De slavenring door Simone van der Vlugt

Het Boek: Het is 78 v.C, de tijd van de Romeinse overheersing. Folkrad woont in het Rijnland met zijn sibbe. Op een dag loopt hij door het bos en ziet dat een meisje van zijn sibbe verkracht word door 2 Romeinen. Om het meisje te beschermen doodt hij de Romeinen en gooit ze in het moeras, waar ze naar de bodem zinken. Natuurlijk valt de verdwijning op en de Romeinen vallen die avond het dorp aan. Folkrad en het meisje zijn op dat moment niet in het dorp en het meisje vlucht. Folkrad rent terug naar het dorp, maar komt onderweg Romeinen tegen. Hij verstopt zich in het moeras. Daar blijft hij tot de rust is weergekeerd. Dan gaat hij terug naar het dorp, en ziet alle mensen van zijn sibbe, allemaal verminkt en dood. Hij blijft bij het verminkte lichaam van zijn vader zitten en hoort niet dat er 2 Romeinen aankomen. Ze nemen Folkrad gevangen. Folkrad wordt als slaaf op de slavenmarkt verkocht aan een schipper. Hij krijgt een brandmerk op zijn arm en wordt meegenomen naar het schip. Hij moet met een heleboel andere slaven naar Italië roeien. In Italië wordt hij weer doorverkocht aan Philos Kapolis, de lijfwacht van heer Lucius, een zeer machtig man in Pompeij. Hij krijgt een slavenring om zijn nek, met het familiewapen van heer Lucius. Heer Lucius is goed voor zijn slaven. Ze moeten hard werken, maar worden zelden of nooit geslagen en krijgen goed te eten. Folkrad ontmoet Chloë, een zwijgende, maar beeldschone slaaf. Hij wordt verliefd op haar. Folkrad moet heer Lucius begeleiden naar Pompeij. Wat Folkrad daar ziet kan hij niet geloven, er was een licht aardbeving en de halve stadspoort is naar beneden gestort. Folkrad krijgt van heer Lucius een speer, om hem te verdedigen als ze weer samen naar de stad gaan. In de lente komt de zoon van Lucius, Marcus terug. Marcus is een stuk minder goed voor zijn slaven. Ook Marcus heeft een oogje op Chloë, en hij verkracht haar regelmatig. Als Folkrad op een dag even vrij krijgt van Marcus, gaat hij met Chloë naar de stad. Als ze terugkomen staat Marcus ze op te wachten met een zweep. Hij blaft tegen Chloë dat ze naar zijn kamer moet gaan om “op te ruimen”. Als ze twijfelt, heft Marcus zijn zweep. Folkrad wordt hier zo kwaad om, dat hij in een opwelling de hooivork die naast hem staat grijpt en op Marcus richt. Die is het daar niet mee eens en beveelt Folkrad om zijn tunica uit te doen. Marcus slaat Folkrad met zijn zweep. Als hij eindelijk ophoudt neemt Chloë Folkrad mee naar de slavenvertrekken. In een donker kamertje verzorgt ze zijn wonden. Folkrad is bewusteloos, maar Chloë zingt voor hem. De kleine vlagen van bewustzijn die Folkrad heeft, hoort hij haar zingen. Als hij volledig hersteld is gaat hij met Chloë praten. Vanaf dat gesprek praat Chloë ook weer tegen de andere slaven. Op een dag wordt Chloë weer bij Marcus geroepen. Het zit Folkrad niet lekker en hij loopt ze achterna. De deur van Marcus’ slaapkamer zit niet op slot en hij loopt naar binnen. Daar ziet hij Marcus over Chloë heengebogen. Hij verkracht haar! Folkrad ziet het beeld van het meisje van zijn sibbe weer voor zich en wordt vreselijk boos. Hij springt bovenop Marcus en slaat hem met zijn vuist in zijn gezicht. Daarna duwt Folkrad hem tegen de muur en knijpt zijn keel dicht. Zo vermoordt Folkrad Marcus. Chloë zegt dat hij moet vluchten en Folkrad vraagt of ze mee gaat. Ze doet het niet en blijft bij heer Lucius. Folkrad neemt afscheid van Chloë en klimt dan over de muur met een tas vol spullen die Chloë heeft verzameld voor hem. Hij overnacht in een hut en vindt onderin de tas een vijl. Hij vijlt de slavenring van zijn nek af en begraaft hem. De dood van Marcus slaat in als een bom. Als hij begraven is is er een hevige aardbeving. Als de begrafenis af is gelopen gaat Chloë even naar de stad. Als ze in de stad is, volgt er weer een zware aardbeving. Deze houdt echter niet op. De Vesuvius, de vulkaan naast de villa van heer Lucius, komt tot uitbarsting. Een regen van puin daalt op Chloë neer. Als alles voorbij is, rent ze terug naar de villa. Maar een gloedwolk, die later uit het binnneste deel van de Vesuvius komt, vult haar longen met as en stof. Zo overlijdt Chloë. Ook Folkrad heeft het moeilijk. Hij rent voor zijn leven en hij overleeft de ramp wel. Hij besluit om zijn leven in Noviomagus weer op te pakken.