Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Politiek gevangene door Aukelien Weverling

Beoordeling 5.8
Foto van een scholier
Boekcover Politiek gevangene
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 2641 woorden
  • 4 juli 2007
  • 4 keer beoordeeld
Cijfer 5.8
4 keer beoordeeld

Boekcover Politiek gevangene
Shadow
Politiek gevangene door Aukelien Weverling
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Algemene informatie: Schrijver Aukelien Weverling
Titel Politiek Gevangene
Jaar van uitgave 2006 Uitgever Meulenhoff Samenvatting: Motto: We go together like ramma lamma lamma ka dinga da dinga da dong – Grease
Een ludiek bestaan
Het boek begint als Seringe, een meisje van 16 hoog boven de daken zit met haar twee Tommen. Ze filosoferen over het leven, haar twee Tommen proberen elkaar niet te laten blijken dat ze elkaar niet aardig vinden. Ondanks dat ze allebei rond de 40 zijn gaat zij toch veel met ze om. Ongeveer een week later ontmoet ze Constatijn. Ze ziet hem staan in de bibliotheek en loopt hem zomaar achterna. Ze vraagt hem om uit te gaan. Ze belanden bij haar thuis en als ze vraagt of hij blijft slapen zegt hij dat hij het lekkerst in zijn eigen bed slaapt. Ze besluiten daarom zijn matras maar naar haar huis te verplaatsen. Hun strijd, onze strijd
Seringes ouders ontmoeten elkaar terwijl ze op ziekenhuisbezoek zijn bij een stervende vriend lid was van een radicale actiegroep . Haar vader en moeder komen allebei uit een heel ander milieu. Seringes moeder is een extreme activiste, ze komt voor alles en iedereen op, van negers tot bomen en Seringes vader is een zakenman. Hij wordt door Seringes moeder dan ook wel minachtend ‘kapitalistische duivel’ genoemd. Toch krijgen ze een relatie. Na een jaar wordt de tweeling Seringe en Beuk geboren. Ze zijn vernoemd naar bomen en struiken. Omdat hun vader niet de onderdrukker van hun moeder wil worden en hij toch echt geen tijd heeft om de tweeling te verzorgen krijgen ze een kindermeisje, Tine genaamd. Ze wonen in Amsterdam. Terwijl haar vader thuis altijd aan het werk is, schrijft haar moeder columns voor een activistentijdschrift. Beuk en Seringe moeten ook vaak mee actievoeren. Een keer gaat het helemaal mist en raakt Seringe haar moeder kwijt. Gelukkig wordt ze thuisgebracht door de politie. Seringes vader gaat vreemd met Tine, het kindermeisje en ze scheiden. Tine is niet langer het kindermeisje maar de nieuwe vrouw van hun vader. Dan wordt Seringes moeder opgepakt terwijl ze aan het actievoeren is. Beuk en Seringe worden opgevangen door een vriendin die ook een activiste is. Er wordt door veel mensen gedemonstreerd om hun moeder en de anderen vrij te krijgen. Als hun moeder weer vrij is zit ze met een dilemma: ze wil vegetarisch worden want vlees van de bio-industrie is slecht, maar het is ook slecht om al het vlees weg te gooien zeker als aan de situatie van de derde wereldkindjes denkt. Ze besluit te gaan gourmetten met daklozen, omdat die ook honger hebben. Na hun eindexamen krijgen Beuk en Seringe allebei een appartement op de Prinsengracht van hun vader. Hun moeder is er fel op tegen maar kan ze niet tegenhouden. Ze weigert te helpen met verhuizen uit stil protest. Nu wonen ze op zichzelf. Beuk richt zijn huis leeg in omdat hij in zijn existentialistische fase zit en Seringe wil veel rood fluweel. Het laatste manifest

Een jaar nadat ze op de Prinsengracht ingetrokken is, leert ze haar twee Tommen kennen. Tom A. zat altijd in dezelfde kroeg als zij en na een tijdje kwam hij aan dezelfde tafel zitten, zo zijn ze vrienden geworden. Ze kijkt bij hem dvd’s en eet haar lievelingskoekjes die hij speciaal voor haar koopt. Ook leende ze vaak geld, want van de Kapitalistische Duivel weigerde ze geld te lenen. Tom S. leerde ze kennen op een vakantie in Zuid-Frankrijk. Met hem besluit ze vaak midden in de nacht uit te gaan. Ze sliep dan bij hem en hij sloeg een arm om haar heen. Tom S. is eigenlijk journalist maar hij speelt heel de dag tetris op Internet. Toen Constantijn zijn matras had gehaald is hij heel de dag gebleven. Hij studeert Film – en televisiewetenschappen omdat hij studiefinanciering wilde maar hij is nog nooit geweest. ’s Avonds blijft hij weer. Als hij vraagt waarom ze geen vriendje heeft, antwoordt ze dat ze niet van vrijen houd. Als zij aan hem vraagt of hij bij haar komt wonen, stemt hij alleen toe als hij een sleutel krijgt. Die krijgt hij. Een week daarna staat Beuk voor de deur. Hij vindt dat Seringe Constantijn de deur uit moet gooien. Maar hij is anders dan zij, hij werkt nu bij de Kapitalistische Duivel in het bedrijf. Zij voelt daar niks voor. Soms deed ze aan drugs samen met Tom S. Ze vertelt dit aan haar moeder en verwacht dat deze boos zal worden, maar dat gebeurd niet. Ze vindt het juist goed dat ze het een keer geprobeerd heeft. In het begin proberen de twee Tommen Constantijn te negeren, maar na een tijdje beginnen ze toch wel aan hem te wennen. Tijn en Seringe delen samen een passie: ze houden allebei van op de bank liggen, niks doen en nutteloze gesprekken voeren. Tijn heeft een bewogen jeugd achter de rug waarin hij en zijn moeder werden mishandeld door zijn vader. Hij gaf liefde in de vorm van littekens. Hij kwam terecht in een kindertehuis waar ze hem behandelen als een mongooltje. Iedereen begint een beetje van Seringe en Constantijn te verwachten dat ze iets gaan doen met hun leven maar om dit te voorkomen besluiten ze naar het buitenland te verhuizen. Daar verwacht tenminste niemand iets van ze. Ze hebben ook niet echt de behoefte te slagen in het leven. Ze vindt het erg moeilijk de twee Tommen te vertellen dat ze weggaat, maar ze waren niet boos. Seringe is boos dat ze niet boos zijn. Tijn en zij vertrekken naar Palermo, Sicilië. Eerst wilden ze naar Hollywood gaan maar door een gesprek met hun moeder over Palermo koopt ze per ongeluk tickets daarheen. Het bevalt ze er wel. Seringe heeft haar moeder niet verteld dat ze ging verhuizen omdat ze wil weten hoe lang het duurt voordat haar moeder haar mist. Het duurde zeven maanden. Seringe en Constantijn maken veel wandelingen door Palermo. Op een dag lopen ze ook weer een beetje rond en vinden een portemonnee. Ze twijfelen of ze hem naar de politie zullen brengen of niet . Ze besluiten het laatste te doen. Ze bekijken alle pasjes en bonnetjes uit de portemonnee en struinen zo door het leven van Timo, een neger die van espresso houdt. Ze besluiten een dag te doen alsof ze Timo zijn, zodat ze uit hun sleur komen. Ze laten zich leiden door zijn portemonnee. Ze gaan naar een opera. De dag daarna besluit Seringe alleen met Timo weg te gaan, Constantijn was namelijk te intiem geweest; hij had aan haar haar gestreeld. Ze gaat met hem naar het strand en kijkt naar de zee. Timo begint te huilen omdat hij Tijn mist. (Eigenlijk mist ze hem dus zelf maar wil dit niet toegeven.) ’s Avonds is ze blij dat ze weer lekker bij hem op de bank zit en weer lekker nutteloze gesprekken kan voeren. Constantijn krijgt een brief dat een uitgever interesse heeft in zijn gedichten. In een brief schrijft de uitgever dat hij snel contact met hem op zal nemen. Ze krijgen er gelijk een afkeer van, vooral door het woord snel. De uitgever komt langs. Hij wil de gedichten uitgeven als Constantijn de gedichten hier en daar een beetje aanpast. Seringe en Constantijn verklaren hem voor gek, het kan ze ook niet veel schelen of de gedichten nou gepubliceerd worden of niet. Een paar dagen daarna besluiten ze dat Timo weg moet, en ze gooien zijn portemonnee bij een beeld van een beschermheilige waar Timo obsessionele interesse voor had. Ze hebben het er allebei wel moeilijk mee, maar besluiten dat hij toch weg moet. Dan komt Beuk langs. Seringe gaat boodschappen doen om Beuk een lekkere maaltijd te kunnen geven maar het gaat helemaal mis. Ze loopt snikkend door de paden van de supermarkt omdat er zoveel soorten pasta zijn en ze daarom niet kan kiezen. Je merkt dat Beuk heel anders is dan zij. Hij snapt niet hoe Seringe en Tijn gelukkig kunnen zijn met niks doen omdat hij juist erg gericht is op carrière maken in het leven. Hij vermaakt zich helemaal niet in Palermo, hij is overal ontevreden over. Ook kan hij het niet bevatten dat Seringe samen woont met iemand waar ze alleen een platonische relatie mee heeft. Na drie dagen vertrekt Beuk weer. Seringe denkt na over wat Beuk allemaal zei en besloot dat als je echt van iemand hield je geen seks moet hebben met die persoon omdat dat het alleen maar minder maakt. Seringe vertelt Tijn dat ze nog meer wil verdwijnen. Om dat te kunnen zullen ze moeten verhuizen. Ze kopen een ander huis maar komen er als ze er in gaan wonen dat er geen keuken in zit. Ze besluiten die dan maar zelf te maken. Als ze gaan eten bij de nieuwe buurman en zijn dochters begint Tijn te flirten met de oudste van de dochters. Seringe vindt dit helemaal niet leuk. Ze staat op en zegt dat ze naar huis gaat. Die avond heeft ze ruzie met Tijn. Hij zegt dat ze niks hebben en dat zij zich dus niet zo moet aanstellen. Als ze de dag daarna vraagt of ze door de stad zullen gaan lopen zegt hij dat hij al met Antonella had afgesproken. Dan gaat ze maar in haar eentje door de stad lopen. Dan ziet ze Timo lopen, de man van de portemonnee. Ze roept hem maar hij zegt dat hij haar helemaal niet kent. ’s Avonds zegt ze tegen Tijn dat ze haar moeder gaat opzoeken. Ze komt er via Beuk achter dat haar moeder naar Istanbul verhuisd is om de armen te helpen. Ontwaakt, verworpenen der aarde! Ze gaat in haar eentje naar Istanbul. Ze vindt het wel eng dat Constantijn niet bij haar is. Na een tijdje heeft het ze het huis van haar moeder gevonden. Het is grijs en van beton. Een Turkse man vertelt haar in gebrekkig Engels dat ze al een hele tijd niet thuis is geweest en dat ze denken dat ze in het ziekenhuis ligt. Ze gaat op de bank liggen en ziet weer situaties van vroeger voor zich en vraagt zich af wanneer haar moeder nou eindelijk eens ophoudt met haar te verstikken. Ze belt met Constantijn omdat ze hem zo mist als ze alleen op de bank ligt. Ze bedenkt zich dat haar moeder waarschijnlijk net zo gevochten heeft om niet op haar moeder te lijken heeft als zij nu doet. Na twee weken wachten op haar moeder belt ze Tijn op en zegt dat hij moet komen omdat ze er niet meer tegen kan. Na twee dagen komt hij aan. Hij vertelt dat Antonella en hij weer uit elkaar zijn, omdat zij geen Nederlands kan. Een ludiek bestaan II
Constantijn en Seringe beseffen dat ze voor het eerst echt iets zijn: toeristen. Ze besluiten voortaan beroepstoeristen te zijn. Ze lopen een beetje rond en bezoeken wat bezienswaardigheden. ’s Avonds praten ze over hun jeugd. Na een tijdje komt Tijn op het idee Seringes moeder te gaan zoeken. Ze struinen nog wat door de stad als echte beroepstoeristen. Op een dag komt er een man hun kamer binnen die vraagt of zij de dochter van Sara is. Hij legt hen uit dat hij de ‘speciale vriend’ van haar moeder is. Constantijn en Seringe vragen zich af of hij moslim is. Hij vertelt dat ze elkaar in Nederland ontmoet hadden. Hij had haar verteld dat de mensen hier arm waren en daarom zijn ze verhuisd. Het laatste pamflet
Seringe is eindelijk op bezoek bij haar moeder. Haar moeders ogen beginnen te stralen, ze herkent haar. Bij Seringe komen allemaal jeugdherinneringen naar boven. Ze heeft alzheimer. Haar idealen zijn weg. Seringe wil al haar herinneringen weg hebben, maar het lukt haar niet. Haar moeder blijft haar elke keer lastig vallen in haar gedachten. De verwijten van haar moeder, waarom ze nooit iets zegt, waarom ze geen andere mensen helpt en alleen maar aan zichzelf denkt, ze komen elke keer weer naar boven. Ze denkt dat haar moeder nooit van haar, Beuk en haar vader gehouden heeft. Ze was geen goede moeder. Ze wil nog één keer met haar moeder praten. Om alles wat mis is gegaan te bespreken. Ze heeft haar vergiftigd met haar wereldbeeld. Sering besluit haar moeder mee terug te nemen naar Amsterdam, daar kunnen Beuk en de Kapitalistische Duivel wel voor zorgen. Tijn en zij wonen nu weer op de Prinsengracht. Tom A. is ook gaan samenwonen. Doordat Seringe de moed gevonden had haar moeder te zoeken durfde Constantijn ook. Hij komt erachter dat zijn moeder dood is. Dan gaan ze de uitgever vertellen dat ze de gedichten niet meer willen uitbrengen. Beuk wreekt zich op hun moeder door haar vlees te laten eten terwijl ze altijd vegetariër was voordat ze dement werd. Voor de rest bemoeit hij zich niet zoveel met zijn moeder, wat Seringe gemeen vindt. Maar volgens hem kost een baan veel tijd. Axie en reactie
Beuk en de Kapitalistische Duivel zitten aan tafel te pokeren om vrijheid. Wie verliest moet voor hun moeder/vrouw zorgen. Seringe en Tijn lopen boos van de tafel weg. Ze gaan naar Seringes moeder. Ze praten Italiaans tegen haar, ze heeft het toch niet meer door. Dan begint Seringe alles te vertellen tegen haar moeder wat haar ooit dwars gezeten heeft. Ze verwijt haar moeder dat ze de hele wereld wilde verbeteren behalve haar wereld. Dan gaat ze terug naar Palermo met Tijn. Analyse: Titelverklaring: Politiek gevangene slaat op iedereen in het boek. Alle personages zijn op hun eigen manier politieke gevangenen. Haar moeder omdat ze haar idealen niet los kan laten en soms moet kiezen tussen haar idealen. (Ze wil bijvoorbeeld geen kinderen omdat dat oneerlijk is tegenover de kindjes in de derde wereld maar een tweeling aborteren komt in de buurt van genocide.) Seringe omdat ze de verwijten van haar moeder maar niet uit haar hoofd kan krijgen. Ze is de dupe geworden van haar moeders politieke overtuiging. En Constantijn omdat hij door de pleegzorg zo rot behandeld werd. Hij werd er altijd behandeld alsof die heel dom was, en ze luisterden nooit echt naar hem. Daarom zijn Constantijn en Seringe zo geworden. Ze zijn bang om iets fouts te zeggen en daarom zeggen ze niks en willen verdwijnen. Het is een reactie op de generatie ervoor omdat die juist zoveel idealen hadden. Thema: Het boek gaat over idealen en de kijk op de wereld die per generatie kan verschillen. Het boek wordt gezien vanuit een meisje dat terugkijkt op de vorige generatie. Doordat de vorige generatie zoveel idealen hadden en zoveel actievoerden is de huidige generatie een beetje een niksgeneratie. Ze staan eigenlijk nergens voor en hebben geen idealen meer. Mening: Ik vond het boek heel fijn om te lezen. Het las best makkelijk, het was niet al te zwaarmoedig. Het personage Seringe vond ik het mooist neergezet. (Wat dan ook de hoofdpersoon was.) Er zat veel humor in en ook veel herkenbare dingen. Seringe heeft gewoon niet die dringende behoefte om iets te maken van het leven. Ze wil helemaal geen carrière of veel geld ofzo. En daar herken ik mezelf ook wel in. Ik kan me wel vinden in haar kijk op het leven. De dialogen, hoe zij over kleine dingen denkt, dat maakt naar mijn mening dit boek mooi. (Bijvoorbeeld als ze in die supermarkt staat te huilen omdat er teveel keuze aan spaghetti is.) Ik snap ook wel dat zij helemaal niks meer wilt nadat haar moeder overal voor op kwam behalve voor haar. Ze was erg alleen als kind ook al was ze een tweeling. De schrijfstijl sprak me wel aan. Het was erg humoristisch en mooie, nutteloze dialogen. Juist doordat het vaak over dingen ging die niet zo zwaarmoedig waren als altijd en zonder moraal of boodschap werd het zo mooi.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.