Vrijgevochten door Thea Beckman

Informatie Schrijfster: Thea Beckman werd op 23 Juli 1923 in Rotterdam geboren. Ze was enig kind. Ze is erg geïnteresseerd in geschiedenis en schrijft daar ook veel over. Ze heeft o.a. de volgende boeken geschreven: - Een bos vol spoken (bekroond door de Nederlandse Kinderjury) - Het geheim van Rotterdam (bekroond door de Nederlands Kinderjury) - Zwerftocht met Korilu (Zilveren Griffel) - Stad in de storm (Zilveren Griffel) - Kruistocht in Spijkerbroek (Gouden Griffel, Europese Prijs) - Triomf van de verschroeide aarde - Wij zijn wegwerpkinderen Samenvatting: Jasper wil graag varen. Verre reizen maken en avonturen beleven. Daarom besluit hij met het schip Anne-Maria mee te varen. Maar wanneer ze naar Cadiz varen worden ze gekaapt. Omdat de vader van Jasper het losgeld van Jasper niet kan betalen, wordt hij als slaaf verkocht. Hij belandt in het slavenleven en moet hard werken. Maar niet zonder heimwee naar zijn vader, moeder Deesje, Zierikzee en het varen. Wanneer hij Akbars aanbod zich te bekeren tot de Islam afslaat, belandt hij als galeislaaf op een kaperschip. Na een heftige strijd met een Spaans schip moeten Jasper, Rode Maarten en Jens een gat in het schip dichten. Zij zien hun enige kans om terug te keren naar Nederland schoon en kapen het schip terug…
Hoofdpersoon: Jasper Lieven de Bonte: Hij werd op 1 Januari 1705 geboren in Zierikzee (Zeeland). Hij wil graag op avontuur, verre reizen maken, op zee varen en spannende avonturen beleven. Hij is sterk, zet altijd door en is erg handig. Hij geeft niet snel op. Bijpersonen: Timmerman Lieven de Bonte: Zijn vader. Van beroep is hij timmerman en wil zijn vak aan Jasper overbrengen. Hij is erg op zichzelf en gesloten. Deesje: Jaspers pleegmoeder. Zijn moeder was 3 dagen na zijn geboorte gestorven en aangezien zijn vader niet wist hoe je een baby moest opvoeden deed Deesje dit. Zij woonde 5 huizen verderop. Zij beschikt over een goed hart en dus voedde zij Jasper op. Simon: De man van Deesje. Hij is werkzaam als koperslager. Pieter en Jacob van Ham: De 2 zoons van Stuurman Ham, Jaspers vrienden. Wantvlo: Medeschipper
Bohomil: Zijn eerste meester. Hij is ijdel, trots en aardig. Hij sterft in een gevecht met de Berbers. Akbar Abdallah: Zijn laatste werkgever, en ook de man die de Anne-Maria kaapt. Hij is eerzuchtig en wil graag zijn zin krijgen. Rajina: Akbars dochter. Akbar wil dat Jasper met Rajina trouwt. Rajina is een lief, spontaan en nieuwsgierig meisje. Rode Maarten: Een medeschipper en galeislaaf. Samen met Jens proberen zij te ontsnappen. Maarten is sterk en handig. Jens: Een mede galeislaaf. Ook hij is sterk Probleem van de Hoofdpersoon: Toen hij met de Anne-Maria naar Lissabon en Cadiz vaarde, werd het schip gekaapt. De meeste bemanningsleden worden als slaven in Tunis verkocht. Zo ook Jasper. Hij gelooft er bijna niet meer in ooit nog naar Zierikzee terug te kunnen keren. Waar speelt het verhaal zich af? Tot en met zijn 15e jaar woont Jasper in Zierikzee. Nadat het schip gekaapt is wordt hij als slaaf in Tunis (Tunesië) verkocht, vanuit Tunis gaat hij naar Karirouan, Gabès, Matmata, Beni Aissa, Hedeche, Medenine en tenslotte naar Tatouine. Wanneer hij 18 jaar is keert hij terug naar Zierikzee. Wanneer speelt het zich af? In het begin van de 18e eeuw (1705-1723). Dit is belangrijk voor het verhaal omdat kapingen van schepen nu niet meer voorkomen. De mensen van nu zijn niet meer zo arm en zouden het losgeld makkelijk kunnen betalen. Is het verhaal realistisch? Jazeker, nadat Jaspers schip is gekaapt wordt hij als slaaf verkocht. Dit is realistisch omdat er zeker scheepskapingen en slavenhandel hebben plaatsgevonden in de 18e eeuw.
Rapportcijfer + Eigen Mening: Ik geef ook dit boek een 10. Het boek is spannend en makkelijk om te lezen. Het is niet erg voorspelbaar en het is vooral ontzettend zielig. Je kunt je goed in het verhaal inleven en er een duidelijke voorstelling bij maken. Het grijpt je erg aan en het is van het begin tot het eind boeiend. Lievelingspassage: Blz. 189: Wat moest hij doen? Hardnekkig vasthouden aan een steil geloof, alleen omdat hij daarin was opgevoed? Of toegeven, alle hoop op terugkeer naar Zierikzee opgeven en nooit zijn vader of moeder Deesje terugzien? Het beeld van de eenzame man op het havenhoofd, naast een geleend paard, aarzelend zwaaiend naar zijn uitvarende zoon, brandde op zijn netvlies. Op dat moment had hij ontzaglijk veel van zijn vader gehouden. Het was een ondraaglijke gedachte dat die groet het laatste was geweest wat ze van elkaar hadden gezien, gescheiden door een strook water, maar onmiskenbaar vader en zoon.