Gebruikte editie voor het boekverslag
Gebruikte druk:eerste
Verschijningsdatum eerste druk: november 2007
Aantal bladzijden: 286
Uitgegeven bij: Ambo/Anthos te Amsterdam
Opdracht
Er is geen opdracht
Genre van het boek
“Koude Lente” is een literaire thriller. Het is de tweede van de schrijfster. Van de eerste “De stille zonde”werden meer dan 50.000 exemplaren verkocht. Je zou ook kunnen spreken van een psychologische thriller, een genre dat ook René Appel voor dezelfde uitgeverij schrijft.
De aangeleverde flaptekst
In een park wordt het levenloze lichaam van een klein meisje aangetroffen. Een buurman van het meisje wordt in zijn flat ernstig mishandeld door een jeugdbende. En wat beweegt deze bende een kansloze, beperkte jongen voor wie ze alleen maar minachting koesteren, op te nemen in hun groep? Eenmaal aan hun willekeur overgeleverd, verliest de jongen langzaam maar zeker de greep op de realiteit.
Paul Vegter, die we kennen als de sympathieke inspecteur uit De stille zonde, is belast met het onderzoek naar de moord. Hij ontvangt anonieme brieven die meer vragen opwerpen dan beantwoorden. Dan blijkt dat de chauffeur van de schoolbus regelmatig in het park is gezien… Een maalstroom van gebeurtenissen culminerend in een ingenieuze plot sleurt de lezer mee naar de verbijsterende ontknoping.
Met Koude lente is Lieneke Dijkzeul er opnieuw in geslaagd een realistisch, ontroerend portret te schilderen van mensen die door het leven in de tang worden genomen.
Lieneke Dijkzeul schreef meer dan vijftig kinderboeken, waarvan een aantal werd genomineerd voor de Prijs van de Nederlandse Kinderjury. Haar meest recente jeugdboek, Aan de bal, bekroond met een Vlag en Wimpel en de Glazen Globe, werd verkocht aan Duitsland en Korea en zal worden verfilmd. Met De stille zonde maakte Dijkzeul zeer succesvol de overstap naar het genre van de literaire thriller.
Titelverklaring
De titel is terug te vinden in de inhoud van de roman. Melissa wordt vermoord in het vroege voorjaar wanneer het nog vrij koud is (blz.13 ) Er wordt daar gesteld dat het vrij koud is voor de tijd van het jaar. Uit latere gegevens blijkt dat de moord plaatsvindt op zondag 6 maart .
Structuur en/of verhaalopbouw en gehanteerd perspectief
Er zijn twee verhaallijnen in de thriller zichtbaar. De ene wordt verteld door rechercheur Paul Vegter (ook een personage in de eerste thriller van Dijkzeul) en de tweede lijn is een verhaaldraad die verteld wordt door een jongen in de puberleeftijd. Beide personages vertellen in de hijvorm in de o.v.t. Daarnaast zijn er nog enkele passages die een andere verteller hebben (politieman Talsma)
Vegter is enkele jaren gelden zijn vrouw Stef kwijtgeraakt als gevolg van een verkeersongeluk. Dat was al in de eerste thriller verteld.
De jongen is een puber van 15 jaar die helemaal aan het einde van het verhaal zichzelf bekend maakt als Dennis Witkamp. Daarvoor wordt hij steeds als “de jongen”aangeduid. Op zich is dat wel een goede aanduiding want het feit dat hij geen naam heeft, betekent min of meer dat hij zichzelf ook als een loser beschouwt die bij niemand hoort.
In totaal zijn er 26 hoofdstukken die chronologisch worden verteld. De moord wordt begaan op een zondagmiddag 6 maart en enkele weken later wordt de moord opgelost door Paul Vegter.
Tijd van het verhaal
Het is een actuele thriller: er wordt gesproken over mp3-speler, mobieltjes en euro’s.
De moord wordt gepleegd op zondag 6 maart. Dat zou kunnen betekenen dat de roman zich afspeelt in het jaar 2005, want toen viel 6 maart op een zondag.
Plaats van handeling
De plaats van handeling is een grote stad. De moord wordt gepleegd in het Noorderpark.
Er wordt geen concrete stad genoemd , maar wel wijken (zoals West) In het eerste boek woont Paul Vegter in Amsterdam. Het is dus aannemelijk dat “Koude Lente “eveneens in Amsterdam speelt. Amsterdam heeft namelijk een Noorderpark.
Motto
Er is geen motto.
Samenvatting van de inhoud
Een oude man wandelt op zondagmiddag 6 maart met zijn hond in het Noorderpark , totdat de hond op een kinderlijkje stuit. De man slaat direct alarm en rechercheur Paul Vegter wordt er bij gehaald. Er wordt direct een buurtonderzoek gestart en daarbij komt een van de rechercheurs al in contact met een wat zonderlinge oude man (Morsink) die alleen op korte afstand woont en aan modellenbouw doet. Het meisje dat gewurgd is, heet Melissa Bosch
en is zes jaar oud.
Tegelijkertijd start er een verhaallijn met als verteller “de jongen.” Hij woont met zijn zichzelf sterk verwaarloosde moeder samen en hoort veel snauwen en grauwen. De jongen voelt zich mentaal niet lekker.
Op het werk heeft Vegter een aantal collega’s met hij samenwerkt. De oude uit Friesland afkomstige Talsma, die het thuis niet lekker heeft vanwege de ziekte (kanker) waaraan zijn vrouw lijdt. Reneé, de veel jongere roodharige vrouwelijke collega voor wie Vegter wel een zwak heeft. Haar relatie is uitgegaan, maar ze heeft bijna de leeftijd van zijn dochter Ingrid, die inmiddels ook weer met een man samenwoont (Thom) Paul Vegter zet zijn handtekening onder een koopcontract van een vrijwel vervallen boerenwoning: maar hij wil iets om handen hebben na de dood van zijn vrouw. Ook is er nog een jonge ambitieuze collega Corné Brink, maar die gaat in zijn enthousiasme soms een beetje te ver en bovendien maakt hij nog wel eens een foutje.
De jongen doet intussen pogingen om in contact te komen met een groepje hangjongeren dat ook nog eens de plaatselijke snackbar van Hasan terroriseert. Hij vertelt aan hen dat hij weet wie de moordenaar van Melissa is en dat die man hem bedreigd heeft. Hij had de man betrapt bij de moord. Hij vraagt aan de jongens of ze die man willen “waarschuwen.”Dat doen ze : ze slaan de oude mijnheer Morsink in het ziekenhuis (hij heeft een flink aantal verwondingen in zijn gezicht) Een ander bureau tipt Vegter dat er iemand in elkaar geslagen is.
De politie gaat hem ondervragen omdat er tegelijkertijd een briefje is geschreven door het groepje jongens waarop staat dat hij de dader is. Morsink voelt zich heel onheus bejegend. Hij is slachtoffer en zeker geen dader.
Ook de moeder van Melissa voelt zich niet lekker. Op de dag van de begrafenis wordt ze namelijk ondervraagd door Reneé en dat valt niet in goede aarde. Ze komt haar beklag doen, maar Paul weet het gesprek zo te leiden dat ze uiteindelijk toch min of meer tevreden naar huis gaat. Reneé beseft dat ze een grote fout heeft gemaakt, maar zulke dingen horen bij het vak.
Intussen heeft het groepje jongens waartoe de jongen graag wil behoren ook zijn eisen op tafel gelegd. De jongen moet o.a. meedoen aan een roofoverval op een supermarkt. Hij krijgt een paar pakjes sigaretten en 100 € als beloning en voelt dat hij eindelijk iets nuttigs heeft gedaan.
Uit sporenonderzoek wordt bekend dat de dader op Adidas sportschoenen heeft gelopen en er is ook een houten ijsstokje op de plaats delict aangetroffen. Men concludeert dat Melissa met een ijsje gelokt is naar de plek waar ze vermoord is. Talsma onderzoekt de flat van Morsink en ziet dat er wat DVD van Walt Disney in zijn kast staan: hij vindt dat wel wat vreemd voor een oudere man alleen. Zou hij pedofiel zijn?
Dan komt er nieuws in de zaak: de balletlerares van Melissa heeft een verhaal waarin ze vertelt dat er steeds een bus kinderen bij de sportschool wordt afgezet, waarbij de chauffeur van de bus als de kinderen aan het sporten zijn rare capriolen uithaalt. De politie besluit de man te gaan schaduwen. Intussen doet de jongen met een van de vrienden van het hanggroepje een nieuwe overval. Ze overvallen dezelfde winkel en de man heeft zich nu bewapend met een honkbalknuppel. Waar zijn diefjesmaat kan vluchten, krijgt de jongen een dreun met de knuppel. Hij barst van de pijn maar vlucht gewoon nog naar huis waar hij bij zijn aan alcohol verslaafde moeder toch het rijk alleen heeft. Maar hij houdt het na een paar dagen niet meer van de pijn en hij stelt zich onder doktersbehandeling in het ziekenhuis. Hij vertelt dat hij van de scooter gevallen is. Hij heeft een armbreuk die niet in het gips kan. Hij moet dus weer terug naar huis. Bij thuiskomst van een van zijn ontmoetingen met de hangjongeren wacht zijn moeder hem op: er volgt een ruzie en de jongen pakt een mes. Hij bedreigt zijn moeder.
Talsma controleert de eerste keer het gedrag van de chauffeur van de bus: tijdens de les van d kinderen gaat hij stiekem staan gluren en na een paar minuten gaat hij dan naar de wc. Wanneer ze dat patroon een paar keer zien herhalen, wordt het hun duidelijk. Ben Slikken de chauffeur is een voyeur en hij bevredigt zichzelf daarna op de wc in de sporthal. Daarmee wordt hij door de politie verdacht. Die gaat naar zijn huis en het blijkt dat het echtpaar Sikken gene kinderen heeft en Ben alk eens eerder met kinderseks te maken heeft gehad. Hij had beterschap beloofd en ze waren verhuisd, maar hij is nu toch wel verdachte nummer één geworden. Hij heeft ook geen alibi voor zondag 6 maart want hij was niet gaan biljarten met zijn vrienden en hij wil niet vertellen waar hij dan geweest is. Van zijn vrouw hoort Vegter de voorgeschiedenis.
Reneé komt op een vrije dag kijken wanneer Paul in het huisje aan het werk is. Ze wil als ex-bouwkundige wel een tekening en een berekening maken van alles wat er moet worden opgeknapt. Als ze er is, komt zijn dochter Ingrid met haar relatie Thom ook eens kijken en het is duidelijk dat Ingrid een soort jaloezie koestert tegenover Renée. Ze verdenkt haar vader ervan een relatie met zijn collega te willen beginnen.
Ben Slikken wordt stevig aan de tand gevoeld, maar hij geeft niets toe: hij weet niet waar hij 6 maart geweest is en Paul Vegter probeert hem in een hoek te drukken. Ook wordt er huiszoeking gedaan bij hem thuis en op een onverwachte plek wordt in zijn schuur een box met kinderpornomateriaal aangetroffen. Sommige beelden zijn echt walgelijk zelfs voor de politieagenten en het lijkt nu vrijwel zeker dat Slikken de dader van de moord op Melissa is.
Reneé zoekt bij door buurtonderzoek en ondervragingen bij de snackbar uit dat Slikken vaker in het Noorderpark is geweest en dat hij kleine kinderen staat te kijken. De cirkel lijkt gesloten.
Maar de jongen is alleen thuis en doorzoekt de privé-spullen van zijn moeder. Uit zijn reacties op ondergoed en tampons ed. blijkt dat hij walgt van vrouwen. Hij geeft de schuld aan de vrouwen dat zijn leven er zo miserabel uitziet. Dan neemt de leider van de hangjongeren weer contact op: hij moet zich melden. Ze gaan weer een overval plegen maar de huiseigenaar is deze keer goed voorbereid en hij weet de jongen aardig af te tuigen. Die had al zo’n pijn in zijn arm. Wanneer de politie hem later arresteert vinden ze bij huiszoeking een lichtblauw slipje dat van Melissa is geweest. Wanneer hij ondervraagd wordt valt hij door de mand. Hij noemt ook voor het eerst zijn naam: Dennis Witkamp. Hij is nu iemand. Hij was met Melissa op de bewuste zondag gaan spelen. Hij had haar een ijsje willen geven. Ze waren in het park terecht gekomen en Melissa had moeten plassen. Ze kon haar strakke spijkerbroekje niet uittrekken en hij had geholpen, maar daarna had hij zich niet goed kunnen beheersen en Melissa was gaan gillen. Toen had hij haar tot zwijgen willen brengen en toen hij zich omdraaide. was daar Ben Slikken geweest. Die bevredigde zichzelf terwijl Dennis Melissa wurgde. Omdat hij dacht dat Ben hem als chauffeur van de schoolbus had herkend, verzon hij voor zijn omgeving het verhaal van de oude Morsink. Dan zou Ben zijn mond wel houden: die was immers ook een soort schuldig. Eigenlijk was het dus min of meer een onopzettelijke moord.
In het laatste hoofdstuk overpeinst Paul Vegter in zijn te verbouwen huisje alles nog eens. Hij is niet blij, hoewel de zaak is opgelost. In het huisje sluit hij vrede met de kat die al die tijd in het huis aanwezig is geweest. In “De stille zonde” heeft hij zijn lievelingskat Johan laten inslapen bij de dierenarts. Maar hij heeft nu een nieuwe kat terug.
Thema, motieven en interpretatie
Natuurlijk is er in deze thriller sprake van een onvervalste whodunit. Op de eerste bladzijde wordt een lichaam van een zesjarig meisje aangetroffen en natuurlijk wil een nieuwsgierige lezer weten wie dat heeft gedaan. Hij ontmoet dan bovendien een oude bekende van hem: de rechercheur Vegter die ook in de eerste roman een hoofdfiguur was. Het patroon verloopt natuurlijk wel zoals dat in een goede thriller betaamt: er zijn eerst andere verdachten: beide wat oudere mannen die min of meer verdacht worden van pedofiele neigingen. Dan blijkt helemaal aan het eind dat toch een ander de misdaad gepleegd heeft. Dijkzeul weet de spanning goed vast te houden. Ze vertelt in twee verhaallijnen die natuurlijk aan het einde van de roman samenvallen.
Intussen besteedt ze ook aandacht aan het gevoelsleven van de personages: Paul Vegter heeft twee jaar ervoor zijn vrouw verloren aan een stom verkeersongeluk en zijn collega Talsma krijgt te maken met z’n vrouw die aan kanker lijdt. Ook zijn veel jongere collega Renée is een relatie kwijtgeraakt en er ontstaat een zekere spanning tussen Paul en Reneé. Dat zij de leeftijd van zijn dochter Ingrid heeft, geeft alles nog een andere dimensie. Ingrid vindt de toenadering niet zo leuk: ze heeft de loyaliteit naar haar (overleden) moeder behouden.,
Zo schrijft Dijkzeul meer dan over de misdaad, waardoor het boek inderdaad het niveau van de actiethriller overstijgt. Het betekent bovendien dat de ervaren kinderboekenschrijfster een zeer vlot lopend verhaal aan de lezer prijsgeeft, waardoor die geneigd zal; zijn het boek in eén ruk uit te lezen. Wat belangrijk in zo’n “pageturner”is, is dat een schrijfster goede dialogen kan schrijven en die van Dijkzeul doen inderdaad heel natuurlijk aan.
De psychologische motieven van de dader doen ook wel denken aan de boeken van René Appel. Dennis Witkamp komt tot zijn daad door zijn verwaarloosde jeugd en de vrouwen die hem het leven zuur maken. Hij wil bij iedereen horen maar hij hoort bij niemand. Het groepje hangjongeren maakt dankbaar misbruik van hem en dat wordt hem uiteindelijk fataal. Bij zijn zoveelste poging erbij te horen, “is-tie-ook-erbij “Gloeiend.
Een boek met veel verliezers en aan het eind een kleine overwinnaar Paul Vegter. Die treft in zijn nog te verbouwen huis een lotgenootje: de pes.
De thriller van Dijkzeul is één van de betere in zijn soort. Een waardering van 2 punten lijkt dan ook op haar plaats. Het boek is m.i. te lezen op alle examenniveaus : van vmbo-TL tot vwo. Het geeft een paar uurtjes leesplezier. Bovendien lijkt het verhaal goed na te vertellen op een mondeling examen.
De meeste motieven nog een keer op een rijtje:
- whodunit en whydunit
- de verhouding tussen collega’s op het werk
- de rouwverwerking van Paul to.v. zijn overleden vrouw
- pedofilie en andere seksuele afwijkingen
- maatschappelijk ontwikkelingen zoals hangjongeren
- de groepsmentaliteit (er bij willen horen)
- een verwaarloosde jeugd (van Dennis)
- de verhouding moeder-zoon
- de liefde voor het dier ( Paul tegenover zijn nieuwe kat)
Belangrijke recensies
Ine Jacet schreef op haar site:
“Koude lente” is de tweede misdaadroman van Lieneke Dijkzeul. Ze is een ervaren schrijfster want ze schreef meer dan vijftig kinderboeken. Deze ervaring is duidelijk merkbaar. Na lezing van Koude lente past de constatering dat hier een doorgewinterde schrijfster aan het woord is die met veel kennis en kunde personages gestalte geeft, spanning aanbrengt en de lezer weet te beroeren. Want het boek hakt er stevig in.
Koude lente is een boek dat dwingt tot verder lezen. Maar er is meer. De auteur weet de lezer herhaaldelijk te raken. Soms door gewelddadige scènes die schokkend zijn, soms door passages die ontroeren. Maar vooral door de prachtige, sfeervolle en doeltreffende schrijfstijl. Lieneke Dijkzeul brengt nuanceringen aan waardoor personages en situaties extra kleur krijgen. De schrijfster heeft veel aandacht voor het kleine. Maar ook de huidige Nederlandse samenleving komt voorbij. Bijvoorbeeld in de vorm van een portret van een allochtone winkelier, de mechanismes binnen jeugdbendes of de perspectiefloosheid van het leven binnen een liefdeloos gezin.
Hulde voor Lieneke Dijkzeul die een bijzonder intelligente en aangrijpende misdaadroman heeft afgeleverd. Koude lente is : spannend, ontroerend, realistisch en bovenal: prachtig geschreven door een ervaren vakvrouw die schrijft met compassie.
Ine Jacet, www.inejacet.nl oktober '07
Over de schrijfster
Lieneke Dijkzeul werd op 7 maart 1950 geboren in Sneek. Vanaf het moment dat ze in aanraking kwam met boeken, wist ze dat dat was wat ze wilde, schrijver worden, al hoopte ze dat het mogelijk was een schrijvende slagwerker te zijn, of een slagwerkende schrijver.
Van die toekomstplannen kwam aanvankelijk niet veel terecht: na haar middelbare schooltijd ging ze werken en Frans studeren. Wel bleef ze, zoals ze dat van kind af aan had gedaan, schrijven - verhalen, sprookjes en gedichten.
Na de geboorte van haar dochter werd het schrijven ernst. Vanaf 1987 schreef ze verhalen voor jeugdbladen als Okki, Taptoe, Donald Duck en Bobo. Haar eerste boek, Hou je taai! verscheen in 1990 bij Uitgeverij Lemniscaat.
De eerste jeugdboeken waren een combinatie van spanning en realisme. Daarna verdween het spanningselement en schreef ze boeken als Een bezem in het fietsenrek, over een heks die niet langer een heks wil zijn, maar ernaar verlangt een mens te worden en daartoe verhuist naar de mensenwereld, een historische roman, Bevroren tijd, over de beroemde ontdekkingsreis van Willem Barents, en het bekende voetbalboek Aan de bal, dat het verhaal vertelt van de Afrikaanse jongen Rahmane die droomt van een voetbalcarrière om te kunnen ontsnappen aan de armoede.
Wat bleef was het thema dat in de meeste van haar boeken een rol speelt; mensen die hun eigen vertrouwde omgeving moeten missen, en zich ontheemd voelen.
Behalve boeken voor kinderen vanaf ca. 9 jaar schreef zij een heleboel boeken voor beginnende lezers.
In 2006 verscheen haar eerste psychologische thriller voor volwassenen, De stille zonde, bij Uitgeverij Ambo|Anthos. In 2007 volgde nummer tweeL “Koude lente”
Bibliografie van boeken voor volwassenen
2006 De stille zonde
2007 Koude Lente
Lieneke Dijkzeul schreef ook veel kinderboeken.
REACTIES
1 seconde geleden
S.
S.
Hoe zit het met de beschrijvingen van de hoofdpersonen?
13 jaar geleden
Antwoorden