Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Het theater, de brief en de waarheid door Harry Mulisch

Beoordeling 4.1
Foto van een scholier
Boekcover Het theater, de brief en de waarheid
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vmbo | 2532 woorden
  • 6 maart 2003
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 4.1
19 keer beoordeeld

Boekcover Het theater, de brief en de waarheid
Shadow
Het theater, de brief en de waarheid door Harry Mulisch
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Informatie over de schrijver: Harry Kurt Victor Mulisch is op 29 juli 1927 in Haarlem geboren als eerste en enige zoon van Karl Victor Kurt Mulisch (geboren in 1892 ) en Alice Schwarz (geboren in 1908). Harry Mulisch bezocht de lagere school in Nederland van 1933 tot 1939 en het Christelijk
lyceum van 1940 tot 1944 in Haarlem. In 1936 scheiden zijn ouders zijn moeder gaat naar Amsterdam en Harry blijft bij zijn vader. In de oorlogsjaren is Harry vader directeur bij Lippmann- Rosenthal & Co , het bankiershuis dat verplicht ingeleverde joodse bezittingen ‘beheerde’ . In die functie kan hij zijn echtgenoot en zoon uit de Duitse handen houden. Na de oorlog wordt hij gearresteerd en blijft hij drie jaar in een interneringskamp ; hij overlijdt in 1957. Harry zijn moeder emigreert in 1951 naar San Francisco en verkrijgt de Amerikaanse nationaliteit. Harry Mulisch debuteert met een kort verhaal : de Kamer in Elseviers Weekblad 1947. Na enkele baantjes wijdt hij zich vanaf 1949 aan de schrijverij. Enkele andere werken van Harry Mulisch: 1. De Aanslag
2. De Kamer

3. De Diamant
4. De Elementen
5. De Pupil
Er zijn geen of weinig overeenkomsten met de boeken van Harry Mulisch je zou wel kuunen zeggen dat ze allemaal moeilijk om te lezen zijn. Dit boek is geen autobiografie van Harry Mulisch. De inhoud van het boek: Het verhaal begint in de kamer van de schrijver, hier vertelt hij dat hij een verhaal gaat schrijven over een waargebeurde gebeurtenis. Hij vertelt hoe hij dit gaat doen. Hij schrijft over het ontvangen van de dreigbrief, en wat er in die brief staat. de brief gaat zo: Vuile smerige Rot-parch! Rot-jood, rot-smous, rot-piegem met je arrogante joden smoel. je dagen zijn geteld! Krijg de lupus pest in je besneje lul! Ze moeten jou en je verdoemde soort levend verbranden! Als Fassbinder niet word opgevoerd, gaat de beuk er in. Let is op! jij en die gore Jiddenkoters van je zijn drie Jidden te veel! Neem maar vast afscheid van dat kankerwijf van je! Kan je weduwe weer een andere smous met platvoeten zoeken! Heil Hitler! Ondergetekend: Nederlandse Fascisten Jongeren Organisatie
Dan begint hij over hoe de verteller op de begrafenis van zijn vrouw vertelt over hoe hij heeft gereageerd op een dreigbrief die hij en zijn vrouw ontvingen. Hij heeft namelijk zijn eigen ontvoering in scène gezet om zijn vrouw gerust te stellen dat er niets aan de hand was, door vervolgens op te biechten dat hij de brief had geschreven en dat hij zijn eigen ontvoering in scène had gezet. Als hij klaar is met dit verhaal, begint het boek ineens op een andere manier, zijn vrouw vertelt haar kant van het verhaal op zíjn begrafenis. Dan blijkt dat zijn vrouw zelf de brief heeft geschreven om haar man te bewijzen dat hij gelijk heeft gehad toen hij zei dat er nog steeds anti-joodse bewegingen in Nederland zijn. Kies een fragment uit het boek dat je het meest aanspreekt. Neem dat hier over: Nee, ik geloof niet dat dat overschot kan horen wat ik zeg. Ik geloof ook niet, Magda, datje ziel nog ergens bestaat en mij nu kan horen. Geloofde ik het maar! En toch spreek ik je toe - niet de dode Magda in een kist, maar de levende Magda in mijzelf. Die hoort wat ik zeg. Net als al die andere Magda's luier, in jullie, in onze familie en vrienden en collega's. Dat -hoef ik niet te geloven, want dat weet ik. Er leven op dit ogen- blik hier in deze aula even veel Magda's als er aanwezigen zijn, en al die Magda's zullen even lang leven als wij. Pas wanneer de laatste van ons is gestorven, zal ook Magda dood zijn. Lieve Magda's dus. Ik ga jullie nu alles zeggen. De hoofdpersonen zijn: De ik-persoon in het eerste deel is Felix. Hij is een schrijver die gevraagd wordt een ‘dramatisch monoloog’ te schrijven voor een toneelgezelschap. Hij wil dit doen over de crematie van Magda, de vrouw van Herbert, waar hij vroeger mee in de toneelgroep heeft gezeten tot hij erachter kwam dat hij liever schrijver was dan toneelspeler. Herbert is de persoon waar het ‘verhaal’ over gaat in het eerste deel. Hij houdt een toespraak voer zijn leven en dat van zijn vrouw die nu dood is. De ik-persoon in het tweede deel is Vera. Zij is ook schrijfster en ze kent Felix, omdat het een collega van haar is. Ook aan haar is gevraagd of ze een ‘dramatisch monoloog’ wil schrijven. Zij wil ook gaan schrijven over Magda en Herbert. Magda is diegene waar het ‘verhaal’ over gaat in het tweede deel. Magda houdt een toespraak bij de begrafenis van haar man Herbert. Ze vertelt over het leven met hem. Door de verhalen van Magda en Herbert kom je te weten wat er in hun leven is gebeurt. Over hun karakter kom je niet veel te weten.
Samenvatting (Het is best moeilijk dit boek samen te vatten omdat het uit allerlei fragmenten gaat, maar ik zal doe mijn best het zo goed mogelijk te doen.) I Herbert: het begint bij de ik-persoon die een schrijver is en gevraagd is een 'dramatische monoloog' te schrijven voor een theater gezelschap. Hij wil schrijven over Magda en Herbert en zo begint hij te kijken en denken aan de crematie van Magda. Hertbert staat voor de katheder en wil een toespraak houden voor Magda (zijn vrouw) gecremeerd wordt. Hij begint te vertellen over hoe hij Magda leerde kennen en hoe alles in zijn leven met Magda is verlopen. Daarna vertelt hij dat hij iets moet bekennen en verteld over de dreigbrief die hij kreeg en hoe Magda daar van streek van raakte. Om Magda meer rust te geven en geruster te stellen, verzint Herbert een nepontvoering. Hij 'ontvoert' zichzelf en zorgt ervoor dat de politie erachter komt dat hij het ook zelf heeft gedaan. Daarom kan hij ook zeggen dat hij de dreigbrief zelf heeft geschreven (terwijl dat niet zo is) zodat Magda weer normaal kon worden. Na deze bekentenis is Herbert klaar met zijn toespraak en condoleert iedereen die aanwezig was hem, zo eindigt het eerste stuk. Tussenspel: In het tussenspel gaan de ik-persoon (die Felix genoemd wordt) samen met een collega Vera naar buiten. Ze bespreken samen de crematie en discussiëren over wat echt en niet echt is aan het verhaal, of het wel of niet echt zou kunnen zijn en waarom Herbert het gedaan heeft en al helemaal waarom hij het nu verteld. II Magda: Magda is het laatste deel. Vera (nu de Ik-persoon) moet nu een 'dramatisch monoloog' schrijven voor een theater gezelschap en verteld over de begrafenis van Herbert. Ze weet niet meer precies hoe alles was en kan het alleen maar herinneren. De Ik-persoon (Vera) die is op de begrafenis van Herbert, Magda is nu niet dood maar Herbert en Magda geeft ook de toespraak. Magda begint nu haar toespraak te vertellen hoe zij en Herbert elkaar hebben leren kennen. Ze vertelt over hun Theatergeschiedenis en de rest van hun leven. Ze vertelt dat Herbert doordat zijn ouders joods waren en vergast hij er niet instortte toen de productie van een voorstelling over (tegen) de joden. Magda probeerde hem te helpen maar niets hielp. Tot op een avond ze Herbert hoorde zeggen dat hij het leven niet meer zag zitten en ze bedacht dat er nu echt iets moest gebeuren om hem nog te redden. Zo besloot Magda een dreigbrief te sturen naar haar man (natuurlijk niet van haarzelf). Maar zodra ze hem aan haar man gaf wist ze al dat ze er fout aan had gedaan.Ze wist niet meer wat ze moest doen. Aan de ene kant had de brief wel geholpen voor haar man, maar aan de andere kant had ze een muur gebouwd tussen haar en haar man die ze niet meer weg kon halen. Herbert zetten een 'nep'ontvoering van zichzelf inelkaar om Magda te helpen. Dus uiteindelijk probeerde Magda Herbert te helpen en Herbert Magda maar daardoor hadden ze elkaar verloren. Ze hielden zoveel van elkaar dat ze elkaar daar aan hadden verloren. Maar Herbert kon daar niet tegen en had zelf een einde aan zijn leven gemaakt. Aan het einde van het boek blijkt dus dat Magda nog wel leeft maar Herbert dood is, alleen wie nu wat heeft gedaan, wie nu de brief heeft geschreven blijft voor iedereen toch nog een beetje een raadsel Titelverklaring De titel ‘Het theater, de brief en de waarheid’ slaat op de inhoud van het boek. Het theater: Herbert, de man waar het boek over gaat, is een toneelspeler, en die een soort toneelstuk (een soort verklaring) maakt voor zijn vrouw. Terwijl zijn vrouw Magda weer een soort toneelstuk (de brief) maakt voor haar man. De brief: Dit slaat op een brief waarvan Herbert zegt dat hij heeft geschreven, waardoor hij denkt dat die brief de oorzaak is van het depressieve gedrag van zijn vrouw, en denkt haar zo te helpen. Terwijl Marga weer bekent dat zij hem heeft geschreven om haar man te helpen. De waarheid: Dat is iets waar iedereen opzoek naar is. Op de begrafenis van elkaar vertellen ze allebei ‘de waarheid’ maar of dat echt waar is zullen we uiteindelijk nooit achter komen. Wel weten we dat ze elkaar allebei wouden helpen door toneelspel en liegen. Bouw van het verhaal: Het boek is geschreven in het ik-perspectief. Maar er zijn dus twee ik-personen, omdat het boek uit twee delen bestaat. In het eerste deel is Felix de ik-persoon. En in het tweede deel is Vera dat. Je volgt alles via de ogen van de ik-personen en hoort zo hoe ze de verhalen Herbert en Magda meemaken. Deze verhalen zijn wel uit hun standpunt verteld. De schrijvers schrijven in het jaar 1999, dat weet je omdat het jaartal wordt genoemd. De begrafenis en de crematie zijn 12 jaar geleden gebeurt. Dat wordt ook in het verhaal verteld, dus dat was in 1987. De vertelde tijd is 1 dag, denk ik. Dat wordt me niet echt duidelijk. De schrijvers Felix en Vera kijken en denken aan de begrafenis en crematie. Ik schat dat dit 1 dag duurt. Het verhaal van Magda en Herbert duurt een paar uur en de tijd waarvan het verhaal wordt verteld is heel wat jaar, ze vertellen over hoe ze elkaar hebben leren kennen en wat er allemaal gebeurt is. Het boek is 82 bladzijdes lang en bestaat uit 4 stukken. Het eerste stuk: Herbert, het tweede stuk: Tussenspel en het derde stuk: Magda en het vierde stuk de verantwoording dan word dus in feite alles uitgelegd hoe het nu echt in elkaar zat. Het verhaal is niet chronologisch verteld, Vera en Felix denken an kijken terug aan de begrafenis en crematie van 12 jaar geleden. Ook tijdens de begrafenis en crematie van Herbert en Magda wordt over hun verleden verteld. Er zitten in dit verhaal dus wel veel flashbacks, omdat er wordt gedacht aan 12 jaar geleden en men denkt dan aan gebeurtenissen de nog langer dan die 12 jaar geleden zijn gebeurt. Er zitten geen tijdvertragingen in het boek. Wel slaat de schrijver soms een regel over, of ze gaan heel snel vooruit (tijdsprong). Het verhaal heeft een gesloten einde omdat er in de verantwoording je vragen over het boek worden beantwoord en ik had er dus geen vragen meer over. Taalgebruik: Er worden in dit boek veel dialogen gebruikt. Bijna in het hele verhaal. Vooral het eerste stuk, dat is helemaal een dialoog. Dat komt, omdat alles verteld wordt door Herbert, want hij houdt een toespraak. De schrijver heeft niet veel ouderwetse of juist heel moderne woorden gebruikt. De stijl is ook niet speciaal. Hij gebruikt normale zinnen. Van lengte dan. Niet bepaald lang of kort. Eigen mening De beschreven gebeurtenissen kwamen wel ‘echt’ op me over. De ontvoering vond ik wel onwaarschijnlijk, maar het kan wel in het echt gebeuren. Ik heb zelf niet zoiets meegemaakt en dat wil ik liever ook niet, omdat het me heel erg lijkt om zoiets mee te moeten maken. Magda en Herbert leden er hartstikke onder, waardoor ze dus ook doodgingen. Ik ken ook niemand wie zoiets is overkomen. Er waren dus helemaal geen herkenbare situaties in. Ik ken ook geen film of een ander boek waarin zoiets voorkomt. Ik vond de inhoud van de brief wel erg schokkend, vooral ook omdat Herbert van Joodse afkomst is. Dit boek heeft me wel aan het denken gezet, omdat ik het me niet voor kan stellen dat iemand zo een brief schrijft, omdat hij van Joodse afkomst is. Ik kon me ook erg goed inleven in de personen. Ik vond Magda en Herbert heel symphatiek. Ik kon ook begrijpen dat Felix en Vera het op slot niet meer snapten en onthutst waren door de verhalen die Magda en Herbert vertelden. Toch herken ik niet echt gedachten van de hoofdpersonen. Wel emoties, want het lijkt me heel erg om zo’n brief te krijgen, vooral ook als je eigen ouders vergast zijn, zoals die van Herbert. Magda en Herbert hadden allebei als ’t ware een muur om henzelf heen gebouwd. Dat kon ik me ook goed voorstellen hoe dat voelde. Het verhaal was best wel lastig te lezen, dat kwam doordat er 3 delen waren. Je hoorde 2 kanten. Van Herbert en Magda. Dat was best wel moeilijk aan het boek. Het was ook spannend, omdat je niet wist wat Magda en Herbert wilden gaan vertellen. Vooral Herbert haalde de spanning omhoog. Het verhaal heeft dus een beetje een open eind, omdat je niet weet wie nou de brief heeft geschreven. Dat vind ik wel jammer, want ik wilde graag weten wie de brief nou echt heeft geschreven. Herbert, Magda, of een onbekende. Het taalgebruik was ook niet moeilijk, want er werden heel normale woorden gebruikt en geen ouderwetse. Het taalgebruik was ook beeldend genoeg. Er waren veel dialogen. Dat vond ik niet zo erg, want daar hou ik wel van. Alles hing ook met elkaar samen en dat vond ik erg goed. Ik vond het boek ook goed, omdat het zo realistisch was. Het kwam ‘waarheidsgetrouw’ over. Ik heb nog nooit zo’n boek gelezen, dat uit 3 delen bestaat, waarvan je allebei de kanten van het verhaal leest. In dit geval dus van Herbert en van Magda. Dat vond ik wel speciaal. Ik vond wel dat Magda en Herbert raar denken, want ze dachten dat ze elkaar hielpen. Herbert door een nepontvoering in te zetten en Magda door die brief te schrijven. Maar dat was wel een daad uit liefde. Dat vond ik ook weer erg leuk. Het werken aan dit boekverslag vond ik erg leuk, want ik heb er veel van geleerd. Ik vond het wel moeilijk om een samenvatting te maken, omdat het verhaal uit 3 delen bestond. En omdat Herbert zijn kant vertelde en Magda haar kant. Je weet zo niet, wat nou de waarheid is en hoe je daar een samenvatting van moet maken. De verwerkingsopdracht moeten we nog doen. Die lijkt met niet zo heel makkelijk, omdat je moet discussiëren en daar ben ik niet zo goed in. Ik ben wel tot een dieper inzicht gekomen na het werken aan dit leesverslag. Ik ben het boek ook meer gaan waarderen, want ik vond het een speciaal boek, omdat het heel anders is opgebouwd dan andere boeken.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het theater, de brief en de waarheid door Harry Mulisch"