Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Robert Owen, filantroop of slimme kapitalist?

Beoordeling 7.9
Foto van een scholier
  • Betoog door een scholier
  • 5e klas vwo | 917 woorden
  • 10 april 2002
  • 79 keer beoordeeld
Cijfer 7.9
79 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Robert Owen, filantroop of slimme kapitalist? In het onherbergzame heuvelland van Schotland, een goede dagreis verwijderd van Glasgow, stond een reusachtige fabriek, eigendom van een kleine gemeenschap, genaamd New Lanark. Deze nederzetting werd bestuurd door Robert Owen. Hij werd in 1771 geboren als kind van arme ouders, en was in 1797, zesentwintig jaar later, bezitter van een enorme modelfabriek. Robert Owen was een merkwaardige man, die er nog merkwaardigere ideeën op na hield. Zijn persoon wordt beschreven als een vreemde mengeling van praktische zin en naïviteit, gezond verstand en dwaasheid.(1) Hij was een koppig persoon die wist wat hij wilde, maar met een gouden hart. De omgeving van New Lanark was een goede plek voor een katoenfabriek. In het vochtige klimaat kon de katoen goed verwerkt worden. De rivier en de waterval de Clyde dienden als energiebron voor de watermolens die de machines aandreven.(1) New Lanark lag niet al te ver van zee, dus was het goed mogelijk om de katoen aan te laten voeren, en het eindproduct weet te verschepen. Bovendien waren er genoeg goedkope arbeidskrachten aanwezig, in de vorm van eenvoudige boerengezinnetjes uit de highlands, die door de industriële revolutie, het niet of bijna niet meer konden rooien. New Lanark was een gemeenschap van zo’n tweeduizend arbeiders, zij huurden voor een bescheiden bedrag een huisje met twee kamers. Het was overal schoon, in de huizen, de fabriek en op straat.(1,2) Waar in andere arme arbeiders wijken ziektes zich bleven verspreiden, waren die in New Lanark nauwelijks aanwezig. In de fabriek zelf werkten geen kinderen onder de tien jaar. Er werden geen lichamelijke straffen uitgedeeld, als een werknemer drie keer dronken op kwam dagen werd hij ontslagen. Men kon klagen bij de bedrijfsleider, de deur van zijn kantoor stond altijd open.(1) Kleinere kinderen kregen les en deden spellen. Ook konden ze dansen en zingen. In het dorpje was een kerk en een winkel, waar tegen kostprijs levensmiddelen konden worden gekocht.(3) Van de drieduizend kinderen stierven er in twaalf jaar slechts veertien, en geen van hen stierf door het toedoen van lijfstraffen.(2) Naar de maatstaven van hun tijd hadden de arbeiders het dus goed onder Robert Owen. Er was voldoende te eten, de huisvesting was behoorlijk, de lonen waren in verhouding tot elders goed en de werkdagen waren korter dan in andere fabrieken.(3) Hoewel het lijkt alsof dit allemaal gloednieuwe ideeën waren, kwam dit waarschijnlijk deels voort uit de religieuze opvoeding van Owen.(2) Ook vertoonden zijn ideeën overeenkomstigheden met die van de franse filosoof Rouseau (1712-1778), die een generatie eerder leefde. Hij meende dat de mens wordt geboren als een onbeschreven blad, en door zijn omgeving wordt gevormd. Hij wilde dat de maatschappij vernieuwd werd, zodat elk mens gelukkig kon zijn. (5,6) Owens socialistische denwijzen komen overeen met die van Saint Simon en Fourier, omdat zij alledrie utopische ideologieën erop nahielden.(6,7) De achtergrond van het coöperatieve denken was dat je de armoede kon oplossen door arme arbeiders te laten samenwerken, en zo zichzelf te voorzien. Volgens Owen konden paupers producenten worden van grote rijkdom, als ze maar de kans kregen om in een goede omgeving te werken.(1) Cooperatisme betekent letterlijk: richting welke verbetering der maatschappelijke verhoudingen verwacht van ontwikkeling van het coöperatieve denken.(7) De coöperatieve verenigingen die werden opgericht, waren gebaseerd op de denkbeelden van Owen, maar dan op bescheiden schaal. Door zijn radicale ideeën kreeg Owen veel kritiek. R. Southy, in a journal of a tour in Schotland, vond dat de instellingen van Owen karakterafbrekend waren.(4) William Cobbett (criticus) schreef: “Deze heer voor gemeenschappen van paupers te stichten! (….) Ik geloof niet dat enig mens ooit van zoiets wonderlijks als een gemeenschap van paupers gedroomd heeft. Adieu heer Owen van New Lanmark.” En het oordeel van Macculay, een tijdgenoot van Owen luidde: “Robert Owen is er de man niet naar, zijn oordeel over een boek te wijzigen, nadat hij het gelezen heeft.” Macculay liep al weg als hij de stem van Owen hoorde, en noemde hem een altijd vriendelijke zanik. Maar van de gehele arbeidsklasse ontving Owen waardering, en aanhang. In 1839 werd hem zelfs een audiëntie verleend door koningin Victoria.(2) Robert Owen heeft een groot kapitaal vergaard in zijn leven. Maar als hij echt puur kapitalistisch was geweest, en totaal niet filantropisch, had hij nog veel meer geld kunnen verdienen. In dat geval was hij nog rijker geweest, maar waarschijnlijk niet zo beroemd. Om geld te verdienen is het niet nodig arbeiders goed te voeden, goedkoop onderdak te bieden en ook nog eens educatie te geven, hoewel dit het productieproces ten goede zou kunnen komen. Een slimme kapitalist zou ook nog winst over de huisjes en de verkoop van de voedingsmiddelen kunnen verdienen. Owen heeft 80% van zijn kapitaal in het uitwerken van zijn ideologie, om de mens gelukkig te maken. (New Harmony, in de Amerikaanse staat Indiana). Hij liet geen kleine kinderen werken, en gaf geen lichaamsstraffen. Owen was voor de afschaffing van geld en eigen bezit. Hoewel ik vind dat Owen een aantal kapitalistische trekjes bezat, vind ik dat de filantropie in zijn karakter het kapitalisme overstemt. De cijfers in de tekst verwijzen naar de bronnen. Literatuurlijst 1. Heilbronner, filosofen van het dagelijks brood. 2. The industrial revolution in the eighteenth century: an outline of the beginnings of the modern factory system in England. Door: Paul Mantoux

3. Sfinx, hoofdboek
4. Sfinx, onderzoeksboek
5. Laagland (literatuur), informatieboek
6. The history of the modern world. Door R.R. Palmer en Joel Colton. 7. De kleine W.P (encyclopedie) deel een (A-H), en deel twee (I-Z)

REACTIES

N.

N.

hey,
ik heb veel aan je werkstuk gehad en had een 7,5 wel relaxxx in ieder geval thnx he
groetjes nicole

21 jaar geleden

C.

C.

goede conclusie, dankje wel

20 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.