Als aus Janusz Jan wurde door Herbert Somplatzki

1.) De titel van het boek is: Als aus Janusz Jan wurde. 2.) De schrijver van het boek is: Herbert Somplatzki. 3.) Het boek heeft 76 bladzijden. 4.) Het boek heeft illustraties en die zijn gemaakt door: Ysabelle Saaliste. 5.) De hoofdpersonen uit het boek zijn: Jan Janusz wurde, Meneer Sanders en de pesters. 6.) Jan Janusz wurde is een jongen van 13 jaar die is geëmigreerd van Polen naar Duitsland met zijn familie. Hij voelt zich helemaal niet thuis in Duitsland omdat hij vaak wordt opgewacht naar schooltijd en dan wordt geslagen en geschopt. Meneer Sanders Hij is een sportleraar en ontdekt dat Jenusz Jan wordt gepest. Hij ziet dan dat hij heel hard kan lopen en nodigt hem uit om in zijn sportteam te komen. Memeer Sanders maakt van hem een topper. De pesters zijn erg bot tegen Janusz. Ze slaan en schoppen hem. De pesters zijn op school en ook op de atletiek baan. 7.) Over het uiterlijk van de hoofdpersonen valt niet veel te zeggen. Het staat namelijk (volgens mij) niet in het boek. 8.) Ja er verandert iets aan de karaktereigenschappen in de loop van het boek. De pesters houden op een gegeven moment op met pesten omdat ze Janusz een held vinden omdat hij heeft gewonnen met een wedstrijd. Dan pas accepteren ze Janusz. Janusz zijn karaktereigenschappen zullen dan ook wel veranderen omdat hij wordt geaccepteerd hij zal zich dan wel niet meet zo alleen voelen. En dan wat meer gaan praten. 9.) De belangrijkste bijfiguren in het boek zijn: Janusz zijn vader en moeder. 10.)Janusz zijn vader heeft het hele gezin overgehaald om in Duitsland te gaan wonen omdat je in Duitsland meer geld verdient. Maar als hij eenmaal werk heeft valt hem dat vies tegen. Door zijn verkeerde besluit gaat hij veel drinken en is nooit meer nuchter. Janusz zijn moeder voelt zich ook helemaal niet thuis in Duitsland. Ze kan geen Duits verstaan en ook niet praten. 12.)Het boek speelt zich voornamelijk op school en op de atletiekbaan af. 13.)Ik kan niet echt een beschrijving geven van de plaatsen. Behalve dan dat waar Janusz ook kwam waren de pesters ook. 14.)Het boek speelt zich af in de moderne tijd. 15.)Ik vond het een leuk boek. Ik vond dit omdat het een erg realistisch boek is omdat dit in het echt ook kan gebeuren. Ook raad ik anderen aan om het boek te lezen omdat het niet erg moeilijk is. 16.) Samenvatting van het boek: Janusz zijn vader, moeder en zusjes verhuizen van Polen naar Duitsland omdat de vader dacht dat hij daar meer kon verdienen. Maar de vader van Janusz bleef werkloos en ging aan de drank. Zijn moeder huilt de hele dag omdat ze haar familie erg mist. De familie van haar zit namelijk in Polen en zij zitten nu in Duitsland. Janusz is, samen met z’n vader, de enige van het gezin die (een beetje) Duits kan spreken. Op school vindt Janusz het helemaal niet leuk. Hij wordt gepest en voelt zich daarom erg eenzaam. Als leraren hem iets vragen antwoordt hij meestal verschrikt in het Pools. Thuis kan hij er niet over praten omdat zijn vader zelden nuchter is en zijn moeder de hele dag huilt om haar familie. Op een dag, na de zoveelste achtervolging van pestende jongens, wordt hij gezien door een sportleraar. Meneer Sanders, die op zijn fiets door het park rijdt. Hij ziet Janusz erg hard rennen en denkt bij zichzelf dat hij goed in het hardloopteam zou passen. Ondertussen ondervraagt hij de leraren van Janusz om informatie over de jongen. Ze vertellen hem dat Janusz in de klas erg afwezig en verlegen is. Nadat meneer Sanders voor de zoveelste keer ziet dat Janusz wordt gepest grijpt hij in. Hij vraagt dan aan Janusz of hij in het hardloopteam mee zou willen trainen. Hij krijgt nieuwe schoenen en maakt kennis met de jongens die in het sportteam zitten, ook met de terreinknecht die ook Pools is. Er zitten ook jongens in het team die Janusz erg pesten. In korte tijd is Janusz de snelste van de groep. Ook rijdt hij elke dag mee met meneer Sanders die hem naar huis brengt, ze voeren vele gesprekken. Janusz verteld hem dat hij in Polen iedere dag kilometers moest lopen om naar school te gaan. Vandaar dus dat hij zo’n goede conditie had. Ondertussen vraagt meneer Sanders of Janusz mee zou willen doen aan de estafette-race. Een teamgenoot, die ongelukkig was gevallen, heeft zijn enkel verstuikt en kan dus niet mee doen aan de race. Janusz stemt ermee in. De nacht voor de race krijgt Janusz een nare droom. Hij droomt over z’n vader, waarmee hij veilig in een bootje zit midden op een meer in Polen, en over de jongens die hem elke dag zaten te pesten. Dan wordt zijn vader in het water getrokken door allerlei uit-het-water-komende handen. Hij wordt wakker door zijn moeder die aan de rand van zijn bed zit. De dag daarop is de dag van de estafette. Er doen 6 scholen aan mee. Na vele valse starten, van de pestende jongens, is Janusz aan de beurt. Hij haalt iedereen in, mede doordat vele kinderen hem aanmoedigen. Door hem heeft de school uiteindelijk gewonnen en iedereen is blij. Ze noemen hem in plaats van Janusz, Jan. Door die actie wordt hij geaccepteerd en niet meer gepest.