Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Dichter op de zeedijk door Kees van Beijnum

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
Boekcover Dichter op de zeedijk
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 2267 woorden
  • 26 oktober 2003
  • 36 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
36 keer beoordeeld

Boekcover Dichter op de zeedijk
Shadow
Dichter op de zeedijk door Kees van Beijnum
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Boek verslag: Dichter op de zeedijk door Kees van Beijnum Constant woont samen met zijn oma boven haar café, omdat zijn moeder in een inrichting verblijft. Zijn oma vindt dat hij zijn tijd nuttig moet besteden anders moet hij maar gaan helpen in de zaak, of bij de harmonie. Constant wil iets anders, maar wat? Dan brengt Siem hem op het idee om te gaan dichten. Het café is een echt oude mannen café, totdat er een nieuwe serveerster komt. Ze brengt Constant het hoofd op hol, en geeft hem een goede reden om te dichten. Maar voor een goed gedicht is meer nodig dan muziek, kaarsen, drank en pijn.... De hoofdpersoon in dichter op de Zeedijk is Constant Wegman. In het boek gaat het vooral om het karakter van Constant, dus dat zal ik ook het karakter van Constant beschrijven. Het boek bestaat uit 4 delen (4 ‘levens perioden’) Ik zal deze delen een voor een beschrijven. Deel 1: Constant is in dit deel ongeveer negen jaar. Constant is een kleine stille jongen. Hij houdt zich erg afzijdig van de klanten en bemoeit zich alleen met een paar vaste klanten. Hij ligt vaak onder het biljard, samen met de hond, en luistert naar de gesprekken die de klanten voeren.Daar uit leert hij zijn levenslessen. Deel 2: Constant is in dit deel ongeveer tien jaar. Hij verkent zijn omgeving nog meer door zichzelf ‘onzichtbaar’ te maken en zo achter iedereen aan te lopen. Zo ontdekt hij de bewegingen en gedragingen van mensen. Deel 3: Constant is in dit deel ongeveer twaalf jaar. Hij heeft zijn wereldje nu helemaal verkend en gaat zich dingen inbeelden. Een van de dingen die Constant zich inbeeld is ‘de dichter Vondel’. Constant leeft in zijn eigen wereldje en gaat steeds verder vooruit in het schrijven van zijn gedichten die hij laat keuren door Vondel. Deel 4: Constant is in dit deel ongeveer dertien jaar. Hij kent iedereen om zich heen en gaat zich nu meer op de mensen richten. Hij wordt verliefd en raakt zijn moeder kwijt maar hij blijft trots op zich zelf. Ik dacht dat het een echte biografie zou zijn maar dit boek verraste me. Het was niet saai maar juist erg boeiend. De gedachtenkronkels van Constant waren raar maar toch altijd goed te volgen. In het boek komen vier personen aan bod die elk een aparte en belangrijke rol spelen in het leven van Constant. Deze personen zijn: Grootmoeder Zij zorgt voor Constant. Grootmoeder is een volksvrouw die houdt van geld verdienen.Zij runt hotelcafé De Rode Laars. Ook houdt grootmoeder van gokken en drinken. Tegen de klanten zegt ze altijd van niet maar ondertussen……Tante Griet, zoals zij genoemd word door haar klanten, is enerzijds behulpzaam en is naast barvrouw ook een soort maatschappelijk werkster die naar haar klanten luistert en hun helpt met hun problemen. Anderzijds kent zij geen pardon met klanten die niet willen of niet kunnen betalen of die ruzie zoeken. Zij zet hen zonder meer buiten zonder bagage. Haar scheldkanonnades zijn origineel en degene voor wie ze bedoeld zijn kan maar beter meteen luisteren of het hazenpad kiezen. In haar territorium is zij duidelijk de baas. Voor Constant is zijn grootmoeder aardig.Ze voedt hem redelijk goed op. Hij krijgt op tijd te eten en te drinken en verder laat zij hem een beetje aan zijn lot over wat door Constant niet als hinderlijk wordt ervaren. De jongen verblijft graag in zijn eigen wereld. Grootmoeder zorgt ervoor dat hij naar school gaat en zij neemt het voor hem op als hij erom vraagt. Edith is de werkster die bij grootmoeder en Constant inwoont in ruil voor haar diensten. Edith doet het huishouden en houdt de verhuurde kamers bij. Zij drinkt en rookt veel. Je kunt geen zin met haar wisselen of er zit alweer een hoestbui tussen. Edith is arm en schooit bij iedere klant om een glaasje brandewijn met suiker. Dit drinkt ze leeg tot de laatste druppel en eet dan met haar vingers de suiker op die onder in het glaasje kleeft. Ben van het deurtje: dit is een kennis van Constant.Hij heeft een verlopen winkeltje in scheepsbenodigdheden. Constant hangt vaak in zijn winkel rond en Ben vertelt hem dan allerlei verhalen over zijn leven op zee. Ben is een ontwikkeld man. Hij heeft veel levenservaring en veel geleerd van het leven. Hij is van nature geïnteresseerd in lezen en heeft veel boekenkennis opgedaan. Voor Constant is hij een soort vader. Constant houdt van hem. Ben is oud en zijn conditie gaat steeds verder achteruit. Constant gaat voor hem zorgen. Hij rent heen en weer voor de oude Ben om hem nog een mooie laatste dag te bezorgen. Als Ben sterft is Constant erg verdrietig om dat er weer een belangrijk persoon uit zijn leven is verdwenen
Muis. Deze Friese barjuffrouw wordt in het derde deel aangenomen in hotel café: de Rode Laars. Muis is knap, jong en hoogblond.Op zoek naar avontuur is zij terechtgekomen in Amsterdam. Door haar aanwezigheid neemt het aantal klanten flink toe. Zij is aardig voor Constant en hij is verliefd op haar. Als Muis een man leert kennen komt zij via hem terecht In café-bar Mexico City en in de prostitutie. Constant mist haar en zoekt haar nog regelmatig op. Als Muis door haar “vriend”in elkaar wordt geslagen verdwijnt zij uit zijn leven. Muis is teruggegaan naar Friesland.
Leeservaring/ mening en leerervaring Kees van Beijnum beschrijft het milieu, dat je als lezer als romantisch ziet, van binnenuit. Dichter op de Zeedijk is niet sentimenteel. Wel nostalgisch, want de Zeedijk waar de hoofdpersoon Constant Wegman opgroeit in het hotelcafé van zijn grootmoeder, bestaat niet meer. Het is ten onder gegaan aan de drugs en de ellende die daarbij hoort. De overgang van een wat ruwe, ordinaire maar wel gezellige uitgaansbuurt naar een onveilig gebied waar junks en dealers de sfeer bepalen, voltrekt zich tegen het einde van het boek. Constant is dan een jaar of veertien en ondergaat de verandering. Het doet hem pijn. Allerlei dramatische gebeurtenissen wijzen vooruit naar het verlies van zijn buurt dat tegelijkertijd het einde van zijn jeugd is. Dichter op de Zeedijk, bevat op het eerste gezicht voornamelijk prachtige en duidelijk authentieke caféverhalen. Contstant luistert naar de merkwaardige klanten van zijn grootmoeder: hoeren, pooiers, opscheppers, hele of halve criminelen en zielenpieten. De vaste klanten, zuiplappen, zijn hem net zo vertrouwd als zijn naaste familie. Ze nemen de plaats in van zijn vader die hij nooit heeft gekend, en van zijn moeder die in een psychiatrische inrichting zit. De grootmoeder, tante Griet voor de klanten, is het midden van zijn leven. Kees van Beijnum zet een levensecht beeld neer van deze vrouw. Zij is een onmogelijk mens: keihard, vulgair, drank - en gokzuchtig, zeer op de centen en met platte humor die altijd ten koste van anderen gaat. Voor Constant is ze op haar manier zorgzaam en lief, wat alleen al blijkt uit het feit dat hij na de lagere school naar het gymnasium mag. Wat het boek tot meer dan een verzameling mooie en goed vertelde verhalen maakt is het feit dat de sfeer van de omgeving nadrukkelijk aanwezig is maar toch als decor dient. Het verhaal speelt zich af in het hoofd van Constant.Om zichzelf te redden in een wereld van onbetrouwbare volwassenen heeft hij een schijnwereld opgebouwd als een soort verdedigingsmechanisme. Hij vindt zijn binnenwereld interessanter dan de buitenwereld. Ontroerend is bijvoorbeeld de manier waarop Van Beijnum laat zien hoe Constant in het het zwak sociale milieu zijn fantasieën in stand houdt. Als hij verliefd wordt op de beeldige nieuwe buffetjuffrouw Muis die ook bij de klanten niet ongemerkt voorbij gaat, weet hij dat zijn gevoel voor haar groter is dan dat de volwassen mannen. Als meisje uit de provincie is ze echter niet bestand tegen de Zeedijk .Tegelijk is haar aftakeling symbolisch voor het verval van de buurt. Een belangrijke ervaring doet Constant buiten de buurt op als hij in het Rijksmuseum naar aanleiding van een schilderij van Vermeer ontdekt dat er achter de zichtbare werkelijkheid nog vele andere werkelijkheden kunnen zitten. Met deze verwijzing laat de schrijver zien hoe er achter een kind al een groot kunstenaar kan zitten. Minder fijn zijn de talloze verwijzingen naar Vondel. De dichter, die een paar eeuwen eerder als winkelier in de Warmoestraat een buurtgenoot was. Bovendien had hij een zoontje dat Constantijn heette. Vondel wordt een soort vader voor Constant. In verschillende gesprekken geeft hij de jongen dicht - en levenslessen. Gelukkig komen deze stukken niet zo veel voor. Ook inhoudelijk stellen de Vondel-stukjes niet veel voor. Constant kan eigenlijk niets met de saaie levenslessen van Vondel. Hij leert meer over het leven in het café. Zo wordt hij al jong geconfronteerd met de vraag of je als leverancier van drank of dope medeplichtig bent aan iemands ondergang. Waarom Vondel? Van Beijnum; “En waarom Vondel: niet omdat ik nou zo verschrikkelijk veel met hem als dichter heb. Het heeft te maken met het feit dat ik als jongen ontdekte dat Vondel een paar huizen van ons af in de Warmoesstraat had gewoond. Ook op school merk je al vlug dat Vondel een hele naam is. En die beroemde dichter heeft in dezelfde straat als jij gewoond, bij wijze van spreken over dezelfde keitjes... een dichter waar straten naar zijn vernoemd, die een park heeft waarin zijn standbeeld staat.. Hij betekent nog steeds veel voor me, want nu ik zo dicht bij het Vondelpark woon, ga ik eerlijk gezegd vaak eventjes bij hem langs. Soms zomaar om te zien hoe hij er staat: net op het punt een hele mooie zin op te schrijven, maar hij wacht op het laatste stukje inspiratie. Ondertussen staart hij in de richting van de buurt waarin wij nu samen in dit boek zitten. Toen: het boek klaar was, heb ik het ook aan hem laten zien: wat vindt u, is het goed zo?" Dat de grens tussen medeplichtigheid en schuld niet groot is blijkt uit het verhaal over de verslaafde caféhond Stella. Elke avond mocht het beest de in een lekschaal opgevangen bierrestanten opdrinken. Tot ze wegens een leververgroting word drooggelegd. Het dier lijdt zwaar onder deze onthouding: iedere avond ziet de hond met verdriet toe hoe de inhoud van de lekschaal word weggespoeld. De grootmoeder kan dit uiteindelijk niet meer aanzien. 'Zo is het toch ook geen leven', zegt ze en Constant is het met haar eens. 'Die avond slobberde Stella de lekschaal weer leeg. Ze hadden hem extra vol gedaan, omdat ze zo lang niets had gehad. Een paar uur later lag ze stijf en koud op zijn grootmoeders bed. Ontkennen had geen zin: het was hun schuld'. De manier waarop van Van Beijnum schrijft is soms nuchter en zakelijk, soms uitvoerig, plechtig en bijna sentimenteel. Lange, gedetailleerde beschrijvingen van personen, of voor Constant belangrijke gebeurtenissen worden vaak direct gevolgd door een korte zin. De stijl is fragmentarisch, hij schrijft in scènes. Toch kan hij kleine voorvallen heel gedetailleerd uitwerken. Als van Beijnum schrijft over abstracte dingen zoals onzichtbaarheid dan wordt zijn stijl ook anders. Hij gaat dan over op een poëtische manier van schrijven. Zo is het gezicht van zijn moeder 'gevangen in een egaal sneeuwwitte vlakte' Over het sluishoofd schrijft hij: 'Op het moment dat de deuren elkaar bijna raakten, werd het water kolkend voortgestuwd, dook het met een laatste, schuimende sprong door de nauwe kier' De taal van de Zeedijk drukt een duidelijk stempel op de taal van de roman. Drietje scheldt in bloemrijke taal, Ben doet regelmatig een duit in het zakje met zijn clichématige volkswijsheden en ook Constants grootmoeder heeft er wel eens een paraat. Bovendien geven de namen die de personages dragen een bepaald karakter aan de roman (Ben-van-het-deurtje, Lange Ton, Muis). Opvallend is, dat water en metaforen met water (zoals de duif die verdrinkt) niet alleen een belangrijke rol spelen, maar dat ook in de beeldspraak water regelmatig voorkomt: 'een eindeloze voortzetting van dat langzame wegdrijven'. En namen zijn niet zomaar gekozen. Constant Wegeman, is een jongetje dat zich steeds aan werkelijkheid wil om weg te dromen in zijn eigen fantasiën
Wat ik van dit boek heb geleerd zijn zeker wat levenswijsheden maar ook dingen die met schrijven en met taal te maken hebben. Kees van Beijnum heeft een schitterende, heel eigen stijl van schrijven, die helder is en waar ik me goede voorstellingen bij kan maken. Doordat ik zo intensief met dit boek bezig ben geweest heb ik gezien dat iedere schrijver zijn eigen taal heeft, zijn eigen woorden om een boodschap over te brengen. Van Beijnum gebruikt veel beeldspraak en dat maakt dit boek erg bijzonder. Door de beeldspraak en de gedichten kun je een deel van het verhaal persoonlijk maken. Het wordt iets van je zelf want de beelden die jij maakt zijn van je zelf. Niemand heeft bij zo’n gedicht of beeldspraak dezelfde gedachten of gevoelens. Door dit boek heb ik daarom kunnen leren nog beter te kijken naar de verschillende betekenissen van de woorden en woordgroepen. Dit boek heeft mij laten nadenken over welke verschillende betekenissen er zitten in hoe dingen worden verteld. Met welke woorden, welke toon en welke bedoeling. In dit boek leer je ook de geschiedenis van een van de bekendste volksbuurten van Amsterdam. Hoe het was om als klein jongetje op te groeien in de hoerenbuurt. Hoe je in zo’n volksbuurt als intelligent kind je zelf kunt redden door een eigen wereld te creëren.En door zelf op zoek te gaan naar de antwoorden op je vragen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Dichter op de zeedijk door Kees van Beijnum"