De geheime tuin
Mary was een verwend, lelijk en mager kind dat altijd haar zin krijgt.
Ze is geboren in India.Omdat haar vader een erg hoge functie had en haar moeder nog jong was en liever uit ging met haar vriendinnen zorgen bedienden voor haar.
Toen de cholera epidemie was uitgebroken stierfen haar moeder en haar vader.
Omdat Mary zo onaantrekkelijk en verwend was en gewend was altijd haar zin te krijgen, kon ze niet opschieten met de andere kinderen. Ze had dan al gauw een bijnaam 'Mary wil niet'.
Daarom moest ze naar haar oom in Engeland. Hij woonde in Misselthwaite, een groot oud landhuis, dat in een sier-en moestuin lag.
Haar oom ging na de dood van zijn vrouw veel reizen en als hij thuis was ging hij in een kamer zitten en liet zich dan niet zien. Dit deed hij ook omdat hij een bochel op zijn rug had.
Mevrouw Medlock kwam haar ophalen. Zij was een bediende van Mr. Craven.
Toen ze aan kwamen was het al donker en laat. Ze hadden een vermoeide trein reis achter de rug. Mary had 2 van de honderden kamers , één was haar slaapkamer en de andere was haar speelkamer.
De volgende ochtend zag ze Martha, een boerenmeisje dat uit Yorkshire kwam. Mary vond Martha maar een rare bediende, Ze kleedde haar niet aan, ze deed haar schoenen niet aan en kamde haar haar niet. Martha stond versteld dat Mary dat niet kon en ging het haar leren.
In de speelkamer was niet veel te doen en dus moest ze eigenlijk wel naar buiten. Ze was erg nieuwsgierig, omdat Martha haar verteld had dat er een geheime tuin zou zijn. Die tuin zou volgens haar al sinds 10 jaar niet meer open zijn geweest. Dat had Mr Craven gedaan omdat zijn vrouw in de tuin was gestorven. Het feit dat ze erg van de tuin had gehouden maakte het nog pijnlijker.
Mary ging naar buiten. Ze wou die tuin wel eens zien! Ze liep door totdat ze bij de geheime tuin kwam. De muur was bedekt met de klimop.
Op een dag toen ze niks te doen had zei Martha dat ze wel een boek kon lezen. Mary had daar wel zin in en dus was ze op zoek gegaan door het huis heen, op zoek naar een leuk boek.
Toen ze later weer terug kwam hoorde ze gehuil en ging naar de kamer, waar volgens haar het gehuil vandaan kwam. Daar zat Mrs.Medlock, die zei dat ze maar snel weer naar haar kamer moest gaan. Dat deed ze.
Op een dag was ze in de tuin aan het lopen. Opeens kwam er een roodborstje op haar af. Mary, die nog nooit een roodborstje had gezien, was verrukt en ze werden al snel vrienden. Ze ontdekte ook dat het roodborstje in de geheime tuin woonde.
Op een dag was het roodborstje naar een worm op zoek en Mary zag wat glinsteren. Mary was verbaasd, en pakte het glinsterende iets op. Ze hield een sleutel in haar hand. Zou dit de sleutel zijn die er al tien jaar lag? Ze ging op zoek naar de deur, er moest toch een deur zijn.
Mary kon de deur niet vinden, maar ze bleef maar zoeken, dag in dag uit. Ze was op een dag weer eens aan het zoeken toen de wind blies. Ze zag tussen de klimop in iets, iets roods: het was de knop van de deur.
Ze had de sleutel in haar hand en ze deed hem in het slot. De sleutel paste en ze stond in de geheime tuin.
Mary vertelde niet aan Martha over de geheime tuin, en dat ze daar naar binnen kon, maar ze hadden samen een brief geschreven of Dickon (een broertje van Martha) gereedschap wilde meenemen voor haar. Ze had er ook wat geld in de brief gedaan.
Toen Dickon het gereedschap langs kwam brengen had hij ook zaad meegenomen.
Mary vertrouwde Dickon en liet de geheime tuin aan hem zien. Ze hadden samen wat onkruid gewied, en daarna was Dickon naar huis gegaan, nadat hij had beloofd niemand iets te vertellen èn de volgende dag terug zou komen.
Na het eten moest Mary naar Mr Craven toe. Ze had van hem een stukje grond gekregen, nadat hij van Ben Weatherstaff had gehoord dat Mary veel van de tuinen hield.
Het werd herfst, en dus begon het veel te regenen. Op een nacht werd Mary wakker van de wind en de regen, ze hoorde weer het huilende geluid en ging op zoek, ze wou weten waar het geluid vandaan kwam.Dit was niet de wind maar het gehuil van een kind.
Ze liep door de gang en ging een kamer in waar het geluid vandaan kwam. In een ledikant lag een kleine jongen. Het was Colin, die altijd moest liggen omdat hij anders een bochel op zijn rug kreeg. Hij was het zoontje van Mary’s oom, en dus Mary´s neefje.
Toen Mary over de geheime tuin vertelde was hij erg geïnteresseerd. De dokter zei dat hij naar buiten moest maar hij had daar geen zin in totdat hij van Mary over de tuin had gehoord. Toen hij sliep liep Mary terug naar haar kamer.
Die middag was ze naar Colin gegaan. Ze schrokken toen opeens Mr Craven en Mrs Medlock binnen kwamen. Maar zij schrokken ook omdat alleen het personeel mocht weten dat er een kind was. Maar was Colin altijd de baas, dus mocht Mary blijven.
Ze had die week veel bij Colin doorgebracht. De zon begon te schijnen, ookal was het herfst, dus kwam ze minder bij Colin. Dit vond hij niet fijn, dus kreeg hij heel veel woede aanvallen en was er ruzie tussen Mary en Colin. Dit was na een paar dagen was dit weer bijgelegd, nadat Mary had gezegd dat het haar speet.
Het ging een stuk beter met Colin sinds Mary bij hem kwam. Ze ging nog steeds veel om met Dickon, en samen zaaiden ze nog veel in de tuin.
Intussen was het lente geworden en als het mooi weer was zou Colin naar buiten gaan. De dokter was blij, omdat hij familie was van Colin. De middag waarop Colin naar buiten zou gaan was aangebroken en Colin werd naar beneden getild. Beneden ging hij in zijn rolstoel zitten, en daar zag hij Dickon. Hij kende Dickon wel al, want die was een keer op bezoek geweest met zijn dieren.
Eenmaal in de tuinen keek hij zijn ogen uit. Ze gingen ook naar de geheime tuin. Dit deden ze vaak en Colin leerde lopen met behulp van Mary en Dickon. Het ging zo goed dat hij beter werd.
Mr Craven had besloten was naar de Zwitserse Alpen gegaan. Hij zat daar en nare gedachten gingen weg.
Hij kreeg een brief van Mevrouw Suze Sowerby(de moeder van Martha). Zij vroeg hem naar huis te komen. Hij las de brief 2 keer en besloot naar huis te gaan. Eenmaal daar aangekomen zag hij hoe goed het ging met Colin. Toen hij ook nog hoorde dat dat kwam door de geheime tuin was hij zó gelukkig dat hij besloot de geheime tuin te openen. Colin vertelde met Mary en Dickon wat er allemaal gebeurd was in de tuin. Mr Craven luistert, terwijl hij met zijn zoon terug naar huis loopt.
Personen
- Mary Lenox : Ze is verwend en een lelijk kind, en ze doet of ze nergens in geïntereseert is. Later, als ze het roodborstje, Colin en Dickon leert kennen, verandert dit.
- Mr Lenox: Hij de vader van Mary. Hij heeft een erg hoge baan, waardoor hij nooit tijd heeft voor Mary.
- Mrs Lenox: Ze is nog jong en ze is een erg mooie vrouw. Ze gaat veel uit met haar vriendinnen en heeft ook nooit tijd voor Mary.
- Mr Craven: Hij na de dood van zijn vrouw erg veel weg en als hij thuis is sluit hij zich op in een kamer. Hij is ook zeer teruggetrokken nadat zijn vrouw gestorven is èn hij kan alleen nog maar negatief denken over zijn zoon die ziek is.
- Colin: Hij is de zoon van Mr Craven. Hij moet altijd op zijn rug blijven liggen omdat hij anders misschien ook wel een bochel krijgt op zijn rug, hij is erg ziek maar wordt tijdens het verhaal telkens iets beter.
- Mrs Medlock: Ze is een bediende van Mr Craven.
- Martha Sowerby: Zij is de bediende voor Mary. Ze komt uit een heel groot gezin.
- Dickon Sowerby: Hij is het broertje van Martha Dickon. Hij is 12 jr. oud en hij is erg aardig. Hij houdt heel erg veel van dieren.
- Ben Weatherstaff: Hij is de tuinman die daar de tuinen onderhoudt. Hij herkent veel van zichzelf in Mary, hij praat met het roodborstje.
Informatie over de auteur
Frances Hodgson Burnett leefde van 1849 tot 1924. Ze is geboren in Manchester en leefde in grote armoede na de dood van haar vader in 1853. Ze ontsnapte aan de gruwelen van haar omgeving door verhalen te schrijven. De verhalen gingen vaak over het thema rijk en arm.
In 1865 aanvaardde het gezin een uitnodiging van een familielid om naar Amerika te emigreren. Daar beleven zearm, maar het landschap van Tennesssee (de plek waar ze woonden) was beter dan de achterbuurt van Manchester. Frances moest geld verdienenen en begon daarom kleine stukjes te schrijven voor Amerikaanse tijdschriften.
In 1873 trouwde ze met Dr. Swan Burnett en onder die naam werd ze een wereldberoemd schrijfster van kinderboeken. Ze heeft meer dan 40 boeken geschreven. Haar beste boeken zijn De geheime tuin en Little lord Fauntleroy.
Boeken die F.H. Burnett heeft geschreven:
- The head of the hous of Coombe
- De kleine lord / Little lord Fauntleroy
- De kleine prinses
- Kleintje, herinneringen van een klein kind
- Sara Crew en Editha's avontuur
- Trough one administration
REACTIES
1 seconde geleden
D.
D.
Bovenaan staat: Ze is geboren in India. Omdat haar vader daar een hoge functie had
maar er is helemaal niets gezecht over functies er staat: Mary Lennox was born in India .... but they lived in India because her father worked there. en daarna gaan ze door over de moeder dus er is helemaal niets gezegt over functies
18 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
Hey Eva,
Echt een super verslag! Ik las eerst het verslag en daarna het boek en vond het zwaar kwoel!
Thanx...
Greets Lola
21 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
Niemand van jullie zet een goede beokverslag die geschikt is!
12 jaar geleden
Antwoorden