Eindexamens 2024

Wij helpen je er doorheen ›

De bovenbazen door Marten Toonder

Beoordeling 7.7
Foto van een scholier
Boekcover De bovenbazen
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 1546 woorden
  • 13 oktober 2003
  • 52 keer beoordeeld
Cijfer 7.7
52 keer beoordeeld

Boekcover De bovenbazen
Shadow
De bovenbazen door Marten Toonder
Shadow
ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
Leesverslag “De Bovenbazen” Technische Gegevens: Schrijver: Marten Toonder
Titel : De Bovenbazen
Eerste Druk: 1973
Derde Druk (gebruikt): 1978
Uitgeverij: “De Bezige Bij” uit Amsterdam
Motto en opdracht: Niet aanwezig
Titelverklaring: De 10 machtigste mensen heten de bovenbazen. Ze brengen de dag door met aandelen ruilen, en ze wonen met z’n allen in de Gouden Bergen. Ze duiden zichzelf aan met hun initialen, bijvoorbeeld Amos W. Steinhacker  AWS
Soort literatuur: Het is een tekststrip: Per aflevering twee/drie tekeningen met een tekstblok eronder. - Dit is een oude vorm in Europa - In 1897 ontstond in de Verenigde Staten de ballonstrip

B. Het is een feuilleton (een vervolgverhaal). - Iedere dag werd er één aflevering gegeven. Het begon in
De Telegraaf (1941-1944), later kwam het ook in: - De Volkskrant - NRC-Handelsblad - Eindhovens Dagblad - En nog een paar andere kranten - Iedere aflevering eindigde met een zin die spanning op moest wekken. C. Het is een dierverhaal. - Dit is een heel oude vorm - Het is géén fabel, want er is geen moraal - Het lijkt op een satire - De oudste Bommel-verhalen waren voor kinderen bestemd Structuur: - ab ovo, er is een gesloten einde - Het verhaal is niet ingedeeld in hoofdstukken of delen Samenvatting: De wereld is ongelijk verdeeld. Sommige mensen zijn rijk en anderen zijn heel arm. Dit is ook zo in het verhaal van De Bovenbazen. De tien rijkste mensen wonen erg afgelegen in de Gouden Bergen. Het enige wat ze doen, is het ruilen van aandelen met elkaar. Ze noemen elkaar met de initialen: Amos W. Steinhacker wordt Aws, Nahum Grind wordt NH, enz. Plotseling begint er een lampje te branden op de computer van de bovenbazen. Dit lampje wil zeggen dat er bijna iemand is die net zo rijk is als de bovenbazen. Aws moet poolshoogte gaan nemen. De man die bijna net zo rijk is als de bovenbazen is Olivier B. Bommel (OBB). Als OBB met zijn maatje Tom Poes aan het wandelen is en hij hoort Aws over hem praten, wil hij er meer van weten. Als OBB en Tom even later weg rijden maken ze een weddenschap dat Aws de baas is van het tankstation waar ze net hebben getankt. OBB wint en krijgt een duit. Daarna gaan ze naar de bank en storten de duit. Maar nu heeft zijn kapitaal de kritische grens overschreden. Hij hoort nu bij de bovenbazen en van Aws krijgt hij aandelen van DDT (dit is een insecten verdelger spray). In het bos komt hij Pee Pastinakel tegen die met de gele nerfknager- plaag bezig is. OBB wil wel helpen, maar Pee heeft daar spinnen voor. OBB helpt toch, maar in plaats van de insecten te doden, doodt hij de spinnen. Pee is nu boos, maar OBB wil nog een poging doen, maar nu met een sterkere dosis. Het lukt, de nerfknagers gaan dood. Maar ook de hele natuur waar de stof op is gekomen. Pee is nu erg boos en vertrekt naar een andere streek. Tom Poes komt met het idee dat er spinnen uit een niet-besmet gebied moeten komen naar het dode gebied. Aws is hier niet zo blij mee als OBB terug komt. Maar hij komt met het idee om spinnen te produceren. Aws vindt dit goed maar hij mag niet meer omgaan met Tom Poes, omdat dit een arm iemand is. Daarna ontstaat de DDT-crisis. Er gaat veel geld weg bij mensen, ook bij Joost, de bediende van OBB. Maar voor OBB is er niets aan de hand, want hij krijgt al het geld. OBB krijgt nu nieuwe aandelen: Generale Energie Syndicaat. OBB wil Joost een schadevergoeding geven voor het verliezen van zijn geld, maar dat mag hij niet doen van Aws. Joost neemt daarom ontslag. Er wordt een nieuw element ontdekt: Solium. Uit 2 km² komt 1 gram Solium. 1 gram Solium kan een stad een jaar voorzien van energie. OBB gaat beginnen met de Soliumwinning. Een tijdje later komt OBB Kwetal tegen in het bos. Kwetal heeft een futvoeder gemaakt (een toestel dat eeuwig draait op niets; ook wel het perpetuum mobile). OBB krijgt de futvoeder als hij stopt met de Soliumwinning, want het hele bos gaat eraan, als hij ermee door gaat. OBB gaat er mee naar de bovenbazen, maar die vinden het een slecht idee. Ze vinden dat de uitvinding + de uitvinder vernietigd moeten worden. OBB wordt “gevangen” gezet in zijn kamer bij de bovenbazen. Maar hij ontsnapt om Kwetal te waarschuwen. De bovenbazen volgen OBB naar Kwetal en willen hem gevangen nemen. Maar Kwetal kan toch vluchten. Intussen zegt OBB dat HIJ de uitvinder van de futvoeder is. Dus nu moet hij de futvoeder in zijn kluis zetten, zodat hij veilig staat en geen crisis kan veroorzaken. De Soliumwinning wordt stopgezet, omdat de arbeiders gaan staken. OBB is nu blij. Maar de bovenbazen zorgen dat hij nergens meer krediet kan krijgen hij kan zelfs niet meer tanken en brood kopen. Terwijl hij door het bos loopt, ziet hij dat de arbeiders weer aan het graven zijn. Ze zien hem en komen hem achterna, want ze zijn boos omdat ze geen 10% opslag hebben gehad. Hij gaat naar Tom Poes en van hem krijgt hij eten. Kwetal komt ook nog even langs om te zeggen dat het kappen van het bos is gestopt. Dan komen ze op het idee om de gram Solium die OBB van Proffesor Prlwytzkofski heeft gekregen, op het futvoeder aan te sluiten, zodat OBB’s geld loskomt. Ze gaan naar de bank, maar worden weer achtervolgd door de arbeiders. Ze worden ingesloten in de bank. Maar OBB gaat snel nar zijn kluis en laat alle solium in zijn kluis los. Dan wordt de middelpuntzoekende kracht van het grootkapitaal opgeheven door de middelpuntvliedende kracht van Kwetal’s wiel. De kluis barst en het geld schiet alle kanten op. De arbeiders zien het geld en denken dat het hun 10% opslag is. Het controlebord van de bovenbazen klapt ook uit elkaar. Tijd: - Het is chronologisch verteld - De verteltijd is 101 pagina’s (ook wel 101 afleveringen) - De vertelde tijd is moeilijk te bepalen, waarschijnlijk een jaar - Het is een niet-continu verhaal, want de bouw van de fabriek wordt overgeslagen Ruimte: - De Gouden Bergen - Bommelstein - Rommeldam - Het natuurgebeid waar Kwetal en Pee Pastinakel wonen Figuren: Het zijn allemaal flat characters, want de karakters liggen allemaal (min of meer) vast. Olivier B. Bommel - Hij is erg rijk en woont op een kasteel - Hij is het voorbeeld van een antiheld - Hij is grappig, omdat hij voortdurend fouten maakt; deze fouten moeten door zijn vriend Tom Poes weer worden opgelost. Hij is ook grappig, omdat hij zichzelf heel slim vind, terwijl hij dat niet is. Hij was één keer wel slim, want toen ze hem vroegen wie de uitvinder van de “Futvoeder” is, zei hij dat hij dat was. Tom Poes - Tom Poes woont alleen in een huisje - Hij is nogal slim
Joost - Hij is de bediende van Olivier B. Bommel - Hij verliest zijn geld door aandelen DDT te kopen - Hij neemt ontslag (dit komt in de Bommelverhalen vaak voor) Amos W. Steinhacker - Eén van de bovenbazen - Hij bezit alle olie - Hij moet niets van de natuur hebben, want die werkt voor niets

Steenbreek - Secretaris van Amos W. Steinhacker
Kwetal - Een geniale dwerg - Hij vindt de perpetuum mobile (de futvoeder) uit - Hij heeft ontzag voor Bommel, omdat die groter is
Prof Prlwytzkofski - Een geleerde die de solium winning leidt
Pee Pastinakel - Het is een dwerg - Hij is de tuinman van het bos Auctoriale vertelsituatie: - De verteller schakelt van de ene ruimte over naar de ander (hij is dus alwetend) - Hij geeft allerlei extra informatie - Hij spreekt tegen de lezers Stijl: A. Ieder figuur heeft een eigen taalgebruik
B. Toonder maakt gebruik van neologisme (zelf verzonnen woorden) - Bommel heeft vaste uitspraken: “Als je begrijpt wat ik bedoel…” “Zoals mijn goede vader zei…” “Geld speelt geen rol” - Joost gebruikt afgezaagde beleefdheid formules: “Met uw welnemen” “Als ik zo vrij mag zijn” “Als u mij wilt verschonen” - Kwetal heeft allerlei neologismen: - Denkraam - Futvoeder - Pee Pastinakel heeft ook neologismen: - Nerfgraver (schadelijk insect) - Giljoen (heel veel) - Prof Prlwytzkofski heeft een soort mengeling van Duits en Nederlands Thema: Het is satirisch (kritiek op een grappige manier) - Tegen de grote bedrijven die zich niets aantrekken van de kleine beleggers - Tegen de bovenbazen die de natuur vernietigen
Symbolische namen: - Grootgrut (de kruidenier) - Kwetal - Bulle Bas (de snauwende commissaris) Biografische en bibliografische gegevens: Marten Toonder werd geboren in 1912 in Rotterdam. Zijnn vader was gezagsvoerder bij de koopvaardij. In 1931 kwam hij, op reis met zijn vader, in Argentinië. Daar leerde hij een bekende striptekenaar kennen. Daarna ging hij dat vak ook beoefenen. In 1941 kreeg hij de kans een stripverhaal te publiceren in De Telegraaf, omdat de Duitsers Amerikaanse strips hadden verboden. Van 1941 tot 1944 en van 1947 tot 1986 publiceerde hij iedere dag een aflevering van verhalen rond Tom Poes en Hr. Bommel in verschillende kranten: De Telegraaf; NRC Handelsblad; De Volkskrant en het Eindhovens Dagblad. - Vanaf 1973 bestaan de Toonders Studio’s - Vanaf ± 1967 bestaan er boekuitgaven van de Bommelstrips

REACTIES

M.

M.

Futje in verslag over de Bovenbazen van Marten Toonder. De eerste druk in boekvorm, als een van drie verhalen in Geld speelt geen rol, verscheen in 1971 bij De Bezige Bij in Amsterdam. Het in dit boek opgenomen verhaal De Bovenbazen verscheen als krantenstrip in 1965.
namens mijn vader, Max Willemse

18 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De bovenbazen door Marten Toonder"