Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Het instituut door Vincent Bijlo

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
Boekcover Het instituut
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 2518 woorden
  • 18 februari 2003
  • 336 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
336 keer beoordeeld

Boekcover Het instituut
Shadow

Vincent Bijlo's debuutroman Het instituut verscheen in 1998 bij De Arbeiderspers. Ter gelgenheid van de Engelse vertaling The Institute brengt Holland Park Press zijn debuutroman ook opnieuw in het Nederlands uit.

Otto Iking is een buitenstaander, thuis en op het blindeninstituut waar hij verblijft, maar hij kijkt met meedogenloze humor naar de we…

Vincent Bijlo's debuutroman Het instituut verscheen in 1998 bij De Arbeiderspers. Ter gelgenheid van de Engelse vertaling The Institute brengt Holland Park Pres…

Vincent Bijlo's debuutroman Het instituut verscheen in 1998 bij De Arbeiderspers. Ter gelgenheid van de Engelse vertaling The Institute brengt Holland Park Press zijn debuutroman ook opnieuw in het Nederlands uit.

Otto Iking is een buitenstaander, thuis en op het blindeninstituut waar hij verblijft, maar hij kijkt met meedogenloze humor naar de wereld om zich heen.

Een boek over een jongen met een bijzondere waarnemingsvermogen.

Het instituut door Vincent Bijlo
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Het instituut
Auteur: Vincent Bijlo
Uitgever: De Arbeiderspers, Amsterdam
Aantal bladzijden: 136
Aantal hoofdstukken: 12
Illustratie: Peter van Wijngaarden. Vooraf. Ik heb het boek gekozen uit drie andere boeken die ik in de bibliotheek had gevonden. Dit boek sprak mij het meest aan, er stond een leuke samenvatting achter op het boek en de voorkant sprak mij ook wel aan. Bij de titel "Het Instituut" had ik een beetje het idee dat ik een boek had gekozen over studentjes die op een "Instituut" zitten. Gelukkig was dit niet zo. Auteur. Vincent Bijlo werd geboren op 27 april 1965 in Amsterdam. Hij studeerde Nederlandse Taal en Letterkunde aan de Universiteit van Utrecht. Daarvoor had hij VWO gedaan. Hij heeft twee romancen geschreven waarvan Het Instituut uit 1998 de eerste was en achttienhoog uit 2001 de tweede. Verder doet Vincent ook nog aan cabaret hij heeft de volgende theaterprogramma’s gemaakt Made in Braille in 1989, De knal van half zeven in 1991, De zeespiegel in 1993, Het pad van Fortuin in 1995, Niet zeiken gewoon doen in 1996, Tegen ! in 1997, Scheve bomen in 1998-1999. Verder schreef hij incidentele columns voor uiteenlopende radio programma’s
Titelverklaring. De hoofdrol speler (Otto) zit in een instituut, en vandaar de titel ook denk ik. Ik vind de titel eigenlijk maar een beetje voor de hand liggend. Het is namelijk zo simpel om de plek waar het verhaal zich grotendeels afspeelt gelijk als titel van het boek te gebruiken. Ik had een heel andere titel in mijn gedachten, namelijk over iets dat zich veel afspeelt in het boek. Zoals "radio Puntsik", dat is namelijk het radiostation van Otto. En alle belangrijke gebeurtenissen werden verteld op radio Puntsik. Of "Otto & Co." want zonder alle mensen om zich heen zou er geen verhaal zijn. En zonder al die mensen zou er ook geen humor in het boek zijn. Bijvoorbeeld; iemand in je eigen groep (Otto zit in een groepje van ongeveer 10 man in een huisje van het instituut, dat heet De Vink) onderuit trappen of gekke dingen doen tegen andere in je groepje. Genres

Ik denk dat het verhaal maatschappelijk geëngageerd is omdat het hele verhaal werkelijkheid zou kunnen zijn. Bijna alles zou werkelijk gebeurd kunnen zijn op een paar dingen na. Bijvoorbeeld op een brommer rijden. Dat is echt onmogelijk voor een blind iemand. Het zou best kunnen dat dit boek verfilmd wordt en als zeer realistisch omschreven zou worden. Thema. Het boek "Het Instituut" gaat over een jongen die blind is. Hij is 12 jaar oud en woont in een inrichting of zoals de titel het zegt, in een instituut. Hij is vanaf dat het boek begint al blind maar later in het boek gaat hij functioneren als een ziende. Natuurlijk blijft hij blind maar hij gaat bijvoorbeeld naar een ziende school. Voordat hij ging zat hij op een blinde school op het instituut maar daar dachten de leraren dat hij het wel zou redden op een ziende school. Ruimte
Het verhaal speelt zich af in een inrichting voor blinden. Dat weet ik omdat de naam en de plek waar ze zich bevinden veel word genoemd. Bijvoorbeeld; "Otto ging even naar de Vink om iets te vragen". Het verhaal speelt zich niet alleen af in het instituut maar ook buiten de inrichting. Zo gaat Otto op vakantie (de plek waar ze naartoe gaan word niet verteld) en ook gaat Otto naar zijn eigen huis, een half uurtje rijden van het instituut (duidelijker wordt er niet over vertelt). Tijd
Het verhaal speelt zich in onze tijd af. Dat weet ik omdat er met brommers wordt gereden en met Audies en met oude Skoda’s. Aangezien er pas sinds begin vorige eeuw auto’s rijden weet ik dat het verhaal zich in deze tijd afspeelt. De periode waarin het verhaal wordt verteld is ongeveer een half jaar. Dat weet ik omdat het verhaal begon met veel gladheid (het was dus winter) en veel mensen van het instituut droegen warme kleding. Een klein stukje voor het eind moest Otto nog twee weken naar school en dan zou hij grote vakantie hebben. En dan is het dus zomer. Van de winter tot de zomer is dus ongeveer een half jaar. Het verhaal is chronologisch opgebouwd. Het hele verhaal loopt netjes achter elkaar aan, zonder terug blikken of vooruit blikken. Het is af en toe wel vervelend dat er opeens een paar weken tussen zitten of dat het opeens nacht is en opeens dag. Vertelperspectief
Het verhaal wordt verteld, gezien door "de ogen" van Otto. Dat doet de schrijver denk ik om de het verhaal een beeld te geven. De schrijver/ Otto vertelt aan het begin van het boek waar het verhaal zich afspeelt en wie aardig is en wie onaardig. Later gaat hij daar ook nog wat mee doen. Je komt erachter wie Otto mag en wie niet. Bijvoorbeeld; een jongen die heel slechtziend was pestte Otto nog wel eens. Toen hij zelf een keer op zijn plaat ging dacht Otto "ha ha, sukkel lijdt maar lekker van mij blijf je zo liggen voor de rest van je leven". Wat ook leuk is, is dat als Otto’ s moeder (die alcoholverslaafd is) bij hem op bezoek komt hij altijd denkt: "Haar gore parfum snelde haar meters vooruit". Dat soort dingen maken het verhaal nu juist leuk. Werkelijkheid of Fantasie
Het verhaal zou echt gebeurd kunnen zijn. Omdat er in Nederland ook Instituten zijn voor blinden of slechtzienden. Het verhaal is realistisch maar hoeft daarom nog niet echt gebeurd te zijn. Persoonlijk denk ik dat het verhaal echt gebeurd is, ik kan mezelf namelijk helemaal voorstellen hoe rot het zou zijn om blind te zijn. Hoofdpersonen
De hoofdpersoon in het verhaal is Otto Iking. Hij is blind en woont in een Instituut voor blinde en slecht ziende. Otto is blind, vanaf zijn geboorte. Hij is een jongen van 11 jaar, hij heeft humor maar kan ook heel sacherijnig zijn. Otto is een aardige jongen die af en toe te veel fantasie heeft. Maar verder is Otto, op het feit dat hij blind is na, een gewone jongen net als alle anderen van zijn leeftijd. Op het Instituut heeft hij een illegale radio zender waar hij nog wel eens uitzendt. Daar heeft hij veel lol in. Bijpersonen
Moeder Iking: Een aardige vrouw van een jaar of 35, zij is de moeder van Otto
en ze is verslaafd aan de drank. Vader Iking: De vader van Otto, hij is ook rond de 35 jaar oud en vangt Otto op als hij naar huis gaat voor een weekend. Hij is een aardige man. Sonja: De lieve vriendin van Otto, ze komt vaak bij Otto op bezoek en ze
praten over van alles en nog wat. Harm: Een goede vriend van Otto, hij heeft geen ogen meer, maar
glazen. Hij en Otto doen allerlei dingen samen. Otto is zijn beste
vriend. Walter, Pieter, Michiel, Marc, Tony, Hajo, Stoffel, Eric, en Marga: Zij woonden bij Otto in De Vink (Een huisje horend bij het Instituut) Edwin: Ook een bewoner van De Vink, Edwin was een irritant jongetje die iedereen onderuit trapte die hij maar tegenkwam, zolang hij

maar blind was. Iedereen had een hekel aan Edwin. Samenvatting
Het boek begint ermee dat hij, Otto het niet kan uitstaan dat hij de bliksem niet kan zien maar wel horen. Hij schrikt van de knal en niet van de flits. Hij vindt het oneerlijk dat de ziende hem niet waarschuwen voor die knal. Zo gaat het boek verder: Otto’ s grote voorbeeld was Harm. Hij was een goede vriend van hem. Hij had veel meer voorsprong op de andere blinden en daarom leek het alsof hij veel knapper was. Otto keek in ieder geval tegen hem op. Hij wilde wel op hem lijken. Otto en Harm zaten op het instituut, dat is een inrichting voor blinden en slechtzienden. Hij zat samen met nog een stel anderen in een huisje op het Instituut, Walter, Pieter, Michiel, Marc, Tony, Hajo, Stoffel, Eric, Marga. Zij waren regelmatig het slachtoffer van Harm en Otto. Hellaas was er nog een jongen die bij hen in het huisje zat. Hij heten Edwin, hij was slecht ziend maar hij zag nog net genoeg om Harm en Otto onderuit te kunnen trappen. Op een dag toen Otto naar het zwembad ging hoorde hij dat Tony, een doof stomme jongen boven op de duikplank stond. Hij mocht niet springen van de badmeester maar hij deed het toch. Omdat hij niets kon zien sprong hij boven op Michiel, een jongen die alleen blind was. Michiel raakte daardoor verlamd en kwam in een rolstol. Hij moest naar een ander Instituut omdat er geen plek was voor rolstoelgangers. Op de school van Otto ging het ook helemaal niet zo leuk. Althans Otto vond het niet leuk, alleen maar domme dingen doen zoals op xylofoontjes spelen en leren stok lopen en allemaal dat soort dingen. Als de school was afgelopen ging hij terug naar de vink waar hij zich bezig hield met zijn Jostikit. Een illegale radiozender. Dat vond hij geweldig, zijn radio heten Radio Puntsik, hij wist niet hoe hij op die naam was gekomen maar dat maakte hem niet zo veel uit. Een weekje later had Otto zijn stokloop examen. Hij ging naar Bussum om vervolgens daar in de stad een rondje door de wijk te gaan lopen met stok en al. Het begin ging goed maar toen opeens hoorde Otto een gebrom achter zich. Er reed iets achter hem met een veel hogere snelheid dan hij. Boem….. Opeens lag Otto in de ziekenboeg van het Instituut, hij was aangereden door een auto. Hij had geen ernstige verwondingen. Iedereen uit de vink ging naar Otto toe om te vragen hoe het was met hem. Gelukkig mocht hij na een paar dagen al weer weg. Ze gingen met alle mensen die op het instituut woonden, dus ook met Sonja, op vakantie. Sonja was zijn vriendin. Dwingelo was de vakantie bestemming. Helaas had Otto er helemaal geen zin in, zijn vader had hem verteld dat kamperen niet leuk was omdat je alles zelf moest doen en je er vies van werd. Otto leek het drie keer niets. Toch ging hij mee. In Dwingelo was het niet leuk vond Otto, de leiding had hem geprobeerd uit te leggen hoe je een tent in elkaar moest zetten. Otto snapte er nog steeds niets van. En de wc’s dat zou nog het grootste probleem worden. Die waren aan de andere kant van de camping. Op de camping speelde ze handvoetkopbal dat was een spel met een bal waar allemaal belletjes aan zaten die rinkelden als je hem gooiden. Otto vond dit eigenlijk wel het leukste wat ze hadden gedaan op de camping. Het wadlopen de volgende dag vond hij ook niks, als je te lang bleef staan zakte je weg. Je moest een stuk gaan lopen over een soort vochtig nat zand. Otto wilde zo snel mogelijk weg. Toen ze uiteindelijk weer in het busje zaten op weg naar de camping werd Otto ziek. Hij lag vanaf die tijd de hele dag in zijn bed. Hij zou de volgende dag terug gebracht worden naar het instituut om daar uit te zieken. ‘s Nachts werd hij wakker, hij moest naar de wc om te poepen. Maar toen hij eenmaal buiten stond wist hij niet waar de wc’s waren. Hij struikelde over allerlei touwen en dacht terug aan zijn vader, die hem altijd vertelde hoe rottig kamperen wel niet was. Hij moest zo nodig poepen dat hij na een hele lange tijd dacht; ik doe het gewoon hier nu ter plaatse op de grond. Toen hij de volgende morgen wakker werd door het geschreeuw van een van de leiding merkte hij aan de stem van de leiding dat er iets niet goed zat. De kaart die nodig was voor de speurtocht zat onder de poep. Maar goed dat Otto die dag naar huis ging. Bij het Instituut aangekomen stond zijn vader al te wachten op hem. Otto dacht dat hij alleen de tijd door zou brengen, maar zijn vader wilde hem mee naar huis nemen. Hij had een verrassing. Zijn moeder was van de drank af. Maar toen ze thuis kwamen rook hij de geur van drank. Dit ging zijn vader te ver. Ze moest naar een afkick centrum. Het waren saaie dagen voor Otto, hij had zelfs geen Radio Puntsik om achter te zitten en gekke dingen te vertellen. Een aantal weken later ging Otto naar zijn moeder toe. Ze was niet meer verslaafd aan de drank. Otto ging weer gewoon naar school, op het instituut. Hij kreeg te horen dat hij op een ziende school mocht, hij was heel erg blij. Zijn moeder ook. En zijn vader had een baan in Amerika gevonden. Bij een of andere krant. Iedereen vond het jammer dat Otto weg ging en Sonja helemaal. Harm deed alsof het hem niets uitmaakte dat Otto weg ging maar Otto hoorde aan zijn stem dat hij het niet leuk vond. Gelukkig hadden de ouders van Sonja nog een troost, hij mocht voor de gezelligheid als hij dat wilde mee op vakantie met Sonja. Dat liet Otto zich geen tweede keer zeggen. Het boek eindigt ermee dat Otto benzine uit de tank uit de brommer van een van de leiding heeft geheveld en daarmee het Instituut in de brand steekt, waarom hij dit doet is mij een raadsel
En zo eindigt het verhaal van Otto. Het boek is geschreven voor Mariska de vrouw van Vincent Bijlo. Waardering
Het Instituut is een leuk boek, maar het is ook heel interessant omdat je de gevoelens van een blinde jongen te zien krijgt. Gelukkig is het verhaal makkelijk te volgen, op het opeens naar een andere dag gaan, na dan. De meest leuke persoon vond ik Otto, omdat hij allemaal leuke dingen deed en vooral dacht. Dan kon ik echt om lachen. De minst leuke persoon vond ik Edwin omdat hij allemaal gemene dingen deed bij inwoners van het huisje. Ik zou iedereen aanraden het boek te lezen omdat ik er echt om kon lachen, al was het niet alleen om de domme acties die werden ondernomen, bijvoorbeeld op een brommer rijden. Otto op een brommer, zo blind als de neten. De gedachte die hij af en toe had waren ook leuk. Dit is het leukste boek dat ik tot nog toe heb gelezen. Ik weet ook zeker dat ik zijn andere boek ook ga lezen. Verwachting
Het boek voldeed in positieve zin niet aan mijn verwachtingen. Ik had verwacht dat het boek heel saai zou zijn. Alleen al toen ik naar de voorkant keek. Maar toen ik de achterkant had gelezen leek het al een stuk leuker. Toen ik het boek uit had vond ik het nog leuker dan toen ik er net aan begonnen was. In het boek kwamen geen dingen voor die ik nog niet gelezen had, op de blinde mensen na dan. De vorm van schrijven was niet nieuw voor me, ik had al een keer eerder zo’n zelfde soort boek gelezen. Bronvermelding
De officiële Vincent Bijlo Site: www.vincentbijlo.com
De Boskoopse bibliotheek voor het boek: Het Instituut.

REACTIES

S.

S.

Thema.

Het boek "Het Instituut" gaat over een jongen die blind is. Hij is 12 jaar oud en woont in een inrichting of zoals de titel het zegt, in een instituut. Hij is vanaf dat het boek begint al blind maar later in het boek gaat hij functioneren als een ziende. Natuurlijk blijft hij blind maar hij gaat bijvoorbeeld naar een ziende school. Voordat hij ging zat hij op een blinde school op het instituut maar daar dachten de leraren dat hij het wel zou redden op een ziende school.

Hierin staat dat hij 12 jaar is. Dit klopt niet want hij is 11

17 jaar geleden

K.

K.

in het begin staat er ergnes dat Otto 12 jaar oud is en bij 'Hoofdpersonen' is hij inees 11 jaar.

18 jaar geleden

I.

I.

when you search on google one answer but finds the whole secundaire literatuur van het boek lifesafer

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het instituut door Vincent Bijlo"