Inleiding
In dit experiment gaan we uitzoeken wat er gebeurt als we bepaalde stoffen in een andere stof gaan oplossen. We kijken dan naar of doorzichtig is of niet, of de stof in de andere stof oplost en naar de kleur van de stof. Dit alles heeft te maken of het mengsel een oplossing, een suspensie of een emulsie is.
Onderzoeksvraag
Wat zijn oplossingen, suspensies en emulsies?
Hypothese
Omdat er bij dit experiment geen veronderstelling was waarvan wij moesten nagaan of die juist was of niet, hadden we wat dat betreft niet echt een verwachting.
Wel konden we van een paar dingen het resultaat al voorspellen. Zoals bij bijvoorbeeld het oplossen van keukenzout en glucose in water, omdat dit bij het koken en thee drinken vaker voorkomt. We verwachtten ook dat soda goed zou oplossen in water, omdat je bijvoorbeeld als je een ontstoken teen hebt, je je teen in een bad van water en (opgeloste) soda moet stoppen.
Ook was het te verwachten dat water en alcohol goed zouden mengen, omdat er in bijvoorbeeld bier en wijn ook water zit. En dat water en wasbenzine niet zouden mengen, en dat er een twee-lagen systeem zou ontstaan, omdat je dat wel een ziet als er olie of benzine op een rivier drijft.
Werkwijze
Benodigdheden:
• 11 reageerbuisjes
• 3 bekerglazen met;
o Alcohol
o Wasbenzine
o Slaolie
• Reageerbuishouder
• Spatel
• Rubber stopje
• Spuitfles met water
• Citroenzuur
• Calciumcarbonaat (krijt)
• Glucose (druivensuiker)
• Natriumchloride (keukenzout)
• Ammoniumchloride (salmiak)
• Jood
• Natriumcarbonaat (soda)
Werkwijze:
1. Doe een spatelpuntje van; citroenzuur, calciumcarbonaat, glucose, natriumchloride, ammoniumchloride, jood of natriumcarbonaat in een reageerbuis en spuit er vervolgens water bij tot de buis voor een kwart gevuld is.
2. Doe voorzichtig een rubber stopje op de buis, zodat de stoffen er niet uitgaan.
3. Schud de buis met een krachtige polsbeweging en neem zorgvuldig waar wat er gebeurt.
4. Doe hetzelfde als hierboven is aangegeven voor de stoffen calciumcarbonaat en jood, maar deze keer met wasbenzine in plaats van water
5. Vul 3 reageerbuisjes met water en doe er dan een gelijke hoeveelheid; alcohol, wasbenzine of slaolie bij. In de 4de reageerbuis doe je wasbenzine en slaolie. Er mag maximaal 1de deel van de buis gevuld zijn met vloeistof.
6. Doe voorzichtig een rubber stopje op, zodat de stoffen er niet uitgaan.
7. Schud voorzichtig met een krachtige polsbeweging.
8. Laat de buis nu enige tijd staan en neem zorgvuldig waar wat er gebeurt.
Reproduceerbaar?:
Deze proef is zeker reproduceerbaar. In plaats van de stoffen die wij hebben gebruikt, zou je ook andere stoffen kunnen oplossen in water of wasbenzine en kijken wat er gebeurt.
Resultaten
Stof in water Kleur Troebel / doorzichtig Oplosbaarheid Waarnemingen
Citroenzuur
Kleurloos Doorzichtig Lost goed op → Oplossing
576 – 771 g/L Je ziet nog kleine deeltjes zweven
Calciumcarbonaat (krijt)
Wit Ondoorzichtig Geen moleculaire verdeling van de componenten
→ Suspensie Krijt zakt naar beneden → uitzakken
Glucose (druivensuiker)
Kleurloos Doorzichtig Lost goed op → Oplossing
470 g/L Kleine deeltjes zweven rond
Natriumchloride (keukenzout)
Kleurloos Doorzichtig Lost goed op → Oplossing
360 g/L Je ziet nog kleine deeltjes zweven
Ammoniumchloride (salmiak)
Kleurloos Doorzichtig Lost goed op → Oplossing
393 g/L Je ziet iets grotere deeltjes dan bij de rest
Jood
Kleurloos, zwarte stukjes onderin Doorzichtig, met onweersachtige stukjes onderin Niet oplosbaar Water wordt ietsjes donkerder
Natriumcarbonaat (soda)
Kleurloos Ondoorzichtig Lost goed op → Oplossing
300 g/L Je ziet kleine deeltjes rond zweven
Stof in wasbenzine Kleur Troebel / doorzichtig Oplosbaarheid Waarnemingen
Jood In het begin bovenin licht roze, onderin paars – Na schudden overal paars Doorzichtig Helemaal opgelost – snel opgelost
→ Oplossing Geen stukjes meer zichtbaar
Calciumcarbonaat (krijt) Wit Troebel Geen moleculaire verdeling van de componenten → Suspensie Krijt zakt naar beneden → uitzakken
Blijft aan glas kleven
Mengesels: Kleur Troebel / doorzichtig Oplosbaarheid Waarnemingen
Water + alcohol Kleurloos, Doorzichtig, Lost goed op → Oplossing Kleine belletjes – net als wijn & bier mengt het goed
Water + wasbenzine Kleurloos, Doorzichtig 2-lagen (wasbenzine boven, water onder) meniscus duidelijk→ Emulsie Water is ietsjes dichter geworden. Als je schud trekken de bubbels naar het midden
Water + slaolie Water –kleurloos, Slaolie –gelig, Doorzichtig 2-lagen (slaolie boven, water onder) Meniscus duidelijk → Emulsie Restjes blijven aan glas kleven, geen bubbels
Wasbenzine + slaolie Gelig, Doorzichtig, Lost goed op → Oplossing Soort van golfjes net als in limonade
Conclusie
Na het doen van het experiment blijkt dat de dingen die we verwachtte te zien ook echt gebeurde. Het enige dat ons verbaasde was dat het water en de alcohol pas goed mengde na heel goed schudden. De verschijnselen tijdens het practicum waren niet onverwacht, bijvoorbeeld dat van suiker dat oplost in thee. De hypothese die we hebben klopte met wat we uitgevonden hebben met het practicum. We weten nu wanneer een stof een oplossing, suspensie of emulsie is. Een oplossing is doorzichtig, de moleculen zijn gelijkmatig verdeeld over de vloeistof. In een suspensie is de vloeistof troebel. Dat was het geval bij krijt en water. Er was een ondoorzichtig wit mengsel. De fijne vaste stofdeeltjes zweefden rond in het water.
Bij een emulsie kreeg je een tweelagensysteem, zoals bij het water & slaolie, en het was ondoorzichtig
Discussie / Evaluatie
Eigenlijk ging alles goed tijdens het experiment. Omdat Jeroen al een proefverslag had gemaakt konden we effectief te werk gaan en daardoor kostte het weinig tijd. Het enige dat iets minder ging was dat alles best snel moest gebeuren, terwijl er best veel gedaan moest worden, zeker tijdens de eerste les. Ook was het allebei de keren aan het begin van het experiment ontzettend druk bij de tafel met materialen, zodat het een tijdje duurde voordat we konden beginnen.
Verslag
Waarnemingen bij onderdeel 1:
De volgende stoffen leverden een helder mengsel op, nadat ze met water werden gemengd: Citroenzuur, Druivensuiker en Zout.
De ontstane oplossingen waren allemaal doorzichtig.
De volgende stoffen leverden een troebel mengsel op, nadat ze met water werden gemengd: Krijt en Jood.
De mengsels van deze stoffen met water waren direct na het schudden wel doorzichtig.
Waarnemingen bij onderdeel 2:
Een van de stoffen leverde een troebel mengsel op, namelijk: Krijt.
Het ontstane mengsel was direct na het schudden ondoorzichtig. De stoffen (Kamfer) en Jood leverden een helder mengsel op, nadat ze werden gemengd met wasbenzine. De ontstane oplossingen waren beide doorzichtig. Het mengsel van Jood met wasbenzine had een paarse kleur. Het mengsel van Kamfer met wasbenzine was kleurloos.
Waarnemingen bij onderdeel 3:
De volgende combinaties van vloeistoffen leverden een helder mengsel op: water+alcohol en slaolie+wasbenzine. De gevormde vloeistof mengsels waren beide doorzichtig. De volgende combinaties leverden aanvankelijk geen helder mengsel op: water+wasbenzine en alcohol+slaolie. Direct na het schudden was er sprake van een heldere vloeistof, enige tijd later vormden zich in beide gevallen twee aparte vloeistof lagen die op elkaar dreven.
Conclusies bij onderdeel 1:
De volgende stoffen losten op in water: alles behalve Jood en Kamfer.
Conclusies bij onderdeel 2:
De volgende stoffen losten op in wasbenzine: Jood en Kamfer. Niet alle stoffen zijn oplosbaar in, of mengbaar met water. Stoffen die niet oplossen in water lossen soms wel op in een andere vloeistof, bijvoorbeeld wasbenzine.
Conclusies bij onderdeel 3:
De volgende combinaties van vloeistoffen waren mengbaar: water+wasbenzine en wasbenzine+slaolie. De volgende combinaties van vloeistoffen waren niet mengbaar: water+alcohol en water+slaolie. Oplossingen zijn altijd doorzichtig.
REACTIES
1 seconde geleden