Jaar van de eerste druk: September 1984
Uitgever: Bert Bakker, Amsterdam, 1992
Gelezen Druk: negende druk 1992
Genre: Het genre van dit boek is denk ik avontuur, of
misdaad. Het hele boek draait in principe om het plegen van de ultieme misdaad. Maar het verhaal heeft ook wel avontuurlijk concept. Aantal pagina’s: 98 pagina’s
Genre: Het genre is thriller, omdat het over twee jonge verliefde mensen gat die beiden op raadselachtige wijze vermoord worden door een krankzinnige Fransman. Beschrijving van omslag(-tekst): Op de omslag zie je een hand met een gouden ei
erin. Het gouden ei symboliseert voor de droom

die Saskia had. Vragen vooraf
Waarom heb je voor het boek gekozen? Ik heb voor dit boek gekozen, omdat ik de titel van het boek wel leuk vond en ik wel eens wilde weten wat er achter de titel zat. Welke verachting wekken titel, auteur en omslag bij jou? De titel vind ik wel aanspreken, omdat ik wel eens wilde weten wat erachter zat. De auteur ken ik voorheen niet, maar nu weet ik dat hij best leuk schrijft. De omslag sprak me aan door het kleurgebruik en het gouden ei. Door het gouden ei denk je dat het verhaal zal gaan over het gouden ei. Handelings- en structuuraspecten
Geef de voornaamste gebeurtenissen in eigen woorden in chronologische volgorde weer
Rex en Saskia zijn onderweg naar hun vakantiehuisje aan de Middellandse Zee. Onderweg kibbelen ze wat. Rex stopt bij een benzinestation aan de autoroute om te tanken. Drie jaar geleden, tijdens hun eerste vakantie, was hun benzine op en had Saskia drie uur lang in de auto moeten blijven. De beklemming in het kleine zwarte hok van de auto had haar helemaal overstuur gemaakt; het herinnerde haar aan de nachtmerrie van het Gouden Ei. Saskia gaat iets te drinken halen en Rex maakt een foto van haar. Als Saskia na een hele tijd niet meer naar buiten komt, gaat Rex naar binnen om te kijken waar ze blijft. Hij zoekt overal, maar kan haar nergens vinden. Saskia is spoorloos verdwenen. Rex belt de politie en het hotel waar ze naar toe zou kunnen zijn gegaan, maar niemand kan, of wil, hem helpen. Raymond Lemorne blijkt al zijn hele leven rare gedachten te hebben. Zo vraagt hij zich, in 1950, af hoe het zou zijn om van een flat te springen. Om daar achter te komen zit er maar een ding op. Hij springt van de flat. Het resultaat is dat hij 6 weken in het ziekenhuis komt te liggen. Eenentwintig jaar later: Raymond Lemorne is 37 jaar en is scheikundeleraar. Hij is getrouwd en heeft twee kinderen. Hij vraagt zich af hoe het zou zijn om een misdaad te plegen. Hij maakt een plan: hij maakt een pot chloroform en zet deze op zolder van zijn afgelegen vakantiehuisje. Hij koopt een oud matras en een pistool. Na veel voorbereidingen vindt hij de beste manier: bij een tankstation langs de autoroute zal hij, met zijn ene arm in een mitella, aan een vrouw vragen of zij hem wil helpen bij het aankoppelen van zijn aanhangwagentje. Het gaat een paar keer mis, omdat niemand met hem mee wil rijden. Totdat hij een vrouw vraagt of ze wisselgeld heeft, zodat hij een kop koffie kan pakken uit de automaat. Als hij zijn sleutels uit zijn jaszak haalt ziet Saskia de sleutelhanger met de R erop. Ze vraagt of hij er nog een heeft. Lemorne ziet zijn kans en zegt dat hij vertegenwoordiger in sleutelhangers is en een hele lading in de auto heeft. Ze gaat mee naar zijn auto, ze stapt in en Lemorne bedwelmt haar en ontvoert haar. Acht jaar later is Rex op vakantie in Italië, samen met zijn nieuwe vriendin Lieneke. Hij vraagt haar ten huwelijk, terwijl Saskia “vanaf de zijlijn meekijkt”. Na de vakantie start Rex een opsporingscampagne. Hij krijgt verschillende reacties maar geen enkele is bruikbaar. Na een aantal dagen meldt zich een Franse man. Rex herkent hem als de man met de mitella die op de foto te zien is. “Ik ben Raymond Lemorne,” zegt de man. Lemorne zegt dat hij de advertentie gelezen heeft. Hij zegt dat hij wil vertellen wat er met Saskia is gebeurd, als Rex hetzelfde wil ondergaan als Saskia. Rex gaat er mee akkoord. Lemorne neemt hem mee naar het tankstation en laat hem een slaapmiddel innemen. Dan verteld hij wat er gebeurd is. Lemorne vertelt hem nu dat hij haar heeft ontvoerd en vermoord. Als Rex wakker wordt, ligt hij op een matras in een doodskist, hij is levend begraven. “Dit heeft Saskia dus ook meegemaakt,” denkt Rex. Van Rex en Saskia is nooit meer iets vernomen... Wat is het thema van het boek? * Angst > voor de eeuwig durende eenzame opsluiting
Geef het motto weer en verbind het motto met de inhoud van het boek. * Er staat in dit boek geen motto. Begint het boek met een inleiding of in medias res? Leg uit! * Het is allebei wel, want het begint met dat ze in de auto zitten en vlak daarna stoppen ze bij een tankstation waar Saskia verdwijnt. De reis in de auto is eigenlijk de inleiding naar de verdwijning, maar je zou ook kunnen zeggen dat het midden in het verhaal begint, want vrij in het begin verdwijnt Saskia. Noem 2 verhaalmotieven en geef van elk motief 2 verhaalvoorbeelden. Het getal 8: Dit is het geluksgetal van Saskia. Zij wordt op een dag in augustus (de achtste maand) om acht uur ontvoerd. Ze hebben muntjes begraven onder de achtste paal. Na acht jaar gaat Rex weer op zoek naar Saskia. De advertentie heeft Rex 80.000 gulden gekost. Het levensverhaal van Lemorne begint wanneer hij 8 x 2 = 16 jaar oud is. Hij heeft 8/2 = 4 jaar nodig om de ontvoering voor te bereiden. Rex en Saskia blijven een eeuwigheid weg (een 8 op zijn kant). Claustrofobie: Dit komt steeds terug in het verhaal. Saskia heeft dromen die steeds terugkeren. Rex neemt de nachtmerries over. Noem 1 literair-historisch motief, zeg wat het inhoudt en geef er 2 verhaalvoorbeelden bij. * Het literair-historisch motief in dit boek is denk ik het vermoorden van mensen en het levend begraven van mensen. Is het boek in delen, hoofdstukken, paragrafen opgedeeld? Werkt de auteur met hoofdstuk- of paragraaftitels? Geef in dat geval een typerend voorbeeld. * Het boek is verdeeld in vijf op zichzelfstaande hoofdstukken. De auteur werkt niet met hoofdstuktitels. Teken een spanningslijn. Heeft het boek een gesloten of een open einde? Licht je antwoord toe. * Het boek heeft een gesloten en open einde. Gesloten omdat er nooit meer iets van Rex en Saskia vernomen wordt. Open omdat de precieze details ronde de moord van Saskia en Rex en hoe Lemorene hen levend heeft begraven niet worden onthuld. Personages: Wie is de hoofdpersoon en waarom? Er zijn eigenlijk twee hoofdpersonen. Dat zijn Rex Hofman en Raymond Lemorne, omdat alle gebeurtenissen met hun beide te maken hebben en ze overal wel een rol in spelen. Noem 3 eigenschappen van het hoofdpersonage en geef hierbij steeds 2 verhaalvoorbeelden
Rex Hofman: Hij houdt van spelletjes spelen. Hij is medewerker van een populair wetenschappelijk jeugdtijdschrift en is negen jaar ouder dan Saskia (in 1983 is hij 41). Hij heeft erg veel moeite met de verdwijning van zijn vriendin. Rex denkt, na acht jaar, eindelijk in staat te zijn tot een langdurige relatie met een vrouw, maar na zijn nachtmerrie blijkt dat Saskia altijd tussen hen in blijft staan. Hij heeft last van zijn geweten, want als hij iets fout heeft gedaan schaamt hij zich voor zijn slechtheid. Hij is een rustige, vrij serieuze man, want hij luistert naar de verhalen van andere mensen en heeft geduld bij alles. Raymond Lemorne: Een ongeveer vijftigjarige heer, rijzig en goed verzorgd, aangenaam en tegelijk gebiedend. Kort grijsblond haar, het prototype van de Amerikaanse presidentskandidaat op een verkiezingstournee. Aan het eind van het verhaal is hij 49 jaar. Hij is een Franse scheikundeleraar, getrouwd en heeft twee kinderen. Hij heeft zeer vreemde ideeën over het leven, hij is zeer nauwkeurig en koelbloedig. Hij houdt van het uitdenken van methoden en van experimenten. Hij wordt geobsedeerd door de gedachte dat hij Dingen zou kunnen doen die je normaal niet zou doen: van een flat springen, een misdaad plegen. Hij is volkomen gewetenloos: zonder enige schuldgevoelens schiet hij twee kampeerders dood en bereidt hij zijn perfecte misdaad voor. Het enige wat telt is het experiment. Welke eigenschap / welk gedrag / welke opvatting van de hoofdpersoon herken je / niet bij je zelf? Licht je antwoord toe. Van Rex herken ik het rustige, want ik luister ook naar wat andere de vertellen hebben en laat hun ook uitpraten. Bij Raymond herken ik mezelf niet in, want ik ben niet volkomen gewetenloos, want ik heb wel eens last van schuldgevoelens. Sociogram
Tijd
Is het boek chronologisch verteld of niet? Indien niet, wat is dan de belangrijkste flashback? * Het boek is niet chronologisch verteld, want hoofdstuk 3 is een flashback. Je komt in dat hoofdstuk erachter hoe Saskia is ontvoerd
Maak een tijdlijn
Wat is de verteltijd? * De verteltijd is ongeveer 5 uur bij mij. Wat is de verteldetijd? * De vertelde tijd, de tijd waarover verteld wordt, is tussen 1950 en 1984. En is dus zo’n 34 jaar. Is er sprake van tijdverdichting of tijdrekking? * Er is spraken van tijdverdichting, want de verteldetijd is groter dan de verteltijd. Plaats
Op welke plaats komt het hoofdpersonage het liefst / het liefst niet? Waarom? * Er is niet echt een plaats waar de hoofdpersonages het liefst komen, maar er zijn wel 2 plaatsen die een belangrijke rol spelen. Dat is de parkeerplaats waar Saskia ontvoerd is en de geheimzinnige grafkelderachtige plaats waar Saskia levend is begraven. Zijn er plaatsen die een symbolische waarden hebben? Licht je antwoord toe. * De parkeerplaats is een plaats die een symbolische waarde heeft, omdat Saskia daar is verdwenen. Ook de geheimzinnig grafkelderachtige plaats waar Saskia levend is begraven. Vertelperspectief

Geef een citaat/citaten waaruit het door de auteur gehanteerde perspectief blijkt. * Je ziet het verhaal door de ogen van de hoofdpersonen, maar er is geen sprake van een ik-persoon. Het verhaal heeft dus een hij/ zij perspectief * Hij vroeg zich af wat er zou gebeuren als hij sprong. Hij bedacht voors en
tegens, met op de achtergrond het duistere gevoel dat het al vast stond dat hij zou springen. Dat vond hij vreemd: hoe kon dat vast staan als springen zo duidelijk gekkenwerk was? Maar het idee van de sprong was bij hem opgekomen, hoe kon dat als hij niet minstens de mogelijkheid had? En hoe kon hij te weten komen of het waar was dat hij die mogelijkheid had – anders dan door te springen? Beoordeling
Welke emoties had je tijdens het lezen van het werk? Licht ze kort toe. * Ik vond het een spannend boek. Dit komt vooral omdat Lemorne zich tot in de puntjes voorbereidt op de moord die hij gaat plegen. Telkens als hij aan het oefenen is met zijn slachtoffer denk je dat dit Saskia is maar dan blijkt dat de poging mislukt en dat dat Saskia niet was. Hoe vond je de structuur van het boek? * Ik vond het verhaal makkelijk te lezen, wat ik alleen best wel verwarrend vond is de overgang van hoofdstuk een naar hoofdstuk twee. In hoofdstuk een raakt Saskia spoorloos en in hoofdstuk twee is het opeens acht jaar later en is Rex op vakantie met z’n nieuwe vriendin. Van hoofdstuk 2 naar 3 was niet zo moeilijk, je moest alleen in de gaten hebben dat er een flashback gebruikt werd. Het verhaal was niet zo dat je altijd kon zeggen: ja, nu gebeurt dit en nu dat. Je kon wel raden dat Lemorne Saskia ging ontvoeren. Daar zit eigenlijk ook de spanning. In het boek lopen twee verhaallijnen die aan het einde bij elkaar komen. De opbouw is vrij logisch. Er wordt geen bijzondere taal gebruikt alhoewel je wel merkt dat de schrijver goed heeft nagedacht over wat hij de personen in het boek laat zeggen. Was de verhaalwereld voor jou herkenbaar of niet? Waarom wel of waarom niet? * De meeste gebeurtenissen zouden werkelijk gebeurd kunnen zijn en dat is nou juist wat me zeer aanspreekt in een boek. De gebeurtenissen moeten een beetje op de werkelijkheid lijken en er moet een bepaalde spanning in het boek zitten. Je hoort vaak genoeg dat iemand mee is genomen in een auto en nooit meer terug gezien wordt. Het is dus wel herkenbaar. Heeft het boek morele waarden voor jou op de proef gesteld? Welke eventueel? * Het boek heeft niet echt morele waarden bij mij opgeroepen. Kopieer een bladzijde van het boek en geef kort commentaar bij woordkeus en zinsbouw. * Het taalgebruik is goed, want het is makkelijk te lezen en er staan geen moeilijke woorden in de tekst. Sommige zinnen zijn wat lang, maar je kunt de tekst nog steeds makkelijk volgen. Zijn je verwachtingen aan het begin uitgekomen? * Mijn verwachtingen zijn een beetje uitgekomen, want ik had wel verwacht dat het iets met het gouden ei te maken zou hebben, maar dan wel met een andere betekenis. Ik had niet gedacht dat het over een droom ging. Geef het boek na deze beoordeling een cijfer. * Het boek krijgt een 7 voor mij. Ik vind het een leuk boek en het is ook makkelijk te lezen. Alleen het boek is zo uit. Het had een wat langer verhaal mogen zijn. Ik vond het een prachtig boek om te lezen. Je leeft helemaal mee met de hoofdpersonen. Het is een spannend boek om te lezen en soms ook ontroerend, vooral het laatste hoofdstuk. De gebeurtenissen die werden beschreven maakten veel indruk op mij, vooral toen Rex besefte dat hij levend was begraven en dat Saskia hetzelfde had ondergaan. Het is dus zeker de moeite waard om te lezen.