Le professeur a disparu door Jean-Philippe Arrou-Vignod

Opdrachten 1. Een verslag van Mathilde, ze schrijft dat ze een geschiedeniswedstrijd op school heeft gewonnen, en dat ze nu op het station staat. Samen met 2 jongens en haar leraar gaat ze even weg. 2. Verslagje van Rémi, die ook mee mag. De treinreis duurt lang, al heeft hij wel zin in de dagen Venetië. Hun klasgenoten zijn jaloers dat ze weg mogen. M. Coruscant, de geschiedenisleraar, is mee. Omdat het een nachttrein is, hebben ze veel eten bij zich
3. Verslagje van Pierre-Paul. Hij bedankt z’n ouders dat hij naar Venetië mocht, en voor z’n nieuwe balpen die hij voor Kerst heeft gekregen. Hij heeft zin in Venetië, maar de reis valt hem tegen

4. Mathilde heeft een droom. Ze ziet een man met een jas en een koffer in hun kamer. Ze denkt dat het een reiziger is. Ze denkt dat het een hypnotiseur is. 5. Als ze wakker worden is de leraar weg! Ook al zijn spullen. Mathilde maakt in paniek de twee jongens wakker. Samen gaan ze hem in de trein zoeken. 6. Ze zijn nog een halfuur van het station waar ze uit moeten stappen, en M. Coruscant is nog steeds weg. Een situatiebeschrijving: - niemand heeft hun leraar die morgen gezien - zijn spullen zijn weg, met hún paspoorten, die had de leraar bij zich - ze hebben niet veel geld bij zich
Dan vinden ze een briefje op hun kamer met een geheime boodschap, waardoor ze denken dat hun leraar ontvoerd is. 7. Pierre-Paul (P.-P.) neemt de leiding, omdat de anderen niet weten wat ze moeten doen. Ze stappen de trein uit en besluiten Venetië in te gaan. 8. ze lopen rond in Venetië en ze gaan ergens wat eten en drinken van het weinige geld dat ze hebben. Ze spreken geen Italiaans, maar P.-P. probeert het met Latijn. Ze besluiten om diezelfde avond maar terug te gaan met de trein. 9. Er is carnaval in Venetië, veel harlekijnen en maskers. Met de boodschap op het briefje ontdekt P.-P. dat ze in de buurt van een museum zijn dat op het briefje staat. Ze gaan niet terug naar Frankrijk, dit is een aanwijzing. 10. Ze bezoeken het museum, dan ontdekken ze dat er ook een datum op het briefje staat, in Romeinse cijfers. Het is de datum van die dag! 11. Voor het Venetiaanse paleis, wat het museum is. Ze zoeken een schilderij van ene Longhi, ze denken dat een schilderij van hem zal worden gestolen die nacht. 12. tussenhoofdstuk, geen belangrijke dingen
13. ze blijven verder zoeken naar aanwijzingen, en zien zo ook nog wat van de stad, zoals een kerk en veel duiven. Ze willen gaan proberen om de nacht in het museum door te brengen om de ontvoerders van hun leraar te pakken. 14. Onderweg naar het museum bespreken ze of ze een plan hebben. Tot nu toe nog niet
15. P.-P. heeft een plan om in het museum te blijven. Mathilde leidt de bewaker af, en Rémi en P.-P. verstoppen zich bij de loketten. Later verstopt Mathilde zich ook. 16. P.-P. wordt een beetje claustrofobisch, ze zitten in een kleine ruimte. Na sluiting gaan ze het museum rond. Dan komen er een paar mannen, en daar schrikken ze heel erg van. 17. Als de mannen weg zijn en de zaklamp aangaat merken ze dat er geen schilderij is gestolen, maar wel dat P.-P. is ontvoerd. Ze besluiten om te gaan slapen en de volgende dag wel verder te zien. 18. Ze vonden een briefje, waarop stond dat ze de politie vooral niet moesten waarschuwen, ze doen dit ook niet. In de stad merken ze dat ze gevolgd worden, ze denken door een van de kidnappers, maar het is M. Coruscant maar. 19. In een restaurant legt de leraar uit wat er is gebeurd. Onderweg in de trein wou hij wat te drinken gaan halen, en hij heeft toen zijn spullen meegenomen, ivm met dieven. Toen is hij per ongeluk in de verkeerde trein gestapt. Hij kwam in Zwitserland terecht. Hij kreeg hulp van signor Colibri. Ze besluiten om naar het paleis terug te gaan. 20. In het museum merken ze dat een schilderij van Longhi is verwisseld voor een vervalsing. 21. Als ze het briefje bekijken, zien ze een watermerk van een hotel. M. Colibri weet waar dat is, en ze gaan naar het hotel toe. 22. Als ze bij het hotel komen, vraagt M. Colibri, die daar connecties heeft, of ze de camera’s mogen zien. Daar zien ze Pierre-Paul met een paar mannen weggaan, en later in een gondel, met het schilderij. Ze besluiten ze te achtervolgen met een gondel. De ontvoerders van Pierre-Paul gaan sneller, maar P.-P. dreigt het schilderij in het water te gooien. 23. De ontvoerders raken in paniek, en ze vallen in het water. Ze kunnen nu worden gepakt, en P.-P. is weer vrij. 24. Signor Colibri nodigt de kinderen en M. Coruscant uit voor een paar-daagse rondleiding door Venetië.