Zakelijke gegevens
a. Auteur: S. Vestdijk
b. Titel: Ivoren wachters, De Bezige Bij, Amsterdam, 1993-22, 243 bladzijden (eerste druk 1951)
c. Genre: Dit boek is een psychologische roman; het draait om de vreemde manier van denken van de 19-jarige Philip Corvage.
Eerste keuze
a. Keuze: Ik heb niet echt bewust voor dit boek gekozen. Simon Vestdijk was een voor mij onbekende schrijver en dat kan eigenlijk niet. Meestal lees ik gewoon een boek, kijk of ik het leuk vind en gebruik het dan voor mij leesdossier, dat was nu dus ook het geval. Ivoren wachters heeft de proef glansrijk doorstaan.
Inhoud: Ivoren wachters is werkelijk een fantastisch boek. Heel overdreven word in dit boek een onverschillige leerling geschilderd en een overijverige net begonnen leraar, die nog vol van zijn idealen is. Je ziet ze zo rondlopen, ook op onze school. De personen waren heel aansprekend. Het boek leest heel gemakkelijk, ondanks het feit dat ik geen Latijn heb gehad, ik vond dat dat het juist mysterieus maakte. Het einde van het verhaal had wel wat beter gekund, het komt zo afgeraffeld over.
Verdieping
a. Samenvatting:
Philip Corvage koopt op een septemberdag, voor de dag dat de school weer begint, okkernoten, die hijzelf hersenvoedsel noemt. Hij kraakt deze noten met zijn tanden, wat hij beter niet kan doen gezien de al miserabele staat van zijn gebit. Terwijl hij een stuk kies uitspuugt, ontmoet hij twee vrienden van en een klasgenote, Elly Temminck. Hij wordt door een aanval van kiespijn overvallen en Elly haalt hem over om naar een tandarts te gaan. Omdat de oom en voogd van Philip weigert om de tandartsenrekeningen te betalen, schrijft Philip het gedicht 'Ivoren wachters'. De tandarts L.P. Brandt accepteert het sonnet als betaling, maar noteert wel naam en adres van Philip's voogd. De tandarts vult dan de pijnlijke kies zonder verdoving.
's Avonds eet de zus van Philip's voogd, oom Selhorst mee. Oom moppert op Philip. Hij is een luiwammes, strooit alleen maar met Latijnse citaten in het rond en vernielt opzettelijk zijn gebit. Selhorst vergelijkt Philip met zijn vader, die hem vroeger ooit heeft opgelicht. Vroeger was Selhorst dol op Philip, maar dat is nu heel anders. Onder het eten wordt hij woedend op Philip en stuurt hem naar zijn kamertje, waar de trouwe dienstbode Nel hem zijn avondeten brengt. Philip bekijkt oude foto's, van zijn moeder die overleed toen hij zeven jaar oud was en van zijn vader die vier jaar geleden is overleden.
De volgende dag, een maandagmorgen, wandelt de zich werkelijk briljant voelende, net afgestudeerde leraar Nederlands, Frits Schotel de Bie met zijn verloofde, bibliothecaresse Lida Feldkamp, naar het lyceum, waar hij voor het eerst les moet gaan geven. Lida is erg nieuwsgierig naar alles wat met school te maken heeft, maar Schotel de Bie weigert haar wat te laten zien en stuurt haar weg. Heel zelfverzekerd komt hij de lerarenkamer binnen waar hij op de hak wordt genomen door twee leraressen, Lenstra en van Leeuwen. Zij voeren een absurd dialoog en leraar Fernaud doet zo goed mogelijk mee. Schotel de Bie is zwaar geïrriteerd, maar de eerste les aan klas 6A verloopt toch redelijk goed. Totdat op een gegeven moment zijn blik valt op het 'afgebrande kerkhof' van Philip. Hij schiet uit zijn slof en valt uit tegen Philip. Omdat Schotel de Bie toch wel het idee heeft dat hij te ver is gegaan, overlegt hij dit geval eerst met Karsten, een vroegere studievriend, en later met de rector. Hij hoort van hen, dat Philip een intelligente, gevoelige jongen is, die zelfs gedichten schrijft.
De leerlingen voelen zich zwaar beledigd omwille van Philip en zien graag dat Philip excuus eist van Schotel de Bie. Philip voelt zich echter allerminst beledigd door deze aanval, alleen wel door het cliché van de uitspraak, hij had wat beters verwacht van een leraar Nederlands.
Na schooltijd verteld Schotel de Bie aan Lida, zijn verloofde, van zijn alles verslaande succes als leraar. Karsten die er ook bij is, roert het onderwerp 'de dichter' aan, wat Schotel de Bie uit zijn humeur brengt. Lida constateert dat hij een gebrek aan humor heeft.
's Avonds bij Philip thuis heeft Selhorst een bijzonder goede bui. Hij heeft Nel Philip's kamer op laten ruimen, wat hij eerst verboden had, en oom beloofd dat, als het kerstrapport van Philip goed is, hij dan wat aan zijn gebit mag laten doen.
Philip gaat na het eten met een smoes op weg naar het huis waar hij 's middags Schotel de Bie naar binnen heeft zien gaan. Het blijkt het huis van Lida te zijn. Als ze samen naar de kamer van Schotel de Bie lopen, krijgt Lida het verhaal van het 'afgebrande kerkhof' te horen. Lida is zeer geschokt en vind het redelijk dat Philip excuses eist van Schotel de Bie. Deze weigert echter Philip te ontvangen. Lida kiest partij voor Philip en samen wandelen ze terug. Ondertussen vertelt Philip dat hij zich niet eens beledigd voelt, en dat hij de ruzie van Lida en Schotel de Bie een prachtige mop vind. Lida voelt zich beledigd, maar toch praten ze heel prettig met elkaar. Als Philip het een en ander over zijn thuis heeft verteld, over zijn opvliegerige oom die hem uitscheld voor oplichter, laat Lida Philip beloven, dat nooit meer te nemen. Ze nemen afscheid met een lange kus, waar Philip erg van overhoop is omdat hij nog nooit gezoend heeft. Hij schaamde zich voor zijn dentistische puinhopen.
Als Philip thuiskomt moet hij direct naar zijn oom komen. Selhorst heeft een brief gekregen van de tandarts L.P. Brandt. Het sonnetverhaal wordt uit de doeken gedaan, en Selhorst barst van woede. Als oom Philip's vader weer eens uitmaakt voor oplichter, kan Philip zich niet langer inhouden en valt hem aan. Hij probeert hem te wurgen. Nel komt de kamer binnen op het lawaai dat ontstaat en verzekert Philip dat hij oom niet vermoord heeft, hoewel hij er wat vreemd bijligt op de grond. Hij heeft gewoon weer een beroerte gehad.
Philip verlaat daarop het huis om zijn tante en de dokter te waarschuwen. Hij voelt zich de hoofdrol speler in een klassiek tragedie. Daarna gaat hij naar het huis van Lida en stelt haar voor om met hem te vluchten. Immers, had zij hem niet gekust, had hij nooit de moed gehad om zijn oom aan te vallen. Zij echter lacht hem uit. Philip voelt zich op zijn hart getrapt en gaat weg. Philip loopt nu naar het huis van Nel, die inmiddels thuis is. Nel vertelt hem dat de dokter geen sporen van wurging heeft ontdekt. Ze omhelzen elkaar stevig. Dan komt Piet, man van Nel, thuis. Ze drinken gedrieën wat en als Philip dronken is, zal Piet hem thuisbrengen. Buiten verteld Piet dat de politie achter Philip aanzit. Als ze langs een kanaal rijden, mindert Piet vaart en duwt Philip uit de auto het kanaal in.
Dinsdagmorgen hoort Schotel de Bie dat Philip Corvage zelfmoord heeft gepleegd. Philip's oom is juist van schrik overleden. Schotel de Bie is behoorlijk overstuur. Na de pauze biedt hij zijn excuses aan aan klas 6A, wat hij als een ware heldendaad ziet. Lida denkt hier heel anders over. Als Schotel de Bie na schooltijd bij haar langs wil gaan, is ze vertrokken. Ze heeft een lange brief geschreven waarin ze schrijft alsnog te gaan studeren en dat Schotel de Bie niet bij haar past. Philip zal altijd tussen hen in blijven staan.
In de epiloog wordt de teloorgang van Schotel de Bie getekend. Alles mislukt, in niets is hij meer goed. Fernaud oppert het idee dat er totaal geen sprake was van zelfmoord, maar van een dubbele moord. Men besluit de zaak verder maar te laten rusten.
b. Onderzoek naar de verhaaltechniek:
Schrijfstijl: Het boek is geschreven in het Nederlands, omdat de hoofdpersoon er van houd om met Latijnse citaten te strooien, komt er ook veelvuldig Latijn in het boek voor. Er wordt veel geobserveerd in het boek, de gebeurtenissen worden nauwkeurig beschreven. Er komen veel dialogen in voor, die het verhaal heel levend maken.
Het verhaal heeft het idee van een Grieks treurspel(uit: Rudi van der Paardt, 'Simon Vestdijk, Ivoren wachters', Walva boek, van Walraven, Apeldoorn. 1986-1, blz. 18-20)
Fase Vertelde tijd Hoofdstuk Blz.
Proloog Verwikkeling Confrontatie Afwikkeling Epiloog ZondagmiddagMaandag (overdag)Maandag (avond)Maandag (nacht)Dinsdag en later I-VVI-XIIXIII-XVIIIXIX-XXIIIXXIV-XXV 5-3839-108109-172173-219220-240
De ruimte het verhaal speelt zich af op een vooroorlogs lyceum, in een niet nader aangeduide Nederlandse stad.
De vertelwijze die gehanteerd wordt is de auctoriale vertelwijze. De verteller overziet het hele gebeuren en kan ook de voornemens, gedachten enz. van de verhaalfiguren waarnemen.
De belangrijkste persoon uit het verhaal is Philip.
· Philip: Philip is een 19-jarige Lyceum student. Zijn vader (een oplichter) en moeder zijn overleden. Hij doet zich zelfverzekerder voor dan dat hij is. Hij leeft niet helemaal in het heden, hij zoekt vergetelheid in de literatuur. Daar offert hij alles aan op, vooral zijn gebit. Philip is jong, speels en heel creatief.
De belangrijkste bijfiguren zijn:
· Frits Schotel de Bie: een idealistische, net afgestudeerde leraar Nederlands. Ouwelijk, humorloos, arrogant om zijn onzekerheid te verbergen. Hij is zelfs niet echt geïnteresseerd in zijn verloofde, Lida.
· Oom Selhorst: Deze boerse man, is voogd van Philip, kinderloos en weduwnaar. Ze kunnen niet goed met elkaar opschieten. Oom scheldt Philip vaak uit voor oplichter. Oom lijdt aan een hartkwaal.
· Lida Feltkamp: Lida is de verloofde van Schotel de Bie. Ze is erg knap, ze wordt vergeleken met de Egyptische koningin Nefertete. De heeft de HBS niet afgemaakt wegens ziekte van haar moeder, ze is nu bibliothecaresse. Na de ontmoeting met Philip gooit ze haar leven om.
· Nel: Nel is de dienstbode van oom Selhorst. Ze heeft medelijden met Philip, ook is ze een beetje verliefd op hem.
· Elly Temminck: Elly is de knappe, beste vriendin van Philip. Veel mensen denken dat ze iets met elkaar hebben, maar zelf ontkennen ze dat.
· Piet: De echtgenoot van Nel, hij is jaloers op Philip. Piet gooit Philip in het kanaal.
De belangrijkste situatie van het verhaal is de uitspraak van Schotel de Bie in de les over het gebit van Philip. Blz. 72:'Zeg, hé, hou je afgebrande kerkhof 'n beetje voor je, zeg!' Met deze aanval van Schotel de Bie begint al de ellende. Als deze situatie er niet was geweest had Philip waarschijnlijk nog heel wat jaren meer geleefd.
Andere belangrijke situaties zijn:
· Philip licht het meisje van de groentewinkel op.
· Philip met zijn sonnet bij de tandarts.
· De ruzie met zijn oom.
· Schotel de Bie in gesprek met de rector.
· Schotel de Bie op weg naar huis met Lida en Karsten.
· Botsing tussen Schotel de Bie en Lida.
· Philip krijgt wat zelfvertrouwen door Lida.
· Philip valt zijn oom Selhorst aan.
· Philip gaat naar Lida.
· Philip gaat naar Nel.
· Piet vermoordt Philip.
· Schotel de Bie krijgt te horen dat Philip zelfmoord heeft gepleegd.
· Lida verbreekt de verloving met Schotel de Bie.
· Mogelijkheid geopperd van dubbele moord ipv zelfmoord.
De tijd het verhaal speelt zich af op drie september dagen, waarschijnlijk zondag, maandag en dinsdag. Het verhaal is chronologisch, in het verleden.
Er komen geen flashbacks of flashforwards in het verhaal voor, wel zijn er subtiele verwijzingen in het boek die verwijzen naar het tragische einde van Philip. Hoewel het niet met name genoemd wordt, kan je het toch proeven, dat er iets ergs met Philip moet gebeuren.
c. Op zoek naar de thematiek:
Veel van de thematiek is terug te vinden in het sonnet, dat Philip schreef. Het sonnet is ook de bron van de titel, blz. 21:
IVOREN WACHTERS
(Opgedragen aan de heer L.P. Brandt, tandarts te deze stede, te gelegenheid van het trekken van een kies)
Ivoren wachters van 't maagdarmkanaal.
Uw teugelloos verdwijnen in galop
Maakt mijn kop tot minder dan een doodskop,
Die blikkerlacht, van huis en spieren kaal.
Ik offerde u aan kluif en notenschaal,
Aan zuurtjes, noga, chocola en drop.
Mijn oom zei:'Jou verdomde galgestfrop,
Dacht jij, dat ik de tandarts nog betaal?'
Ivoren wachters, 'k draag mijn tegenspoed.
Aan vroege ouderdom of diabetes
Is uw betreurd verscheiden niet te wijten.
't Komt enkel door dat tomeloze bijten
Een door 't gesabbel op wat suikergoed
Dat gij ontbreekt zo breed als mijn bek breek is.
Philip Corvage
De ondergang van het gebit van Philips is symbolisch voor de hoofdgedachte; de ondergang van een gymnasiumleerling en een leraar.
De ondergang van de gymnasiumleerling hoeft mijns inziens niet geïllustreerd te worden. Aan het begin van het schooljaar is Philip zichzelf, redelijk zelfverzekerd. Na de gebeurtenissen met Schotel de Bie, legt hij zijn zieltje bloot voor Lida, waar de kwetsbaarheid mee begint. Als hij zich daarna laat kussen door Lida, is hij nog kwetsbaarder. Als hij zijn oom een beroerte bezorgt, is er van zijn zelfverzekerdheid niets over. Zijn vlucht wordt zijn dood.
Enkele motieven voor de ondergang van de leraar: Schotel de Bie begint het schooljaar ogenschijnlijk heel zelfverzekerd, na de opmerking over Philip's gebit, wordt dat al wat minder. '…Aan zijn jankend overslaande stem was te merken hoe nerveus hij was geworden…' (blz. 72). 's Avonds als Lida bij hem is (blz. 135):'…Toen werd hij bleek, en zakte een beetje in elkaar, en staarde naar de grond.' Aan het einde van het boek wordt over Schotel de Bie geschreven (blz. 233): 'In de daarop volgende maanden verouderde hij …onrustbarend' en '…zulk een gebogen rug en landerig hangende schouders kon met niet eren, …'.
d. Plaats in de literatuurgeschiedenis:
Ivoren wachters verscheen in 1951, maar onder het verhaal
staat Doorn, mei-juni 1944, het is dus in de oorlog
geschreven. Dit boek is het meest gelezen werk van Simon Vestdijk. Er is niet veel kritiek geschreven over dit boek, waarschijnlijk is dat te wijten aan Vestdijk's beruchte of befaamde overproductie.
De schrijver is geboren in Harlingen op 17 oktober 1898. Hij bezocht de lagere school en de HBS, waarna hij medicijnen ging studeren. Zijn schooltijd beschrijft hij in Terug naar Ina Damman, De andere school en De persconferentie. Het grootste deel van zijn leven heeft Vestdijk in Doorn gewoond. Hij trouwde, na de dood van zijn voormalige hospita Ans Koster, met Mieke van der hoeven. Er werden twee kinderen geboren. Op 23 maart 1971 overleed Vestdijk.
Vestdijk is redacteur geweest van diverse tijdschriften. Ook publiceerde hij in diverse andere. Hij schreef recensies, en won vrijwel alle bestaande literaire prijzen.
Vestdijk is in eerste plaats een romancier, hoewel hij een indrukwekkend poëtische oeuvre heeft nagelaten. Hij schreef zo'n 50 romans.
Beoordeling
Dit verhaal van Simon Vestdijk vind ik schitterend. De figuren komen in dit verhaal tot leven. Hoewel ik vind dat de karikaturen soms wat overdreven zijn, kan ik er wel om lachen. Schotel de Bie is het voorbeeld van een rampleraar (voor de leerlingen), die zichzelf zo oneindig goed vind, dat je er gewoon misselijk van wordt. Philip is het voorbeeld van een leerling, die zo zijn eigenaardigheden heeft, door zijn klasgenoten aanbeden, door de leraren die geen vat op hem hebben, verafschuwd. Quasi onverschillig, maar van binnen zo heel gevoelig, ik denk dat er zo op onze school ook heel wat rondlopen en dat maakt het boek zo realistisch.
Het verhaal is heel boeiend geschreven. Het verhaal speelt zich in slechts drie dagen af, maar het is niet langdradig. Jammer vind ik wel dat het verhaal niet klopt. Als de schoolweek op maandag begint, de tweede dag in het verhaal, dan is Philip op zondag naar de winkel en naar de tandarts geweest. Dit vind ik een negatief punt voor dit boek, hoewel ik achter dit punt pas kwam toe ik het ging samenvatten. Tijdens het lezen is het mij niet opgevallen.
Heel leuk in het verhaal vind ik de gewoonte van Philip om met Latijnse citaten te smijten. Hoewel ik echt geen woord Latijn ken, heeft het mij niet gehinderd. De citaten zijn er in feite alleen om de karakteristiek van Philip beter tot uiting te laten komen. De lijst met vertalingen heb ik ook pas ontdekt toen ik het verhaal uit had. Als er zoiets als een toelichting bij zit, moeten ze een noot maken bij het eerste Latijnse citaat, om je er attent op te maken, je begint een boek nu eenmaal voorin te lezen.
De passage bij de tandarts spreekt mij het meeste aan. Vooral wat Philip denkt als hij het sonnet overhandigt, vind ik goed gevonden. 'Voor u, en van u,' wilde hij zeggen, bij wijze van geestige zinspeling op de herkomst van het schutblad, …' (blz. 21)
Het sonnet wat Philip heeft geschreven vind ik ook geweldig. Het is een sonnet wat heel veel van Philip zelf vertelt.
De leraar Fernaud komt in een heel ander licht te staan als hij over Schotel de Bie zegt:'…Ik vind 't 'n pleevent. Ik heb nooit 'n vent gezien, die zo van het hondje gebeten was als hij…' Hij is voor mij dan een stuk positiever. Een rake beoordeling van hem.
Jammer vind ik het dat ik nog nooit een klassiek drama heb bekeken. Alle secundaire literatuur schrijft dat dit boek overeenkomsten vertoont met een klassieke tragedie. Dan komt je beperkte kennis weer eens duidelijk uit. Volgens mij mis je best vaak zulke dingen in boeken, je hebt gewoon te weinig kennis om die link te leggen. Heel jammer, want zoiets maakt het juist speciaal, geeft een extra tintje aan het verhaal.
Dit boek is een aanrader voor iedereen die iets leuks voor zijn/haar lijst wil lezen. Maar voor 'eigen gebruik' is het ook heel goed te consumeren.
Ik vind dit boek een heel mooi, aansprekend boek. Het leest gemakkelijk, je hebt niet het idee dat je een literair werk aan het doorworstelen bent.
Ivoren wachters door Simon Vestdijk
7.7
ADVERTENTIE
Hoeveel jonge meiden en vrouwen krijgen per dag trombose door de anticonceptiepil?
Wil je meer informatie over Trombose? Lees het hier!
REACTIES
1 seconde geleden
E.
E.
Waarom o waarom heeft niemand hier gewoon het motief bijgezet. in een fatsoenlijk verslag hoort dit er gewoon in te staan. 10 jaar geleden al en nu nog steeds
12 jaar geleden
AntwoordenF.
F.
En 5 jaar later ook.
7 jaar geleden