Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Dubbelliefde door Adriaan van Dis

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
Boekcover Dubbelliefde
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 1740 woorden
  • 25 september 2001
  • 50 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
50 keer beoordeeld

Boekcover Dubbelliefde
Shadow
Dubbelliefde door Adriaan van Dis
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Adriaan van Dis, Dubbelliefde. Amsterdam, Meulenhoff, 1999 (1e druk). Beschrijving: I De ik-persoon in dit boek (er wordt geen naam genoemd, je weet alleen dat hij op school een keer de rol van Tony uit The West Side Story vertolkt heeft) is helemaal gek van toneel. Hij houdt ervan om steeds een ander personage weg te zetten. Wanneer de ik-figuur op een avond bij een vriend van hem komt, Jaap Schouten, stelt diens vader vast dat het ik-personage homo is. Dit is in die tijd taboe, dus de ik-figuur gaat boeken lezen en vindt dan bepaalde adressen van kroegen voor homo's. Als symbool van het homo-zijn koopt ook hij een gouden ketting, de talisman moet hem zekerder maken maar hij draagt hem wel ver weggestopt onder zijn kleren. Op een dag besluit hij zo'n kroeg te bezoeken. Hij wordt versierd door een zekere Piet en gaat bij hem thuis met hem naar bed. Als hij thuiskomt en bloedt, weten zijn zusjes wel hoe laat het is. Zijn moeders reactie is echter de kleren te wassen en te zeggen; "Toneelstuk voorbij" (blz. 80).   II De ik-figuur breekt niet door op de toneelschool en beseft dat hij iets anders moest gaan worden. Zijn goede vriend, Werner Trip, lijkt echter met alles meer succes te hebben. Het uiterlijk van Werner zit mee, in tegenstelling tot de ik-persoon die een beetje dik is, Werner draagt de mooiste kleren, de meisjes vallen op Werner en bij toneel krijgt Werner de rollen die de ik-persoon graag zou willen hebben. Werner's thuissituatie is echter slecht, zijn vader betaalt niets voor hem en zijn moeder heeft niets. De ik-figuur en Werner krijgen het idee om Werner's vader te vermoorden, deze actie mislukt echter. Het ik-personage leest veel. Hij reist op en neer tussen A'dam (waar hij Nederlands studeert) en Halfstad. In de trein ontmoet hij een vroeger klasgenootje, Maud. Om aan geld te komen laat hij naaktfoto's maken. III De ik-persoon krijgt een kamer in A'dam naast een stel rumoerige Surinamers. Hij gaat vaak naar een Griekse kroeg en krijgt belangstelling voor de achtergrond van de Grieken. Hij gaat naar de hoeren. De ik-figuur wil een bijdrage leveren aan de bevrijding van Griekenland en sluit zich aan bij de actiegroep. Om de Griekse belangen in de aandacht te brengen besluiten ze een aanslag te gaan plegen. Hij krijgt contact met Maud en hij belooft haar de primeur van de aanslag te geven. In een brief verteld hij haar dat hij wel zelfmoord zou willen plegen, al doet hij dat toch niet. Hij gaat als Nachtman de straat op en biedt zich aan als een hoer. IV Het ik-personage sluit zich aan bij de Griekenlandgroep. De leider ervan, Lex, neemt hem apart en vraagt hem s'nachts een nep-bom te willen gooien door de ruiten van Olympic Airways. Omdat de ik-figuur Werner een keer uit de bak geholpen had, helpt Werner hem bij de aanslag. De ik-figuur geeft Maud de primeur, zij wordt echter ontslagen omdat de Telegraaf zich afvraagt hoe ze zo snel aan dit soort informatie komt. Werner en de ik-figuur trekken in in het huis van Maud, als veiligheid voor de aanslag. Om aan geld te komen steelt het ik-personage. Maud en de ik-figuur krijgen een relatie. Werner houdt zich afzijdig. De relatie benauwd de ik-figuur af en toe en dan vlucht hij als Nachtman het nachtleven van Amsterdam in. Maud en het ik-personage groeien uit elkaar en stoppen er uiteindelijk mee. Zijn geld raakt op en hij wil graag een ander onderkomen dan bij Maud. Hij besluit cheques als vermist op te geven en ze door Werner te laten verzekeren. Spijt begint te knagen en hij geeft zichzelf aan bij de politie. V In een kroeg ontmoet hij een vrouw, Mireille, met wie hij naar huis gaat. Het lukt niet om met haar naar bed te gaan, hij is ontdaan door de manier waarop ze met haar kinderen omgaat en door de drank niet meer in staat om iets klaar te spelen. Op straat ontmoet hij Mischa, wiens gezicht geheel getatoeëerd is, en hij komt even terecht in de wereld van de drugs. Alicia, een dame die hij een keer met Werner in een café (de Blauwe Ballon) ontmoet had, gaat met de ik-figuur om en ze stelen wat af. De moeder van het ik-personage is jarig en hij gaat naar Halfstad. Terug in Amsterdam gaat hij weer de straat op en heeft contact met Maurits, een mannelijke hoer. Werner's vader is overleden. De ik-figuur heeft een openhartig gesprek met Werner. Het is nooit meer geworden dan een vriendschappelijke relatie tussen hen en daar zijn ze nu blij om. De ik-figuur gaat weer schrijven, onder andere over zijn woede. "Ik heb me voorgenomen gelukkig te worden" (blz 363). Zo eindigt het boek. Motivatie boekkeuze: Ik heb dit boek gekozen omdat iemand gezegd had dat Adriaan van Dis een goede schrijver was. Voor de lijst moet je ook nieuwe boeken lezen en deze is in 1999 geschreven. Hoofdpersoon: De hoofdpersoon is het ik-personage. Hij noemt zichzelf ook wel Nachtman wanneer hij s'nachts in Amsterdam op de versiertoer is. Hij draagt het liefst een ketting, goed verborgen onder zijn kleding want hij schaamt zich er voor, daarmee voelt hij zich zekerder en durft hij alles. Af en toe komt de ik-vorm terug in de hij-vorm. Dit geeft het effect dat de eigenlijke ik ver weg staat van het personage dat hij op dat moment speelt. De ik-persoon wil zich onderscheiden van andere mensen. Hij speelt verschillende rollen zodat hij steeds weer anders is. De hoofdpersoon weet niet op wie hij precies valt, de ene keer slaapt hij met een vrouw, een andere keer speelt hij de geliefde van een man en weer een andere keer gaat zijn voorkeur uit naar een travestiet. Het ik-personage verwijt zijn vader voor zijn rotjeugd en wil graag loskomen van hem, dit lijkt echter steeds weer te mislukken daar hij kleren van zijn vader heeft die herinneringen oproepen. Aan het eind van het boek weet de ik-figuur eindelijk wat hij wil; alleen maar gelukkig worden. Andere personages: • Werner Trip. Hij is heel anders dan de ik-figuur. Zijn lichaam is slank. Bij het toneel krijgt Werner de betere rollen te pakken. Meisjes lopen achter Werner aan en zien de ik-figuur niet staan. Het lijkt alsof bij Werner alles altijd mee heeft gezeten, dit is echter niet waar. Zijn vader verwaarloosde het gezin. Als vrienden helpen Werner en het ik-personage elkaar aan woonruimte, bij acties en bij het verwerken van vroegere problemen. • Maud Fannisch ten Cate. Journaliste bij de Telegraaf. Ze is een tijd lang de verhuurster van woonruimte in Amsterdam voor de ik-figuur en Werner. Tijdens die periode heeft ze ook nog een affaire met het ik-personage, al lijken ze hier beiden niet helemaal gelukkig in te zijn. • De vader van de ik-figuur. Je leert hem kennen aan de hand van flashbacks. Hij behandelde zijn zoon heel anders dan zijn dochters, sloeg hem en liet hem rotklusjes opknappen. De ik-figuur kon geen troost vinden bij zijn vader. Waar en wanneer: • Het verhaal speelt zich eerst af in Halfstad. Hier woont de ik-figuur met zijn ouders. Hij ziet het als een beschaafd dorp waar iedereen elkaar kent en in de gaten houdt. Amsterdam trekt hem erg aan daar de grootte hem anonimiteit geeft. Het ik-personage is te vinden in het huis van Maud, vlakbij Artis, in de buurt van de hoeren en in de kroegen. • Het verhaal speelt zich in de jaren '70 af. Duidelijke jaartallen worden niet genoemd. De tijd is in te schatten aan de hand van de kledingbeschrijving en de attitude van de mensen. Persoonlijke reactie: Ik vond het eigenlijk een slecht boek. Er was, vond ik, weinig spanning, het verhaal gaf maar weinig vraagtekens en áls ze er waren werden ze erg snel opgelost. Het was te voorspelbaar allemaal. Het taalgebruik was af en toe wel grof, maar niet storend. Ik vind dat de inhoud over veel te veel bladzijden geschreven is, er gebeurt niet zo veel dat er 365 bladzijden mee te vullen zijn. Het onderwerp vind ik wel goed, ik denk dat het personage alleen iets te overdreven is. Open plekken: De belangrijkste open plek is het begin. Je leest dat Werner's vader heel ziek is, het ik-personage vind het niet waard om treurig te zijn om die man en je wilt weten hoe dat dit komt. Hoe verder je in het boek komt, hoe meer je leert over de achtergrond van de ik-persoon en Werner en dan begrijp je deze houding pas. Voor de rest krijg je de 'nodige informatie' vrijwel meteen. Het boek heeft een gesloten einde. Non-fictie en fictie: Ik neem aan dat het verhaal fictioneel is, ik denk dat er misschien wel eigenschappen van de schrijver in het ik-personage zitten, daar hij in de ik-vorm schrijft en het in eerste instantie dus autobiografisch lijkt. Aan het eind van het boek heeft Van Dis nog een verantwoording geschreven, hierin staat welke boeken als inspiratiebronnen hij heeft gebruikt en weet je dus dat het fictioneel is. Fabel, sujet, continu: De fabel en sujet zijn vrijwel gelijk aan elkaar, alleen begint het boek in het heden, gaat dan terug naar het verleden en klimt vanaf dan omhoog naar het heden. Op het beginstuk na zijn fabel en sujet gelijk aan elkaar. Het verhaal is dus niet-chronologisch met af en toe vrij lange flashbacks. De tekst is niet-continu geschreven, niet overal verloopt dezelfde tijd. Verteltijd en vertelde tijd: De verteltijd is 365 pagina's. De vertelde tijd is niet heel duidelijk, maar eigenlijk wordt heel het leven van het personage verteld van zijn jeugd tot het moment dat hij begint te kalen. Thematiek: Het thema van het boek is de onwetendheid van de seksuele geaardheid van het ik-personage. Hij speelt steeds opnieuw rollen naar de buitenwereld, om erachter te komen hoe hij zelf in elkaar steekt. Aan het eind van het boek geeft hij het op, wil hij alleen nog maar gelukkig worden en accepteert hij zijn onwetendheid. Vertelsituatie: Het verhaal is in de ik-vertelsituatie geschreven. Wanneer de ik-figuur echter op stap gaat in Amsterdam of dingen doet die hij normaal gesproken niet zo snel zou doen (een rol vertolkt die ver van hem af staat) wordt de personale vertelsituatie gebruikt (de hij-vorm, bijvoorbeeld wanneer hij zichzelf Nachtman noemt wordt deze vorm gebruikt). Titelverklaring: Ik denk dat Dubbelliefde aangeeft dat de ik-figuur van 2 dingen houdt, een dubbele liefde koestert voor én mannen én vrouwen.

REACTIES

A.

A.

Hey Hanneke,

bedankt voor het zetten van je boekverslag. Ik kon hierdoor wat meer opschieten met mijn eigen. Ik vraag me alleen nog iets af over het boek. Misschien weet jij het. Aan het eind van het 5e deel ontmoet de ikfiguur (als Paardman) de mannelijke prostituee Maurits. En volgens mij begaat hij een moord met hem of is in ieder geval medeplichtig. Maar., ik weet dat echter niet zeker omdat het ook gespeeld kan zijn aangezien het in het hij-persectief is geschreven. Misschien heb jij meer begrepen van dit deel (blz. 355). In ieder geval nog bedankt voor het plaatsen van je boekverslag en ik hoor het wel.

Groeten Anna

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Dubbelliefde door Adriaan van Dis"