RECENSIE
“De Droevige Kampioen”, geschreven door Jan Brokken, gaat over de vergane glorie van een pingpongkampioen. De auteur heeft voor deze titel gekozen omdat de kampioen waar het over gaat, Riki Marchena, inmiddels helemaal afgetakeld is. Daarom kan ik me heel goed vinden in de titel. Het thema is Curaçao, de plaats waar het boek zich afspeelt. Ik vond het thema niet echt interessant, maar in het boek heb ik een ander beeld van Curaçao en zijn bewoners dan dat ik had. Je leert een beetje hoe de samenleving er daar uit ziet. Ik had nog nooit zo over Curaçao nagedacht, voor ik dit boek las.
De gebeurtenissen kwamen echt op je over. Ik vind dat heel goed van de schrijver. Ik lees liever boeken die waar gebeurd kunnen zijn dan fantasie boeken. Fantasieboeken kunnen ook mooi zijn, maar dan op een andere manier. Fantasieboeken laten op mij een mindere indruk achter dan werkelijke verhalen. Het boek is wel een boek van uitersten. Riki’s moeder wordt neergestoken door zijn vader, hij kan niet tennissen door een blessure en wordt een fantastische pingpongkampioen, en als het even iets minder goed met hem gaat steekt hij zijn eigen zaak in brand. Het zijn dus geen dingen die ik zelf of van dichtbij meegemaakt heb. De echte schokkende dingen worden niet schokkend verteld. Er worden geen echte harde woorden gebruikt, waardoor de gebeurtenissen ook niet als schokkend ervaren worden.
Het verhaal was heel mooi opgebouwd. Het boek bestond uit 75 hoofdstukken, en elk hoofdstuk komt er weer een ander persoon aan het woord. Riki zelf is het meest aan het woord. Boven aan wordt aangegeven wie er aan het woord is. De spreker verteld verder waar de vorige gestopt is. Ik had nog nooit een boek met zo’n opbouw gelezen. Ik vond het heel erg apart. Het verhaal was niet moeilijk te lezen. Er stonden geen lastige gedeelten in. Het boek was eigenlijk één grote flashback. De personen die vertellen kijken allen terug op het leven van Riki. Het was geen spannend boek, maar toch heb ik het met heel veel plezier gelezen. Het boek is in ik–vorm geschreven. Het zou een heel lastig verhaal worden om te lezen als het een andere verteller had. In dit verhaal was het dus goed dat het in ik-perspectief geschreven werd. Het wisselen van verteller was niet erg. Na een paar hoofdstukken weet je wie wie is en dan is het heel gemakkelijk te lezen. Het verhaal had een open einde, omdat je niet weet hoe het met Riki afloopt. Meestal vind ik een open einde niet leuk, omdat je dan niet weet hoe het met de hoofdpersoon af loopt. Nu weet je vrijwel zeker dat het niet goed met de hoofdpersoon af loopt, en dat wil hij zelf. Als hij het zelf vervelend had gevonden dan was het geen leuk einde geweest.
De personages waren heel duidelijk van vlees en bloed. Het waren absoluut geen types. De hoofdpersoon is niet echt sympathiek. Hij praat heel weinig en is heel erg streng voor zichzelf. Zijn trainster lijkt ook heel onsympathiek, maar verder in het boek blijkt dat heel erg mee te vallen. Ook Riki’s moeder is niet helemaal de leukste persoon in het boek. Zij speelt nogal erg de baas over iedereen. Het gedrag van de hoofdpersoon heeft me erg verwonderd. Hij stak zijn zaak in brand, en werd toen opgepakt. Na een tijdje ontkennen heeft hij toch toegegeven: hij vond een schoon geweten belangrijker dan vrijheid. Voor zijn schone geweten heeft hij 2 jaar in een gevangenis tussen ratten en kakkerlakken gezeten. Ik kon me best wel goed inleven in de hoofdpersoon, terwijl ik helemaal niks meegemaakt heb wat hij meegemaakt heeft. Ik kan me heel goed inleven in de hoofdpersoon. Maar op sommige momenten had ik anders gereageerd. Hij stak zijn zaak in brand omdat hij niet tegen de overmacht van zijn moeder kon, die regelmatig geld achterover drukte om haar pensioen te regelen. Ik had niet mijn eigen zaak in de brand gestoken.
Het boek was heel gemakkelijk te lezen. Het was heel leuk om te lezen, en het werd stond apart in het boek. Soms stond er op een hele regel slechts één woord. Daardoor liet het een aparte indruk achter. Er werd niet echt beeldend gesproken in het boek. Toch was alles erg duidelijk, omdat de beschreven zaken goed voor te stellen zijn. In het boek stonden nauwelijks dialogen. Het is moeilijk te zeggen waar ik van houd. Het ligt puur aan de schrijver hoe het geschreven wordt. Of er veel of weinig dialogen in staan doet me niet zoveel.
Het boek is zeker het lezen waard. Vooral als je ook nog een beetje van pingpongen houdt. Daar wordt heel mooi over verteld.
Het boek “De Droevige Kampioen”, geschreven door Jan Brokken heeft 349 bladzijdes. Het boek is in 1997 uitgegeven door uitgeverij Atlas.
SAMENVATTING
Ricardo Marchena, vaak Riki genoemd, wordt geboren als vierde kind in een gelukkig gezin in Parera, een arme buurt op Curaçao. Al snel ziet hij dat er spanningen zijn tussen zijn ouders. Zijn vader heeft een vriendinnetje die werkt als ijsverkoopster. Hij gaat er altijd met zijn kinderen naar toe “om een ijsje te halen”.
Zijn moeder gaat graag, opgemaakt en gewaagd gekleed, dansen in de stad. Het gaat een tijdje goed, tot vader het niet langer vol houdt. Hij kan het niet hebben dat zijn vrouw met zijn ‘concurrenten’ danst en flirt. Hij steekt zijn vrouw meerdere malen met een mes, waarna hij met de kinderen in de auto stapt en weg rijdt. Als hij uitstapt, zien de kinderen hoe hij een zelfmoordpoging doet door een fles brandend zuur leeg te drinken. Hij overlijdt in het ziekenhuis. Dit moment is tekenend voor Riki’s verdere leven. Hij is vastberaden om nooit meer zo’n verlies te lijden.
Riki is afkomstig uit een familie met een grote aanleg voor balsporten. Zijn beide broers zijn erg succesvol. De één als honkballer, de ander als tennisser. Riki gaat onder leiding van zijn oom tennissen. Maar hij heeft een beschadigde achillespees, wat hem dwingt te stoppen. Daarna gaat hij tafeltennissen. Hij blijkt er heel goed in te zijn. Hij leert heel snel, doordat hij heel goed kijkt naar trucjes en technieken van tegenstanders. Hij kijkt bij alle wedstrijden waar hij maar kijken kan, en noteert alle trucjes en technieken op een blocnote. Dat in combinatie met een hele goede trainer, mevrouw d’Oliviera, levert hem heel veel zeges op, en zelfs een wereldtitel. Op de Antillen wordt hij een groot voorbeeld voor de jeugd en krijgt de bijnaam ‘The Parera Kid’. Riki zoekt steeds nieuwe uitdagingen. Zijn oom Tonio zegt hier over: “Hij speelde om te vergeten. Als hij een week niet speelde, voelde hij verdriet opkomen; door aan wedstrijden deel te nemen, schakelde hij het uit.” (blz. 162)
Nadat hij de grote opstand tegen de maatschappelijke misstanden en ongelijkheid heeft meegemaakt op 30 mei 1969, wordt hij gevraagd campagne te voeren voor de politicus Papa Godett. Hij stemt toe en gebruikt zijn populariteit om stemmen te winnen. Na een tijdje stopt hij er mee op dat de corruptie pijn in zijn ogen doet.
Aan het eind van zijn sportcarrière besluit Riki om zijn prijzengeld te investeren in twee sportwinkels. Zijn moeder, die na de gebeurtenis met Riki’s vader met een minnaar naar Aruba is vertrokken, komt zich ineens weer met hem bemoeien. Zij krijgt een goede plaats in het goedlopende bedrijf van Riki, wat niet helemaal zijn plan was. Riki kan het niet over zijn hart krijgen zijn moeder te weigeren uit zijn bedrijf. Hij vlucht naar het casino, waar hij heel veel van de omzet vergokt. Hij houdt heel nauwkeurig bij hoeveel hij verspeelt, maar toch kan hij het niet verkomen dat er beslag op zijn winkel wordt gelegd door zijn schuldeisers. In een laatste poging om van de deurwaarders en zijn moeder af te komen steekt hij zijn zaak in Curaçao in brand. Hij hoopt zo met het verzekeringsgeld zijn andere zaak te kunnen houden en zijn schuldeisers te betalen. Na zijn arrestatie krijgt hij last van zijn geweten, en denkt erover om te bekennen. Toch ontsnapt hij het politiebureau. Een kennis verraadde hem daarna, en dat gaf hem de doorslag om te bekennen. Hij belandt voor 2 jaar in de gevangenis, waar hij boeken gaat lezen van Zarathoestra, waar heel veel spreuken van in het boek staan. Hier komt hij ook in contact met drugs. Hier begint zijn aftakeling. Na zijn 2 jaar gaat hij naar zijn moeder toe en daarna gaat hij zwerven. Al snel is er niks meer van de 10-malig pingpongkampioen over. De crack sloopt hem. Iedereen is erg bezorgd. Zijn familieleden en medespelers proberen hem allemaal te helpen, maar van de crack blijft hij niet af. Bij Padre Hofman, een voormalige kloosterling, leest hij veel over de filosoof Nietsche. Hij raakt helemaal in de ban van hem. Na vele pogingen om hem van de crack af te brengen, geven de laatste 2 hoofdstukken toch weer een beetje hoop. Hij zegt dat hij schoon wil worden. Hij wil als een nieuw mens het nieuwe jaar in gaan. Of het hem lukt, dat weet alleen de schrijver.
REACTIES
1 seconde geleden
W.
W.
Een heel goed bruikbaar verslag. Jammer dat er geen subtitels in staan. Maar ja, dat mogen wij ook niet doen
23 jaar geleden
AntwoordenK.
K.
het verslag heeft een paar fouten erin bv hij begon voor het gevangenis al verslaafd te worden aan drugs dat zegt mike dat hij na zijn toernoeien altijd een joint smookte o en ik woon in curacao en ik wil dat je weet dat curacao op dit moment niet echt zo is als in het boek
21 jaar geleden
Antwoorden