerbuis.

Filtraat van koper(II)sulfaatoplossing en natriumfosfaatoplossing + koper(II)sulfaatoplossing  blauwe kleur, helder en geen neerslag.
Filtraat van koper(II)sulfaatoplossing en natriumfosfaatoplossing + natriumfosfaatoplossing  doorzichtige ‘kleur’, helder en geen neerslag.

Het toevoegen van water bij gips
Nadat ik de eerste keer water bij het gips had gedaan, was het gips gewoon hard geworden. Toen ik daarna het gips had fijngestampt en opnieuw water had toegevoegd, werd het gips niet meer echt hard. Het was een beetje ‘modderig’ en het viel in stukken uiteen en het was nog nat. Maar het was wel een beetje hard geworden.

Dus kennelijk hoe vaker je gips ‘opnieuw gebruikt’ om hard te laten worden, hoe slechter dat zal lukken. Want waarschijnlijk, als ik het gips nog een keer had fijngemaakt en nog een keer water had toegevoegd en nog een keer hard had laten worden, was het gips nog modderiger, zachter en natter geweest. En die keren daarna nog meer.

Het gips bij het eerste keer het water heeft opgenomen, is dus gehydrateerd. Daarom is het gehydrateerd calciumsulfaat geworden:

Doordat het calciumsulfaat dus vrijwel geheel gehydrateerd is, kan er niet veel water meer worden opgenomen. Daarom is het gips zachter en natter. Elke calsiumsulfaatmolecuul heeft al twee watermoleculen om zich heen en daarom kunnen er niet nog meer watermoleculen bij.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.