Steenkool

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • Klas onbekend | 1496 woorden
  • 23 april 2007
  • 83 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
83 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Een stukje geschiedenis

- Hoe ontstaat Steenkool
Waar nu steenkool te vinden is, groeiden heel lang geleden bomen, varens, struiken, enz. zeer dicht op elkaar. Aardbevingen hebben deze de plantengroei laten verdwijnen. Bomen, varens, enz. werden bedekt met zand, modder en rotsen. Met verloop van tijd is dit meerdere malen gebeurd. De bomen en planten waren begraven op diepten van 400 à 4000 meter. Door de grote druk van de grond en de hevige warmte ui t de ondergrond, verrotten deze plantenmassa’s langzaam. Stilaan werden kolen gevormd. Dit proces doorloopt een periode van miljoenen jaren.
De geologische geschiedenis van de aarde is in verschillende tijdperken verdeeld. Een van deze tijdperken wordt steenkooltijdperk of Carboon genoemd. De in Zuid-Limburg voorkomende steenkool is in het steenkooltijdperk gevormd.
Algemeen wordt aangenomen dat steenkool is ontstaan uit plantenresten. In het dak, alsook in de vloer van een koollaag worden plantenafdrukken gevonden. De volgende foto's tonen een reeks fossielen van Carboonplanten op de volgende bladzijde.

In het tijdperk waarin onze steenkool is gevormd, lag Zuid-Limburg, dat aan voortdurende daling onderhevig was, gelijk met of even boven de zeespiegel. Door voortdurende aanvoer van zoetwater door de rivieren ontstond een zoetwater-moeras.
Op de vochtige vlakte ontwikkelde zich een weelderige plantengroei, mede beïnvloed door het toen heersende klimaat. Bomen en planten stierven af en zakten in het moeras weg. Nieuwe planten schoten op en stierven weer af. Uiteindelijk vormde zich een steeds dikker wordende laag plantenresten, die onder de waterspiegel verdween. Hoe dik de laag plantenresten werd hing af van de tijdsduur waarover de plantengroei zich kon handhaven. Er zijn lagen plantenresten gevormd van enkele meters dikte tot zestig meter en meer.
- De betekenis van de aanwezigheid van steenkool voor Zuid-Limburg
De steenkoolwinning in Nederland vond plaats in twee regio's: de Oostelijke Mijnstreek en de Westelijke Mijnstreek. Vanaf de 13e eeuw werd steenkool gedolven in de omgeving van het dal van de Worm nabij Rolduc. Bij octrooi van Maria Theresia ontving de Abdij Rolduc op 2 januari 1723 het recht tot het exploiteren van de steenkoolmijnen in het gebied van Kerkrade. Bij wet van 24 juni 1901 werd beschikt dat in Zuid-Limburg van Staatwege kolenmijnen zouden worden ontgonnen. Naast de particuliere mijnen ontstonden zo de mijnen Wilhelmina (Terwinselen-Kerkrade, 1909), Emma (Hoensbroek-Heerlen, 1918), Hendrik (Rumpen-Brunssum, 1918), Maurits (Geleen-Lutterade, 1927). Onder het Kabinet-Den Uyl is aan deze steenkoolonginning door de staat een einde gekomen. De staatsmijn Beatrix (Vlodrop) is daardoor nooit tot exploitatie gekomen Het chemische bedrijf DSM (Dutch State Mines) is voortgekomen uit deze voormalige Staatsmijnen.
Arbeidsomstandigheden

- Hoe wordt steenkool gedolven

Door het bouwen van steenkool mijnen en het delven van steenkool.
De steenkool werd vroeger losgehakt met een hamer en sikkel, 30 jaar later werd het losgehakt met een boor en nu word het losgehakt met een trilhamer.
- Bouw van een mijn
Op ongeveer 700 à 800 meter diep ligt hier in de steenkool. Om daar te werken bouwde men mijnschachten. Hierin is een lift aanwezig waardoor de mijnwerkers naar boven en naar beneden werden gebracht. Ook het gewonnen steenkool werd hiermee naar boven gebracht. De lift bestaat uit allerlei kooien onder elkaar. Hier konden telkens 16 personen plaats nemen. Beneden moeten de mijnwerkers door verschillende gangen naar de trein gaan. Treinen gebruikten mazout (soort olie), perslucht of elektriciteit als energiebron. Deze trein brengt hen naar de werkplaats. Om de ondergrondse mijn te ondersteunen gebruikt men houten of metalen stutten. In de grond is het gesteente niet stabiel: het beweegt nog steeds. Door dit zwakke gesteente zijn het instortingsgevaar en de kans verzakkingen zeer groot. Men moet dus steeds de gangen opnieuw ondersteunen, waardoor men veel onderhoudskosten heeft.
- verse lucht in de mijn
Er zijn steeds 2 verticale schachten waardoor de mijnwerkers afdalen, maar ze dienen ook als verluchting. Er is een natuurlijke luchtstroom in de ondergrondse mijn omdat de 2 hoofdgangen met elkaar verbonden zijn.
De verse lucht wordt binnengezogen via ventilators die ze ook rondsturen in de mijn. Op sommige plaatsen zijn sassen om de wind via een werkplaats te leiden. De vuile en verbruikte lucht gaat weer naar buiten.
- werken in de mijn
Beneden in de mijn was het verschrikkelijk warm. Hoe dieper de mijnwerkers afdaalden, hoe warmer het werd. Er waren ook dieren in de mijn. Muizen, ratten en krekels zochten een rustplaats tussen het hout. Dit hout werd in de mijn naar beneden gelaten en diende als stuthout. De dieren kregen een gratis lift naar de ondergrond, maar geraakten moeilijk terug boven. Op de werkplaats zelf staan allerlei machines die aanhoudend een hels lawaai maken. Deze machines ( zoals een trilhamer ) zijn nodig om de steenkool los te maken. De ontgonnen steenkool worden in karretjes gedaan die met de trein vervoerd werden. De trein reedt op één spoor, dit diende zowel voor vooruit als voor achteruit. Het werd gestuurd vanuit een controlepost. Om de karretjes te verplaatsen had men een signalisatie ontwikkeld:
- wanneer men moest trekken in de richting van de schacht: belde men 2x - wanneer het karretje moest stoppen: belde men 1x - mocht het karretje verder rijden: belde men terug 2x - wanneer het karretje naar de andere kant moest rijden: belde men 4 maal
Ook voor de lift werd dezelfde code gebruikt:
- mocht de lift naar boven: 2x - stopte de lift: 1x - mocht de lift naar beneden: 4x
In alle mijnen gebruikte men dezelfde signalisatie.
Energiebron

- Wat wordt met steenkool gedaan

Tot de jaren '60 van de 20e eeuw werden veel huizen in Nederland en België met kolenkachels verwarmd. De kolen werden in zakken aangevoerd (ze werden per mud afgerekend) en in de kolenhokken en -kelders gestort, waaruit ze in een kolenkit werden geschept om ze te gebruiken. De opkomst van het aardgas heeft de kolenkit uit de huiskamers doen verdwijnen.
Bij opwekking van energie in een kolencentrale wordt veelal steenkool gebruikt. Daarnaast wordt steenkool gebruikt voor de productie van kooks en als reductiemiddel in hoogovens (injectiekolen).
- Welke grondstoffen zijn er
Sommige grondstoffen komen uit de grond en worden op gegraven.
- aardolie - steenkool - zand - arduin - marmer - diamant
Een vindplaats van delfstoffen boven de grond noemen we een groeve Een vindplaats van delfstoffen onder de grond noemen we een mijn.
- Soorten steenkool
De van de lucht afgesloten laag plantenresten is na zeer lange tijd, onder toename van temperatuur en druk, uiteindelijk steenkool geworden. Planten bestaan voornamelijk uit: koolstof - waterstof - zuurstof - stikstof. Het proces dat inkoling wordt genoemd doet veen via bruinkool, en steenkool in anthraciet overgaan.
Je denkt zeker wat bedoeld hij met mijn opa
Hij heeft 40 jaar in de mijnen gewerkt en weet hier fantastisch over te vertellen.
Ik ben een hele avond van 6 tot 8 uur bij mijn opa geweest en hij heeft me heel veel verteld over de mijnen en hoe het daar in zijn werk ging
Hij heeft me veel verteld en daar heb veel informatie van gekregen.
Mijn opa praat er graag over maar vindt dat de jeugd van tegenwoordig er niet echt in geïnteresseerd is maar als je hem hoort vertellen weet je dat het heel vuil en zwaar werk is geweest. Ook liepen de mijnwerkers grote risico’s omdat het ook gevaarlijk en ongezond werk was. Mijn opa heeft ook vele gezondheidskwalen van de mijn over gehouden, zo moet hij bv. altijd zuurstof gebruiken omdat hij van het werken in de mij stoflongen heeft overgehouden.
Hoe wordt er elektriciteit van gemaakt?

Energie zit in de steenkool, het bestaat echter in de vorm van chemische bindingen die gevormd worden tijdens de verstening ervan. Om de energie uit de steenkool te halen wordt er warmte toegevoegd als activeringsenergie. De energie die is opgeslagen in de steenkool kan vergeleken worden met de energie die is opgeslagen in een uitgerekt stuk elastiek. Er is duidelijk energie opgeslagen in het uitgerekte elastiek, maar het komt niet vrij. De activeringsenergie voor het elastiek is bijvoorbeeld een mes dat de rand afsnijdt. Het doorsnijden van het elastiek maakt de energie vrij die erin opgeslagen was. Warmte is het mes dat de chemische bindingen in de steenkool doorsnijdt en daarmee de opgeslagen energie vrijmaakt. De energie die vrijkomt uit steenkool bestaat uit warmte.

De warmte die wordt vrijgemaakt uit de steenkool wordt overgedragen aan water, waardoor dit gaat koken. De energie van het kokende water veroorzaakt stoom. De energie zit in stoom in de vorm van grote druk. De druk in de stoom wordt gedwongen om de turbine van een dynamo te laten draaien. De turbine brengt de energie over van de stoomdruk naar een draaiende beweging. De draaiende beweging van de turbine wordt gebruikt om een dynamo te laten draaien, welke op zijn beurt elektriciteit opwekt.

Dit proces van het omzetten van energie is eenvoudig in gebruik en wordt gebruikt om vele verschillende soorten energie op te wekken. De basismethode van het verhitten van water om stoom onder hoge druk te verkrijgen dat op zijn beurt een turbine laat draaien wordt gebruikt bij vele vormen van energieopwekking. De enige factor die verschilt is de warmtebron, welke varieert van olie tot kernsplitsing.

REACTIES

L.

L.

ik vindt dit goede info voor mijn werkstuk delfstoffen

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.