titel: De Aanslag
plaats van uitgave: Amsterdam
jaar van uitgave: 1987, 19e druk (1982) aantal bladzijden: 254 2. motto
Overal was het al dag, maar hier was het nacht, neen, meer dan nacht. C. PLINIUS CAECILIUS SECUNDUS
Epistulae, VI, 16 3. korte inhoud
Aan de rand van Haarlem staan langs het Spaarne vier villa's. In 'Buitenrust' woont de familie Steenwijk. Links van hun villa staat de villa van de familie Beumer en rechts staat de villa van meneer Korteweg en zijn dochter Karin, daar weer naast stond de villa van de familie Aarts. In de straat van Anton wordt Fake Ploeg, commissaris van politie, doodgeschoten waarna hij door de buren bij hen voor de deur wordt gelegd. Peter wil hem terugleggen, dit lukt niet, hij neemt Ploegs pistool en vlucht. De familie Steenwijk wordt uit hun huis gesleept en hun huis wordt verwoest. Anton komt dan in een cel terecht waarna hij naar zijn oom en tante in Amsterdam mag. Na de oorlog wordt hij door een studievriend uitgenodigd voor een feestje in Haarlem waar hij sinds de oorlog niet meer geweest was. Hij gaat vervroegd weg op het feestje en gaat een kijkje in zijn oude straat nemen waar mevrouw Beumer hem binnenvraagt. In 1956 zijn er rellen in Amsterdam omtrent het communisme. In de portiek van zijn kamer ontmoet hij Fake Ploeg jr. die hij mee naar binnen vraagt waar een hevig gesprek plaatsvindt. Anton trouwt met Saskia waarvan hij een kind krijgt, Sandra. Op een begrafenis ontmoet hij Cor Takes (Gijs) die Ploeg blijkt te hebben doodgeschoten. Anton wil er eigenlijk niet over praten maar Cor wil toch z'n verhaal kwijt. De vriendin van Cor, Truus, die is doodgeschoten door de Duitsers, blijkt bij Anton in de cel te hebben gezeten. Later komt hij Karin Korteweg tegen, die hem verteld dat haar vader het lijk versleept heeft omwille van zijn hagedissen. Het mocht niet bij de familie Aarts voor de deur komen te liggen omdat die Joden hadden. Nu weet Anton alles omtrent de aanslag. II ANALYSE
4. structuur
De hoofdpersoon van het boek is Anton Steenwijk. Zijn leven wordt geschetst van zijn tienerjaren tot zijn vijftigste, zestigste jaar. Anton is rustig, beschouwend en intelligent. Hij is gevoelig en interesseert zich voor kunst. Voor geschiedenis en politiek heeft hij geen belangstelling. Hij heeft geen vijanden, maar eigenlijk ook geen vrienden. Agressief of haatdragend is hij niet, zelfs niet ten opzichte van de Duitsers, of Fake Ploeg. Door de eigenschappen van Anton en zijn opvattingen, wordt duidelijk dat we te maken hebben met een round character. Dat blijkt eveneens uit het feit dat hij een ontwikkeling doormaakt. Zoals iedereen verandert hij, doordat hij ouder wordt. Aanvankelijk is hij volgzaam, later wordt hij zelfstandiger, zelfbewuster. Hij ontwikkelt eveneens een zeker gevoel voor humor, waardoor hij bijvoorbeeld bepaalde emoties in de hand kan houden. Opvallend is verder dat hij langzamerhand meer waarde gaat hechten aan materiële zaken. Andere ontwikkelingen in zijn persoonlijkheid zijn een gevolg van het steeds completer wordende beeld van de aanslag. Zijn handelen wordt hier soms direct door beïnvloed, zoals bij de scheiding van Saskia. Ondanks zijn rustige karakter bleek uit zijn migraine dat al het duistere rond de aanslag toch aan hem vrat. Ten gevolge van de laatste gebeurtenissen raakt de a-politieke Anton geïnteresseerd in de wereldpolitiek, hij beseft dat er samenhang bestaat tussen zijn eigen lot en dat van de wereld. Vader Steenwijk is griffier bij de rechtbank. Dit beroep symboliseert zijn houding bij de aanslag: hij kan alleen toekijken (registreren wat er gebeurt), maar niet ingrijpen in de situatie. We hebben hier misschien te maken met een verwijzing naar Toth, de Egyptische god die griffier is bij het dodengericht van de maangod Osiris. Vader Steenwijk is een flat character. Moeder Steenwijk en Antons broer Peter zijn ook flat characters. Zij sterven in de eerste episode, al komt Anton daar pas later achter. De eerste vrouw van Anton is Saskia de Graaff. Hij ontmoet haar in 1960 in Londen. In 1961 trouwen ze. Zij is ook een flat character, net als haar vader. Meneer de Graaff zijn opvattingen over politieke gebeurtenissen worden volledig bepaald door de normen die hij in de tweede wereldoorlog hanteerde: de Amerikanen zijn goed en dus zijn hun tegenstanders slecht. Zijn vrouw, mevrouw de Graaff is ook een flat character. De dochter die Anton van zijn eerst vrouw krijgt is Sandra Steenwijk. Zij is ook een flat character. Ze staat model voor de generatie die omstreeks 1980 volwassen wordt: wonen in een kraakpand, ongehuwd moeder worden. De tweede vrouw van Anton is Liesbeth. Zij is weer een flat character. Ze geeft Anton in tegenstelling tot Saskia, het gevoel los te kunnen komen van de oorlog, omdat zij na de oorlog geboren is. Truus Coster handhaaft ook in de diepste ellende hoge ethische waarden. Zij worstelt met de vraag hoever iemand kan gaan bij de bestrijding van de fascisten zonder zo te worden als zij. Takes vertelt bijvoorbeeld dat zij heeft geweigerd de kinderen van Seyss Inquart te ontvoeren. Heel kenmerkend zijn ook haar uitspraken over de uitstralende kracht van de liefde op degene die bemind wordt. Ze is een onopvallend, vriendelijk meisje van een jaar of drieëntwintig. Ze heeft dik, golvend haar tot op haar schouders, donkerblond vermoedelijk. Zij is ook een flat character. Cor Takes kijkt alleen naar het heden voor zover dat rechtstreeks te maken heeft met de tweede wereldoorlog. Hij heeft zichzelf buiten de maatschappij geplaatst, is aan de drank en woont boven een voormalig hoofdkwartier van het verzet, een soort heiligdom. Zijn normen zijn niet genuanceerd, zoals die van Truus Coster. De oorlog duurt voor hem nog steeds voort. Hij is wederom een flat character. Fake Ploeg Jr. heeft zich omhoog gewerkt uit de vernederingen die hij als zoon van een NSB-er na de oorlog heeft moeten ondergaan. Zijn houding tegenover actuele gebeurtenissen wordt niet door de actualiteit bepaald, maar door die vernederingen en de wil zijn vader te rechtvaardigen. In tegenstelling tot Anton is hij niets vergeten, wil ook niets vergeten. Hij lijkt uiterlijk op zijn vader, en heeft ook diens ideeën overgenomen, maar Mulisch heeft van hem geen simpel type gemaakt, hij komt heel menselijk over in zijn emoties en is oprecht in zijn erkentelijkheid voor Antons houding in de klas. Hij is al weer een flat character. Karin Kortewegs levensloop is volledig bepaald door haar schuldcomplex en dat van haar vader, ze is niet getrouwd, leeft van de steun en zelfs haar biecht verlost haar niet: Anton laat haar hulpeloos achter. Zij is zeker een flat character. 5. tijd
De periodes waarin het verhaal zich afspeelt zijn achtereenvolgens: 1945, 1952, 1956, 1966 en 1981. De vertelde tijd is bijna 37 jaar. Het verhaal wordt chronologisch verteld, maar er zijn af en toe wel verwijzingen naar vroegere of latere gebeurtenissen. Je zou dit flashbacks kunnen noemen, maar het is niet zo dat Anton iets in het verleden beleeft. Dit is bijvoorbeeld zo in hoofdstuk 3 van de tweede episode (p 100), als hij met mevrouw Beumer over de oorlog praat. Uit de genoemde periodes worden telkens maar één of twee dagen detaillistisch beschreven. Er zitten dus grote hiaten in t verhaal. In elk eerste hoofdstuk van een episode wordt de tijd tussen de vorige en de nieuwe episode samengevat, om deze hiaten te overbruggen. Dit noemt men tijdsverdichting. 6. ruimte
De aanslag, de belangrijkste gebeurtenis uit de roman, wordt gepleegd in Haarlem. De kade in Haarlem, waaraan Anton woonde, wordt in de proloog uitvoerig beschreven. In 1952 gaat Anton voor het eerst na de aanslag terug naar Haarlem. Anton voelt overeenkomst tussen hemzelf en de stad: "Wat hij zag, was geen stad als zoveel andere op aarde: zij verschilde er van zoals hij van andere mensen" (blz. 82). Anton wil nooit meer terug naar Haarlem, niet meer herinnerd worden aan de aanslag. Later gaat hij er echter nog een keer met Sandra naar toe. Na de aanslag woonde Anton bij zijn oom en tante aan de Apollolaan in Amsterdam. Apollo is de god van het licht. Dit staat in tegenstelling tot de duistere gebeurtenis in Haarlem. Toen Anton in 1953 op kamers ging wonen, "verdween dat Haarlem van januari 1945 nog ver achter de horizon" (blz. 109). In 1969 kocht Anton een huis in Toscane, waar hij de vakanties doorbracht. Hij kwam er erg graag, wilde zich er later zelfs permanent vestigen. Hij genoot vaak van het uitzicht op het landschap dat in ieder geval ver verwijderd was van Haarlem, 1945. Toch maakt Anton juist in Toscane een crisis door. Daarna hadden het huis en het uitzicht hun volmaaktheid verloren, "zoals een mooi gezicht ontsierd wordt door een litteken"(blz. 214). De donkere cel, waar Anton praatte met het meisje, was heel belangrijk voor hem. Het symboliseert de duisternis en het isolement waarin Anton na de aanslag verkeerde. In die donkere cel was één lichtpuntje, de vingertoppen van het meisje over Antons gezicht. Naar dat licht is Anton zijn hele leven op zoek. Verder verdient het huis van Takes vermelding. Het souterrain leek op een ondergronds hoofdkwartier. Voor Takes was het nog steeds oorlog. 7. perspectief
Er is een auctoriale vertelwijze, een alwetende, zichtbare verteller, die het verhaal over Anton vertelt, wat objectief is, en een personaal perspectief, via Anton, wat subjectief is. Vooral in de proloog en op de laatste bladzijde van de roman zien we de zichtbare verteller duidelijk aan het woord. Hij maakt algemene opmerkingen, bijvoorbeeld (op blz. 20) over de namen Anton en Adolf. Hij geeft af en toe uitleg, zoals over het liedje dat Anton zong (blz. 21). De vertelinstantie weet wat er later gebeurde(o.a. op blz. 60) als Anton van de Duitsers brood met beleg krijgt. Hij maakt af en toe opmerkingen tussen haakjes(bijvoorbeeld op blz. 71). De alwetende verteller weet meer dan Anton (zie blz. 65). Vooral bij de eerste episode is dat belangrijk omdat de twaalfjarige Anton nog te jong is om alles te begrijpen. We zien later, vooral bij de gesprekken tussen Anton en Takes, dat Anton veel uit 1945 vergeten is, voornamelijk het gesprek met het meisje in de cel. Dit vertelperspectief is heel belangrijk voor de scène in de cel. Grotendeels via Anton, die er weinig van begrijpt, verneemt de lezer nauwkeurig wat het meisje vertelt en betoogt. De lezer zal haar woorden onthouden, maar het tegelijk heel natuurlijk vinden dat Anton die op dat moment pas twaalf jaar is, ze later vergeten is. Dit verschil in herinnering tussen de lezer en Anton wekt spanningsverhogend, want de lezer vraagt zich af of, en zo ja hoe de geheugenblokkade bij Anton zal worden opgeheven. III INTERPRETATIE 8. titeluitleg
Er werd een aanslag gepleegd op Fake Ploeg en die aanslag heeft het leven van de familie Ploeg, Cor Takes, Truus Coster, de familie Steenwijk en anderen, maar vóóral Anton Steenwijk, voor de rest van hun leven (hoe kort dan ook) getekend. 9. motto-uitleg
Het motto van dit boek is ontleend aan een brief die deze Romeinse senator schreef aan de geschiedschrijver Tacitus, waarin hij verslag doet van de rampzalige uitbarsting van de Vesuvius in het jaar 79, waardoor Pompeji werd bedolven. De aanslag is ook zo’n ramp waardoor Anton in een diepe duisternis terechtkomt, ook letterlijk: in de duisternis van de cel. Net als van de vulkaanuitbarsting zijn de gevolgen van de aanslag langdurig, of zoals Mulisch aan het begin van de tweede episode schrijft: “De aswolk uit de vulkaan stijgt naar de stratosfeer, draait om de aarde en regent nog jaren later op alle continenten neer.” In een radiogesprek vertelde Mulisch dat hij het citaat al lang geleden had gevonden in de catalogus van een tentoonstelling over Pompeji. Het had hem getroffen en hij had het genoteerd met de bedoeling het eens te gebruiken als motto. 10. motieven
Verhaal motieven: dobbelsteen; dit symbool van het lot komt een aantal malen voor als Antons leven een belslissende wending neemt, bijvoorbeeld vlak voor de aanslag en aan het begin van de crisis die hij doormaakt in Italië (p. 23, 27, 73, 212). cryptogram; Anton heeft een bijzondere voorliefde voor het oplossen van cryptogrammen (p.112); in de laatste episode zoekt hij een woord voor ‘puinhoop’. Dat woord, ‘ravage’, is van toepassing op zijn eigen leven: hij heeft zojuist gehoord dat de oorzaak van de dood van Peter en zijn ouders de hagedissen van Korteweg waren; zijn raadsel is opgelost, maar de reeks oorzaken en gevolgen die hij nu kent, kun je met recht een ravage noemen (p. 225, 252). Algemene motieven: -onzekerheid -tegenstellingen -schuld -verantwoordelijkheid 11. thema
Het belangrijkste thema is ongetwijfeld het onderscheid tussen schuld en verantwoordelijkheid. Mulisch wil zeggen dat iemand verantwoordelijk is voor wat hij gedaan heeft, voor de handeling zelf, niet voor de reactie van anderen daarop. Schuldig is degene die verkeerd handelt, maar iemand kan niet schuldig worden verklaard aan handelingen van een ander. In het boek duikt de schuldvraag steeds weer op, steeds blijkt ook dat het moeilijk is te zeggen of iemand schuld heeft, omdat grenzen tussen goed en kwaad moeilijk te trekken zijn. Het gaat te ver te zeggen dat ook Anton zich schuldig voelt, toch ervaart hij soms iets dat omschreven zou kunnen worden als zich niet helemaal onschuldig voelen. 12. auteur
Voordat ik De aanslag gelezen had, had ik al veel over het boek gehoord. Het moest een goed boek zijn dat iedereen gelezen moest hebben. Maar het boek viel me erg tegen. Ik kon me niet goed inleven in de hoofdpersoon, het boek was voorspelbaar, en naar mijn mening saai. De vele verwijzingen naar de oudheid die de schrijver gebruikt vond ik vaak niet toepasselijk en storend. Ik heb ze denk ik ook niet altijd begrepen. Er was weinig spanning in het verhaal, ik had niet het gevoel dat ik het boek uit wilde lezen. Het verhaal was wel geloofwaardig, maar gewoon een standaard oorlogsverhaal. Het was denk ik een realistisch verhaal, maar omdat ik de oorlog niet meegemaakt heb, weet ik niet hoe goed ik dat kan beoordelen. Dat mensen daar zo’n groot trauma aan overhouden kan ik wel heel goed begrijpen. Het verhaal is als je puur naar de Tweede Wereldoorlog kijkt niet actueel meer, maar er is nog genoeg oorlog in de wereld, dus als je het zo bekijkt is het trauma van Anton nog wel actueel. Voor jongeren in Nederland is het misschien niet zo’n actueel verhaal, omdat zij weinig tot niet met de oorlog te maken hebben. Ik ben het eens met het thema van dit verhaal. Je bent verantwoordelijk voor je eigen daden, en je kunt niet veroordeeld worden voor de daden van anderen. Toch is dit iets dat nog steeds vaak gebeurt. En dit zal waarschijnlijk ook altijd zo blijven. Dit zal positief bijdragen aan de actualiteit van het boek. Ik herken geen situaties of gevoelens uit het boek. Ik vind het daarom ook moeilijk om me in te leven in de hoofdpersoon. Ik kan me het best inleven in de figuur van Truus Coster. Ook al komt zij maar kort voor in het boek, haar manier van denken, en haar gevoelens kan ik heel goed begrijpen. Als je later, als Anton bij Takes op bezoek is, nog meer over haar te weten komt, wordt dit alleen maar sterker. Ze komt bij mij als de meest menselijke persoon over. Over dit onderwerp heb ik onbewust wel eens nagedacht. Ik heb er alleen nooit echt bij stil gestaan. Hij lijkt zo logisch om aan te nemen dat iedereen verantwoordelijk is voor zijn eigen daden, en dat je niet verantwoordelijk bent voor andermans daden, maar dit boek laat zien dat dit echt niet zo vanzelfsprekend is. Voor mij persoonlijk heeft dit boek niet veel te betekenen. Ik vind het fijn dat ik dit boek gelezen heb, omdat het toch een heel bekend boek is, maar het heeft me lang niet zo erg geboeid als ik gedacht had. Misschien dat dit verandert als ik het boek nog een keer lees als ik ouder ben, maar op dit moment is het boek niet echt aan mij besteed. V GERAADPLEEGDE LITERATUUR - -het boek De Aanslag van Harry Mulisch, titelpagina, bibliografie op de laatste bladzijde, (titelbeschrijving, auteur) - - het boekje Harry Mulisch De Aanslag – de analyse en samenvatting van literaire werken, memoreeks van Jan Heerze, p. 35-19-20-27-28-29-30-25-26-33-34-31-5-6 ( motto, structuur, verhaalfiguren, perspectief, motto-uitleg, motieven, thema, auteur) - -de internetpagina http://huiswerk.scholieren.com/uittreksels/view.php3?naam=1599.html (korte inhoud, tijd, titeluitleg) - -de internetpagina http://huiswerk.scholieren.com/uittreksels/view.php3?naam=aanslagmulisch14.html ( titeluitleg, perspectief, ruimte, auteur) - -het boek Literatuur zonder grenzen van Lily Coenen, Ton Kox en Bram Noot, p.308&309
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
P.
P.
dit is egt slecht man!
veel te lang
12 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
Allemaal leuk en aardig maar je hebt delen klakkeloos overgetypt uit de literaire analyse van Jan Heerze die bij je bronnenlijst staat.
7 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
En van typografische kenmerken heb je ook geen kaas gegeten...
7 jaar geleden
Antwoorden