Leesverslag 'Een tafel vol vlinders'
Hoofdstuk 1: Algemene gegevens.
De titel van het boek is: ‘Een tafel vol vlinders’ en is geschreven door Tim Krabbé. Het was het Boekenweekgeschenk bij de Boekenweek in 2009. Het heeft geen illustrator maar het omslagontwerp is van Tessa van der Waals en de foto op de achterkant van de auteur is gemaakt door Koos Breukel. De productie van het boek is Uitgeverij Prometheus, Amsterdam maar de uitgave is van de Stichting CPNB. in totaal zijn er twee hoofdstukken en negentig bladzijde. Het genre is psychologische novelle.
Hoofdstuk 2: inhoud.
personages.
Er zijn twee hoofdpersonen in het boek: Fred Berkow en Bram Bontje.
Fred: Fred is een man die onder andere reisjournalist en schrijver is. Hij heeft een relatie gehad met Nicolien en zij had een zoontje van drie jaar oud, Bram. Later gaan Fred en Nicolien uit elkaar maar Fred raakte zeer verknocht aan Bram en daarom mag hij co-ouder worden van Bram. Zijn leven wordt gevolgd in het eerste gedeelte van het boek. Fred is een karakter aangezien er dingen veranderen in zijn persoonlijkheid.
Bram: Bram is een jongetje die mee mag op de reizen van zijn stiefvader Fred. Zijn echte vader heet Menno, alleen die heeft zelfmoord gepleegd een week nadat Bram geboren was. Bram is een karakter want tegen het einde aan veranderd er een hele boel in hoe hij denkt over het leven en over alles eigenlijk.
bijpersonen:
Emma: Emma is de vriendin van Bram als hij ouder is. Ze ontmoeten elkaar bij een tramhalte. Ze is eigenlijk verloofd met Arnold maar verbreekt de verloving om met Bram te kunnen zijn. Emma is een karakter omdat ze anders over verschillende dingen gaat denken.
Nicolien: Nicolien is de moeder van Bram, eerst had ze een relatie met Menno, de vader van Bram, Toen een korte relatie met Fred en later een relatie met John, die ook wel beschreven staat als ‘de tandarts’. Nicolien is een karakter, haar mening verandert onder andere over hoe Bram opgevoed moet worden.
John: John is de stiefvader van Bram, hij heeft namelijk een relatie met Nicolien en heeft ook twee kinderen, Sylvie en Walt. Hij is heel netjes en heeft een groot huis. John is een type, hij wordt niet veel in het boek beschreven en blijft altijd de tandarts met een groot huis en gedraagt zich netjes.
Carla: Carla is de vriendin van Fred. Carla is een type. Ze wordt altijd hetzelfde beschreven en er gebeurd niet veel met hoe ze is.
Johanna en Geert: Johanna en Geert zijn de ouders van Menno en ze helpen Bram om in te zien wat hij echt wil. Geert en Johanna worden maar kort genoemd in het boek en zijn types. Ze zijn heel wijs en worden ook alleen zo beschreven.
Menno: Menno is de biologische vader van Bram maar heeft één week na de geboorte van Bram zelfmoord gepleegd door van een dak te springen. Menno is een type, hij komt ook niet echt zelf voor, alleen in gedachtes, maar is toch een redelijk belangrijk persoon. Omdat er niet veel over zijn eigenschappen wordt verteld is hij een type.
Geertje: Geertje is een meisje dat Fred heeft leren kennen bij de voetbal. Hij heeft een korte relatie met Geertje gehad. Geertje draagt altijd geel/groene kleren. Ze is een type want ze wordt alleen beschreven als het meisje.
Het verhaal is in twee stijlen verteld, vanuit de derde persoon en in de ik-vorm. De derde persoon wordt gebruikt in het stuk van Fred, waarin hij terug kijkt op verschillende momenten in zijn leven op een chronologische volgorde. Bram schrijft de gebeurtenissen op in een soort dagboek, allemaal in de verleden tijd.
De tijd.
Het verhaal speelt zich af in deze tijd, dit is te merken aan verschillende apparatuur.
De verteltijd van het boek is verleden tijd en het verhaal is uitgestrekt over ongeveer vijftien jaar. Het begint in het nu en dan komt er een grote flashback. Dan kijkt Fred terug op die vijftien jaar en hoe het toen ging met hem en Bram. Als de flashback bijna eindigt is het heel dicht bij de tijd waarin hij terugdenkt. Hiermee stopt het stuk dat vanuit het perspectief van Fred is geschreven. Daarna begint het stuk van Bram, het begint dan wanneer hij Emma leert kennen en dit wordt allemaal beschreven in een dagboek. In dit gedeelte zijn er geen flashbacks.
Ik heb het boek in één keer uitgelezen en het duurde ongeveer 2 uur om het helemaal te lezen.
De plaats.
Het eerste deel van het verhaal vindt plaats in Siberië, waar Fred is. Maar hij denkt terug aan allerlei gebeurtenissen in de flashback. Bijvoorbeeld in Amsterdam en in Schotland. In het tweede deel van het verhaal speelt het zich alleen maar af in Amsterdam. Belangrijke plekken in Amsterdam in het verhaal zijn de tramhalte, het poldertje, het huis van Bram, het huis van Nicolien en het huis van Fred. De sfeer van het verhaal wordt telkens bepaald door de gebeurtenissen van de personages.
Het thema.
Het boek heeft voor mijn gevoel meerdere thema’s. De belangrijkste is een vader-zoon relatie. Dit thema wordt het meest gebruikt. De relatie van Bram en Fred is ook waar het hele boek om draait.
De titel.
De titel van het boek, Een tafel vol vlinders, is een titel die heel erg terug komt in het tweede gedeelte van het boek. In Brams gedeelte. Hij beschrijft zijn leven ook als een tafel vol vlinders en dat elke seconde een nieuwe vlinder wegvliegt. Als alle vlinders weg zijn is hij dood. Voor mijn gevoel representeren de vlinders alle goede momenten in zijn leven maar omdat hij langzaam depressief wordt, hij de momenten vergeet. De tafel representeert Bram, en dat hij zich niet fijn en levend voelt omdat de vlinders (goede momenten) weg gaan. Hierdoor pleegt hij zelfmoord.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden