Motivatie Ik heb dit boek gekozen, omdat ik eigenlijk niet wist welk boek ik moest kiezen. Eerst wilde ik een boek van Ronald Giphart lezen, maar uiteindelijk had ik daar toch niet zo'n zin in. Dit boek werd me aangeraden door mijn ouders, ze vonden het allebei een leuk boek voor mij om te lezen. Niet al te dik, niet zo moeilijk en het was volgens hen ook niet zo lastig om er doorheen te komen. Ook had ik al wat vaker wat van Jan Wolkers gelezen, ik weet niet meer precies welk boek, maar het sprak me wel aan en leek me het wel een goed idee om nog eens wat van hem te lezen. Samenvatting In 'Terug naar Oegstgeest' gaat Jan Wolkers ook werkelijk terug naar Oegstgeest. Hij bezoekt zijn ouders, gaat naar de plek waar hij vroeger werkte en naar het graf van zijn broer. Hij doet veel herinneringen op als hij weer terug gaat, herinneringen aan vroeger. Hij probeert deze herinneringen te verbannen uit zijn hoofd. Jan Wolkers is geboren op 26 oktober 1925, op de verjaardag van zijn vader. Het gezin is streng gereformeerd, het geloof dat Jan later niet zal volgen. Hij is voor zijn ouders geen makkelijk kind, omdat hij niet het brave jongetje is wat zij van hem verwachten. Doordat het gezin waar Jan in opgroeit erg groot is, moeten Jan en zijn broer noodgedwongen het bed delen. Ze hebben een haat-liefde verhouding, omdat Jan veel bewondering heeft voor zijn broer, maar ook vaak een hekel aan hem heeft. Jan merkt pas hoeveel hij van zijn broer houdt als die is gestorven in de oorlog aan difterie. De herinneringen aan de lagere schooltijd zijn verschillend omdat Jan stiekem verliefd was op juffrouw Vink uit de 1e klas, maar een hekel had aan mevrouw Hakkenberg uit de 2e klas. Door zijn slechte cijfers gaat hij naar een andere school, waar het beter gaat, maar ook daar kan hij niet zo goed opschieten met de leraren. Daarom gaat hij naar de MULO. Daar gaat het ook niet zo goed en Jan besluit te gaan werken in de winkel van zijn vader en moeder, de delicatessenzaak die door het gebrek aan klanten een simpel kruidenierszaakje werd. Na een paar jaar zoekt hij andere baantjes. Eerst werkt hij in het ziekenhuislaboratorium, waar hij de testdieren moet verzorgen. Na een tijdje wordt Jan ontslagen, omdat hij de dieren op gruwelijke wijze vermoordt. Hij gaat werken in de tuin van en boomgaard van een rijke landheer. Hij stopt daarmee omdat hij een beter baantje heeft gevonden bij een lijstenmaker in Leiden. Jan ontdekt dat hij tekenen erg leuk vind en gaat daarom naar de grafische school in Leiden. Daar krijgt hij een vriendinnetje, maar hun relatie loopt al snel stuk, omdat hij haar niet kan geven wat ze wil. (357 woorden)
Deze vind je door de 2 fases van betekenistoekenning: de 1e fase van betekenistoekenning is het verzamelen van tekstmateriaal, relevante passages waartussen onderlinge relaties te leggen zijn. En de 2e fase is het op basis van het tekstmateriaal een betekenis aan de tekst toekennen. De verhaallaag van het verhaal is dat Jan terug gaat naar Oegstgeest om herinneringen op te doen. Hij doet daar een aantal plaatsen bij aan en herinnert zich daarbij dingen. De betekenislaag is dat Jan door alle herinneringen zichzelf beter leert kennen en het verleden eindelijk af kan sluiten. De belangrijkste motieven zijn: - verval - ziekte - dood - verminking - schuld en boete - macht - broer - vader - moeder - God en bijbel - oorlog
Het verval symboliseert het verval van de winkel van Jan's ouders en het sociale verval van Jan's ouders. De armoede die het gevolg is van het verval van de winkel wordt beschreven uit allerlei standpunten. Jan nam geen vriendjes mee naar huis, omdat hij zich daarvoor schaamde. Hij voetbalde niet, want dan gingen zijn schoenen kapot, zo waren er nog meer dingen, Jan schaamde zich daarvoor en voelde zich daardoor buitengesloten. De ziekte is een motief dat vaak terugkomt, want veel mensen hebben een ziekte of worden ziek. Zoals de broer van Jan die aan difterie stierf, een klasgenootje die aan een hersenvliesontsteking stierf en Jan zelf leed aan bronchitis. De dood is ook een motief dat vaak terugkomt. Zo is er de dood van Jan's broer waar vaak naar wordt verwezen, de dood van het klasgenootje van Jan en natuurlijk de vele dieren die worden vermoord. De verminking komt vaak voor. Het litteken dat Jan als baby kreeg, de dieren in het laboratorium waar proeven op werden gedaan en de martelingen van de kinderen bij Jan op school. Schuld en boete komt ook vaak voor. Zoals dat Jan wordt ontslagen doordat hij de proefdieren had vermoord of het schuldgevoel van Jan na de dood van zijn broer, het schuldgevoel van al die pesterijen die hij hem had aangedaan. Macht is belangrijk. De vader van Jan misbruikte zijn macht vaak en hij zei dat hij zijn macht kreeg van God, dus er is een band tussen macht en godsdienst. De broer van Jan is natuurlijk een heel belangrijk motief, omdat het Jan heel erg aangreep toen hij dood was. Zijn broer was zijn grote voorbeeld. De vader van Jan is ook belangrijk. Hij is degene die Jan heeft gevormd zoals hij is. Jan heeft zich afgezet tegen zijn vader en daarom is zijn vader een belangrijk persoon geweest in zijn leven. De moeder van Jan is even belangrijk als zijn vader. Zijn moeder was steeds degene waarvan Jan veel dingen mocht doen. Ze verzachtte de opvoeding van Jan's vader een beetje door de kinderen de liefde te geven die ze nodig hadden. God en bijbel is het centrum van de macht in het gezin. Doordat het gezin streng orthodox-protestant is, wordt alles daarop afgestuurd. Daardoor is Jan al vanaf het begin bang om gestraft te worden door God als hij stoute dingen deed. De oorlog is een belangrijke gebeurtenis in het leven van Jan. De broer van Jan moest in dienst en is daar dood gegaan aan difterie. Verder zag Jan de oorlog als een soort bevrijding, maar niets was minder waar… De relatie tussen de schrijver en de tekst is niet zo moeilijk, want het is een autobiografisch geschreven boek, waardoor de relatie tussen de schrijven en de tekst dus heel erg groot is. Het verhaal gaat over het leven, of eigenlijk de jeugd van Jan Wolkers. Alleen is het een beetje aangepast zodat het wat makkelijker leesbaar werd en de mensen niet bij hun echte naam werden genoemd. Ik heb dit aspect gekozen, omdat mij dit het makkelijkste leek. Hier wist ik meteen een antwoord op. Beschrijving van secundaire literatuur: A.L. Oosthoek, over Terug naar Oegstgeest van Jan Wolkers, Amsterdam 1976. Reeks: Synthese
August Hans den Boef 'Jan Wolkers Terug naar Oegstgeest', in Lexicon van Literaire werken Groningen 1990
Samenvatting van secundaire literatuur: ????? De relatie tussen het leven van Jan Wolkers en het boek 'Terug naar Oegstgeest' is heel groot, want het boek is autobiografisch geschreven. Daardoor gaat het hele boek over het leven van Jan Wolkers. Hij heeft het verhaal hier en daar wat aangepast, maar toch kun je dit ver autobiografisch noemen denk ik. Evaluatie Na het uitvoeren van de verdiepingsopdrachten ben ik niet anders tegen het boek aan gaan kijken dan daarvoor. Ik vind het nog steeds een tegenvallend boek, omdat het onderwerp mij niet zo aanspreekt. Het maken van de beschrijvingsopdracht was niet zo moeilijk, maar het maken van de verdiepings-opdracht was een stuk moeilijker. De samenvatting maken van de secundaire literatuur heb ik niet gedaan, omdat ik niet wist wat ik dan precies op zou moeten schrijven, maar de rest van de opdrachten ging redelijk. Het kostte wel veel tijd. Het boek lezen zelf was niet zo heel erg vervelend, alleen kon ik soms mijn aandacht er niet bijhouden, omdat ik het niet zo'n interessant boek vind, maar het lezen verder ging prima. Het boek was niet moeilijk, alleen af en toe waren de terugblikken en de gedachten wat verwarrend, omdat ik vaak het verschil niet merkte tussen terugblik en heden. Dat was eigenlijk het enige wat af en toe onduidelijk was, voor de rest was alles duidelijk en viel het reuze mee. Het uitvoeren van de verdiepingsopdracht was wel lastig, omdat het best lang duurde voordat ik sommige opdrachten snapte. Voor sommige opdrachten moest ik ook nog een groot stuk lezen in mijn informatieboek, daarom duurde dat wel lang, maar uiteindelijk viel het me toch wel mee. De verdiepingsopdracht was zelf niet zo verwarrend, alleen moest ik soms de opdracht een paar keer lezen voordat ik begreep wat er stond. Dat was dan wel vervelend, maar verder ging het wel. Alleen de opdracht van de samenvatting van de secundaire literatuur snapte ik niet, omdat er niet wordt uitgelegd wat je dan precies moet opschrijven, want de secundaire literatuur is meestal al samengevat. Ik had wel het gevoel dat ik de benodigde vaardigheden beheerste, maar toch moest ik af en toe nog wat opzoeken, omdat het allemaal een beetje was weggezakt. De volgende keer neem ik een boek waarvan ik bijna zeker weet dat ik het leuk ga vinden. Dan werk ik ook met meer plezier aan de opdrachten en aan het lezen van het boek, want dat was nu wat minder.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
R.
R.
beste joop,
u hebt de rolf beeker bokaal gewonnen.
gefeliciflapstaart!!!
de rolf beeker commissie
22 jaar geleden
AntwoordenG.
G.
hoi joop,
leuk boekverslag joh. Ik hoop dat je er nog eens 1 maakt. kusjes,
21 jaar geleden
AntwoordenK.
K.
egt goed mann :D
19 jaar geleden
Antwoorden