IJzige poppen door Theo Hoogstraaten

Voorwoord Iemand raadde mij het boek aan. Diegene had het vorige boek ook al aangeraden. Daar had ik toen ook een boekverslag over gemaakt. Ik dacht dat is vast weer een leuk boek. Dus ik ging hem huren bij de bibliotheek in Nijkerk. Ik had het boek binnen 4 dagen uit. Het was een spannend boek. Ik moest gewoon steeds zeggen tegen mezelf dat ik op moest houden, anders was ik de hele dag door aan het lezen. Toen ik hem uit had dacht ik; ik kan er best mijn boekverslag over houden. En dat heb ik dus ook gedaan zoals u kunt zien. Ik hoop dat u hem een beetje goed vind. Samenvatting van internet De twee vriendinnen Anne en Gea gingen naar de stad. Toen ze de V&D in gingen, wilden ze de nieuwste cd van Clouseau stelen. Ze durfden het niet. Ineens zagen ze de broer van Anne lopen. Ze vroegen aan Louis of hij wel eens wat gestolen had. Ze besloten die cd toch te stelen. Gea stopte hem onder haar jas. Net toen ze de winkel uit wilde lopen, liep ze tegen een vrouw met een klein meisje op. Ze liet de cd vallen en rende weg. Een paar dagen later keken Anne, Louis, hun ouders en opa en oma naar het nieuws. Er was een opsporingsbericht van een klein meisje van een jaar of 5. Louis schrok. Het was het meisje waar Gea tegenop gebotst was. Anne en Gea moesten dit weten. Gea kwam de volgende dag, maar kon zich niets herinneren. Die middag gingen Gea en Louis naar de bioscoop. Toen ze eruit kwamen stopte Louis in een keer. Hij zag de vrouw, de vrouw uit de V&D. Ze besloten haar te volgen. Ze ging naar de C&A en zocht naar kinderkleding. Toen de vrouw Gea in de gaten kreeg, schrok ze. Ze rekende snel af en verliet de winkel . Ze ging naar een speelgoedwinkel genaamd: "Kinderland". Ongeveer een week later was er weer een opsporingsbericht op de televisie. Nu was het een klein jongetje. Het jongetje was gaan fietsen en is nooit meer thuis gekomen. De volgende dag werd er een lijk in het water gevonden. Het was een zwerver met een fiets en een kinderfietsje. Precies zo een als de moeder beschreven had. Gea, Anne en Louis besloten de volgende dag eens naar "Kinderland" te gaan. Toen ze daar aankwamen, kwam het winkelmeisje Birgit, Gea heel bekend voor. Het was ooit een schoolvriendinnetje van haar geweest. Gea greep haar kansen waar en vroeg Birgit wie haar baas was. Gea vroeg haar ook of ze Gea kon bellen als haar baas er niet was. Birgit wist het niet zeker maar besloot er over na te denken. Ze heette mevrouw Van Dijk. Birgit vertelde Gea hoe blij mevrouw Van Dijk was als haar nichtje Marijke kwam. Marijke en haar moeder woonde twee flats verder dan Gea. In de Brandaris. Gea en Louis besloten de volgende dag te gaan kijken bij de Brandaris. Toen de volgende dag aangebroken was gingen ze heel vroeg weg. Ze hadden lange tijd staan wachten toen er eindelijk iemand aan kwam. Ze dachten dat het de vrouw en haar dochtertje Marijke waren, maar het was een oude man met een hond. Na nog een paar uur gewacht te hebben, kwam er eindelijk een vrouw naar buiten met een klein meisje. Gea wist het bijna zeker dat ze dat meisje niet in de V&D gezien had. Ze besloten naar de politie te gaan. Dit hadden ze al een keer eerder gedaan, om te vertellen van het meisje van tv. Naar de politie gaan hoefde al niet meer, want de politie kwam de lift al uit. De politie zei tegen de twee dat ze op moesten houden met eigen detectives spelen. De politie besloot een oogje in het zeil te houden op mevrouw Van Dijk en ging met een boot het meertje tegenover de winkel op. Ze zagen dat mevrouw Van Dijk wegreed en schakelde de andere post in. Die achtervolgden haar met de auto. Ze ging naar haar zus in de Brandaris. Samen laadden ze de auto in en haar zus stapte met Marijke de auto in. De volgende ochtend belde Birgit, Gea op. Ze vroeg of ze zin had om een dagje te komen helpen in de winkel. Dat wilde Gea maar al te graag. Samen liepen ze de winkel in en deden de lichten aan. Ze schrokken toen ze binnen kwamen. Onder de deur van het grote poppenhuis kwam vies water door. Ze maakten de deur open en ze gilden het uit. Achter de deur lagen twee kinderlijkjes, een meisje en een jongetje. Snel belden Gea en Birgit de politie. Ze arriveerden snel. Ook zij schrokken heel erg van wat ze zagen. De zaak werd onderzocht en het bleek dat het pand vroeger een slagerij was geweest. De vriezer zat er nog, achter de geheime deur. Een paar dagen voordat dit allemaal ontdekt werd, was de stroom een tijdje uitgevallen, dus de lijkjes waren ontdooid. Nog nooit had de politie zo iets ergs meegemaakt. Die middag belde de politie meteen naar Anne en Louise om het verhaal te vertellen. Degene die het mysterie op zou lossen, werd beloond met f 75000, - De drie jongelui waren dus in een klap rijk. Diezelfde middag werden ze opgehaald om een live persconferentie te houden.
Samenvatting in wat makkelijkere taal Twee vriendinnen gaan samen de stad in. Toen ze de V&D in gingen wilden ze de nieuwste CD van Clouseau pikken. Toen ze bij het rek waren durfden ze het ineens toch niet meer. Plotseling stond Louis, de broer van Anne bij hun. Heb jij wel eens een CD gepikt na eenig heen en weer gepraat zei hij, ja hoor. Dat doet iedereen toch wel eens. Gea stopte hem onder haar jas en toen gingen ze de winkel uit. Ze liepen tegen een mevrouw op die een kind aan haar hand had. De vrouw viel en de CD viel ook en Anne, Gea en Louis liepen hard weg en een scheldende vrouw en verbaasde verkoopster bleven achter. Later die middag hebben ze nog wat grapjes uit gehaald in een parfumwinkel. Een paar dagen later keken Louis en zijn ouders en zijn opa en oma naar het journaal en daar was een opsporingsbericht. Er werden inlichtingen gevraagd door de politie van Zaanstad, over een meisje van een jaar of 5. Louis schrok want dat was het meisje dat de vrouw bij V&D aan de hand had toen Gea tegen haar opbotste. Later op zijn kamer vroeg Louis aan zijn zus Anne of ze Gea nog zou spreken. Ze zou de volgende ochtend om 11 uur komen. De volgende ochtend stond het artikel ook in de krant met een grote foto. Toen ze de volgende ochtend kwam wist ze het ook al. Misschien waren ze wel getuigen geweest. Ze kon zich wel de botsing herinneren maar niets van een kind want ze was geschrokken toen de CD viel. Toen Gea en Louis die middag naar de bioscoop gingen zagen ze aan de andere kant van de brug een mevrouw in een zwarte jas. Louis zei dat is de mevrouw uit de winkel. Laten we haar volgen zei Gea. De mevrouw ging de C&A in en zocht naar kinderkleding. Ze merkten dat de vrouw ze in de gaten had en deden net of ze ook kleding zochten. Toen ging de vrouw de winkel weer uit en zij volgden haar snel. Staken nog over door rood licht maar raakte haar kwijt. Er kwam een rode auto voorbij en daar zag Louis haar inzitten. Op de auto stond kinderland speelgoed. Op nieuwjaarsdag kwam het nieuws uitvoerig met de verdwijning van weer een kind. Een jongetje was nu weg. Ook werd er nu een beloning van 50.000 gulden uitgeloofd voor degene die inlichtingen had zodat de dader kon worden aan gehouden. Gea, Louis en Anne besloten weer op onderzoek uit te gaan. Ze bezochten de speelgoedwinkel en daar kwam Gea een oud klasgenootje tegen ze heette Birgit en werkte nu in de speelgoedwinkel. Zij vertelde dat er 2 vrouwen waren die op elkaar leken en zussen waren. Later hebben ze ook de flat opgezocht waar de andere vrouw woonde. Daar kwam de politie ook nog op bezoek en die ontdekte ook dat Louis en Gea daar stonden. Ze werden daar door de agenten weggestuurd. Later werd er door een schipper bij de brug een lijk van een zwerver ontdekt in het water en er was ook een kinderfietsje gevonden
dat het fietsje bleek te zijn van het verdwenen jongetje. De politie die de boel nu ook in de gaten ging houden zag later mevrouw van Dijk, van de speelgoedwinkel, in de auto stappen waar
speelgoedland op stond. Ze vroegen zich af waar ze heen zou gaan. Via collega’s die haar gevolgd waren was ze bij de flat van haar zus. Het leek erop of ze op vakantie zouden gaan, de auto werd vol geladen. Anne, Louis en Gea hadden een vriendje uitgenodigd om mee te gaan naar de bioscoop. Toen ze daar waren viel de stroom uit en toen dat te lang duurde gingen ze maar naar buiten. Ook daar was het donker en er was politie omdat er werd geplunderd. Op zaterdag was Gea opgebeld door Birgit of ze kon helpen in de speelgoed winkel. Toen ze in de winkel kwamen ontdekten ze water dat onder het poppenhuis vandaan kwam en toen ze goed keken ontdekten ze een
verborgen deur. Nadat het poppenhuis weg was gehaald zagen ze een deur toen ze die hadden opengemaakt schrokken ze want ze hadden de
kinderlijkjes gevonden die in een koelcel lagen. Door de stroomstoring was alles ontdooit en dat had de lekkage veroorzaakt. Het mysterie was opgelost. Later werd in een persconferentie verteld aan de mensen hoe het nu zat. De politie verteld dat enkele kinderen ze hadden geholpen. De kinderen Gea, Louis en Anne zouden nu dus de beloning krijgen. Ze waren nu rijk en bedachten al wat ze allemaal wilden gaan kopen. Informatie over Theo Hoogstraten Theo Hoogstraaten werd op 9 juli 1948 in Mijdrecht geboren. Hij studeerde aan de Pedagogische Academie en was daarna enige tijd onderwijzer op een basisschool. Hij besloot verder te gaan studeren (M.O. Nederlands en geschiedenis) en werd na zijn afstuderen decaan havo/vwo aan een middelbare school in Alkmaar. Theo Hoogstraten schrijft jeugdboeken, thrillers en detectives die voor een deel in de toekomst spelen en voor een deel in het heden. Geen verhalen met een boodschap, maar spannende romans. Na zijn baan begon Hoogstraten met schrijven, eerst enkele schoolboeken (geschiedenis en staatsinrichting), later spannende boeken, thrillers en crimi's. Naast detectives schreef Hoogstraten ook toekomstromans, historische romans en andere verhalen. Hoogstraten is een liefhebber, hij schrijft niet voor het geld, maar om het plezier dat het schrijfproces hem schenkt. Meestal schrijft hij in zijn vakanties. Onderzoek en research zijn voor hem belangrijke aspecten, in de eerste fase van het schrijfproces, die ongeveer een half jaar duurt, bezoekt Hoogstraten verschillende plekken waar zijn nieuwe boek zou kunnen spelen en verzamelt hij allerlei ondersteunende informatie. Daarna komt het schrijven zelf aan de beurt, daarvoor reserveert hij meestal de zomervakantie. Vervolgens schaaft Hoogstraten in het najaar de tekst bij. In de kerstvakantie ontstaat het definitieve manuscript. Opvallend aan de boeken van Hoogstraten is dat er vrijwel altijd verschillende perspectieven en verhaallijnen in zitten. Ook is hij spaarzaam met uitgebreide beschrijvingen en besteedt hij des te meer aandacht aan acties en dialogen. Zijn stijl is nuchter, kort en krachtig. Zijn boeken zijn vooral populair bij de jeugd uit de lagere klassen van de middelbare school. alle boeken van Theo Hoogstraten - De ramp(kinder-/jeugdboek, 1988) - In verzet(kinder-/jeugdboek, 1989) - Het Nerthusmysterie(kinder-/jeugdboek, 1990) - IJzige poppen(kinder-/jeugdboek, 1991) - De sprong van de jaguar(kinder-/jeugdboek, 1992) - De verdwenen grenadier(kinder-/jeugdboek, 1993) - Het verraad loert(kinder-/jeugdboek, 1994) - Tussen twee vuren(kinder-/jeugdboek, 1995) - Blind date(kinder-/jeugdboek, 1996) - De spiegelvrouw(kinder-/jeugdboek, 1996) - De liftster(kinder-/jeugdboek, 1997) - Verraderlijke vrienden(kinder-/jeugdboek, 1998) - Het oog van de duivel(kinder-/jeugdboek, 1999) - Hot spot(kinder-/jeugdboek, 2000) - De toren van de zeven verdiepingen(kinder-/jeugdboek, 2001) Vragenlijst 1. Waarom heb je dit boek gekozen? Iemand raadde het me aan. 2. Beschrijf wat er op de voorkant van het boek staat. Een deur met daarachter papier waar een kind uitgeknipt is. 3. Wat heeft de illustratie op de voorkant met de inhoud van het boek te maken? Er is een geheime deur waarachter bevroren kinderen zitten. Maar in het boek wordt niet helemaal uitgelegd hoe het eruit zag. 4. Wat is het onderwerp van dit boek? Er worden kinderen vermist en de politie kan er niet achter komen wie de ontvoerder van deze kinderen is. Maar doordat Gea, Anne en Louis op ontdekking uitgaan komen ze steeds meer te weten. En zo kunnen ze de dader vinden. 5. Was het een interessant onderwerp? Ik vond het wel spannend als Anne, Gea en Louise op onderzoek uitgingen dat wou je dan graag doorlezen. En je beseft ook wel dat er allerlei gekke dingen kunnen gebeuren in het leven. 6. Was het verhaal herkenbaar voor jou? Of beschreef het boek een wereld die niet bekend is voor jou? Ik heb het gelukkig nog nooit meegemaakt of gehoord dat het gebeurd is. Daar ben ik wel blij om want ik zou niet graag mee maken dat ik in die vriescel zit of iemand die ik ken. Ik vind zoon verhaal al erg genoeg. 7. Heeft het boek je aan het denken gezet? Ja, over meerdere dingen. Onder andere hoe het zal zijn als je bij zo iemand werkt. Of wat jezelf had gedaan als je Gea, Anne of Louise was geweest. 8. Was het een realistisch verhaal? Het zou opzicht wel kunnen. Maar ik denk niet dat iemand zo gek is om kinderen te bevriezen. En als het zou gebeuren denk ik niet dat het helemaal het zelfde zal zijn. 9. Geef een titelverklaring van maximaal 25 woorden. Het boek Ijzige Poppen omdat er in het einde van het boek kinderlijkjes gevonden worden helemaal ontdooid in de diepvries. (waren dus ingevroren) 10. Wie waren de hoofdpersonen in dit boek? Anne: Een heel rustig meisjes en gedraagt zich volgens andere mensen niet zo volwassen. De ouders van Anne vinden het niet zo leuk dat ze met Gea omgaat maar toch verbreek ze haar vriendschap met Gea niet. Verder is ze ook onzeker over zich eigen en durft haar mening wel te zeggen maar toch luistert ze naar de mening van haar vrienden. Gea: Een spontaan type ze is wat brutaal maar kan ook heel lief en aardig voor andere zijn. Als ze iets wil dan zorgt ze ervoor dat het ook gebeurt en daardoor komt ze een stuk volwassener over dan haar vriendin Anne. Verder is Gea meer geïnteresseerd in jongens. Ze heeft een wipneus en puistjes en heeft veel make-up op. Louis: Hij is de broer van Anne en later in het verhaal ook de vriend van Gea. Louis is heel zorgzaam voor zijn zusje Anne en ook voor Gea. Hij wil wel graag stoer doen tegenover zijn vriendin en vrienden. Maar Louis zorgt er uiteindelijk wel voor dat ze beginnen met de zoektocht naar de ontvoerder. Mevrouw van dijk: Ze is een zelfverzekerde vrouw, geestelijk ziek, maar komt vaak lief over bij de kleine kinderen. Ze is verder heel slim, maar is verder ook erg achterdochtig. Ze draagt sjieke kleding is slank en ongeveer 40 jaar en blauwe ogen. En ze is natuurlijk de dader

11. Noem enkele bijpersonen uit het boek. Rechercheur merkens: Een wat oudere man dan zijn collega en dus ook wat ervarender. Ook wil hij de raad van de jongeren niet snel aannemen en alles zelf uitzoeken en daardoor moppert hij nogal wat. Ook tegen zijn collega. Rechercheur Erik de groot: Een man van 35 jaar. Door de stress van zijn werk heeft hij vaak last van astma waardoor hij snel moe word en veel piept. Hij is veel spontaner dan zijn collega en doordat hij vertrouwen had in de jongeren hebben ze toch hun informatie nagetrokken. 12. Welke bedoeling denk je dat de schrijver met het boek heeft? Ik denk dat de schrijver wil duidelijk maken dat kinderen zelf ook in staat zijn om een zaak op te lossen. (Zij vinden de geheime deur) Hij kan ook andere bedoelingen gehad hebben. Maar ik vermoed dat het niet zal zijn dat er gewoon kinderen ingevroren worden. 13. Wat vond je van het boek? Het boek verteld een goed verhaal het is alleen jammer dat het een beetje langdradig verteld wordt. Het boek is wel spannend vooral het laatste hoofdstuk. Je kunt het boek gemakkelijk en snel lezen. Ik kan het boek wel een iemand anders aanraden. Als je de samenvatting alleen al leest word je best nieuwsgierig hoe het echt nou zit net die ontvoerde kinderen. 14. Maak een interview met een persoon uit het boek met 5 vragen. Een interview met Gea: 1. Viel je niet gelijk iets op aan de vrouw? Iedereen kan toch gewoon in een winkel lopen met een kind en dan tegen iemand opbotsen. Waarom zou ik haar dan al gelijk vreemd vinden? 2. Waarom was je niet gestopt met onderzoeken toen het niet meer mocht van de recherches? Ik vond het spannend om door te blijven zoeken. Ik wou heel graag weten of zij het wel of niet was. En je kreeg er natuurlijk heel veel geld voor. 3. Heb je niet gedacht aan wat voor gevaren je kon lopen? Natuurlijk denk je wel wat er kan gebeuren. Ze had ons bijv. ook in kunnen vriezen. Maar ik vond het zo spannend ik kon er niet over in zitten. 4. Wat ga je met het geld doen? Ik denk dat we met zijn drieën lekker gaan shoppen. We kunnen nu zat geld uitgeven dus dat komt wel goed. 5. Hoe beschouw je deze gebeurtenis? Als een spannende zoektocht naar de dader. En ik vond dat wij eigenlijk wel de helden waren. Ik ben heel blij dat het opgelost is. Want het idee dat er allemaal kinderen ingevroren zijn vind ik niet zo prettig. Nawoord Ik vond het een heel leuk boek; En ik vond het heel leuk om te lezen. En ik vond het leuk om dit verslag te maken. Ik hoop dat u nu wat meer weet over dit boek. Misschien kunt u hem zelf wel een keertje lezen. (als u dat nog nooit gedaan heeft)