Dodelijk verliefd door Gerry Velema

Zakelijke informatie

De titel van het boek is 'Dodelijk verliefd', geschreven door Gerry Velema en uitgegeven door Callenbach in Kampen. Het boek is ook uitgegeven door Uitgeverij Iris Oirschot, in een grote-letter uitgave. De 1e druk was verkrijgbaar in 2001. Het exemplaar dat ik heb is ook van de 1e druk. Het ISBN-nummer is 90 266 1096 3. De lay-out is verzorgd door Gerard de Groot. Het omslagontwerp is van Peter Dees en de omslagillustratie van Marijke Meersman. Het boek is geschreven voor jongeren vanaf 15 jaar. Het is een tienerroman over liefde en prostitutie.

Waarom ik dit boek gekozen heb

De reden waarom ik dit boek gekozen heb is vooral omdat het boek ontzettend boeiend geschreven is, en omdat het een redelijk actueel onderwerp heeft (namelijk over de zogenaamde 'loverboys'). Het verhaal spreekt me verder ook aan, omdat het eigenlijk ieder meisje kan overkomen in de ban te raken van zo'n loverboy.

1e korte persoonlijke reactie

Ik heb dit boek niet gekozen omdat ik een boek moest hebben, maar omdat ik het serieus een heel goed boek vind. Aan de ene kant is het een heel spannend verhaal tot het einde, maar aan de andere kant waarschuwt het boek je ook tegen bepaalde situaties, zoals bijvoorbeeld wanneer je zo'n loverboy tegen het lijf loopt. Het boek is vooral spannend doordat je niet weet hoe het af zal lopen. Het is ook een zielig boek, want je merkt dat de meisjes niet tegen kunnen werken, omdat dan hun familie iets aangedaan wordt. Eén van de bijfiguren in het boek raakt verslaafd aan drugs en wil zichzelf ombrengen door een overdosis te nemen. Uiteindelijk komen haar redders net op tijd. Dit is één van de spannendste fragmenten, vind ik. Het boek is helaas ook realistisch, want deze dingen zouden in werkelijkheid gebeurd kunnen zijn.

Korte samenvatting

Er staat een hele stoere jongen bij het hek van de school waar Benny, Nora en Lia op zitten. Nora en Lia vinden hem een stuk, maar Benny vindt het een verwaande kwast. Als dan blijkt dat die jongen, genaamd Johnny, een oogje heeft op Nora, is deze helemaal in de wolken en al snel krijgen de twee verkering. Johnny geeft Nora veel dure cadeaus en hij neemt haar mee naar een nachtclub. Dat vindt Nora wel spannend en Johnny zegt tegen haar dat ze bijna achttien lijkt. Intussen wordt Lia ook verliefd op Johnny, die een geheime relatie met haar aangaat. Als Nora dat merkt, wil ze het uitmaken. Johnny zegt tegen haar dat ze hem heel veel geld gekost heeft en dat ze het dus terug moet verdienen door voor hem te gaan werken. Eerst begrijpt ze niet waar het om gaat, maar al snel heeft Johnny zijn zin en staat Nora achter een raam op de Wallen. Ze vindt het vreselijk, maar durft niet te vluchten omdat Johnny gedreigd heeft haar vader iets aan te doen. Ze krijgt zelfs zelfmoordplannen. Niet veel later werkt Lia ook voor Johnny. Benny had niet gelijk door dat Johnny verkeerde bedoelingen had, maar als ze Jeanne leert kennen Benny en tegen haar het één en ander vertelt over haar vriendinnen, denkt Jeanne dat Johnny een loverboy is. Intussen gaat Benny steeds meer met KeesJan om en neemt hem ook mee naar Jeanne. Omdat Jeanne vroeger op de Wallen verschillende prostituees geholpen heeft, heeft ze nog oude kennissen die haar willen helpen bij het bevrijden van Nora en Lia. Op een dag gaan Annie (één van de kennissen van Jeanne, een bordeelhoudster) en Benny samen naar de Wallen. Benny had al een keer uitgeplozen waar Nora precies zit. Als ze bij Nora's raam komen, zien ze dat het gordijn dicht zit, dus ze is bezet. Maar Annie loopt gewoon naar binnen en ziet Nora op de grond zitten met een fles jenever en een doosje pillen. Ze wilde zelfmoord plegen door een overdosis te nemen! Annie en Benny waren net op tijd en nemen haar mee in de auto. Ze rijden gelijk naar Jeanne, die intussen de ouders van Lia opgebeld heeft en gevraagd heeft of ze Lia ook mee willen nemen. De ouders van Nora komen ook. Dan zitten ze allemaal bij elkaar: Jeanne, Benny, KeesJan, Annie, Nora met haar ouders en Lia met haar ouders. Jeanne vraagt aan de ouders van Nora en Lia toestemming of de meisjes een poos in Friesland bij een ex-prostituee mogen logeren. Het is namelijk bijna zeker dat Johnny de meisjes gaat zoeken. Die vrouw, Corry, was zelf ook ooit het doelwit geweest van een loverboy. De ouders stemmen toe en Nora en Lia vertrekken diezelfde nacht nog naar Snakkerbuorren. Een poosje later krijgt Benny een brief van Nora waarin ze vertelt dat het goed gaat met haar en Lia. Benny schrijft drie maanden later terug om te vertellen dat ze verkering heeft met KeesJan.

Titelverklaring

De titel van het boek is 'Dodelijk Verliefd'. Dat wil zeggen dat verliefd zijn niet altijd alleen maar leuk en mooi is, maar dat het ook heel gevaarlijk kan zijn. Dat zie je in het verhaal van Nora en Lia, die allebei in de prostitutie terecht kwamen door een jongen waar ze verliefd op waren.

Bespreking van enkele verhaalaspecten

- spanning

In het hele boek is sprake van spanning. In het begin is die spanning vooral rondom de vraag of Nora en Johnny verkering krijgen. Later, als de lezer door begint te krijgen dat Johnny niet helemaal deugt, is er een spanning over hoe het af gaat lopen, en of Johnny echt zo gevaarlijk is. Aan het eind van het verhaal is de spanning het grootst, omdat er dan levens op het spel staan van twee meisjes die in de prostitutie terecht zijn gekomen.

- personages

De hoofdpersoon van het boek is Bernadette Doissat. Zij wordt door iedereen Benny genoemd. Meestal wordt het verhaal vanuit haar oogpunt beschreven. Benny is een gezet, stoer meisje van 15 jaar, met koperrood haar en felblauwe ogen. Haar interesses zijn anders dan die van haar meeste leeftijdsgenoten. Ze geeft weinig om jongens, kleding en uiterlijk. Thuis vinden ze dat maar niets. Haar ouders en haar zussen werken de hele dag, en dat vindt Benny niet leuk. Ze vindt het helemáál verschrikkelijk dat haar moeder en haar zussen er steeds op blijven hameren dat ze eens wat aan haar uiterlijk moet doen. Benny ontwikkelt zich niet zo heel sterk in het verhaal, want haar kijk op jongens, kleding en dergelijke verandert niet. Ze vond Johnny dan ook maar een onvriendelijke en met zichzelf ingenomen jongen.

Benny heeft twee goede vriendinnen, Nora en Lia Soumahu. Dit zijn allebei bijfiguren, al denk ik dat Nora in bepaalde fragmenten wel als hoofdpersoon kan worden beschouwd. Soms staat er een dagboekcitaat van Nora in het boek. Die gaan meestal over haar en Johnny, later merk je ook dat ze hem gaat wantrouwen en bang voor hem wordt. Lia is een meisje die thuis mishandeld werd door haar vader. Hij sloeg haar en drukte sigaretten op haar uit. Lia wordt ook door Johnny misbruikt, maar dat is pas nadat Nora in de prostitutie zit. Lia vond Johnny al vanaf het begin een hele stoere jongen, maar toen had Nora nog verkering met hem. Later zei hij tegen Lia dat zij ook nog wel aan de beurt kwam, dus hij had eigenlijk een relatie met beide meisjes tegelijk.

Johnny is een bijfiguur, die verder wel een behoorlijk belangrijke rol speelt in dit verhaal. Maar er wordt nooit vanuit zijn perspectief geschreven, dus het is zeker geen hoofdpersoon. Johnny is een hele knappe, stoere jongen, met een zwarte motor. Hij vindt zichzelf heel wat, en versiert het ene meisje na het andere. Hij geeft ze veel cadeautjes, zoals een mobieltje of dure lingerie. Maar niemand beseft dat hij daar een andere bedoeling mee heeft. Zodra het meisje helemaal ondersteboven van hem is, en dus blind is voor zijn verkeerde bedoelingen, maakt hij ze 'wegwijs' op seksueel gebied. Later neemt hij haar mee naar een nachtclub. Uiteindelijk komt ze in de prostitutie terecht, waar ze geld verdient voor Johnny en verslaafd raakt aan de drugs. Door dat laatste kan ze niet zomaar weglopen want ze is helemaal afhankelijk van hem. Johnny verdient hier op een makkelijke en wrede manier veel geld mee. Dit is in het kort de werkwijze van een 'loverboy', waar Johnny er blijkbaar één van is.

Jeanne van Zuilekom is een oude dame die Benny leert kennen wanneer ze van haar tasje beroofd wordt. Jeanne is ook een bijfiguur, want ze speelt geen hoofdrol in het verhaal. Al was het zonder Jeanne waarschijnlijk wel verkeerd afgelopen. Jeanne is een oude vrouw die nog maar moeilijk voor zichzelf kan zorgen. Na het verlies van haar man wilden de mensen die ze nog kende (dat waren er heel weinig) allemaal dat ze in een instelling ging wonen waar ze verpleegd zou worden tot haar einde. Maar Jeanne wilde dat juist absoluut niet. Als Jeanne Benny leert kennen, verandert er veel voor de oude vrouw. De gigantische rommel in het huis wordt door Benny opgeruimd en netjes gehouden. Omdat Jeanne vroeger altijd op vrijdagavond langs de verschillende prostituees op de Wallen ging om een praatje te maken, kende ze de omgeving. Verschillende meisjes had zij uit de prostitutie weten te halen. Mede daardoor krijgt ze het dan ook voor elkaar om Nora en Lia te redden. Niet veel later verslechtert haar gezondheid en overlijdt ze aan een hartaanval.

KeesJan is een bijfiguur, want in het begin van het boek wordt er nog niets over hem gezegd en er wordt nooit vanuit zijn perspectief geschreven. Hij is een aparte, magere jongen, die vaak het doelwit van pesterijen is. De eerste keer dat hij in het boek genoemd wordt, is op een schoolfeest. Hij wordt geslagen door een aantal jongens en uitgescholden voor homo. Benny helpt hem door de aandacht van KeesJan af te leiden. Als ze elkaar een keer tegenkomen in de buurt van een ijssalon gaan ze samen een ijsje eten en ze leren elkaar een beetje kennen. Als Benny later bevriend raakt met Jeanne, neemt ze KeesJan ook een keer mee naar de oude vrouw. KeesJan helpt ook mee om Nora en Lia uit de prostitutie te halen. Op de laatste bladzijde van het boek bekent KeesJan aan Benny dat hij verliefd op haar is.

- onderlinge relaties

Benny-Nora
Benny en Nora zijn goede vriendinnen van elkaar. Maar als Nora verkering krijgt met Johnny, stookt hij haar op tegen Benny en wordt de vriendschap verbroken. Als Nora later merkt dat Johnny toch niet zo lief is als hij lijkt, ontdekt ze dat Benny toch gelijk heeft, maar dan is het al te laat. Nadat Nora niet meer in de prostitutie zit, wordt de vriendschap tussen Benny en Nora weer hersteld.

Benny-Lia
Lia is een goede vriendin van Benny, net als Nora. Ook haar vriendschap met Benny loopt stuk. Benny waarschuwt Lia tegen Johnny, wanneer Lia tegen Benny zegt dat Johnny haar ook leuk vindt. Lia vindt dat de grootste onzin en kijkt Benny dan haast niet meer aan. Net als Nora ontdekt Lia dat Johnny niet deugt en krijgt spijt van wat ze allemaal tegen Benny gezegd heeft. De vriendschap wordt weer zoals voorheen als ze bevrijd is door Benny en Jeanne.

Benny-Johnny
Benny vindt Johnny maar een belachelijke, opschepperige jongen, die alleen maar naar uiterlijk kijkt. Johnny vindt Benny een lelijk, rood, dik en irritant meisje. Waarschijnlijk komt dat doordat Benny dwars door zijn mooie uiterlijk heen prikt. Al snel heeft Benny door dat Johnny's bedoelingen niet zo goed zijn als hij laat merken. De gedachten van Benny over Johnny en omgekeerd blijven verder steeds hetzelfde.

Benny-Jeanne
Benny en Jeanne kunnen het al meteen goed met elkaar vinden. Hun vriendschap wordt steeds hechter. Ze vertellen elkaar echt alles wat er in hen omgaat. Benny helpt Jeanne door in het huishouden van alles te doen en Jeanne helpt Benny door haar vriendinnen te redden. Als Jeanne sterft is Benny heel verdrietig, maar aan de andere kant is ze blij omdat ze weet dat Jeanne in de hemel is.

Benny-KeesJan
Benny ziet KeesJan eigenlijk niet staan aan het begin van het boek. Maar als ze hem een keer uit een pesterij heeft geholpen, en hem kort daarna weer ontmoet, raken ze bevriend. Als Benny KeesJan een keer meeneemt naar Jeanne, merken ze dat ze heel goed met elkaar op kunnen schieten en aan het eind van het boek zijn ze allebei verliefd.

Nora-Lia
Nora en Lia zijn hele goede vriendinnen. Ze vinden Johnny allebei een kei en ze hebben het vaak samen over hem. Als dan blijkt dat Johnny voor Nora kiest en verkering met haar krijgt, is Lia jaloers, maar dat leidt niet gelijk tot ruzies. Wanneer Lia een keer met Johnny praat waar Nora niet bij is, zegt Johnny tegen haar dat zij ook nog wel aan de beurt komt, als het uit is met Nora. Eerst merkt Nora er niets van, maar als dat wel zo is, wil ze het gelijk uitmaken. Johnny vindt dat niet goed en Nora moet voor hem werken. Al gauw merkt Nora dat Lia ook voor Johnny werkt. Dan bedenkt ze dat ze allebei in hetzelfde schuitje zitten, en ze probeert de vriendschap weer te helen. Dat lukt niet meteen, maar zodra ze weg zijn gehaald bij Johnny, vluchten ze samen naar een afgelegen plaatsje tot het weer veilig is. Daar worden ze weer echte vriendinnen en ze vergeven elkaar wat ze elkaar aangedaan hadden.

Nora-Johnny
Omdat Johnny zo'n knappe jongen is, vindt Nora hem gelijk een spetter. Langzamerhand gaat ze van hem houden. Wanneer ze voor hem moet gaan werken, en ook nog eens merkt dat Lia ook een relatie met Johnny heeft, wordt ze zeer teleurgesteld, en op den duur gaat ze hem haten. Johnny vindt Nora waarschijnlijk gewoon een knappe meid, waar hij geld in ziet. Als ze dan wat minder aardig tegen hem gaat doen omdat ze niet meer wil, zal hij haar helemaal niet leuk meer vinden denk ik.

Nora-Jeanne
Nora en Jeanne hebben elkaar pas leren kennen aan het eind van het boek, als ze napraten over alles wat er gebeurd is. Nora is Jeanne ontzettend dankbaar voor wat Jeanne voor haar gedaan heeft. En Jeanne leeft met Nora mee om alles wat zij heeft meegemaakt.

Nora-KeesJan
Nora en KeesJan zijn klasgenoten van elkaar maar er wordt verder niets gezegd over hun relatie. De enige keer dat ze bij elkaar zijn, is aan het eind van het verhaal waar ze napraten over de gebeurtenissen.

Lia-Johnny
Lia vindt Johnny net als Nora gelijk een hele toffe jongen. Ze vindt het jammer als Johnny verkering krijgt met Nora, maar Johnny laat haar merken dat hij Lia ook ziet staan. Zo heeft Johnny een geheime relatie met Lia, wat Lia geweldig vindt. Ook deze liefde duurt niet lang: Lia moet gaan werken voor Johnny en heeft er spijt van dat ze hem ooit leuk vond. Ze wordt heel bang voor hem en dat blijft de rest van het verhaal ook zo.

Lia-Jeanne
Lia en Jeanne leren elkaar pas kennen aan het eind van het verhaal. Lia was Jeanne erg dankbaar voor wat ze gedaan heeft.

Lia-KeesJan
Lia en KeesJan zijn klasgenoten van elkaar, maar ze kennen elkaar niet zo goed want ze gingen niet veel met elkaar om. De eerste keer dat Lia KeesJan ontmoet en met hem praat, is bij Jeanne, na haar redding.

Johnny-Jeanne
Johnny en Jeanne hebben elkaar bijna niet gekend. Jeanne ontdekt dat Johnny een loverboy is, via de verhalen van Benny. Er wordt nergens gezegd dat Jeanne en Johnny elkaar ontmoeten. Daarom denk ik dat Johnny niet eens van het bestaan van Jeanne afweet.

Johnny-KeesJan
Johnny weet misschien wel wie KeesJan is, maar ze hebben elkaar nooit ontmoet en met elkaar gepraat, dus het is niet duidelijk of Johnny KeesJan aardig vond. Waarschijnlijk niet, want KeesJan zag eruit als een watje en Johnny is een jongen die alleen op het uiterlijk van iemand let. KeesJan weet wel goed wie Johnny is, want hij hoorde ook bij de groep die Nora en Lia hielp ontsnappen, en het is ook vrij logisch dat hij Johnny wel eens bij het hek van de school heeft zien staan als hij wachtte op Nora of Lia.

- thema

Het gevaar van loverboys is het thema van het boek. Het waarschuwt je tegen hen en er wordt uitgelegd wat voor werkwijze ze hebben en hoe gevaarlijk die mensen kunnen zijn.

- tijdsverloop en beschreven tijd

Het verhaal slaat niet veel stukken tijd over, het wordt meestal verteld van dag tot dag. Af en toe wordt er ongeveer een week overgeslagen. Alleen aan het eind, als Jeanne overleden is, wordt er een periode overgeslagen van ongeveer 3 maanden. Er zijn geen flashbacks.
De beschreven tijd is 290 dagen. Dat kan uitgerekend worden doordat er steeds een stukje van het dagboek van Nora in het boek staat. De eerste keer dat ze iets schrijft is op 20 mei. De laatste datum die genoemd wordt is 4 maart, in een brief van Benny aan Nora en Lia. Of 20 mei echt de eerste dag van het verhaal is, is niet zeker, maar het is wel heel goed mogelijk.

- vertelsituatie

Het verhaal wordt vooral verteld in de hij/zij-vorm. De dagboekgedeeltes van Nora en twee brieven (één van Nora aan Benny en één van Benny aan Nora en Lia) zijn in de ik-vorm geschreven.

- ruimte

Bijna alle gebeurtenissen spelen zich af in Amsterdam. Dat is meestal in de Brugstede, de school waar Nora, Lia, Benny en KeesJan op zitten, bij Jeanne thuis, op straat of op de Wallen. Op het laatst krijgt Benny een brief van Nora uit Snakkerbuorren, een klein plaatsje in Friesland.

Informatie over de auteur

Gerry Drent is op 20 november 1956 in Coevorden geboren, als het tweede kind in een gezin van vier kinderen. Ze was de eerste dochter. Haar ouders bekeerden zich tot God toen ze zelf vijf jaar was. Vanaf deze tijd werd ze christelijke opgevoed. Ze groeide op in de evangelische beweging.
De lagere schooltijd is niet de leukste tijd geweest. Als Pinksterkind lag ze buiten de keurige groep van Gereformeerde en Hervormde kinderen. Ze hoorde er op school niet bij, omdat ze er 's zondags ook niet bij hoorde.
Na de MAVO heeft Gerry de opleiding tot verpleegkundige gevolgd en voltooid in het AZG in Groningen. Ze was twintig toen ze Wim Velema, haar man leerde kennen. In maart 1978 zijn Wim en Gerry getrouwd. Ze kregen vier kinderen, waar van één zoon door adoptie bij hen ‘geboren’ is. Gerry is oma van een kleindochter en het tweede kleinkind is op komst.
Op haar dertigste begon Gerry te schrijven. Ze vond het altijd al leuk om te schrijven, maar nu besloot ze een uitgever te zoeken. Ze bundelde haar korte meditatieve stukjes en vond belangstelling bij Kok Kampen.
"Zo’n eerste boek is het uitkomen van een droom! We hielden een tuinfeest en ik dacht echt: nu ben ik er… Maar het was slechts nummertje één en er zou nog veel meer gebeuren. Dat heb ik echter nooit achter mezelf gezocht: ik ben echt schrijfster geworden…"
Gerry schreef ‘Vragen om Andermans problemen’, het verhaal over de adoptie van hun zoon die meervoudig gehandicapt bleek te zijn.
Daarna kwamen er opdrachten binnen: TEARfund en het Scharlaken Koord van het Heil des Volks, beide evangelische hulporganisaties vroegen Gerry om een boek voor hen te schrijven.
In 1991 waagde Gerry zich aan een roman voor de VCL-serie. Dat was een oude droom, maar deze droom kwam niet gelijk uit. Het plot klopte niet en de uitgever wilde het niet uitgeven. Het boek kwam op de plank te liggen.
In 1994 werd de roman weer van de plank gehaald en bijgewerkt. ‘Geen ander voor jou!’ een boek over een gebroken relatie die nieuwe toekomst vond. Later schreef ze nog drie romans voor de VCL-serie. Het borrelt nog altijd van binnen bij haar om naast dit werk voor de VCL, waar vooral oudere vrouwen van genieten, ook nog eens een roman te schrijven voor een breder publiek. Wie weet…
Een jeugdwerker daagde Gerry uit om eens iets anders te schrijven over seks dan het bekende ‘dit mag allemaal niet!’ Wat mag eigenlijk wel? Save Seks werd bijna een even controversieel boek als het schrijven over de man/vrouw relatie. Het boekje riep opnieuw heftige reacties op. Voor -en tegenstanders lieten van zich horen in tijdschriften en bladen.
"Maar de mensen waar ik voor geschreven heb, wisten mij te bemoedigen. Ik heb heel veel brieven gehad van jongeren. Brieven met vragen, maar ook biechtbrieven… Save Seks heeft een mooie oplage bereikt en een derde druk inmiddels. Het wordt nog altijd veel gelezen en door menige dominee of jeugdwerker voor zijn jeugdgroep gebruikt."
Er volgden meer romans voor de VCL-serie. Er bleven ook opdrachten komen, zowel over seksualiteit als voor de hulpverlening aan vrouwen.
"De boekjes voor het Scharlaken Koord gaan werkelijk de hele wereld over. Ze zijn in verschillende talen verschenen. Ze worden gelezen in bordelen en gevangenissen. En niet alleen in Nederland, maar veel verder. Er komen door deze boekjes vrouwen tot geloof en hoop in God. Als je schrijft zie je niet welke oogst er achter je werk ligt. En maar goed ook, want het zou je afleiden. Schrijven is soms een eenzaam knokken. Zoeken naar de juiste woorden en zinnen. Maar als ik ergens van denk dat ik God dienen mag, dan is het wel in het voorrecht om met het Scharlaken Koord mee te mogen werken. Daar ben ik heel erg dankbaar voor, want ik weet zeker: dát werk is niet tevergeefs…"
Het schrijven voor kinderen begon in 1999 met de start van het kinderblad Zeggus. De Evangelische Omroep nam 'De Goede Herder' over om opnieuw te exploiteren. Hoewel Gerry nog nooit voor kinderen had geschreven belde er iemand van de redactie of zij iets kon doen voor Zeggus.
"Dit soort aparte vragen, die zomaar uit de lucht komen, zijn meestal vragen waar je niet direct ‘nee’ op moet zeggen. Ik was in die periode moe gestreden. Ik hoorde mijn Heer zeggen: ‘Ik ben jouw Goede Herder… Ik ben niet alleen je Meester die je werken laat, maar ook de Herder die om je geeft en voor je ziel wil zorgen. Doe het maar… Ik heb het geprobeerd. Ik schreef een feuilleton voor kinderen en ben daarna voorgoed in de genezende greep gekomen van het schrijven voor kinderen. De Goede Herder wist wat Hij aan me vroeg."
Gerry heeft al een flink aantal kinderboeken geschreven. Ze is een cursus gaan volgen in Amsterdam om zich te scherpen in haar kwaliteit van schrijven voor kinderen. De boeken zijn spannend geschreven, maar ook thematisch en laten altijd iets zien van haar liefde voor God. Onlangs werd haar laatste kinderboek, ‘Geheim bij de oude watermolen.’ genomineerd voor de prijs van het beste christelijke kinderboek van 2002.
"Kinderen verdienen het beste. Het is zo belangrijk wat er aan kinderen wordt gezegd en overgedragen. Ik hoop met mooie boeken kinderen in hun hart te raken, zodat ze gaan geloven in liefde, vergeving, in hoop, in mededogen en in God!"
Af en toe verzorgt Gerry ook een lezing, spreekbeurt of ze bezoekt een school om iets over haar werk te vertellen.

Vier citaten ter ondersteuning

Met behulp van twee citaten wil ik de onderlinge relaties van Johnny met Nora en met Benny verduidelijken. Zo kan je goed merken dat Johnny tegen de één poeslief is en tegen de ander echt onaardig. Omdat er buiten de dagboekgedeelten van Nora geen details zijn van haar relatie met Johnny, citeer ik uit haar dagboek (blz. 32-33).

26 juni
Hij haalde me weer op van school. Johnny is stapel op me. We zijn laatst samen naar een ijssalon geweest. Johnny trakteerde me op een heerlijke sorbet. Gisteren scheurden we met de motor naar de binnenstad. Johnny nam me mee naar een dure winkel. Zoiets bijzonders heb ik nog nooit gezien. Een speciaalzaak in lingerie. Heel wat anders dan onderbroeken en beha's bij de Hema. Schitterend spul hing daar. Ik wilde dat Lia bij me was. En Johnny, hij moet wel verschrikkelijk rijk zijn, want ik zag dat hij meer dan driehonderd gulden neertelde toen hij afrekende. "Je bent het waard," zei Johnny. Hij heeft zelf een stelletje uitgezocht dat ik moest passen. En ik moest toch zo lachen in het kleedhokje. Johnny mocht van mij niet eerder kijken voor ik het aanhad. Ja eerlijk, ik schaamde me een beetje. Daar moest hij om lachen.
"Nora, wat moet je nog veel leren!" Hij heeft gelijk. "Wie mooi is hoeft niets verborgen te houden. Als ik dan denk aan die lelijke rooie meid uit je klas…" Ik denk dat hij Benny bedoelde. Toen we weer terug kwamen bij school, legde Johnny een arm om m'n middel. Ik kreeg het koud en warm tegelijk. Hij keek me zo vreemd aan en zei: "Ik wil zaterdag uit, doe je dan dit aan? Onder je gewonde kleren?" Oh, ik doe het voor hem. Ik doe alles voor hem. Wat gaat er zaterdagavond gebeuren? Ik ben zo opgewonden. O ja, ik mag zaterdagavond niet. Ik heb huisarrest. Daar moet ik nog iets op verzinnen. Maar Johnny is echt het einde. Ik droom…

Dit is een citaat waarin Johnny met Benny gaat praten. Je kunt merken dat hij uiterlijk heel belangrijk vindt en dat hij echt niet altijd zo lief is als in het citaat hiervoor (blz. 20-22).

"Hé Benny!" Er valt een jongen naast haar neer. "Mag ik er even bij komen?" Hij gooit zijn rugtas naast zich en schuift zijn zonnebril omhoog. Er dwarrelen heerlijke mannengeuren om hem heen. Zijn zwarte haar zit precies in het juiste model en de kleren zijn naar de laatste mode en van dure merken voorzien.
"Eh…" Hoe heet 'ie ook alweer? "Oh… eh… Johnny…"
"Goed dat ik je zie. Kan ik erbij komen? Weet jij toevallig wanneer Nora uit school komt? Ik vind het zo vreemd: ze heeft me nog helemaal niet gebeld."
"Hoe kan ze je bellen als ze op school zit?"
"Ze gaat toch wel eens naar de wc of zo?"
Benny bekijkt de jongen naast haar. Dit is dus Johnny. De bromsnor die elke dag bij school komt hangen om Nora. Het is zelfs van dichtbij een verwaande kwast. Hij wil gewoon Nora versieren en straks laat hij haar weer vallen, zodra hij een leuker meisje op het schoolplein ontdekt. Op de één of andere manier vindt ze hem een engerd. Een gladjanus, met zijn snelle maniertjes, vlotte motor, maar ondertussen… Ze wil hem op z'n nummer zetten, maar dan wel voorzichtig, want die Johnny is op z'n minst een paar jaar ouder.
"Misschien heeft ze geen zin om je te bellen?"
"Tuurlijk wel!" verzekert Johnny haar. "Nou vooruit, vertel, hoe laat is ze uit?"
Het klinkt op een toon die bepaald geen tegenspraak duldt. Zo kan hij dus ook praten.
"Met een halfuurtje, denk ik."
"Mooi, dan ga ik haar ophalen."
"Als ze maar met je mee wil," zegt ze plagend. Het irriteert hem. Dat voelt ze wel, maar hij is ook zo ingenomen met zichzelf. Van alles waar zij aan twijfelt, lijkt Johnny zeker te zijn. Hij moet zichzelf een hele peer vinden. Toch lacht hij zijn tanden bloot. Met een arrogant gebaartje glijdt zijn hand door zijn haar.
"Of ze wel met me mee wil? Ken jij Nora eigenlijk wel? Die meid is stapelgek op me," weet hij zeker.
"O, ja? Daar zou ik maar niet zo zeker van zijn. Er lopen heus nog wel meer leuke jongens rond, hoor!" bijt Benny hem toe. Ze schrikt meteen van zichzelf en van de reactie van Johnny. Even vernauwen zijn ogen zich, dan schenkt hij haar een geforceerde glimlach.
"Te weinig echte concurrentie. Ik kijk wel eens in de spiegel en dat zou jij ook eens wat vaker moeten doen," steekt Johnny gemeen terug.
Benny slikt.
"Nou vooruit, laten we geen ruzie maken. Vertel, wat doe jij hier terwijl Nora nog op school is?" vraagt hij haar op zijn commandeertoon. Uit zijn rugtas haalt hij een pakje sigaretten en biedt Benny er ook één van aan. Benny weigert.
"Ik ben de klas uitgestuurd." Hij moet weer lachen.
"Waarvoor?"
"Ach een te lang verhaal. Hendriks zat Lia op de huid en daar kon ik niet tegen. Het is een verschrikkelijke man, die Hendriks. Onze gymleraar. Die man schold me zelfs uit."
"Je meent het niet," klinkt het slijmerig.
"Rood en dik vindt hij me," zegt Benny impulsief. Ze heeft direct spijt. Waarom zegt ze dit? Omdat het haar toch wel iets gedaan heeft dat zelfs een leraar haar uiterlijk aangreep om haar pijn te doen. Is het dan zo erg om rood en lelijk te zijn?
Er klinkt een daverende lach naast haar.
"Rood en dik? Die is treffend. Dat ben je toch ook."
Benny's ogen fonkelen donker.
"Of was je liever een vuurtoren genoemd, of rood gevaar. Bij mij op school zat ook zo'n rooie."
"Ik kan er niet om lachen." Ze is niet tegen Johnny opgewassen.
"Rode zuurpruim!" Johnny grijnst van oor tot oor. Hij is knap, onwaarschijnlijk knap. Een echte versierder, dat kun je zo zien. Maar hij is niet leuk. Hij is echt niet leuk. Dat weet Benny zeker. Zoals hij haar bespottelijk maakt. Ze zal Nora eens vertellen wat voor slechte manieren die gozer heeft.
Johnny komt overeind. Hij grijpt zijn tas en torent trots en fier boven Benny uit.
"Ik ga naar mijn bloedschone Nora," zegt hij plagend. "Aan haar schoonheid kun je niet tippen, rooie. Van je levensdagen niet…" Hij wil nog niet zeggen, maar Benny vult hem aan:
"Wat je er ook aan doet…" Haar hand verfrommelt het zakje elastiekjes dat nog in haar jaszak zit.
"Je haalt me de woorden uit mijn mond."
Johnny loopt weg. Het zal nooit iets worden tussen Benny en Johnny, dat is zeker. Achter de Dam staat zijn motor. Als hij even later wegrijdt, wuift hij. Benny neemt zich voor hem niet meer te groeten. Het is een kwal, een kwast, een… Ze kan zo snel niet meer scheldwoorden bedenken.

In de eerste korte persoonlijke reactie heb ik het beoordelingswoord 'zielig' gebruikt. Dit wil ik duidelijk maken met een citaat. Dit citaat is één van de dagboekgedeelten van Nora (blz. 141).

18 November
Dit is de laatste keer dat ik schrijf. Ik ben niet naar school. Ik wil afscheid nemen. Ik ben alleen thuis, pa en ma zijn er niet. Ik schrijf hen straks een brief. Ik heb de hele nacht gehuild. Zacht… Ik wil eigenlijk niet dood. Maar zo kan ik niet meer. Ik wil geen hoer zijn… Het gaat niet goed met me, er komt steeds bloed. Ik weet hoe ik het ga doen. Frank loopt 's middags vaak even naar de bar aan de voorkant van de club. Dat zegt hij tegen me. Hij heeft een pieper bij zich voor geval van nood. Ik weet inmiddels waar de pillen liggen. Ik neem drinken mee. Jenever van pa. Als Frank terugkomt, ben ik weg. Ik doe de gordijnen dicht, dan denken de klanten dat ik bezet ben. Ik weet precies hoe ik het ga doen… alleen… ik vind het zo erg… Volgens mij ben ik verslaafd. Ik tril de hele tijd tot ik mijn pil krijg. Ik moet ook een briefje schrijven aan Benny en ook aan Lia. Arme Lia… Hoe erg zal het met haar zijn? Zou Benny ook op mijn begrafenis komen? Ik wil dit niet…

Ook het spannendste fragment wil ik hier citeren (blz. 147).

Annie stopt bij een Turks koffiehuis.
"Kom mee, we gaan een bakkie halen."
"Maar Nora dan?" hakkelt Benny.
"Die heb toch een klant. We gaan zo terug, wijffie. Het komt heus wel goed." Het zware gebrom van Annie klinkt bijna moederlijk. Benny durft niet te lachen, maar het lucht haar wel een beetje op. De Turkse koffie is niet te drinken. Wat vies, al die drab in haar kopje. Annie maakt ondertussen een praatje met de eigenaar. Even later gaan ze weer op pad. Terug naar de steeg. Er lopen verschillende mannen. De gordijnen zijn weer open. Behalve dat blauwe gordijn, dat is nog steeds dicht. Achter het gordijn schemert het paarse licht. Dat vertelt de bezoekers dat er binnen gewerkt wordt.
"Ik denk dat het daar was, bij die blauwe gordijnen," zegt Benny.
"Dan ga ik daar even een kijkje nemen," zegt Annie. "Blijf vlak bij me, als ik je wenk gaan we naar binnen, anders kom ik terug."
Benny's hart klopt in haar keel. Die Annie… Stapt ze nu zomaar binnen, terwijl Nora misschien met een kerel… en… zou ze naakt zijn… en moet zij straks mee naar binnen en wat ziet ze dan…
"Het blijft illegaal… zulke jonge grietjes…" gromt Annie. Ze probeert de deur. Die is niet op slot. Ze schuift het gordijn aan de kant en stapt naar binnen.
"Bezet!" gilt een hoge meisjesstem.
Annie staat al binnen. Met haar hand wenkt ze Benny. Daar zit het kind, op de grond. Naast haar staat een fles jenever. In haar hand heeft ze een doosje. Het is opengedraaid. Annie doorziet het meteen: pillen!
"Niks bezet!" zegt Annie. "Wat was jij van plan, wijffie…"
Benny stapt nu ook naar binnen en ziet haar vriendin zitten. Zodra Nora Benny ziet begint ze te huilen. Het potje valt uit haar hand op de grond. De witte pillen rollen overal heen. Benny valt bij Nora op de grond. Ze slaat haar armen om haar vriendin heen en wiegt haar heen en weer. Nora is zo slap als een dweil.
"Het is oké, Nora… je gaat mee! We komen je halen."
"Ik ga dood, Benny, ik wil niet dood…"