Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Prijsontwikkeling van melk

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • Klas onbekend | 1901 woorden
  • 15 april 2008
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 7
19 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Prijsontwikkeling van melk

Melk is een vloeistof die wordt geproduceerd door vrouwelijke zoogdieren die een nakomeling hebben gebaard. Melk bestaat uit vetten, eiwitten, lactose en zouten. De melk die mensen produceren heet moedermelk, maar voor de productie van melk voor de voedingsindustrie op grote schaal wordt meestal koemelk gebruikt. Op kleinere schaal worden geitenmelk en schapenmelk gebruikt. In enkele andere landen wordt ook paardenmelk geproduceerd.

Iedereen drinkt melk, behalve de mensen die er allergisch voor zijn. De een drinkt het koud, de ander warm , de ander met koffie of chocoladepoeder, en men gebruikt het uiteraard om bepaalde producten te maken, hierbij denken we aan yoghurt, vla etc.

Zo heeft iedereen melk nodig en is het daarom een belangrijk product voor ons. Toch zijn er bepaalde momenten waarin melk duurder is dan andere momenten.

Er kunnen verschillende factoren zijn die deze bovengenoemde momenten bepalen ,als we kijken naar de oorzaken van de veranderingen in de prijs van de afgelopen vijf jaar zien we dat veel factoren een rol spelen. In eerste instantie is de melkprijs veranderd door de prijzenoorlog. Er zijn veel aanbieders en iedereen wilt zijn product zo goedkoop mogelijk aanbieden. Los van de prijzenoorlog is er ook veel concurrentie bijgekomen voor de melkindustrie. Er is veel concurrentie vanuit het buitenland: zij bieden hun product goedkoper aan doordat zij lagere loonkosten en goedkopere middelen hebben. Maar daarnaast zijn er in de afgelopen jaren veel nieuwe soorten zuivelproducten op de markt gekomen, zoals bijvoorbeeld yoghurt-dranken van Danone.

Wat ook een rol speelt waarom mensen minder melk gaan drinken zijn de gezondheidsredenen. De afgelopen jaren zijn er vaak nieuwsberichten geweest die vertelden dat melk niet gezond zou zijn, melk zou verschillende aandoeningen kunnen veroorzaken:
- Osteoporose: De Harvard Nurses Health Study toonde aan dat melk niet beschermt tegen beenderbreuken. Integendeel, mensen die 3 glazen melk per dag dronken zouden meer breuken hebben dan degenen die zelden of geen melk dronken. In landen waar zuivelproducten weinig worden gebruikt is er zelfs minder osteoporose dan in de Westerse landen.
- Cardiovasculaire ziektes: Veel zuivelproducten bevatten bepaalde hoeveelheden verzadigd vet en cholesterol, deze dragen bij tot cardiovasculaire ziekten en zelfs sommige vormen van kanker.
- Spijsverteringsproblemen: Melk bevat van nature lactose( dat is melksuiker). Veel mensen kunnen deze lactose niet verteren omdat ze het enzym lactose niet meer produceren. De onverteerde lactose veroorzaakt diarree en flatulentie.

Ook door de automatisering van tegenwoordig wordt alles goedkoper, door de automatisering gaan de loonkosten per product omlaag en daarmee dus ook de melkprijs. Wat natuurlijk ook een factor kan zijn bij de prijsontwikkeling is overproductie. Als er sprake is van overproductie moeten ze namelijk de prijzen verlagen om alles ‘’kwijt te raken’’. Een aantal jaren geleden was er sprake van een overproductie, dit was het gevolg van de specialisatie in de melkveehouderij , waarbij het aantal liter per koe en het aantal koeien per bedrijf toenamen. Hierdoor moest de Europese Unie maatregelen nemen. De maximaal toegelaten productiehoeveelheid voor elke melkveehouder werd vastgesteld. Bovendien beslisten de Europese regeringsleiders vier jaar geleden dat de melk en interventieprijzen over een periode van drie jaar met 15% moesten dalen. Dit verklaarde dus ook de daling van de melkprijs.

In de onderstaande grafiek is te zien dat melk in 2003 niet zo sterk in prijs is gestegen, in de jaren hiervoor was namelijk sprake van een flinke stijging van de prijs. Eind 2003 begonnen de prijzen te dalen en in 2004 behaalde de prijzen wel -5%, de reden hiervan was de supermarktenoorlog. In 2005 steeg de prijs met ongeveer 2%, het jaar daarop daalden de prijzen weer en midden 2007 begonnen de prijzen van melk weer flink te stijgen. Melk was sinds de melkprijsoorlog in 2002 niet meer zo flink in prijs gestegen.

Grafiek die de prijsontwikkeling weergeeft

<afbeelding ontbreekt>

De vraag en het aanbod kunnen veel invloed hebben op de melkprijs. Zo zijn er verschillende redenen voor het verschuiven van zowel de vraaglijn als de aanbodlijn. Het kan het zijn dat de vraaglijn verschuift doordat het aantal vragers verandert, of de prijzen van andere goederen veranderen: thee wordt goedkoper , dus mensen gaan tijdens het ontbijt i.p.v (koffie met) melk, thee drinken. Ook kan het een reden zijn dat het inkomen van de consumenten veranderd: de consumenten gaan meer of juist minder geld verdienen. Tot slot zijn de behoeften en de voorkeuren een reden voor het verschuiven van de vraaglijn. De aanbodlijn kan verschuiven doordat de productiekosten van het product veranderen of door de verandering van het aantal aanbieders.

Als we kijken naar de bovengenoemde redenen voor verschuivingen van de lijnen, zien we dat het overeenkomt met een verschuiving van de aanbodlijn, namelijk doordat de productiekosten van melk veranderden door de tegenwoordige automatisering, dalen de loonkosten per product en daarmee de melkprijs. Bij elke prijs zal het aanbod groter zijn, dus dan verschuift de aanbodlijn naar rechts.

Er zijn veel aanbieders van melk en elke aanbieder wilt natuurlijk zijn product zo goedkoop mogelijk aanbieden, hierdoor ontstond er een prijzenoorlog. Ook is er veel concurrentie bijgekomen in de melkindustrie. En niet te vergeten is er veel concurrentie vanuit het buitenland. Dit zijn allemaal voorbeelden van de verschuiving van de aanbodlijn, door de verandering van het aantal aanbieders. Doordat het aantal aanbieders op de markt van melk toeneemt zal bij elke prijs meer worden aangeboden. Ook hier verschuift de aanbodlijn naar rechts.

Een (prijs)vraaglijn is in het algemeen dalend en er geldt: hoe lager de prijs, hoe groter de gevraagde hoeveelheid. En hoe hoger de prijs, hoe lager de gevraagde hoeveelheid. Zodra een van de factoren (inkomen, behoefte, prijs, aantal vragers) verandert, verschuift de vraaglijn naar links of rechts.

Bijvoorbeeld: als het inkomen stijgt, dan verschuift de lijn naar rechts (zie grafiek).
<afbeelding ontbreekt>

Voordat een melkaanbieder zich op de markt vestigt, maakt hij eerst een break-evenanalyse. In zo’n analyse worden de verwachte opbrengsten en kosten van melk tegenover elkaar gezet. Vervolgens wordt er gekeken of de opbrengsten groot genoeg zijn om de kosten te dekken. Als de opbrengsten precies gedekt zijn aan de kosten, maakt de aanbieder geen winst maar ook geen verlies, de kosten zijn dus precies gedekt. De afzet waarbij dit het geval is wordt de break-evenafzet genoemd. De bijhorende omzet noem je de break-evenomzet. Als de opbrengsten groter zijn dan de kosten wordt er winst gemaakt. En als de opbrengsten kleiner zijn dan de kosten, dan lijdt de aanbieder verlies.

Alle aanbieders hebben constante kosten (ook wel vaste kosten genoemd) en variabele kosten. Constante kosten zijn kosten die niet afhangen van de productieomvang, deze kosten heeft een aanbieder dus sowieso, ook al produceert of verkoopt hij niks. Variabele kosten zijn kosten die wel afhangen van de productieomvang. Als er meer wordt geproduceerd, stijgen de variabele kosten.


Een voorbeeld van constante kosten zijn de afschrijvingskosten: bij het produceren van melk maakt een bedrijf tegenwoordig veel gebruik van machines(automatisering), deze gaan jaren mee en de kosten van zo’n machine worden verdeeld over de hele levensduur van de machine. De machinekosten heb je sowieso, afgezien van de productieomvang en daarom zijn het constante kosten. Als de productieomvang groter wordt, dalen de (constante) kosten per geproduceerde hoeveelheid melk. Dat betekend dat constante kosten invloed hebben op de melkprijs omdat het in dit geval om automatisering gaat en hierdoor is het makkelijker om grote hoeveelheden melk te produceren en zo daalt de melkprijs.

Een voorbeeld van variabele kosten zijn de grondstofkosten: hoe meer melk er geproduceerd wordt des te meer grondstoffen er nodig zijn. De grondstofkosten zijn dus variabel. De totale variabele kosten veranderen afhankelijk van de productieomvang, maar per geproduceerde hoeveelheid blijft het bedrag – bij evenredige variabele kosten – gelijk.

De marktvorm van melk is de volkomen concurrentie(=volledige mededinging). Een aantal kenmerken: er zijn veel vragers en aanbieders, melk is een homogeen goed d.w.z dat het voor de consument niet uitmaakt van welke aanbieder melk afkomstig is: in de ogen van de consument is melk identiek. Toch zijn zuivere homogene producten nauwelijks te vinden want overal kun je kwaliteitsverschillen ontdekken. Voorbeelden van de kwaliteitsverschillen zijn: de verpakking, service, voorkeur etc.

De markt met volkomen concurrentie komt in de praktijk nauwelijks voor. Dit komt doordat er alleen sprake is van volkomen concurrentie als de individuele aanbieder geen enkele invloed heeft op de prijs: de prijs is voor de individuele aanbieder dus gegeven. In de praktijk zijn er op bijna alle markten wel 1 of enkele grote aanbieders die wel invloed hebben op de prijs. Het enige wat de aanbieder kan doen is zijn hoeveelheid aanpassen. Bij de gegeven martkprijs kan hijzelf bepalen hoeveel melk hij aanbiedt, hij past dus de aangeboden hoeveelheid aan, aan de prijs. De prijs komt dus tot stand door vraag en aanbod.

Stel dat bij een prijs van € 0.50 de gevraagde hoeveelheid van melk groter is dan de aangeboden hoeveelheid, dan spreken we van een vraagoverschot. In zo’n situatie zal de prijs gaan stijgen. Omdat de prijs stijgt neemt de gevraagde hoeveelheid van melk af, maar tegelijkertijd neemt de aangeboden hoeveelheid melk toe. Dit proces zal dan stoppen bij een prijs van laten we zeggen € 0.70 , hierbij zijn de gevraagde hoeveelheid melk en de aangeboden hoeveelheid melk aan elkaar gelijk. De prijs van € 0.70 noemen we dan de evenwichtsprijs. Dit proces noemen we marktmechanisme.

In de markt met volkomen concurrentie heeft reclame eigenlijk geen zin.
Maar toch zien we tegenwoordig op de televisie veel reclames van Campina. Dit is het marketinginstrument promotiebeleid. Dit beleid is erop gericht om de aandacht van potentiële afnemers te brengen.

Een voorbeeld van promotiebeleid
<afbeelding ontbreekt>

De prijs van melk zal nooit heel erg duur worden, want als het martkmechanisme vrij zijn werk kan doen, komt er uiteindelijk evenwicht tot stand. Op zo’n markt met volledige mededinging zijn dan geen overschotten of tekorten: er ontstaat een evenwichtsprijs waarbij de hoeveelheid die de melkaanbieders willen verkopen precies gelijk is aan de hoeveelheid melk die de vragers willen kopen.

Een andere reden dat melk nooit erg duur zal worden is dat er veel melkaanbieders zijn, maar geen enkele partij heeft de macht op de melkmarkt en kan die macht dus ook niet misbruiken. Elke aanbieder wil het meeste winst maken en zal zijn prijzen dus ook niet verhogen maar juist verlagen en de rest volgt vanzelf.


Ook kan de overheid maximumprijzen stellen, om de consument te beschermen. Dit doet de overheid zodat melk ‘’betaalbaar’’ blijft voor de consumenten.

We hebben gezien dat veel factoren een rol spelen bij de ontwikkeling van de melkprijs: veranderingen van de vraag en het aanbod, veranderingen van de kosten, invloed van de marktvorm etc.

Om te beginnen ontwikkelt de melkprijs zich door de tegenwoordige automatisering. Hierdoor dalen de loonkosten per product en dus ook de melkprijs.

Vooral de marktvorm (volledige concurrentie) heeft veel invloed op de prijs: de prijs is voor elke individuele aanbieder gegeven, het enige wat hij kan doen is zijn hoeveelheid melk aanpassen aan de prijs. Vandaar dat we een (melk)producent ook wel een hoeveelheidsaanpasser noemen. Ook hebben we gezien dat de prijs zich ontwikkelt door het marktmechanisme, hierdoor ontstaat de evenwichtsprijs. De melkprijs komt dus tot stand door vraag en aanbod.

Mijn hypothese komt deels overeen met de conclusie, ik dacht namelijk dat de prijsverandering bepaald werd door de vraag vanuit het buitenland. Nou is het zo dat het buitenland er wel mee te maken heeft maar niet zo zeer in dat opzicht. Er zijn veel buitenlandse aanbieders van melk, die veel concurrentie veroorzaken voor de Nederlandse melkindustrie.

REACTIES

H.

H.

wow echt goed ...welke bronnen heb je gebruikt

16 jaar geleden

..

..

ik heb toen mijn economie boeken gebruikt, de lesbrieven, het internet en gewoon zelf geimproviseerd..

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.