Motto:
Eeuwigheid, overstaar mij hier
die nauwelijks te ademen waag,
die in het hart mijn dode draag
in de gesloten sarcofaag.
IDA GERHARDT
('Het onherroepelijke' uit de bundel De Slechtvalk)
Het motto is een gedicht van Ida Gerhardt, dat gaat over het oneindige waar de mens als eindigend wezen doorheen beweegt.
Frank confronteert Olga met Ida Gerhardt, en later (door zijn dood) ook met de eindigheid.
Komt erg overeen met het thema, vergankelijkheid.
Het boek heet oesters, want als je oester openbreekt dan gaat de schelp stuk. Er breekt blijvend iets, net als de relatie tussen Olga en Frank. De titel slaat ook terug op Olga zelf, ze is erg in zichzelf gekeerd, erg gesloten en praat liever niet over het verleden.De verwachtingen die bij me gewekt werden zijn: dat het een goed boek is, niet al te moeilijk geschreven en een spannend/ingrijpend verhaal. In het boek zit weinig spanning, het gaat om de gedachten en gevoelens van de personen. Er zijn ook niet echt spanningsbogen want er gebeurt bijna niets in het boek. Er zijn ook geen duidelijke open plekken aanwezig in het boek.
Olga is 35 jaar oud, getrouwd met Harold Kingsley en woont in Wenen. Daarvoor woonde zij in Amsterdam, New York en Bonn. Heeft letterkunde gestudeerd in Amsterdam. Zij wordt een droomster genoemd en haar karakter vertoont melancholieke trekjes. Zij is in zichzelf gekeerd, depressief en slaapt slecht. Olga is verlegen en heeft weinig levenservaring. Ze wordt verliefd op Frank, die zestig jaar is. Ze had Marxistische ideeën. Ze las eerst Russische literatuur maar door invloed van Frank begon ze ook Nederlandse litteratuur te lezen.
Frank Winter: is een vitale man van 59 als hij Olga in Montpellier ontmoet. Hij is kunsthandelaar en heeft schilderijen opgehaald in Frankrijk. Als hij terugrijdt naar Nederland biedt hij Olga een lift aan. Ze overnacht in zijn royale huis in Zeeuws-Vlaanderen. Frank maakt een zeer evenwichtige indruk. Hij houdt van stil leven. Hij is een lange, magere man van achter in de vijftig met kortgeknipt wit haar. Hij is voor Olga soort vaderfiguur, stelt haar op haar gemak en dringt niet aan op een verhouding. Hij is nuchter en probeert niet jonger te lijken dan hij is. Hij is tevreden met de relatie met Olga.
Harold Kingley is een carrièremaker. Hij volgt twee studies. Hij studeert snel en goed en benut zijn tijd efficiënt. Hij is iemand bij wie alles lukt wat hij wil. Harold Lingsley is een diplomaat. Hij heeft in Amsterdam geschiedenis en economie gestudeerd. Hij wordt cool maar clever en geestig genoemd; een echte carrièremaker.
Hannah kent Harold oppervlakkig, ze is een vriendin van Olga. Ze is populair, iedereen bewondert haar. Ze heeft een bos krullen, ranke benen en ze is heel fel, wat ook van haar afstraalt. Kees, vriend van de ouders van Olga. Hij zit haar telkens te plagen door te zeggen dat ze met hem moet trouwen.
Vroeger was hij de minnaar van Olga's moeder. Hij is humoristisch maar bedoeld het soms serieus. Arthur is een internist, en de enige waarmee ze praat over Frank. Hij is laconiek en wekt de indruk niets bijzonder te vinden. Een zware gemoedelijke, slordig ogende man, niet het prototype van een medicus.
Moeder van Olga, ze kan het goed vinden met Olga, maar is het niet eens over haar vriendschap met Frank, en blij als Harold haar een aanzoek doet.
Vader van Olga is een belangrijk persoon in het verhaal, hij wordt met Frank vergeleken.
Huishoudster, kijkt vijandig naar Olga. Ze is al wat ouder en heeft de pik op Olga.
Psychiater (Herr Dokter Kroch): heeft een bril en helpt Olga met haar problemen. Hij praat welluidend, zangerig Weens. Zijn zware gestalte past bij hem. Hij is informeel en artistiek. Gekleed in een zwarte ribfluwelen broek en een helderrode lamswollen trui, waartegen de peper-en-zout kleurige ringbaard fraai afsteekt.
De belangrijkste beslissingen van de hoofdpersonage vind ik toen ze besloot om mee te rijden met Frank. Dit was een begin van hun relatie. Alles in dit boek draait om hun relatie, vandaar dat ik het belangrijk vind voor dit boek. Maar ook toen ze uiteindelijk voor Frank koos waarmee ze daarna naar Amerika vertrekt. Ze leeft verder met Harold en trouwt ook met hem. Maar om nou te zeggen dat ze echt gelukkig is, nee. Ze kan nog steeds haar draai in het dagelijks leven niet vinden, want ze denkt nog steeds iedere dag terug aan Frank. Ik zou niet dezelfde beslissingen genomen hebben als Olga. Aan de ene kant wist ze wel wat de risico’s waren om met een veel oudere man een relatie te beginnen en aan de andere kant vind ik het gewoon niet kunnen. Vandaar dat ik me ook niet kan verplaatsen in de hoofdpersonage.Dit waren uiteindelijk ook de belangrijkste gebeurtenissen. De nadruk ligt meer op de gedachten en gevoelens van de hoofdpersonage. Olga denkt vaak terug aan haar belevenissen met Frank, waardoor ze uiteindelijk in een psychiatrische inrichting belandt. Het hele boek draait om haar doorgebrachte tijd met Frank. Verbanden tussen de gebeurtenissen komen logisch uit elkaar. De gebeurtenissen kwamen heel geloofwaardig over. Dit komt waarschijnlijk doordat ze die gebeurtenissen heel goed omschrijft waardoor je je beter kan verplaatsen in de hoofdpersonage. Vooral het laatste gedeelte van het verhaal maakte een bijzondere indruk op me. Hierin gaat Olga de schilderij ophalen die Frank haar had nagelaten. Je voelt ook dat ze steeds verder en verder afdwaalt. De schrijfster gebruikt korte zinnen. Voor een deel komt dat omdat er veel dialogen in het verhaal voorkomen. Ze gebruikt weinig moeilijke woorden,waardoor het verhaal gemakkelijk te lezen is. Er staan ook een aantal stukjes in een andere taal in, zoals:" Ich kann mich nicht konzentrieren heute." (blz 54) Je moet wel iets van kunst weten om sommige stukken te doorzien, zoals de stukken waar ze het heeft over de vanitas; dat is een schilderij waarop een doodshoofd afgebeeld is, Het leert de toeschouwer dat je niet zo ijdel moet zijn om de dood te vergeten.
De schrijfster vertelt vanuit de derde persoon. De verplaatsing in plaats en tijd is nogal verwarrend; aan de ene kant verplaatst het zich in de tijd steeds heen en terug, aan de andere kant gaat het verhaal steeds over van het hedendaagse huis van haar in Oostenrijk, naar de kamer van de psycholoog waarmee ze praat. Je zou kunnen zeggen dat haar gedachten en de gesprekken met de psycholoog de plaats bepalen; gaat een stuk over haar vroegere oude minnaar, dan praat ze er over met de psycholoog. De situaties die Rascha Peper beschrijft zijn erg direct; de rede van een beschreven situatie is bijna altijd een gesprek.
Ondanks dat de schrijfster in de derde persoon vertelt, schrijft ze erg verbonden met Olga, al haar gedachten en hersenspinsels worden door haar beschreven en afgewogen, er is totaal geen sprake van enige auctoriale vertelwijze.
Het verhaal is fragmentarisch, je wisselt steeds van verleden naar heden. Het verleden is belangrijk, want ze denkt er nog steeds aan en het heden wordt daardoor grotendeels bepaald. De hoofdstukken worden om en om in het heden en het verleden verteld, af en toe wordt die regelmaat doorbroken. Het boek is erg samenhangend, het heden en verleden lijken op elkaar in sommige opzichten. Bijvoorbeeld haar verhouding met Frank en toen ze klein was, Kees die met haar wilde trouwen.
Verder is het zo dat alles wat ze met Frank beleeft, invloed heeft op haar relatie met Harold. Er is zijn meerdere verhaallijnen, een in het verleden, rondom Frank en een in het heden, rondom Harold. In het boek zit weinig spanning, het gaat om de gedachten en gevoelens van de personen. Er zijn ook niet echt spanningsbogen want er gebeurt bijna niets in het boek. Het verhaal loopt van 1969. Het jaar na het maagdenhuis tot 1984. Die herfst vijftien jaar geleden: hoofdstuk 1 begint eind februari 1984. In het laatste hoofdstuk is het juli.
Beide verhalen worden chronologisch verteld.
Het boek heeft 130 blz. en 23 hoofdstukken.
De bouw van het verhaal vond ik niet echt moeilijk. Het verhaal is door haar zelf verteld.Hier en daar zijn grote tijdsprongen en flashbacks die soms wel één hoofdstuk duren. Er is zijn meerdere verhaallijnen, een in het verleden, rondom Frank en een in het heden, rondom Harold. De totale tijd van het verhaal neemt 25 jaar in beslag. Eerst de relatie met Frank, daar gaat 15 jaar overheen. Na die 15 jaar gaat ze op verschillende plaatsen op de wereld wonen. Ze eindigt in Wenen waar ze het hele verhaal aan een psycholoog vertelt.
Olga is een karakter in dit verhaal, want je komt heel veel van haar te weten, zoals over haar gedachten en gevoelens, maar dat komt doordat ze het verhaal zelf vertelt. Het gedrag en ideeën van de personages vind ik afschuwelijk. Dit komt omdat ik helemaal niet met hun ideeën mee eens ben.Ten eerste vind ik de leeftijdsverschil veel te groot, dit gaat in tegen al mijn normen en waarden, en ten tweede vind ik het verkeerd dat ze haar vriend bedriegt met Frank.Naar mijn mening is dit gewoon onaanvaardbaar. Sommige van haar beslissingen vond ik wel begrijpelijk en aan de andere kant verstandig, zoals het kiezen voor haar jongere minnaar en verder gaan met school.
Rascha peper moest vanwege het werk van haar man naar Wenen verhuizen. Ze voelde zich daar ‘nogal op mezelf teruggeworpen’. Daarom begon ze toen serieus te schrijven. In Wenen ontstond de eerste versie van ‘Oesters’ en enkele korte verhalen. Terug in Nederland werden een paar verhalen gepubliceerd in ‘Hollands maandblad’ en ‘Tirade’. Na de publicatie van die eerste verhalen, zette ze zich aan het schrijven van ‘oesters’, omdat ze had gemerkt dat ze ‘in alle valkuilen van een beginnend schrijver was getuind’. Andere boeken van Rascha Peper zijn: De Waterdame (1990), Oefening in manhaftigheid (1992), Rico’s vleugels (1993) en Russisch blauw (1995)
De situaties die Rascha Peper beschrijft zijn erg direct; de rede van een beschreven situatie is bijna altijd een gesprek. Ondanks dat de schrijfster in de derde persoon vertelt, schrijft ze erg verbonden met Olga, al haar gedachten en gevoelens worden door haar beschreven en afgewogen, er is totaal geen sprake van enige auctoriale vertelwijze.
Rascha Peper woont vanaf oktober 1999 met haar man en zoon in New York (Olga woonde ook in Amsterdam, New York en Bonn), maar verblijft af en toe ook nog in Amsterdam. RASCHA Peper is binnen de hedendaagse Nederlandse literatuur een opvallende verschijning te noemen. Haar oeuvre heeft een volstrekt eigen karakter en lijkt op het eerste gezicht weinig verwantschap te vertonen met dat van andere moderne schrijvers. Opmerkelijk is dat Pepers eerste verhalen, verzameld in De waterdame (1990), een sterke thematische eenheid zichtbaar is, die exemplarisch genoemd kan worden voor de romans en verhalenbundels die op dit debuut volgen. Haar werk is vanaf het begin gebaseerd op klassieke thema’s liefde, eenzaamheid en dood. De waterdame beschrijven ongewone en vaak vergeefse liefde.
Hoewel Pepers eerste boeken, en vooral Oesters (1991), elementen bevatten die verbonden kunnen worden met haar leven, heeft zij niet de ambitie autobiografisch werk te schrijven. Toch is de verbinding tussen leven en werk bij Peper in zoverre onlosmakelijk te noemen dat zij haar werk als de enige mogelijkheid tot communicatie beschouwd. Door haar relatieverende manier van schrijven worden zelfs de meest zonderlinge karakters geloofwaardig. Deze personages hebben moeite met de werkelijkheid, die zij proberen te ontvluchten in dromen, verlangens of in het verleden. Een veel voorkomende thema in pepers werk is dat van geliefden tussen wie en groot leeftijdsverschil bestaat. Deze voorkeur lichte zij toe in een vraaggesprek met Jeroen Kuypers en Piet de Moor in De Morgen: ‘ Een jong persoon die zijn of haar eerste en een ouder persoon die weet dat hij zijn laatste liefde beleeft zullen deze relatie noodzakelijkerwijs zeer intens beleven’. Daar kun je heel gemakkelijk begrippen als levensdrift en doodsangst koppelen.
Maatschappelijk –culturele context:
Het boek gaat over de relatie tussen een meisje van 20 en een man van 60. Ook al ben ik niet gelovig opgevoed noch veel vooroordelen heb vind ik deze relatie toch onacceptabel. In de tijd dat ik leef worden dit soort relaties door sommige mensen wel geaccepteerd. Dit komt waarschijnlijk doordat de mening van een ander nu beter wordt gerespecteerd dan bijvoorbeeld zo’n 30 a 40 jaar geleden, waarin die soort relaties ondenkbaar waren.
REACTIES
1 seconde geleden