Leesverslag



Algemene gegevens

Schrijver: Thea Beckman

Titel: Hasse Simonsdochter

Uitgever, plaats en jaar van uitgave. Wanneer was de eerste druk?: De uitgever is Lemniscaat. Het boek werd uitgegeven in Rotterdam in 2005. De eerste druk was in 1983.

Genre: Historische roman

Beschrijving van het boek

- Wie is de hoofdpersoon?:
De hoofdpersoon in het boek is Hasse Simonsdochter. Zij is opgegroeid in de rietvelden en heeft zichzelf aangeleerd te jagen. Iedereen ziet haar als een verdoemd elfenkind met haar zwarte haar, mysterieuze zwarte ogen, een gebruinde huid en een slank lichaam. Ze is een meisje dat opstandig is en ze is vastbesloten geen huisvrouw te worden zoals iedereen van haar verwacht.

- Wie zijn de bijpersonen?:
Jan van Schaffelaar: Hij is een dappere aanvoeder van zijn vendel, een groep huurlingen. Hij is van adel en vastbesloten veel geld te verdienen als huurling. Later wordt hij de man van Hasse.

Gerrit van Wou: Hij is een knecht bij zijn oom die klokkengieter is. Gerrit is jong en vroom. Hij snapt daarom ook niet wat Hasse bij een groep huurlingen doet als hij haar en haar vendel tegenkomt.

Lysken van Schaffelaar: Dit is het dochtertje van Hasse en Jan van Schaffelaar.

 
- Waar spelen de gebeurtenissen zich af?:
Doordat de hoofdpersonen nogal vaak reizen speelt het verhaal zich op meerdere plekken af. In het begin vooral op het Kampereiland, waar Hasse woont. Later spelen de gebeurtenissen zich af in Kampen, Zuthpen, op de veluwe in de buurt van Elburg en in Barneveld.

 
- Wanneer spelen de gebeurtenissen zich af?:
De gebeurtenissen spelen zich af in het verleden. Rond 1477 tot en met 1483. Dit staat niet alleen duidelijk in het boek, je kan ook wel merken dat het zich in de middeleeuwen afspeelt. Nederland bestond niet in zijn geheel. Provincies van nu zoals Utrecht, Gelderland en Overijssel waren toen aparte landen en heetten Sticht, Gelre en Oversticht. Er spelen ook monniken die aflaten verkopen in het verhaal. Zo zijn er talloze voorbeelden.

 
- Wat is het belangrijkste probleem in het boek?:
Het belangrijkste probleem is dat de huurlingen in naam van hun opdrachtgever plunderen en daardoor in de problemen komen. Hasse wordt als huurling niet geaccepteerd omdat ze een vrouw is. De mensen die dat ontdekken vinden dit een schande. Ze wordt gezien als heks.

 
- Hoe begint het verhaal?:
Hasse zwerft rond bij de rietvelden, genietend van de natuur om haar heen. Ze is weer weggelopen bij haar familie, die haar zien als een elfenkind van duivelse afkomst. Ze geven haar slecht te eten, ze moet de hele dag werken en iedereen snauwt naar haar. Ze is het allemaal zat.

 
- Hoe loopt het af?:
Nadat Hasse haar man heeft verloren, besluit ze terug te gaan naar Kampen om daar voor haar dochtertje Lysken te zorgen, zoals zij had beloofd aan haar man. Daar komt ze Gerrit opnieuw tegen en later trouwen ze.

 
- Titelverklaring:
De titel slaat op de hoofdpersoon; Hasse Simonsdochter.

 
Samenvatting:

Hasse het elfenkind loopt rond in de rietvelden, genietend van alle natuur om haar heen. Ze is vrij. Ze denkt terug aan haar afschuwelijke verleden waarin ze als elfenkind slecht werd behandeld, geslagen en slecht te eten kreeg. Hier in de rietvelden kan ze zichzelf zijn. Een meisje dat kan jagen als de beste en toch goed is voor de dieren. Dan wordt ze opeens lastiggevallen door een paar veedrijvers. Een ruiter die toevallig langskomt schiet haar te hulp. Jan van Schaffelaar is zijn naam. Als Hasse na een paar dagen thuis te hebben gezeten van een priester hoort dat deze Jan van Schaffelaar wordt onthoofd omdat hij één van de veedrijvers heeft gedood, besluit ze naar Kampen te gaan om te zien of ze iets voor hem kan doen. Ze zou het niet toelaten dat de enige persoon die ooit aardig voor haar was geweest werd onthoofd doordat hij haar gered had. Ze redt hem van het schavot door hem te verbidden. Ze trouwen terplekken en trekken weg uit Kampen. Hasse moet afscheid nemen van haar geboorteplek waar ze al die tijd heeft doorgebracht. Jan van Schaffelaar blijkt een huurling te zijn, die voor de hertog van Gelre dienst doet. Ze overnachten een paar dagen in Zuthpen waar Jan van Schaffelaar een huisje regelt voor Hasse. Na drie dagen trekt hij met zijn vendel weg uit Zuthpen. Hasse koopt een hond die ze Tieske noemt. Ze houdt het niet vol in de stad en de hele zomer leeft ze van alles wat ze jaagt. Wanneer ze terugkeert hoort ze van heer Wijnand dat er een grote tegenslag is geweest en dat hij denkt dat haar man dood is. Hasse is verdrietig en besluit weg te gaan. Jan van Schaffelaar leeft wél en gaat op zoek naar Hasse die zich ergens op de Veluwe bevindt. Samen met de vendel, die zich de Graafschappers gingen noemen, gaan ze ergens in de buurt van Elburg wonen in een hoeve om daar opnieuw de hertog van dienst te zijn. Ze plunderen en roven. Hasse gaat gewoon mee op deze rooftochten als een soldaat. Er komen twee monniken langs die een nacht overnachten. Deze zijn als de dood voor de Graafschappers en gaan de volgende dag onmiddellijk weg. Later worden Gerrit van Wou, die als knecht bij zijn oom Geert van Wou de klokkengieter in dienst is, en zijn oom gegijzeld door de bende om vervolgens losgeld te vragen voor deze klokkengieter. Gerrit dreigt iets te gaan voelen voor deze mysterieuze Hasse die zich als soldaat voor doet. Later worden ze weer vrijgelaten maar Gerrit blijft nog altijd denken aan Hasse. Hasse is ondertussen zwanger en bevalt van een dochtertje Lysken. De Graafschappers gaan weg bij de Veluwe omdat heer Wijnand weg is uit Zutphen. Ze gaan in dienst voor de bisschop van Utrecht en gaan naar Barneveld. Hier doen ze precies hetzelfde als op de Veluwe. Een dominicaner, Vader Egidius verzet zich tegen de Graafschappers en wil ze hoe dan ook uitschakelen. Deze Egidius was één van de monniken die bij deze Graafschappers hadden overnacht. Amersfoort en Nijkerk verzamelen troepen en gaan richting Barneveld. De Graafschappers die op een rooftocht waren vluchten snel de kerk in. Deze kerk is de grote trots van Barneveld dus ze verwachten niet dat die wordt gesloopt. Ze hadden het mis. De troepen hebben kanonnen waarmee ze op de kerk schieten. Vijf mannen gaan dood. Er wordt onderhandeld en het wordt duidelijk dat ze Jan van Schaffelaar en diens vrouw willen. De huurlingen ontkennen dat er zich een vrouw tussen hen bevindt. Jan van Schaffelaar besluit zichzelf op te offeren voor zijn Hasse. Zij moet verder leven en voor Lysken zorgen, als die nog leeft. Zo gebeurt het dat Jan van Schaffelaar van de kerk springt en op slag dood is. De rest van het vendel mocht gaan. Ook Hasse ontkomt aan de troepen. Klein Butsken, één van de huurlingen die bij de hoeve was tijdens de overval, vindt de uiteengevallen vendel en heeft godzijdank Lysken weten te redden. Tieske is ook bij hem. Hasse keert terug naar Kampen en gaat wonen in Hagher. Ze komt Gerrit opnieuw tegen. Hij wil haar beschermen tegen de monnik die nog steeds achter haar aan zit. Hij vraagt haar of ze met hem wil trouwen. Uiteindelijk doet ze dat.

Eigen mening over het boek:

Ik vond het boek nogal saai omdat er naar mijn mening, weinig spannends gebeurde en de gebeurtenissen redelijk voorspelbaar waren. Ook vond ik het boek langdradig. De schrijfster legde sommige dingen te nauwkeurig uit en introduceerde iedereen ook zo nauwkeurig dat het verwarrend werd. Ik vond het boek wel realistisch omdat de feiten over de middeleeuwen wel overeenkomen met dit boek. Struikrovers en plunderaars kwam je in die tijd vaak tegen. Ook het feit dat je de doodstraf al kreeg bij het stelen van een schaap hoor echt bij de middeleeuwen. Jan van Schaffelaer heeft ook echt bestaan en is werkelijk van een kerktoren gesprongen. Hasse Simonsdochter heeft ook bestaan.