Michelagniolo Buonarotti
Vittoria Colonna
Niccolo Macchiavelli aan Francesco Guicciardini
Francesco Guicciardini aan Niccolo Macchiavelli
Tullia D’Aragona
Sommige worden dus meerdere malen gebruikt. Figuren: Giovanni Borgia: Hoofdpersoon is Giovanni Borgia. Hij is een bastaard, maar weet niet precies van wie. Hij gaat ervan uit dat hij een buitenechtelijke zoon is van Cesare Borgia. Wie zijn moeder was weet hij niet. Hij denkt Lucrezia, de zuster van Cesare, waarmee hij de vrucht zou zijn van bloedschande tussen broer en zus. Of tussen vader en dochter. Want er blijken zelfs geboorteaktes te zijn, één waarin hij Cesare als vader heeft en één waarin hij verwekt zou zijn door Paus Alexander, de vader van Cesare en Lucretia. Deze onzekerheid over zijn afkomst beinvloed zijn hele leven. Hij kan het niet verkroppen dat hij niet weet wie zijn ouders zijn en blijft daar dan ook het hele boek naar op zoek. Omdat hij niet zeker is van zijn afkomst kan hij niet naar de toekomst kijken en voelt hij zichzelf een mislukkeling. Ook word de naam Borgia altijd in verband gebracht met angst en schande. Als men de naam Borgia noemt stelt men zich gelijk vijandig en vol afkeer op. Hij voelt zich daar schuldig onder en kan daardoor ook niet trots zijn op zichzelf. Hij wil heel graag dat hij een Farnese is want dan is zijn onzekerheid verdwenen en kan hij de naam Borgia en alles wat daarmee geassocieerd word vergeten. Vittoria de Collona: Een al wat oudere mooie vrouw die haar echtgenoot, de hertog van Pescara, hevig bemint. Maar na een goed begin van het huwelijk is de hertog liever op het slagveld of bij andere geliefden dan bij zijn vrouw. Na zijn dood bezingt zij hem in gedichten, die haar beroemd maken in heel Italië. Maar zelf komt ze tot de conclusie dat ze nooit van hem heeft gehouden, dat zij veliefd is geweest op een beeltenis zoals ze hem wilde zien. Het is een superintelligente vrouw die alles diept doordenkt en gekweld wordt door de schuld en, zoals zij het ziet, haar eigen onwaarachtigheid. Als Giovanni haar voor het eerst ziet voelt hij zich gelijk aangetrokken tot haar, niet alleen vanwege haar uiterlijk maar ook dankzij haar karakter. Als hij haar enkele jaren later weer ziet vindt hij haar uiterlijk nog steeds aantrekkelijk maar wat hem het meest begeerde haar sterke karakter is verdwenen. Pietro Aretino: Pietro Aretino is een dichter. Het lijkt of hij iedereen kent, en hij bemoeit zich dan ook overal mee en weet alles over de gang van zaken tussen de hoogstaande personen. Ook weet hij alles over de achtergrond van deze personen en zo niet dan komt hij er vroeg of laat achter.Als je informatie nodig hebt moet je naar hem. Daardoor heeft hij veel invloed aan het hof van Rome. Hij herkent Giovanni Borgia meteen als hij hem op het Vaticaan ziet, en probeert achter zijn gedachten en ‘motieven’ te komen en informatie over belangrijke personen via hem te verkrijgen. Hij verkrijgt zijn informatie via Tullia d’Aragona, maar zij vertelt hem niks over Giovanni omdat ze van hem houdt. Ook hij wordt op een gegeven moment, als de verdeeldheid in Rome het grootst is, aangevallen en verminkt. Niccolo Machiavelli en Franscesco Guiccardini: In het boek wordt een brievenwisseling tussen Niccolo Machiavelli en Franscesco Guiccardini weergegeven. Zij schrijven veel over de politieke toestand. Machiavelli is een ideoloog, hij wil dat de Italianen zelf de macht in Italie in handen nemen, in plaats van de Spanjaarden of de Fransen. Hij is zelf eerst werkloos en wordt later in Rome aan het werk gezet. Guiccardini is een gouverneur, die wat realistischer tegen de dingen aankijkt dan Machiavelli en zich laat leiden door de paus. Tullia d’Aragona: Tullia is een courtisane, die samen met haar moeder in Rome woont. Haar moeder zet haar voortdurend onder druk om er alles aan te doen ‘de beste en mooiste te zijn’, om zoveel mogelijk vooraanstaande klanten te krijgen. Dit is ook een van de redenen dat Pietro Aretino er zo vaak komt: hij ‘gebruikt’ Tullia om informatie over al deze belangrijke mensen te krijgen. Tullia leeft bijna als een gevangene. Ze wil eigenlijk vrij zijn maar heeft niet de moed om tegen haar moeder in opstand te komen. Dit verandert als ze Giovanni Borgia ontmoet, ze wordt bijna meteen verliefd op hem. Hij wordt haar minnaar. Ze is bereid alles in de steek te laten om met hem mee te gaan. Hij wordt hier echter door verstikt en krijgt bovendien ruzie met Tullia’s moeder, Giulia. Het enige moment waarop Tullia weer terugkomt in het verhaal, is als Giovanni Borgia haar tijdens de plunderingen van Rome vindt. Er wordt verder niet geschreven wat er van haar terechtkomt maar het is zeer waarschijnlijk dat ze als bezit onder de soldaten word verdeeld. Michelagniolo Buonarotti: Michelagniolo Buonarotti is de beroemde kunstenaar Michelangelo. Hij wordt in het verhaal uitgedrukt als een somber en eenzaam man die alleen maar leeft voor zijn kunst. Hij vecht met een tweestrijd in zichzelf, omdat hij graag alle kunstwerken wil maken die hem als opdracht gegeven worden maar hij ze nooit af kan maken. Hij heeft daardoor een gevoel van onmacht en is ongelukkig. Aan het eind van het verhaal eet en drinkt en slaapt hij niet eens meer omdat hij daar geen tijd voor heeft, maar ook omdat hij dingen moet doen die hij eigenlijk helemaal niet wil en waar hij geen plezier in heeft. Morone: Een man die graag de macht in handen heeft. Hij probeert door allerlei intriges en complotten aan de macht te komen. Nadat hij eerst in de gevangenis heeft gezeten komt hij daarna uiteindelijk ook als hoog geplaatst persoon uit de bus. Hertog van Pescara: Ferrante is een man die eer heel hoog acht maar uiteindelijk wel gebruik moet maken van bedrog om geld en status te verwerven. Hij is een Spanjaard en dus keizerlijk gezind. Bij de veldslag van Pavia is hij ziek geworden en geeft vaak bloed op. Uiteindelijk sterft hij hier ook aan. Thematiek: Ik denk dat het thema onbereikbaarheid van het geluk is, omdat alle personen in dit boek een doel voor ogen hebben maar dit niet kunnen bereiken. Zo kan Giovanni niet gelukkig zijn totdat hij weet wat zijn afkomst is. Vittoria Colonnna zoekt naar liefde van haar man maar kan die niet vinden en beseft dat zij eigenlijk ook nooit van hem gehouden heeft wat er weer voor zorgt dat ze zich schuldig voelt. Michelagniolo is ook niet gelukkig omdat hij zijn werk nooit af kan maken. En Machiavelli en Guicciardini kunnen hun ideaal niet waar maken en voelen zich ongelukkig. Tullia verlangt naar de liefde van Giovanni die hij haar niet kan geven.
gebruikt. Vaak moet je een zin een aantal keer overlezen om hem te begrijpen. Ze gebruikt veel lange zinnen. Het komt vaak voor dat er een gesprek gaande is of er iets word verteld maar het niet meteen duidelijk is over wie het gaat. Er worden dan geen namen gebruikt. Het boek is ook lastig te volgen als je niks van de geschiedenis van Italie afweet. Titelverklaring: Titel: Er zijn eigenlijk twee verklaringen. Ten eerste slaat de titel op de kleur (scharlakenrood) van de gewaden van de geestelijkheid in het zestiende-eeuwse Rome. Uit eerdere conclusies blijkt al dat pausen en kardinalen het niet zo nauw namen met het celibaat waarin zij volgens hun geloof geacht werden te leven. Zij hielden zich nauwelijks bezig met geestelijke zaken, maar gedroegen zich als politieke machthebbers, die intrige, manipulatie en corruptie niet schuwden. Ten tweede kan de titel letterlijk geinterpreteerd worden namelijk de stad Rome was scharlakenrood ( een bloedbad) na de stijd van de Spanjaarden tegen de Paus.
Quetar on puo disir, ne par s’aspeti
L’eterno al tempo, ove altri cangia il pelo
Ik zeg: aan het verlangen van wat leeft
kan niet voldoen wat sterft, en de eeuwigheid
heeft niets aan de huidrimpelende tijd. Michelagniolo Buonarotti. Opdracht: geen. Secundaire informatie: De historie. Het is de tijd van de Renaissance. Rond 1530 was Spanje het rijkste koninkrijk van Europa. In 1492 had Columbus Amerika ontdekt en Spaanse veroveraars veroverden een groot deel van Zuid Amerika, waar ze schatten aan goud vandaan haalden. (Tot op de dag van vandaag wordt in Zuid Amerika, op Brazilië na, Spaans gesproken). In 1519 werd de Spaanse koning, Karel V, keizer van het Heilige Roomse Rijk, waardoor hij de heerschappij kreeg over Spanje, Duitsland, de Nederlanden en een groot deel van Italië. Hij creëerde het Habsburgse machtsblok, dat Europa 200 jaar lang zou domineren. (De Nederlanden voerden van 1568 tot 1648 de Tachtigjarige Oorlog tegen de zoon van Karel V, Philips II). Frankrijk was de enige rivaal van Spanje; sinds het begin van de eeuw streden Spanje en Frankrijk om de rijke stadstaten van Noord Italië. De belangrijkste gebeurtenis in de eerste helft van de zestiende eeuw was de controverse rond de godsdiensthervormingen. Vele christenen waren van mening dat de katholieke kerk, en de pausen in het bijzonder, corrupt waren. Als reactie hierop protesteerde de Duitse monnik Martin Luther in 1517 tegen de corruptie in de kerk. Er ontstond grote politieke en religieuze onrust in Duitsland, die leidde tot de Reformatie, die Europa gedurende 150 jaar in twee kampen zou verdelen. Rond 1530 had de Reformatie zich verspreid in Zweden, gevolgd door Engeland en Schotland. Aan de oostkant van Europa (globaal de huidige Balkan) overheersten de Ottomaanse Turken. In 1529 trok het Ottomaanse leger op tot Wenen. De stad werd niet ingenomen, maar desondanks was in 1530 sultan Soleiman de machtigste man ter wereld. De huidige oorlogen op de Balkan tussen christenen en moslims zijn op deze tijd terug te voeren. Historische personen die een rol spelen in het boek. Michelangelo (voluit Michelagniolo Buonarotti), beeldhouwer en schilder. Hij schilderde onder meer de plafonds van de Sixtijnse Kapel in het Vaticaan. In het boek beschreven als een gekwelde man, die door de veelheid aan opdrachten nauwelijks toekomt aan het omzetten in steen en verf van de visioenen en visies die hij heeft. Pietro Aretino, satirisch schrijver en dichter, befaamd en gevreesd om zijn schotschriften en satires, gericht tegen de groten van zijn tijd. In het boek wordt hij neergezet als een nieuwsgierige kwebbelkous, die zijn neus voortdurend in andermans zaken steekt en er niet vies van is zijn aldus vergaarde kennis te gebruiken voor intriges en manipulatie. Niccolò Machiavelli, geschiedschrijver, werd in 1498 tweede kanselier van Florence en vertoefde als agent van Florence enige tijd bij Cesare Borgia. Toen in 1512 De’Medici te Florence hersteld werden werd hij verbannen. Hij zette in zijn bekendste werk Il Principe (De heerser) zijn denkbeelden uiteen over politiek en macht. Daaraan hebben wij de term Machiavellisme te danken, een aanduiding van door puur eigenbelang ingegeven en door gewetenloos opportunisme gekenmerkt politiek handelen, waarbij het doel de middelen heiligt. Allen leefden in de periode waarin het boek speelt, de eerste helft van de zestiende eeuw. De’Medici was een machtige Florentijnse familie, waaruit onder meer pausen afkomstig zijn. Borgia (Italiaans; in het Spaans Borja). Deze familie speelt een belangrijke rol in de roman, omdat de hoofdpersoon een Borgia is, althans, dat denkt hij (hierover later meer). De Borgia’s zijn een oorspronkelijk Spaans adellijk geslacht dat zich met de verkiezing van Alfonso Borgia (1378-1458) in Italië vestigde. Naast Alfonso is het bekendste lid van de familie Cesare (1457-1507), zoon van paus Alexander VI, werd in 1493 kardinaal. Nadat hij in 1498 door de Franse koning Lodewijk XII tot hertog van Valentinois verheven was, gaf hij zijn kardinalaat op om te huwen. Hij veroverde Romagna, Umbrië en Sienna. Cesare Borgia was een typische renaissance-avonturier die in zijn streven naar macht en rijkdom niet terugeinsde voor moord en verraad. Daarnaast was hij een groot kunstbeschermer en een goed bestuurder. Machiavelli nam hem bij het schrijven van Il Principe als voorbeeld. Zijn (half)zuster Lucrezia was eveneens een dochter van Paus Alexander VI. N.B. Cesare, hoewel aan het begin van de roman al dood, en Lucrezia, spelen hoofdrollen in de roman, maar hebben dus echt geleefd. Hetzelfde geldt voor Michelangelo, Aretino en Machiavelli. Waarschijnlijk ook voor de overige personen. Hella Haasse heeft vermoedelijk diep in allerlei archieven gesnuffeld. Niet allen zijn echter terug te vinden in de encyclopedie. Bovenstaande beschrijvingen komen niet uit het boek van Haasse, maar uit geschiedenisboeken en encyclopedieën. Als je niets weet van de geschiedenis en nooit hebt gehoord van de hierboven beschreven personen kun je het boek niet volgen. Biografie: Hella Haasse\'s leven
REACTIES
1 seconde geleden