Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Transit door Hella S. Haasse

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
Boekcover Transit
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas havo | 3530 woorden
  • 9 april 2008
  • 18 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
18 keer beoordeeld

Boekcover Transit
Shadow
Transit door Hella S. Haasse
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Transit
Auteur: Hella S. Haasse
Verschenen in jaar: 1994
Aantal bladzijden: 92 bladzijden
Uitgeverij: Em. Querido’s Uitgeverij bv. i.o.v. CPNB

Korte samenvatting:
Na een jaar door Europa te hebben gezworven komt Xenia (ook wel Iks genoemd) weer terug in Amsterdam. Ze heeft haar middelbare school niet afgemaakt net als haar twee vrienden Daan en Alma. Ze hadden een idee om te gaan werken en dan de wereld in te trekken. Alleen Iks is uiteindelijk gaan reizen, wat er met Alma en Daan is gebeurd weet ze niet. Maar nu ze weer in Amsterdam is probeert ze er achter te komen.
Iks komt op zondag aan in Amsterdam. Ze is dakloos en gaat op zoek naar Alma: een vriendin die net als Iks eerder van school is gegaan om een wereldreis te maken. Ze kan Alma niet vinden maar komt onderweg een goede vriend van vroeger tegen: Daan. Daan is ook zwerver geworden, en hij lijkt totaal niet meer op vroeger. Daan en Iks krijgen ruzie, omdat Daan doet of hij Iks niet kent. In een park gaat ze naast een vrouw zitten die zich nerveus gedraagt. Ze geeft Iks zomaar iets te eten. Wanneer de vrouw weg gaat ziet Iks haar sleutelbos in het gras liggen, waar ook een labeltje aanhangt met een adres. Bij het huis doet niemand open, maar na enige tijd voor het huis te hebben gezeten besluit ze naar binnen te gaan. Nadat ze het huis volledig heeft doorzocht, ontdekt ze boven in het huis, in een kamer die verscholen ligt achter de boekenkast, een oude man. Hij heet Arnold Kluysman. Kluysman (Iks noemt hem ook wel ‘kluizenaar’) is een oude ex-wetenschapper die niet meer goed kan lopen. Iks mag bij Kluysman wonen als zij voor hem zorgt. De vrouw die eerst voor hem zorgde (Fennechien, de vrouw uit het park) komt namelijk niet meer opdagen. Iks blijft naar Alma zoeken. Wanneer ze Daan tijdens de speurtocht weer tegen komt sleept ze Daan mee naar huis, en laat vervolgens gelijk een bad voor hem vollopen. Cluysman komt dan beneden en word boos. Hij zet Daan het huis uit. Daan wordt de volgende dag dood aangetroffen onder een brug. Hij is doodgevroren. Iks is erg van slag maar blijft naar Alma zoeken. Ze komt via een hoertje aan een adres van een man in Antwerpen waar Alma zou kunnen zijn. Ze besluit na precies zeven dagen bij Kluysman gewoond te hebben naar Antwerpen te vertrekken om Alma te zoeken.


Tijd en ruimte:
Het speelt zich ergens in Nederland af, ik denk in Amsterdam. Het is niet goed duidelijk wanneer het zich precies afspeelt. Ik denk rond de jaren ’70. Cluysman vertelt namelijk over vroeger en daarin noemt hij jaartallen. Ook de kleding die Iks draagt lijkt me niet van de jaren ’90, waarin het boek is geschreven.

Verteller / wijze van vertellen:
Het verhaal is in chronologische volgorde geschreven. Het speelt van zondag tot zondag en elk hoofdstuk heeft de titel van de dag, alle tussenliggende dag worden beschreven De periode tussen aankomst en het vertrek van Iks dus. In de verhalen die Iks aan Arnold verteld komen flashbacks voor, net als in de notities van Arnold.
Het is een personaal-perspectief en Iks is dan ook ‘the round character’. Het verhaal wordt zo nu en dan onderbroken door van meneer Cluysman

Spanning:
Ik vind dat niet zoveel spanning in het boek zit. Het is niet zo dat er echt enge of rare dingen gebeuren, en er zijn ook geen brandende vragen die je beantwoord wilt hebben. Er zijn wel vragen, maar dat zijn meer open plekken waarvan je weet dat de meesten wel beantwoord zullen worden.
De echte ‘spanningsboog’ is dan de identiteit van Iks. Wie is ze, en waarom is Europa ingetrokken, en wat is er allemaal gebeurd?
De schrijfster gebruikt enkele manipulatietechnieken door bijvoorbeeld meteen te beginnen met het moment dat Iks op het station aankomt. Je hebt totaal nog geen idee waarom ze in Amsterdam aankomt en wie ze is. Je weet dan zelfs haar naam nog niet.

Thema(‘s) en motieven (met uitleg):
- Thema(‘s): Onafhankelijkheid en vrij zijn van de maatschappij.

- Motieven: Reizen, eenzaamheid.

Personages (met beschrijving):
Xenia:
Xenia is een meisje van rond de 20, ze heeft kort donker haar, ze is een leuk meisje om te zien, maar niet echt knap. Ze draagt donkere alternatieve kleding. Het is een dominant meisje met haar eigen principes en meningen. Maar toch tegelijkertijd lief en zorgzaam, al wil ze het niet laten merken. Het is duidelijk dat ze haar weg aan het zoeken is in deze wereld. In het begin van het boek is ze al in de war en aan het eind van het boek is er voor haar nog niets duidelijk, ze is niet veranderd.

Cluysman:
Cluysman is een man van 75 jaar, ziet er goed verzorgd uit, hij is een beetje verstrooid, hij is al 20 jaar niet buiten zijn huis geweest en heeft al die tijd doorgebracht met boeken. Het is dus een slimme man, maar hij wel afhankelijk van iemand die hem verzorgt. Maar dat verandert als Xenia hem na twintig jaar weer mee naar buiten neemt.

Titelverklaring (titel, ondertitel en motto):
- Titel: In Transit betekent op doorreis. Iks heeft haar vaste leven opgegeven en is gaan zwerven door de wereld. Ze is de hele tijd aan het reizen. Aan het einde van het boek zegt de vrachtwagenchauffeur met wie Iks meelift: “Je bent dus op doorreis, zogezegd in transit?” Iks:” Ja zo kun je het noemen, in Transit.
- Ondertitel: -
- Motto: ????? (maak gebruik van secundaire literatuur voor de uitleg)

Genre:
Novelle


Stijl:
Het taalgebruik is makkelijk, behalve de stukken van de aantekeningen van Kluysman. Daarin wordt met veel moeilijke woorden een soort gevoel uitgedrukt die te maken heeft met bijvoorbeeld hoe de maatschappij in elkaar zit. Dat soort stukken waren moeilijk te lezen.

Waardering of persoonlijke beoordeling:
Een belangrijk onderdeel van je leesverslag is je persoonlijke beoordeling. Uiteindelijk gaat het erom wat je zelf van het boek vindt. Natuurlijk kun je daarbij steun hebben aan het oordeel van anderen, bijvoorbeeld omdat ze jou op bepaalde aspecten hebben gewezen die jijzelf niet gezien hebt. Nu moet je dan zover zijn dat je met alle beschikbare informatie een eigen recensie, beoordeling kunt schrijven. Daarin porbeer je, zo genuanceerd mogelijk, je mening te geven over het gelezen boek. Evenals de echte recensenten probeer je argumenten te geven voor je mening. Dat kun je doen met behulp van voorbeelden uit het boek, bijvoorbeeld fragmenten, citaten of korte samenvattingen van gebeurtenissen.
In je recensie moet je proberen een oordeel te geven over vijf deelaspecten. De vragen die bij elk deelaspect geformuleerd zijn, kunnen dienen als hulpmiddel. Je hoeft ze niet allemaal te beantwoorden. Gebruik alleen die vragen die voor oordeel van belang zijn en licht ze toe met fragmenten uit het boek.

Het onderwerp
Het onderwerp was in principe het leven van de dakloze Xenia, maar de onderliggende gedachte was de onafhankelijkheid die zij bezat. Ik vond het op zich niet zo vernieuwend qua indruk die ik kreeg van het leven van een zwerver. Ik heb nooit echt nagedacht over hoe dat zou zijn, maar wel over hoe het zou zijn om eerder van school te gaan. In hoeverre het me aan het denken heeft gezet, dat weet ik wel. Ik heb door het boek sterk de indruk gekregen dat veel jonge mensen het leven onderschatten. Ze onderschatten hoe moeilijk het is om zonder diploma werk te vinden. Ze onderschatten de hoeveelheid geld dat dat opbrengt. Ze onderschatten hoeveel geld het kost om jezelf te onderhouden, zeker als je door vreemde landen reist. Dit is niet echt duidelijk geworden door een bepaald fragment, maar die indruk laat het boek in zijn geheel achter.

De gebeurtenissen
- Wat was het belangrijkste in het boek: de gebeurtenissen of de gevoelens en gedachten van de personen?
- Kwamen er teveel gebeurtenissen in voor of was het aantal juist goed/
- Vond je de gebeurtenissen spannend, saai, opwindend, romantisch, fantastisch, triest enzovoort?
- Vond je de gebeurtenissen geloofwaardig, toevallig of verrassend?
- Vonden er schokkende gebeurtenissen plaats?
- Riepen de gebeurtenissen bepaalde gevoelens bij je op?

- Hoe heb je de afloop ervaren?

In het boek gebeurden niet echt veel dingen. Het ging meer over de impact die dat (samen met de dingen die al eerder waren gebeurd) op de mensen had. Daardoor denk ik dat veel mensen van mijn leeftijd het niet zo’n leuk boek vinden. Zij willen liever een boek waarin veel spannende dingen gebeuren, en waarin veel actie is. De meest schokkende gebeurtenis was nog wel dat Daan was doodgevroren. Daar werd niet veel aandacht aan besteed en dat vond ik erg jammer. Er zaten wel gebeurtenissen in waarvan ik zou denken dat dat nooit in het echt zou gebeuren. ‘ ‘Kan ik iets met je afspreken? Al komt Fennechien met hangende pootjes weer opdagen, ik wil het mens niet meer. Er is geen verstandig woord mee te wisselen. Als jij hier een beetje voor de boel zorgt, mag je in haar kamer wonen.’’ Iedere zwerver hoopt natuurlijk dat hem/haar ooit zoiets overkomt maar hoe groot is die kans nou werkelijk; dat je naast iemand gaat zitten op een bankje, die staat op en laat een sleutelbos vallen, je gaat naar dat huis (want er zit toevallig een adreslabeltje aan), gaat naar binnen, en treft daar een oude man aan die vraagt of je bij hem wil komen wonen. Dat is toch echt een raar verhaal. Het boek stopte waar het verhaal nog niet gestopt was. Ik wilde dolgraag weten of Iks Alma zou vinden, en hoe het met haar was. Natuurlijk heeft de auteur dit met opzet gedaan, zodat je aan het denken word gezet. Ik vond dat op zich wel goed, maar ik had het ook graag geweten.

De personen
- Kwam de hoofdpersoon levensecht over?
- Kon je je goed inleven in de hoofdpersoon of juist niet?
- Herkende je bepaalde eigenschappen van de hoofdpersoon in jezelf?
- Herkende je enkele personen in je eigen leefwereld?
- Ben je door het gedrag van de hoofdpersoon beïnvloed?
- Welke eigenschappen van de hoofdpersoon waardeerde je positief en welke negatief?
- Zou je de hoofdpersoon anders laten handelen als jij de auteur was geweest?
Ik vond dat de personages op zich wel levensecht overkwamen, maar dat alles een beetje overdreven werd. Zo vind je nog maar weinig mensen die al 20 jaar niet meer naar buiten zijn geweest. In de hoofdpersoon kon ik me wel inleven. Ik herken erg in mezelf dat ik de toekomst onderschat. Op dit moment lijkt het halen van mijn diploma voor mij niet zinnig, maar ik denk dat ik dat onderschat. Ook wil ik later mijn eigen paardenstal beginnen, maar daar is ontzettend veel geld voor nodig. Onbewust denk ik steeds dat dat wel goed zal komen, zeker met een paar jaar sparen, maar door de hoofdpersoon ben ik aan het denken gezet. Het leven lijkt gratis maar dat is het overduidelijk niet. Ik zag haar dan ook in zekere zin in mezelf terug. Alleen waarneer Iks onbeleefd en brutaal was tegen Kluysman (van 75 jaar), vond ik haar een beetje raar. Waarom moest ze per se altijd haar mening doordrijven en precies zeggen wat ze ergens van vond? Kan ze niet even haar mond houden om te luisteren naar anderen? Ik kan niet zeggen dat ik haar anders had laten hendelen als ik de auteur was geweest. De auteur heeft een personage gemaakt, en alle handelingen passen precies bij haar. Ze is niet meer dezelfde als ik haar, bij wijze van spreken, iets heel anders had laten doen. Ze moet zo zijn en niets wat ze doet is ‘verkeerd’, want het is een verhaal dat over háár gaat. Ik vind het moeilijk om uit te leggen wat ik bedoel, want het is meer een gevoel. Ik hoop dat u begrijpt wat ik bedoel.

De opbouw
- Vond je het verhaal moeilijk opgebouwd of kon je het vlot lezen?

- Als het lastig was om te lezen, kwam dat dan door het vertelperspectief of door de wisseling van tijd(flashbacks)?
- Zaten er delen in het boek die je niet kon lezen omdat ze te saai of onbegrijpelijk waren?
- Welke delen vond je spannend en kwamen die op het juiste moment?
- Vond je de afloop onbegrijpelijk, onbevredigend, verrassend of flauw?

De opbouw van het verhaal was redelijk logisch. In het begin is Iks alleen nog maar een vrouw op het station, die zelfs geen naam heeft, laat staan dat we haar achtergrond weten. Maar hoe verder je komt in het boek, hoe meer je te weten komt over haar. Ik vind dat leuk, want ik hou ervan je tussendoor nog allerlei dingen te kunnen afvragen, en tussendoor de tijd te hebben om na te denken over wat er is gebeurd. Voor mij hoeft een boek dus ook niet veel gebeurtenissen te bevatten, ik vind het veel leuker om, net als in dit boek, beetje bij beetje achter een verhaal te komen, achter de identiteit van dit meisje. Terwijl je doorleest vraag je je steeds dingen af zoals: ‘wat is er vroeger gebeurd?’ en ‘wie zijn Daan en Alma?’. De enige stukken die moeilijker waren om te lezen waren de aantekeningen van Kluysman die af en toe ertussendoor kwamen. Daarin stonden allerlei filosofische gedachten, waarbij het soms moeilijk was de essentie eruit te halen. Ik vond het daarbij ook moeilijk om niet afgeleid te worden.

Het taalgebruik
- Vond je het taalgebruik(woordkeuze en zinsbouw) moeilijk of makkelijk?
- Vond je dat de gebeurtenissen op een heldere wijze werden beschreven, zodat je je een goede voorstelling kon maken?
- Kwamen er veel of weinig dialogen in voor en werden ze op een natuurlijke wijze weergegeven?
- Waren er zinnen of fragmenten in het boek die je zou willen onthouden omdat ze goed, mooi, humoristisch, gevoelig of beeldend waren?

Het taalgebruik was makkelijk te begrijpen, afgezien van de aantekeningen van Kluysman (zoals eerder genoemd). De dialogen kwamen natuurlijk over. Niets mis mee.

Recensie
Schrijver Haasse, Hella S.

Titel [Transit]
Jaar van uitgave 1994
Bron Vrij Nederland
Publicatiedatum 19-03-1994
Recensent Diny Schouten
Recensietitel Wegloopstertje op loden schoenen

Een parabel over waarachtig mens-zijn, en ook een betoog over de eeuwige opstand van de jongeren. In het Boekenweekgeschenk van Hella Haasse vallen hoge woorden over een door commercie verziekte wereld, en bittere over hen die zich er niet thuis voelen. Hella Haasse droeg haar novelle [Transit] op aan 'mijn kleindochter Roosje Polak'. Ik weet van mezelf dat ik, waarschijnlijk als de meesten, meestal weinig notitie neem van dedicaties, maar dat nadrukkelijke 'kleindochter' valt moeilijk over het hoofd te zien in een boek dat over een twintigjarige drop out gaat. Je stelt je er hoe dan ook bij voor dat gesprekken met (of bezorgdheid om) een lid van de jonge generatie de vijfenzeventigjarige Haasse haar verhaal hebben ingegeven. Er is ook een essayistische component. Door het verhaal zijn notities gestrooid over wat de generaties zoal bindt en scheidt, en vooral: hoe elke generatie opnieuw jammerlijk mislukt in de poging de wereld véél beter in te richten. Behalve 'Iks', de afkorting waarmee de twintigjarige Xenia zichzelf laat aanspreken, heeft [Transit] een tweede belangrijk personage: de oude man Arnold Cluysman, die over zichzelf vermeldt dat hij in het revolutiejaar 1968 de vijftig al was gepasseerd. Dat maakt hem tot exact een leeftijdgenoot van Haasse. Ook dat zou net als die kleindochter niet van belang zijn geweest - maar zijn boekige taalgebruik verleidt je ertoe om te denken dat hij voor Haasse voorstelbaarder moet zijn geweest. In hem denkt ze uit, zo lijkt het, wat de sadder and wiser voor gevoelens - empathie, mededogen en meelijden - hebben voor Titaantjes zoals Iks.

De educatieve intentie zit waarachtig niet diep verstopt. Haasse lepelt het hapklaar op: Iks valt te duiden als de letter X voor het raadselachtige, onbekende; 'Xenia' betekent 'vreemdelinge'; en de intellectueel Cluysman, die zich letterlijk achter Zijn; boekenwanden heeft verschanst, krijgt van

Iks direct na hun kennismaking de bijnaam 'kluizenaar'. Nogal wiedes dat je [Transit] lezen moet als een parabel over waarachtig mens-zijn, of hoe te leven en welke houding in te nemen in een wereld die 'niet vertekend en verziekt was door commercie, reclame, hyping, bombarie, manipulatie flauwekul, egotripperij'.

schoolverlaatster door Europa gaat trekken wordt zo samengevàt: 'Was er ergens tolerantie te vinden die niet berustte op cynische zakelijkheid of slappe gemakzucht? En hoe kon het ergste van alles, geweld, uitgebannen worden?' Het idioom waarin Iks denkt en spreekt roept vaker de herinnering aan de jaren vijftig op: ze woonde, tijdens haar zwerftocht, op 'schaveluinige kamers'; voor die tijd bestudeerde ze als scholiere 'de stof voor menige schooltoets' in wat kennelijk het Amsterdamse Vondelpark is (want Iks herkent, knap voor een ongeletterde achttienjarige, in de monumentale middenpilaar van de ingang 'het meer dan levensgrote beeld van de Stedemaagd'); en ze ontwaart bij een bezoek aan de ouders van haar raadselachtig verdwenen vriendin Alma 'de heer des huizes' achter een krant. Krampachtiger zijn de bewuste pogingen om van Iks in de manier waarop ze zich uitdrukt een kind van haar tijd te maken. Tegen Cluysman, aan wie ze uitleg geeft van haar gevoelens voor muziek, zegt ze: 'Bij goeie house ga ik echt wel uit mijn dak,' en dat maakt dan precies de indruk van de Sterspot-mevrouw die tegen haar kinderen beweert dat ze 'boven mijn dak' gaat van de wascapaciteiten van Vernieuwde Wite Reus. Eén scene, over seks nog wel, vind ik een bravootje waard: de norse Iks wordt door een bezorgde Cluysman ondervraagd over eventuele belagingen door mannen tijdens haar lifttocht door Europa. Ze doet dan het verhaal over een halve verkrachting door een bladencolporteurg bovenop stapels van zijn waar: een damesblad dat het thema van de ongewenste intimiteit bij de kop heeft genomen. Op het omslag staat 'een lieve mevrouw, vingertje waarschuwend omhoog', die de lezeressen het recht voorhoudt om nee te zeggen.

Jammer dat die grappige scene zowat de enige is. Een andere zou ook nog kunnen meetellen: Iks die zich herinnert een kerk binnengelopen te zijn, waar ze werd overdonderd door het orgel. Johann Sebas- ' tian Bach klonk er 'alsof een bovenaards betoog hield waartegen geen weerwoord denkbaar was'. Maar ook hier is de opvoedende intentie bedrukkend: ook Iks is het er allemaal niet mee eens, met het verschil dat ze er niet op is ingericht om naar enig weerwoord te luisteren. [Transit] dreunt met de loodzware stappen van acht dagen - een weekdag per hoofdstuk - recht op inktzwarte onheil af. Iks, na anderhalf jaar ge gen denken. De reden dat Iks als ontijdig`, desilusioneerd teruggekeerd van haar Grand Tour, gaat op zoek naar de enige twee 'echte' vrienden die ze had. Ze treft de een, Daan, aan als een vervuilde zwerver, die dezelfde week nog doodvriest, bij toeval voor haar deur. Haar vriendin Alma vindt ze niet; die moet reddeloos verdwenen zijn in de drugs en de prostitutie, en mogelijk zelfs in handen geraakt van een sadistische vrouwenhandelaar. Er rest Iks, die zich verantwoordelijk voelt voor beiden, maar één ding: desperaat doch redderig Alma zoeken. Het aanbod van Cluysman in wiens huis ze die week verblijft, om voor haar een studie te betalen wijst ze snuivend af: 'Als ik het niet zelf voor elkaar krijg, is het niks waard.'

Wat het té erg maakt, is dat bovenop de existentiële wanhoop van as ook nog die van Cluysman gestapeld wordt. Cluysman heeft in zijn eeuw het échec van het jongerenprotest zich vaker zien voltrekken, erover nagedacht, de wetmatigheid ervan vastgesteld, en er zijn conclusie uit getrokken: die van de resolute afkeer. Hij veroordeelt zichzelf tot levenslange opsluiting in zijn studeerkamer. Voor een kort moment lokt Iks, wier norsheid af en toe een ontroerende kant heeft, hem uit die zelfgekozen gevangenis. Op een van de laatste bladzijden vallen voor zijn levenshouding twee woorden van tentatief zelfinzicht: zijn gecultiveerde invaliditeit is niets dan 'lafheid' en 'egoïsme'. Dat zat er almaar aan te komen, ook dat het de onimponeerbare, in zichzelf verstrikte Iks zou zijn, die ze uit zou spreken. Het is niét Iks' gebrek aan 'recht van spreken' dat me stoort. Met zulke Hoge Woorden is het wat geloof ik een dichter zei: zoveel beter om ze ongezegd te laten.

Commentaar op de recensie:
Ik vind de recensie nogal negatief. Ik vond het persoonlijk wel een leuk boek om te lezen, maar inderdaad wel weinig realistisch. Ik had niet uit mezelf die 2 goede scènes opgemerkt, die de recensente duidelijk naar voren laat komen. Ik ben het daarover verder wel met haar eens. Ik heb het gevoel dat het in dit boek meer om de gedachte gaat als om het echte verhaal, maar dat lijkt haar een beetje te storen. Ze heeft wel gelijk dat het overdreven is. De gedachtes die zij zoekt achter sommige dingen zoals de naam van Iks, daar was ik absoluut zelf niet op gekomen en dat geeft wel weer een nieuwe of diepere kijk op het verhaal. Jammer dat zij het boek niet zo goed vond (tenminste, die indruk krijg ik). Ik snap de recensie ook niet helemaal want sommige zinnen zijn nogal moeilijk geformuleerd.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Transit door Hella S. Haasse"