Eindexamens 2024

Wij helpen je er doorheen ›

Hersenschimmen door J. Bernlef

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
Boekcover Hersenschimmen
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 2236 woorden
  • 28 maart 2001
  • 8 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
8 keer beoordeeld

Boekcover Hersenschimmen
Shadow

Hersenschimmen is Bernlefs indringende en ontroerende roman over dementie, over de eenzaamheid en de angst die daarmee gepaard gaan, maar ook een verhaal over de liefde die een onvermijdelijk tragisch einde tegemoet gaat.

Maarten Klein verliest langzaam maar zeker zijn greep op de werkelijkheid. Hij kan heden en verleden niet meer onderscheiden, wil plo…

Hersenschimmen is Bernlefs indringende en ontroerende roman over dementie, over de eenzaamheid en de angst die daarmee gepaard gaan, maar ook een verhaal over de liefde die een onv…

Hersenschimmen is Bernlefs indringende en ontroerende roman over dementie, over de eenzaamheid en de angst die daarmee gepaard gaan, maar ook een verhaal over de liefde die een onvermijdelijk tragisch einde tegemoet gaat.

Maarten Klein verliest langzaam maar zeker zijn greep op de werkelijkheid. Hij kan heden en verleden niet meer onderscheiden, wil plotseling weer naar zijn werk terwijl hij al gepensioneerd is en ziet zijn vrouw voor een vreemde aan. Momenten van helderheid worden meer en meer verdrongen door ontreddering en verwarring. Net als ik lekker lig komt Vera me wekken. Is het ochtend? Waarom al die haast? En sinds wanneer kleed ik mij zelf niet meer aan?

De pers over Hersenschimmen:
‘Mijn hele generatie heeft zijn ouders ‘hersenschimmen’ cadeau gegeven, in de hoop hun ontgeestelijking te bezweren, maar mijn moeder was vergeten dat ze het had gelezen’ Kees van Kooten.
‘Maartens verstand lekt weg, centimeter voor centimeter, en vervliegt ten slotte. Bernlefs verslag van die martelgang is schrijnend, heel gedurfd.’ Harold Pinter
‘Herinneren, vergeten, verdwijnen – dat zijn de grote thema’s van ‘Hersenschimmen’; en ook van veel andere romans van Bernlef.’ NRC Handelsblad.

Hersenschimmen door J. Bernlef
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
Informatie over de Auteur: J. Bernlef is het pseudoniem voor Hendrik Jan Marsman, geboren in 1936 in het Noord-Hollandse Sint-Pancras en opgegroeid in Amsterdam en Haarlem. Na zijn H.B.S.-A is hij een half jaar student aan de Politiek-Sociale Faculteit van de Universiteit van Amsterdam geweest. Gelijktijdig werkte hij in een boekwinkel. Tijdens zijn militaire dienst debuteerde hij met het korte verhaal “Mijn zusje Olga”. Tussen 1958 en 1960 reist hij heen en weer tussen Zweden en Nederland. Hij schreef “Stenen
Spoelen” en “Kokkels”, voor beide werken krijgt hij de “Reina Prinsen Geerligsprijs” (1959). Samen met G. Brands en K. Schippers richt hij het tijdschrift Barbarber op. Voor zijn dichtbundel “Morene” (1961) kreeg hij in 1962 de Poëzieprijs van de gemeente Amsterdam. Vanaf 1970 is Bernlef betrokken bij het toneel en worden er enkele toneelstukken van hem opgevoerd (“Sterf de moord” 1973, “In verwachting” 1974). In 1977 is hij een van de oprichters van het tijdschrift Raster. Hij publiceert nog enige romans: “Sneeuw” (1973), “Meeuwen” (1975), “De Man in het Midden” (1977), “Onder IJsbergen” (1981) en “Hersenschimmen” (1984). Voor zijn totale oeuvre krijgt Bernlef in 1984 de Constantijn Huygensprijs. Samenvatting: De 71- of 72-jarige Maarten Klein woont met zijn vrouw Vera in Gloucester, aan de oostkust van de Verenigde Staten, even ten noorden van Boston. In de jaren vijftig zijn ze uit Nederland naar Amerika geëmigreerd. Hun twee kinderen bleven in Nederland wonen. Maarten werkte tot zijn pensionering bij de Intergovernmental Maritime Consultative Organisation (IMCO), een instituut voor visserijonderzoek in Boston. Op een winterse dag kijkt hij uit naar de schoolbus met kinderen die elke morgen bij zijn huis stopt. Hij denkt terug aan zijn vader, die griffier bij de rechtbank was en thuis temperatuurgrafieken bijhield en aantekeningen over het weer maakte. Uit opmerkingen van zijn vrouw wordt duidelijk dat Maarten een beetje verstrooid begint te worden: het is zondag, dus de kinderen hoeven niet naar school. Hij denkt dat het ochtend is, maar het is al middag. Eerder vergat hij al zijn koffie op te drinken en voor Vera hout uit de schuur te halen, hoewel ze hem daar tweemal om had gevraagd. Hij zoekt de schuld van zijn vermoeidheid en concentratieverlies voorlopig bij de lange winter. Maarten piekert over zijn vergeetachtigheid. Er is iets mis, maar hij weet niet precies wat. Hij betrapt zich erop dat hij hardop in zichzelf praat. Woorden die hij alleen gebruikte op zijn werk duiken plotseling op in zijn conversatie met Vera. Zijn gedachten dwalen vaak door associaties af naar gebeurtenissen uit het verleden, vooral uit zijn jeugd, uit de Tweede Wereldoorlog en uit de tijd dat hij op kantoor werkte. Soms roepen de herinneringen handelingen op waarvan hij zich niet bewust is. Als hij terugdenkt aan het mislukte vlechtwerkje dat hij op de kleuterschool van stroken papier maakte, scheurt hij onbewust de krant aan repen. De juffrouw vroeg hem destijds de potlodendoos te halen en Maarten gaat hem zoeken, op een plank in het washok, daar ligt de potlodendoos. Hij pakt hem met behulp van een stoel. Als Vera hem daar vindt, beseft hij pas wat hij doet. Tijdens een wandeling met de hond Robert verliest hij zich weer in het verleden. In het meisje achter de bar van het caf‚ waar hij even uitrust, herkent hij zijn eerste vriendin. Daarna komt hij in het antiquariaat waar hij kort daarvoor The Heart of the Matter van Graham Greene kocht. Maarten kan zich het boek op dat moment niet herinneren, hoewel hij er thuis af en toe een stukje in leest. Als hij mijmerend verder dwaalt door de stad, vindt Vera hem, ze maakte zich ongerust en is hem met de auto gaan zoeken. De symptomen van Maartens dementie worden duidelijker en heviger. Vera heeft de deur op slot gedaan toen ze even weg moest, maar Maarten breekt hem open om naar een IMCO-vergadering te gaan. Het gereedschap neemt hij mee in zijn aktetas. Hij gaat echter niet als vroeger met de trein naar Boston, maar loopt naar een vakantiehuisje, waarvan hij de deur ook forceert. Terwijl hij wacht op de anderen oefent hij zijn betoog, waarin hij zijn twijfel uitspreekt over de zin van de organisatie, die aan de hand van computerprognoses aanbevelingen doet over vangstquantums. Dan realiseert hij zich de situatie en gaat hij op weg naar huis; hij vergeet echter zijn tas.Vera is bij dokter Eardly geweest. Hij heeft haar aangeraden met Maarten foto's te bekijken om de herinneringen te ordenen. Maarten herinnerd zich tot in de details het verhaal bij een foto uit zijn jeugd, maar kan andere gebeurtenissen, zoals het bezoek van zijn kinderen uit Nederland drie jaar geleden, niet plaatsen. Later weet hij dat weer, maar als de deur wordt gerepareerd kan hij zich het niet herinneren dat hij hem heeft opengebroken. Op het bezoek van dokter Eardly reageert Maarten met een redevoering, die imponerend bedoeld is. Daarna realiseert hij zich met machteloosheid, woede en angst dat hij niet meer helemaal meester is over de taal: hij moet zinnen soms eerst vanuit het Nederlands in het Engels vertalen voordat hij ze kan uitspreken en heeft moeite met het benoemen van voorwerpen. Steeds meer vermengt Maartens verleden zich met zijn dagelijks leven. Maarten verwart Vera met zijn moeder en zijn huis met dat van zijn grootouders. Wat zijn vrouw hem het enen moment vertelt, kan hij direct daarna weer vergeten zijn. Als zij weg is, slaat Maarten een ruit in om de hond binnen te laten. Daarna vergeet hij het gas uit te zetten. Bij het volgende bezoek van de dokter ziet Maarten hem als een tegenstander in een moeilijke onderhandeling. Hij gaat hem verbaal te lijf met een vergaderstrategie van zijn ex-collega Karl Simic. Als de dokter hem een kalmerende injectie wil geven slaat hij hem de spuit uit handen. Op dat moment waant hij zich in de oorlog. Omdat de toestand gevaarlijk wordt, komt de gezinshulp Phil Taylor inwonen om op Maarten te letten. Deze vergeet steeds wie zij is en waarom ze er is, en verwart haar met zijn pianolerares van vroeger en met zijn dochter. Als hij tweemaal in een nacht door het huis dwaalt, geeft Phil hem een injectie. Maarten wordt wakker doordat hij in zijn bed heeft gepoept. Vera en Phil maken de riemen los waarmee hij was vastgebonden en wassen hem in het bad; Maarten krijgt daarbij een erectie. Pas als hij het aanraakt beseft hij vol schaamte dat het zijn geslacht is dat boven water uitkomt. Maarten ontsnapt nog een keer uit het huis en komt na een wandeling door de duinen terecht in het zomerhuisje waar hij eerder zijn aktetas had laten staan. De vuurtorenwachter ziet hem lopen en brengt hem terug naar huis in zijn jeep, waardoor Maarten hem houdt voor een Amerikaanse soldaat tijdens de bevrijding. Even later komt dokter Eardly, die Maarten voor een soldaat in burger houdt. Als de dokter hem een kalmerende injectie wil geven denkt hij dat hij wordt verdacht van collaboratie. Als Maarten wakker wordt, maakt hij een vuur in de open haard en verbrandt hij uit het album de foto's waarop hij is afgebeeld. Hij herkent zichzelf niet meer. Vera en Phil binden hem op een stoel vast. Ook hen herkent hij niet meer. Dan wordt hij in een ziekenwagen naar een inrichting gebracht. Er dringen nog maar flarden van buiten tot Maarten door; zijn wereld is gekrompen tot zijn onsamenhangende, maar soms plotseling heldere gedachten, waarin de taal een belangrijke rol speelt. Het boek eindigt met een mededeling die hij nog wel opvangt, al beseft hij niet dat die van Vera komt: zij vertelt hem dat de lente op het punt staat te beginnen. Ervaringsverslag: Thema: Het boek ging over een steeds meer dement wordende man, in het boek wordt heel goed beschreven wat Maarten denkt en hoe hij steeds minder kan herinneren. Misschien wil de schrijver ook wel duidelijk maken wat voor invloed Maarten zijn dementie heeft op mensen in zijn omgeving, je ziet heel duidelijk hoe moeilijk Vera het heeft met zijn dementie. Wie is de hoofdpersoon? De hoofdpersoon is Maarten Klein. Wat houdt hem/haar bezig? Maarten Klein vergeet steeds meer dingen, hierover gaat hij nadenken en hij komt er achter dat hij een dagje ouder wordt. Op een gegeven moment is hij niet meer in staat normale zinnen te maken. Noem de belangrijkste bijpersonen en beschrijf hun relatie met de hoofdpersoon. Vera: Is al 50 jaar getrouwd met Maarten Klein. Phil Taylor: Zij is de gezinshulp die komt helpen wanneer Vera het allemaal niet meer aan kan. Dokter Eardly: Is de arts die denkt dat hij met veel medicijnen en rust Maarten weer kan genezen. Fred en Kitty: De kinderen van Vera en Maarten. Hoofdpersoon + belangrijkste personen: wat voor mensen zijn volgens jou? Hoe is naar jou mening hun karakter/persoonlijkheid? Maarten -Hele rustige intelligente man. Vera -Begripvolle en geduldige vrouw. Phil Taylor -Iemand die net meegaand is en die zich aan de regels houdt. Dokter Eardly -Een naïef persoon. Hoe ervaar je de dingen, die hen bezighouden en hoe ze daarmee omgaan? Herken je er iets van jezelf in? Zou jij bepaalde dingen anders aanpakken? Ik vind dat iedereen goed met de dementie omgaat, bijna iedereen is begripvol en accepteert de dementie van Maarten. Maar dokter Eardly gaat anders met het probleem om, hij wil Maarten zware medicijnen laten slikken. Ik herken hier natuurlijk niets van mijzelf in, maar ik heb wel iemand in mijn familie die een beetje begint te dementeren. Ik denk dat ik dit wel zal accepteren en er begripvol mee om zou gaan. Wie vind je het meest sympathiek? Vera, ik vind dat zij het beste met de dementie omgaat. Wie vind je het minst sympathiek? Dokter Eardly, hij denkt niet goed na voordat hij iets doet.1

Vragen over het element tijd. Wanneer is het boek geschreven? De eerste druk was in 1984
In welke tijd speelt het boek zich af? Een winter in 1982. Is dat volgens jou belangrijk voor het verhaal? Hoezo? Het jaartal is niet belangrijk voor het verhaal maar het seizoen wel, Maarten werd depressief toen de winter niet wou “ophouden”. Door de sneeuwval kon Maarten de weg soms niet meer naar huis terug vinden en ook Vera vond de winter niet leuk. Speelt dit verhaal zich af tegen de achtergrond van bepaalde gebeurtenissen? Noteer wat je van deze gebeurtenissen weet. Zoek eventueel dingen op. Waarschijnlijk is dit wel een waar gebeurd verhaal, maar dit is niet te achterhalen. Vragen over het element “Plaats” Op welke plekken speelt het boek zich af? Het grootste gedeelte van het boek speelt zich af in het huis van Vera en Maarten, later in het verhaal bevindt Maarten zich in het dorp en in het hoofdkantoor van de IMCO. Op het eind van het verhaal zit Maarten in een tehuis. Geeft deze plaats van handeling het boek een extra betekenis? Ja, ik denk dat het huis van Vera en Maarten een “vertrouwd” gevoel geeft als extra betekenis. En dit gevoel is op het eind het enige wat Maarten nog heeft, de rest verdwijnt. Wat voor maatschappij wordt in het boek beschreven? Ongeveer dezelfde maatschappij als die waarin wij nu leven, maar het heeft ook iets weg van een vissersdorp. Een boodschap een Moraal? Heb je het idee dat de schrijver met het boek een boodschap of een moraal wil uitdragen? Beargumenteer je antwoord. Ja, ik denk dat de schrijver met dit boek wil zeggen dat je dementie serieus moet nemen en zeker demente mensen moet waarderen zoals ze zijn, zij kunnen er tenslotte ook niets aan doen. Titel
Verklaar de Titel. De titel slaat op de gedachten van Maarten, zijn herinneringen worden steeds vager en vager, op het laats noemt hij zijn herinneringen hersenschimmen. Vergelijkend
Zijn er andere kunstuitingen (ander boek, film, popsong, schilderij enz.) die je te binnen schoten, terwijl je dit boek las? Ook dit keer schoot mij geen film, boek, popsong etc. te binnen. Er zijn vast wel films over dementerende mensen, maar ik heb geen van die films gezien. Extra opdracht. Vertel een door jou uitgekozen gedeelte van het verhaal vanuit een ander vertelperspectief. Ik heb het stuk uitgekozen waarin Phil Taylor in het huis komt. (BLZ. 103) In een keer gaat de deur open, er staat een man in, zijn benen trillen. Hij zwaait naar Vera, dit moet dus Maarten zijn. ‘Dag juffrouw’, zegt Maarten nerveus tegen mij. Ik sta op om mij voor te stellen. ‘Kitty en Fred zijn er niet, dus je hebt de hele bovenverdieping tot je beschikking.’, zegt Maarten. ‘Kitty en Fred?’, vraag ik. ‘Mijn kinderen’, zegt Maarten. Vera laat Maarten zien dat ik al boodschappen gedaan heb. Ik moest van Vera rosbief kopen omdat dat zijn lievelingsvlees is, zij dacht dat dit een goede manier was om zijn vertrouwen te krijgen. Maarten vraagt of Vera zijn tas gezien heeft, zij denkt dat de tas onder het bureau ligt dus gaat Maarten weer weg om op zoek te gaan naar zijn tas. (…) Ineens hoor ik heel hard gebonk, het is Maarten, hij is gefrustreerd. Ik roep zijn naam en hij kijkt verschrikt maar ook verbaast naar mij, alsof hij mij nu al niet meer herkent! ‘Kitty is er niet hoor. Of kwam je soms voor Fred. Ben je soms een vriendin van mijn zoon?’, vraagt maarten. Ik stel voor om samen de hond uit te laten, maar hij vraagt paniekerig waarom Vera niet meegaat. Ik antwoord dat zij niet meegaat omdat ze last heeft van haar rug, en Maarten gaat hiermee akkoord.

REACTIES

M.

M.

bedankt voor je zeer interessante boekverslag van het boek hersenschimmen... echt dik...
.

20 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Hersenschimmen door J. Bernlef"