Iris door Caja Cazemier

2. Iris
3. Caja Cazemier
4. Drama
5. Het boek gaat over Iris en is 16 jaar. Sinds de moeder van Iris een nieuwe vriend heeft en samen een tweeling hebben voelt Iris zich niet meer thuis in het gezin. Ze voelt zich in de steek gelaten door haar moeder. Alle aandacht gaat nu in eens uit naar de tweeling. Iris vindt dat niet leuk en loopt daarom weg van huis. Ze gaat eerst naar Saskia, haar beste vriendin. Maar naar een tijdje krijgt ze hulp van Jeanet Wiggers, de maatschappelijk werkster en die plaats haar in een pleeggezin. In het begin vindt ze het daar nog niet zo leuk, maar later wel. Maar naar een tijdje moet ze een week in een leefgroephuis logeren. Het lijkt haar erg leuk, maar als ze er gaat wonen valt het tegen. Ze maakt daar met iedereen ruzie, behalve met Ilona. Met Ilona krijgt ze een hele goede band. Maar op een gegeven moment gaat Ilona het huis uit om te studeren. Daar heeft Iris het wel even moeilijk mee. Weer iemand raakt ze kwijt. Maar voor Ilona in de plaats komt Thijs. Ze vindt hem een beetje een vage jongen en moet helemaal niks van hem hebben. Maar gaat toch wel met hem om. Hij komt elke dag even op haar kamer om een shagie te roken en om wat bij te kletsen, maar verder niks. Totdat ze op een dag in haar kamer is en Thijs opeens in haar kamer komt. Hij grijpt haar vast en zoent haar. Iris laat het gebeuren. Later moet ze alles aan haar vriendje Bart vertellen. Hij voelt zich heel erg gebruikt, en snapt niet dat ze hem dat aan kan doen. Iris weet niet meer wat ze moet doen. Ze besluiten elkaar even niet te zien. In de tijd dat ze niet met Bart is gaat ze op bezoek bij haar moeder. Ze had verwacht dat haar moeder haar zou vragen of ze weer terug zou willen komen, maar het tegenovergestelde gebeurt. Ze zegt dat ze haar niet missen. Iris wil nu echt niet meer terug. Bart is ze zo goed als kwijt, haar moeder hoeft haar niet meer, Ilona is weg en aan Thijs heeft ze ook niets, want die voelt eigenlijk niet veel voor haar. Ze gaat nog een keer met Bart praten. Maar die wil het niet meer samen. Maar ze besluiten goede vrienden te blijven. 6. Het thema van dit boek is: jongeren met problemen. Doordat Iris problemen thuis heeft loopt ze weg van huis. 7. De hoofdpersoon: Iris: ze is eigenlijk een heel lief meisje, maar door al haar problemen doet ze zich eigenlijk heel anders voor. Ze wordt daardoor een meisje dat scheldt, vloekt en heel stoer probeert te doen. Haar uiterlijk wordt niet in het boek beschreven. Belangrijke bijpersonen: Bart: Hij is de vriend van Iris. Het is een hele lieve en zorgzame jongen. Bart heeft blonde krullen en bruine ogen. Leonie: Ze is de moeder van Iris. Leonie is hertrouwd met Gijs en hebben samen twee kinderen, de tweeling, Marjorie en Frank. Saskia: Ze is net als Iris ongeveer 16 jaar. Het is de beste vriendin van Iris. Saskia helpt haar om in een pleeggezin te komen, en ze liet Iris bij haar logeren toen ze wegliep van huis. Daarom is ze is erg behulpzaam. Ilona: Ze is 17 jaar en een vriendin van Iris. Ilona woont in het leefgroephuis. Ze doet altijd tegen iedereen heel aardig en vrolijk. Als Ilona op zichzelf gaat wonen, gaat Iris wel eens bij haar op bezoek. Thijs: Hij komt later in het leefhuisgroep. Iris beschrijft hem als een mysterieuze en vage jongen. In het begin gaat ze niet echt met hem om, maar later wel. Ze wordt zelfs een beetje verliefd op hem, terwijl ze nog met Bart heeft. Thijs voelt niks voor Iris, en ze besluit dat ze dan toch maar beter vrienden met Thijs kan blijven. 8. Het verhaal is vanuit het vertellersperspectief geschreven. Alles wordt verteld. Bijvoorbeeld: Iris ging…Toen kwamen ze…. Enz. 9. Het verhaal speelt zich ergens in Nederland af. De voornaamste plekken in het begin van het boek zijn haar oude huis en daarna het pleeggezin. Later vooral in het leefgroephuis. 10. Het verhaal speelt zich ongeveer in deze tijd af. Het is allemaal best modern, dat zie je bijvoorbeeld aan de hulpverleners. De periode die wordt verteld is ongeveer een jaar. Iris gaat naar het leefgroephuis als het herfst wordt, dat verteld ze, en het boek eindigt ook met de herfst. Alles wordt in chronologische volgorde verteld, er zijn bijna geen Flashbacks, alleen als Iris over haar moeder nadenkt. 11. Het verhaal begint bij het pleeggezin en je krijgt dan een flashback over hoe Iris is weggelopen uit huis. Het verhaal begint dus bij de eigenlijke gebeurtenissen. 12. Het belangrijkste probleem is dat Iris het gevoel heeft dat iedereen haar altijd in de steek laat. Ze loopt weg van huis en daardoor krijgt ze veel problemen. Het boek heet een goede afloop. Iris begrijpt zichzelf wat meer en kan het wat beter vinden met de mensen in de groep. Met Leonie gaat het ook wat beter. Ik vind dat het boek een open einde heeft omdat het zo verteld is dat het verhaal nog wel verder zou kunnen gaan. Ik zou best nog willen weten hoe het verder gaat met Bart of Thijs, hoe het met Leonie en Iris samen gaat en hoe het gaat als Iris ouder wordt. 13. De titel van het boek heeft geen betekenis. Het boek draait om Iris en daarom heet het boek ook zo. 14. Het boek was niet moeilijk te begrijpen, omdat er geen moeilijke woorden werden gebruikt en omdat het over kinderen gaat van ongeveer mijn leeftijd. Het was een erg mooi en geloofwaardig boek, omdat het in het ‘echte leven’ ook kan gebeuren. In het begin was het een beetje saai, maar later werd het wel spannender. Zoals toen ze werd overgeplaatst van het pleeggezin naar het leefhuisgroep. Ik vond het wel minder leuk dat het boek een open einde heeft, omdat je dan niet weet of het allemaal goed is gekomen. Ik zou, net als Iris, eigenlijk hetzelfde hebben gedaan. Want ik begrijp best dat ze er gek van werd dat ze werd buitengesloten door haar moeder, vanwege de tweeling. Het is geen saai en langdradig boek, daarom zou iedereen dit boek moeten lezen!