Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Oeroeg door Hella S. Haasse

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
Boekcover Oeroeg
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 3875 woorden
  • 21 april 2004
  • 75 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
75 keer beoordeeld

Boekcover Oeroeg
Shadow

Oeroeg was mijn vriend. Zo begint het beroemde prozadebuut van Hella Haasse, dat in 1948 als Boekenweekgeschenk verscheen en inmiddels in elf talen is vertaald. Het is het aangrijpende verhaal van de vriendschap tussen een Indonesische jongen en de zoon van een Nederlandse administrateur in het Nederlands-Indië van voor de Tweede Wereldoorlog. Geleidelijk groeien…

Oeroeg was mijn vriend. Zo begint het beroemde prozadebuut van Hella Haasse, dat in 1948 als Boekenweekgeschenk verscheen en inmiddels in elf talen is vertaald. Het is het aangrijp…

Oeroeg was mijn vriend. Zo begint het beroemde prozadebuut van Hella Haasse, dat in 1948 als Boekenweekgeschenk verscheen en inmiddels in elf talen is vertaald. Het is het aangrijpende verhaal van de vriendschap tussen een Indonesische jongen en de zoon van een Nederlandse administrateur in het Nederlands-Indië van voor de Tweede Wereldoorlog. Geleidelijk groeien de twee jongens uit elkaar. Wanneer de ik-figuur, de Nederlandse jongen, na een studie uit Delft terugkeert in het Indië dat nog net geen Indonesië is geworden, blijkt hun verwijdering te zijn uitgegroeid tot een kloof. Oeroeg heeft gekozen: voor zijn volk en tegen de Nederlanders, dus ook tegen zijn vriend. Vertwijfeld vraagt de ik zich af of hij voorgoed een vreemde zal zijn in het land van zijn geboorte.

Oeroeg door Hella S. Haasse
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Beschrijving A. Voorwerk en samenvatting 1. Complete titelbeschrijving
Hella S. Haasse, Oeroeg. Amsterdam 1948
2. Korte motivatie van je boekkeuze
Ik heb dit boek gekozen, omdat de titel mij aansprak. De eerste keer dat ik de titel hoorde, dacht ik wat is dit voor boek en raakte ik geïnteresseerd. Ik had van een vriend gehoord dat het niet een erg dik boek was en dat het niet erg was om te lezen. Toen bleek dat hij hem thuis had liggen, vroeg ik of ik hem mocht lezen. Toen ik thuiskwam ben ik hem meteen gaan lezen. 3. Een korte samenvatting van de inhoud
De ‘ik’- persoon was geboren op de onderneming Kebon Djati waar zijn vader administrateur was. Oeroeg, zijn vriend, was daar ook geboren, alleen de vader van Oeroeg was de mandoer van de vader van de ‘ik’- persoon. De ‘ik’- persoon en Oeroeg groeien daar samen op en zijn al vanaf jongs af aan bevriend met elkaar. Op de leeftijd dat de ‘ik’- persoon zes is moet hij echter naar school. Oeroeg is een inlandse jongen en mag dus niet naar school. Bij een feestje van de vader van de ‘ik’- persoon komt de vader van Oeroeg echter om het leven. Hij kwam om het leven, omdat hij de ‘ik’- persoon wilde redden. Uit schuldgevoel betaalt de vader van de ‘ik’- persoon dan de opleiding van Oeroeg, maar wel op een andere school. De ‘ik’- persoon krijgt ook bijles Nederlands van meneer Bollinger. Zijn moeder krijgt een relatie met hem, scheidt van zijn vader en vertrekt naar Nederland met meneer Bollinger. De ‘ik’- persoon lijkt hier niet echt mee te zitten. Hij had al nooit echt een goede band met zijn ouders en voelde zich meer op zijn gemak bij Sidris, de moeder van Oeroeg. Als de vader een reis gaat maken, wordt de ‘ik’- persoon ondergebracht bij Lida. Zij heeft een pension. Als Lida klachten krijgt van het hoofd van de school dat de ‘ik’- persoon zoveel spijbelt (omdat hij dan met Oeroeg heeft afgesproken) komt ze op het plan om Oeroeg ook bij haar in te laten trekken. Lida ontfermt zich helemaal over Oeroeg en beschouwt hem een beetje als pleegzoon. Na de basisschool gaan ze allebei naar een andere school. De ‘ik’- persoon komt in een internaat terecht. Zijn vader was ondertussen teruggekeerd van zijn reis met een andere vrouw. Oeroeg blijft bij Lida wonen, Lida verhuist mee naar de stad waar Oeroeg gaat studeren. Als Oeroeg te erg begint te puberen, besluit Lida hem ook naar het internaat te sturen. Daar groeien Oeroeg en de ‘ik’- persoon langzaam uit elkaar. Oeroeg gaat veel om met Abdullah, een Arabische jongen. Na de school gaat Oeroeg voor arts studeren en de ‘ik’- persoon gaat in Delft studeren. Als ze de laatste maal met elkaar afspreken voordat de ‘ik’- persoon naar Holland gaat blijkt dat Oeroeg een strijder is geworden voor een onafhankelijk Indonesie. Hij vertelt aan de ‘ik’- persoon dat hij ‘hun’ hulp niet meer nodig heeft. De ‘ik’- persoon begrijpt het niet en vertrekt naar Delft. Als de ‘ik’- persoon na een hele lange tijd weer terugkomt in Indonesië en hij een ritje maakt door de wildernis en even alleen is, staat ineens een inlander voor zijn neus met een revolver. De ‘ik’- persoon denkt dat het Oeroeg is, maar de inlander laat niks merken. De inlander vlucht zodra hij hoort dat de rest de ‘ik’- persoon aan het zoeken is. De ‘ik’- persoon komt er nooit achter of het Oeroeg was of niet. 4. Een eerste persoonlijke reactie

Toen ik dit boek aan het lezen was, vond ik eigenlijk wel dat het bijna een autobiografie was van de schrijfster, zo realistisch is het geschreven. Daarom ga je ook meer nadenken over de personages. Dat heb ik tenminste wel. En dan ga je bijvoorbeeld denken aan de kolonisatie die heeft plaats gevonden lang geleden, en tot nog niet zo lang geleden heeft geduurd, over racisme en de botsing tussen twee culturen. (later ben ik er ook achter gekomen dat Hella S. Haasse zelf ook in Indonesië geboren is, en dat er ook wel stukken in het boek naar voren komen die ze zelf ook heeft meegemaakt, maar dat het beslist geen autobiografie is) Wat ik altijd moeilijk vind om uit te leggen is hoe het kan dat een boek én realistisch én fantasierijk is. Dit vind ik nogal persoonlijk, omdat voor iedereen de eerste reactie anders is. Het realistische slaat hier namelijk op de manier waarop het geschreven is. (Zoals ik al zei: alsof het een autobiografie is) Je leeft je helemaal in, en je ziet voor je hoe ze daar wonen, hoe de natuur er daar uit ziet enz. Het fantasierijke aan dit boek zijn de illusies waarin de jongens leven. (Zie maar bij motieven) De ‘ik’- persoon denkt heel sprookjesachtig, en wil later ook ontdekkingsreiziger worden samen met Oeroeg. Hier komt niets van terecht, maar je ziet hier wel heel duidelijk het fantasierijke aan dit boek. B. Analyse en interpretatie 1. Motto en opdracht
Er was geen motto in dit boek te vinden. 2. Thema
Als je begint met lezen op het boek, kan je al heel snel bedenken waar dit boek eigenlijk op “berust”. Meteen in het begin vraagt de ‘ik’- persoon zich af waarom hij de belangrijkste persoon uit zijn jeugd is kwijtgeraakt. Hierbij graaft hij in zijn geheugen, gaat terug naar het verleden, op zoek naar het antwoord. Je kunt dus wel zeggen dat het thema is: “poging om achter de waarheid te komen in zijn verleden om zo greep te krijgen op de chaos in zijn leven”. 3. Motieven - Racisme en discriminatie. Dit motief is bijna niet over het hoofd te zien. Alle Javanen worden hier als knecht (misschien wel slaaf?) beschouwd, de ‘ik’- persoon mag in het begin wel naar school, Oeroeg nog niet. De ‘ik’- persoon’s vader heeft liever ook niet dat de ‘ik’- persoon met Oeroeg speelt/omgaat, omdat hij vindt dat Oeroeg niet genoeg zijn zoon is, alsof Oeroeg een smerig iets is. - Illusie namelijk het sprookjesachtige denken van de ‘ik’- persoon, en dat hij samen met Oeroeg wil studeren voor ontdekkingsreiziger, ook al komt hier niets van terecht. - Botsing tussen 2 culturen. Dit motief heeft ook wel te maken met het racisme en de discriminatie in dit boek. De hoofdpersoon van die boek heeft zijn hart en nieren daar in Indonesië liggen, ook als is hij geen Indonesiër, maar voelt zich ook niet Nederlander. Bovendien mogen de Indonesiërs hem ook niet. - Communicatiestoornissen. In dit boek worden de hele tijd relaties tussen mensen beschreven, die niet goed standhouden omdat ze elkaar nooit echt goed begrijpen. Het duidelijkste voorbeeld hiervan is natuurlijk Oeroeg, die de hoofdpersoon nooit goed heeft kunnen begrijpen, omdat hij altijd wazig deed, en nooit erg open was tegenover de ‘ik’- persoon. Dan ook de relatie van de ouders van de ‘ik’- persoon die kapot loopt doordat er geen goed contact tussen hen bestond; geen van hun was echt druk bezig met de opvoeding van hun zoon en ze leefden zo hun eigen leventje. 4. Titel- en ondertitelverklaring
De titel is Oeroeg. Dit is de titel, omdat hij (Oeroeg) een soort hoofdpersoon van het verhaal is en veel dingen met zijn allerbeste vriend doormaakt in zijn jeugd in Indonesie. Dit wordt duidelijk uit de tekst: “Al mag die entourage verschillend zijn, al naarmate de periode die ik me voor de geest roep korter of langer geleden is, altijd zie ik Oeroeg, zowel in de verwilderde tuin van Kebon Djati, als op de roodbruine, aangetrapte modder van Sawapaden, diep in het bergland van de Preanger; in de hete wagons van het treintje dat ons dagelijks naar de lagere school bracht in Soekaboemi. 5. Perspectief
De schrijfster kruipt in dit boek in de huid van de hoofdpersoon, en het boek is daarom ook geschreven in een ikvertelsituatie. Hierdoor word het boek wel subjectief, je komt niks over gevoelens van anderen te weten. Wat ik wel opvallend vond aan dit boek is dat de ‘ik’- persoon ook steeds ik blijft. Nergens wordt een naam genoemd van de hoofdpersoon. Dit vind ik wel leuk gedaan, omdat het dan nog persoonlijker wordt als lezer. Er wordt trouwens niet gewisseld van perspectief. 6. Genre
Het genre werk is een novelle uit het jaar 1948, dat kun je zien aan het feit dat het boek beknopt is, er zijn geen uitweidingen en bijgedachten, het aantal hoofdpersonen is ook klein, namelijk alleen Oeroeg en de ‘ik’- persoon. Er wordt maar een korte periode van hun leven beschreven (ik vind dit niet goed, 12 jaar is best lang). Ook verkeren de hoofdpersonen vaak in een crisissituatie, het leven was op de onderneming niet echt bepaald luxe, want er moest hard gewerkt worden door bijna iedereen. 7. Taalgebruik
Het taalgebruik in dit boek is erg moeilijk. Dit komt vooral doordat het boek al zo oud is. En daarom komen er woorden in voor die ik niet ken. Ook wordt het taalgebruik moeilijker door al de Indische woorden die er woorden gebruikt. Na een tijdje kom je erachter wat sommige betekenen, maar allemaal begrijp ik ze nog niet. 8. Personages

Hoofdpersonen: • De ‘ik’- persoon: voelt een grote vriendschap voor Oeroeg op basis van gelijkheid. • Oeroeg: Accepteert het leven zoals het hem wordt aangeboden. Door zijn opleiding komt hij tussen de klassen van de Europeanen en de gewone desa werker (theeplukker) te staan. In Soerabaja merkt hij dat ook de Javaan invloed moet kunnen uitoefenen. Alle vriendschap ten opzichte van anderen wordt hieraan ondergeschikt: hij is minder vriendelijk tegenover de ‘ik’- persoon en wordt meer trots op Lida. Bijpersonen • De vader van de ‘ik’- persoon: een strenge hard werkende man, die weinig contact heeft met zijn zoon. Elke beslissing over een vervolgopleiding betekent een schok voor de ‘ik’- persoon, omdat ze steeds een scheiding met Oeroeg zouden gaan betekenen. • De moeder van de ‘ik’- persoon: is ziekelijk en verveelt zich. Na een affaire met meneer Bollinger scheidt zij van haar man. Zij vertrekt naar Europa en woont daarna in Nice. • Eugeni: de tweede vrouw van de vader van de ‘ik’- persoon. Zij regelt het hele huis. Als er kinderen komen moet de ‘ik’- persoon het huis uit, naar Lida. • Deppoh: vader van Oeroeg, mandoer op de onderneming. Tijdens het bezoek aan het meer merkt de ‘ik’- persoon dat Deppoh het uitgelaten gedrag van de Europese gasten afkeurt. • Sidris: moeder van Oeroeg, verzorgt een groot gezin waar ook een opa en een nichtje bij horen. Ze woont in steeds slechtere omstandigheden en heeft ook steeds minder contact met Oeroeg. Ze accepteert dit als onoverkomelijk. 9. Structuur en samenhang - Proloog- De eerste alinea van dit boek. Hierin vertelt de ‘ik’- persoon (speelt af in het heden) dat wanneer hij terug denkt aan zijn verleden, vooral Oeroeg naar boven komt. De prolaag is een soort aankondiging van het onderwerp/thema van het boek. - Epiloog- De laatste alinea van dit boek. Hierin vat de ‘ik’- persoon een beetje samen, wat zijn doel is geweest van het maken van dit verslag van zijn jeugd. Hij beseft ook in deze epiloog, dat hij nooit Oeroeg heeft kunnen peilen, en dat de tijd zal leren of hij “te laat”is, en of hij voorgoed een vreemde in het land van zijn geboorte zal zijn, op de grond vanwaar hij niet verplant wilde zijn. - Dat is dus het open einde van het boek, de vraag waarmee de ‘ik’- persoon blijft zitten. Zelf heb ik het nooit zo op open eindes. Ik ben namelijk erg nieuwsgierig, en ik wil altijd graag weten of het Oeroeg nou wel of niet was, of hij Oeroeg ooit nog zal
doorgronden, of hij Oeroeg ooit weer zal zien en dan ook zijn vragen kan beantwoorden. - Dit boek is niet verdeeld in hoofdstukken, maar er zijn wel drie delen te onderscheiden, namelijk de proloog, dan komt er een hele grote flashback namelijk zijn jeugd tot 1938, dan komt er een tijdsprong van 10 jaar, en dan is er een flashback van zijn bezoek aan Indonesië in 1948, en dan de epiloog. 10. Ruimte
Het verhaal speelt zich af in Nederlands-Indië. De jeugd van de ‘ik’- persoon speelt zich voornamelijk af op Kebon Djati (de onderneming van de ‘ik’- persoon’s vader) en de kampong (wijk, door inlanders bewoond) van Oeroegs ouders. Daarnaast is er de lagere school in Soekaboemi, het internaat in Batavia en de school in Delft. Natuurlijk zijn deze plaatsen wel van belang, maar niet erg sterk. Dat de jeugd zich af heeft gespeeld in een dorpje midden in de rimboe, zegt wel, dat er niet veel invloeden van buitenaf waren, en dat ze vaak op hun 2-en waren (de ‘ik’- persoon en Oeroeg) waardoor hun vriendschap erg sterk was. Wanneer ze naar aparte scholen gaan, komen beide jongens ook in aanraking met andere invloeden, waardoor ze uit elkaar groeien. Dat de ‘ik’- persoon later in Delft zit geeft natuurlijk wel de afstand goed weer tussen de jongens en dus ook tussen de twee culturen. Deze afstand zorgt er dan ook voor dat ze helemaal geen contact meer hebben en volledig van elkaar af zijn gegroeid. 11. Tijd
Het verhaal speelt zich in het verleden af, er wordt het hele boek door gesproken in de verleden tijd. Het boek is gemaakt in 1948 (na de oorlog), dus rond die tijd speelt het verhaal zich ook af. Eigenlijk is het hele boek een grote flashback. Van het begint tot hat einde waarbij de ‘ik’-persoon te weten wil komen, hoe het komt dat hij de belangrijkste persoon uit zijn leven is kwijtgeraakt. In het begin van het boek vinden de gebeurtenissen plaats in Indië (toen nog Nederlands-Indië) op de onderneming Kebon Djati, op de sawapaden, diep in het bergland van de Preanger en op de school in Soekaboemi, waar de ‘ik’- persoon en Oeroeg nog samen waren. Wat later ging de ‘ik’- persoon naar Nederland. En aan het eind van het verhaal ging hij terug naar Soerabaja om Oeroeg op te zoeken. Het verband tussen de plekken en de sfeer van het verhaal is dat Oeroeg en de ‘ik’- persoon elkaar wel telkens weer opzoeken (behalve aan het eind), maar dat er wel een steeds grotere kloof ontstaat. C. Achtergronden van de auteur 1. Biografische gegevens
Hélèna Serafia van Lelyveld-Haasse wordt op 2 februari 1918 geboren in Batavia. Na een jaar vertrekt het gezin voor een twee jaar durend verlof naar Nederland. Als moeder Haasse op Soerabaja ziek wordt, vertrekt het gezin naar Europa. Hella verblijft bij haar grootmoeder in Heemstede en vervolgens in een kinderpension in Baarn. In 1928 keren ze weer terug naar Batavia. Hella bezoekt het lyceum en maakt kennis met de Nederlandse literatuur. Na haar eindexamen besluit ze naar Amsterdam te gaan en studeert ze Scandinavische Taal- en Letterkunde. In 1941 geeft ze haar studie op om aan de Amsterdamse Toneelschool te gaan studeren. Deze studie wordt in 1943 succesvol afgerond en het jaar daarop trouwt ze met Jan van Leliënveld. In 1981 gaat Hella met haar man in Frankrijk wonen. 2. Ander werk
1976: Een gevaarlijke houding of Daal-en-Bergse brieven, roman
1978: Mevrouw Bentinck of Onverenigbaar van karakter, roman
1981: De groten der aarde of Bentinck tegen Bentinck, roman
1983: De weegen der verbeelding, roman
1986: Berichten van het blauwe huis, roman
1989: Schaduwbeeld of Het geheim van Appeltern, roman
1992: Heren van de thee, roman
1993: Een handvol achtergrond. Paran Sawat, autobiografische teksten
1994: Transit (boekenweekgeschenk), novelle

1996: Ogenblikken in Valois, essays
3. Thematiek
Het centrale thema van de schrijver is de keuze tussen kunst en leven, de verborgen bron en het labyrint (de zoekende mens). D. Persoonlijke reactie op het werk met argumenten 1. Over het onderwerp
Het onderwerp van het boek vond ik erg interessant, omdat de nauwkeurige en toch niet langdradige omschrijving van vriendschappen mij erg aanspreekt. Dit is in Oeroeg erg goed gedaan, omdat je een goed beeld krijgt over hoe de vriendschap tussen de ‘ik’- persoon en Oeroeg in elkaar zit. Ook kon ik sommige dingen uit de vriendschap van Oeroeg en de ‘ik’- persoon herkennen. Bijvoorbeeld urenlang samen ergens naar kijken, zonder dat er iets interessants gebeurt. Meestal houd ik niet zo van die zielige vriendschapboeken, maar deze bleek toch wel leuk te zijn. Dit komt vooral doordat ook de harde kanten van vriendschap worden getoond. Het uit elkaar gaan van Oeroeg en de ‘ik’-persoon bijvoorbeeld. 2. Over de bouw
Het verhaal komt erg langzaam op gang. In het begin van het boek snap je niet echt wat er nou aan de hand is. Je stort oopeens iemands leven in. Je krijgt allemaal gebeurtenissen voorgeschoteld, waar je wat mee moet doen. In het begin wordt voornamelijk de vriendschap tussen de ‘ik’-persoon en Oeroeg beschreven. Als het verhaal op gang is gekomen, blijf ik de indruk krijgen dat het meer een samenhangsel van losse gebeurtenissen is dan één verhaal. Toch hebben alle gebeurtenissen invloed op elkaar, en zouden de gebeurtenissen niet apart gelezen kunnen worden, zonder dat je de voorgaande gebeurtenissen niet hebt gelezen. Door de losse gebeurtenissen duik je ook steeds weer een nieuw avontuur in. Je ziet alles door de ogen van de ‘ik’-persoon, daarom zie je veel dingen zoals hij ze ziet. Je komt er niet achter hoe de anderen erover denken. Zoals bij het meer waar de vader van Oeroeg verdronk. Je wist niet wat Oeroeg hiervan vond. Je moest zelf maar bedenken, dat hij het de ‘ik’-persoon niet kwalijk nam, doordat hij er nooit iets over tegen hem zei. Na het moeilijke begin van het boek begon ik meteen geboeid te raken. Op het einde dacht ik zelfs dat het echt gebeurd was, dit kwam doordat het ook een verhaal van iemands verleden kon zijn. Doordat je alles alleen van zijn kant ziet. 3. Over het taalgebruik
De woorden zijn meestal te begrijpen, en er zijn weinig moeilijke Nederlandse woorden gebruikt. De tekst wordt door de vele Indische termen en die zijn toch vrij moeilijk. Dit viel erg op, doordat ik sommige woorden niet begreep. Er kwam wel veel beeldspraak in voor, maar het werd daar niet overdreven moeilijk door. Het taalgebruik past wel bij de personages. Zo passen die Indonesische woorden, waar ik het net over heb gehad, ook bij de cultuur van de hoofdpersoon en zijn vriend. Ze waren Indonesiërs. In het boek zijn veel gesprekken beschreven, maar het gaat tijdens deze gesprekken meer om de gevoelens van de hoofdpersoon. En niet altijd over het gesprek zelf. Er werd naast de beschrijvingen van gevoelens ook veel beschrijvingen van de omgeving gemaakt. Elk plakje waar de ‘ik’-persoon heengaat word volledig beschreven. Zoals het meer waar de vader van Oeroeg verdronken was. Ik kon mij helemaal de sfeer van dat plakje voorstellen. 4. Over de gebeurtenissen
Het verhaal wordt verteld als een serie losse gebeurtenissen, die soms een grote periode tussen zit. Door deze manier van vertellen miste ik in het begin een zekere samenhang in het verhaal, maar tijdens dat je het boek verder leest wordt dit steeds minder. Het verhaal is erg realistisch en komt erg geloofwaardig over. Je leeft je echt helemaal in, en het is zo realistisch, dat ik mij begon af te vragen hoe ik mij dan zou hebben gevoelt. Je krijgt af en toe zelfs de indruk dat het verhaal echt gebeurd is en dit betekend dat het een goede schrijfstijl is. Ik kwam er pas achter dat het verzonnen was, toen ik merkte dat de schrijver een vrouw was. Doordat elke gebeurtenis erg belangrijk is, en doordat ze allemaal goed worden beschreven blijft het verhaal redelijk spannend. De belangrijkste gebeurtenissen uit het boek zijn vooral, de dood van de vader van Oeroeg, de scheiding van de ouders van de ‘ik’-persoon en de ontmoeting met “Oeroeg” aan het einde. De dood van de vader van Oeroeg was erg belangrijk, door het feit dat Oeroeg om die reden langer bij de ‘ik’-persoon kon blijven. De vader van de ‘ik’-persoon betaalde zijn studie, omdat hij zich schuldig voelde. Ook was dit de eerste keer dat de ‘ik’-persoon daar was. Hij had veel verhalen over het meer gehoord, waar hij samen met Oeroeg naar luisterde. Uiteindelijk komt hij Oeroeg hier weer tegen. Het is niet zeker dat dit Oeroeg is, maar het meer is toch een bijzondere plek. Ook de scheiding van zijn ouders was erg belangrijk, omdat hij hierdoor zijn moeder nooit meer ziet en omdat zijn vader een nieuwe vriendin krijgt. Deze gebeurtenissen worden allemaal verteld vanuit de gedachten van de ‘ik’-persoon. Dit maakt het nog realistischer. 5. Over de personages • Je komt veel over de ‘ik’- persoon te weten, je kan wel al zijn gedachten lezen. Alles wat hij beleefd word verteld, behalve zijn naam dit valt erg op. Je komt er wel achter dat hij een goed karakter heeft, omdat hij de inlanders niet als minderwaardig ziet en al die tijd bevriend wilt blijven met Oeroeg. Volgens mij doet hij geen vlieg kwaad. Ik vind het heel zielig voor hem dat hij Oeroeg steeds kwijtraakte. Oeroeg was zijn alles. Het was erg knap van hem dat hij soms tegen zijn vader durfde in te gaan, zijn vader was namelijk nogal streng. • Minder aardig leek mij de figuur Oeroeg. Dit komt vooral door zijn gedrag aan het eind van het boek. Hier doet hij alsof hij de ‘ik’- persoon niet kent. Je komt niet veel over zijn diepste gedachtes te weten, maar hij neemt ‘ik’- persoon nooit iets kwalijk. Ook niet toen zijn vader was doodgegaan, omdat hij ‘ik’- persoon wilde redden. Hij was altijd een beetje afstandelijk en uitte zijn gevoelens nooit. Hij heeft veel moeten verwerken, het is knap dat hij na al deze tegenslagen toch nog doorging met leren. Het was denk ik erg moeilijk voor hem om zijn zus zo arm te zien. Er staat nergens in het boek een gebeurtenis waarbij hij huilde, hij kon zijn gevoelens goed verbergen. Dit vind ik knap, want als je vader dood gaat dan zou ik wel emotioneel worden. • De moeder van de ‘ik’- persoon is ook niet erg liefdevol, omdat zij zich weinig om haar zoon lijkt te bekommeren. Er komt ook maar één keer naar voren dat ze nog wat van zich laat horen nadat ze is gescheiden. Terwijl ze wel zijn moeder is. Zelfs toen ze nog thuis woonde hoorde je haar niet vaak. Ze had altijd erge hoofdpijn en was er nooit voor de ‘ik’-persoon. Zij is uiteindelijk ook degene die is vreemdgegaan, ik vind dat je dit je kind niet mag aandoen. • De vader van de ‘ik’- persoon was het meest onaardig, een man waarmee je niet kon praten en die leefde voor zijn werk. Hij bekommert zich niet over de ‘ik’- persoon, hij wilde alleen dat hij een goede baan kreeg. Hij vond het eigenlijk ook niet echt goed dat hij zoveel met Oeroeg omgaat en helemaal ‘verindischt’. Wat ik wel weer iets sympathieker aan hem vindt is dat hij Oeroeg laat studeren. Hiermee doet hij toch nog iets terug voor het verlies van zijn vader.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Oeroeg door Hella S. Haasse"