Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Vraag 22 t/m 32

Beoordeling 0
Foto van een scholier
  • Antwoorden door een scholier
  • 4e klas havo | 997 woorden
  • 11 juli 2014
  • nog niet beoordeeld
Cijfer
nog niet beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Vraag 22

Geef een argument tegen de volgende stelling: “In de natuur bestaat geen goed of fout.

Ik denk dat dit een fout stelling omdat dieren zich op een bepaalde manier gedragen en als ze buiten dit gedrag vallen dit dat als verkeerd wordt beschouwd.

Vraag 23

De rechtsfilosoof Paul Cliteur is een fel tegenstander van het cultuurrelativisme. Volgens hem is het onzin om te zeggen dat alle culturen gelijkwaardig zijn.

A Zijn alle culturen volgens jou gelijkwaardig of ben je het eens het bovenstaand standpunt? Beargumenteer je antwoord.

Alle culturen zijn volgens mij gelijk omdat je nooit factoren zou kunnen bedenken waaraan een cultuur moet voldoen om beter te zijn dan een andere.

B Bestaan er volgens jou universele waarden? Zo ja, geef hiervan twee voorbeelden. Zo nee, leg uit waarom het volgens jouw niet mogelijk is dat deze universele  waarde bestaan.

Ik denk niet dat er universele waarden ontstaan omdat deze worden afgeleid van cultuur & religie en deze zijn overal verschillend.

Vraag 25

Volgens de Universele Verklaring van de Mens hebben mensen rechten, maar over dierenrechten word niet gerept.

A Hebben dieren rechten?

Dieren hebben rechten maar deze zijn niet gelijk aan de basisrechten van de mens.

B En zo ja, hebbe muggen dezelfde rechten als koeien?

Nee, insecten hebben geen rechten.

C Hebben  honden  dezelfde rechten als vlooien?

Nee, parasieten hebben geen rechten.

E En hebben planten ook rechten? Waarom wel of waarom niet?

Planten hebben geen rechten omdat het waarschijnlijk te moeilijk is om de rechten van elke plantensoort in kaart te brengen.

Vraag 26

Volgens Peter Singer moeten we rechten toekennen aan dieren, om te beginnen met apen. Als een wezen kan leiden hebben wij de plicht hier rekening mee te houden volgens Singer. Als wij dit alleen doe voor onze eigen soort dan maken wij ons schuldig aan discriminatie.

A Ben jij het eens met Singers redenering dat het feit of wezens pijn kunnen lijden doorslaggevend is voor de manier waarop we ze moeten behandelen?

Nee want dan zouden we rekening moeten houden met alle dieren die pijn kunnen leiden, dus ook insecten.

B Welke argumenten geeft Singer nog meer om de rechten toe te kennen aan mensapen?

Dat hun DNA niet ver van de onze licht.

Vraag 27

De franse filosoof Michel Foucault vroeg zich af: Waarom zou niet iedereen een kunstwerk van zijn leven kunnen maken? Waarom is die lamp, dit huis wel een kustwerk en mijn leven niet?

A Wat betekend levenskunst? Zoek op internet: wat voor soort voorbeelden kom je tegen?

De kunst van het  leven, hoe je gelukkig kan leven, hoe sta ik i het leven en hoe ga ik met tegenslagen om etc.

B Leg in eigen woorden uit welke verklaringen de schrijver heeft voor de populariteit van levenskunst.

Volgens de schrijver is levenskunst zo populair omdat we in deze tijd spreken van een  terugkering de onzekerheid over het onduidelijke antwoord voor wat een goed leven moet inhouden.

Vraag 29

A Leg zo kort mogelijk in eigen woorden uit wat volgens Kant Verlichting betekent.

Dat mensen het iet langer nodig vinden om geleid te worden en niet langer het gezag van een leider accepteren.

B Leg uit dat de Verlichting heeft geleid tot individualisering.

De Verlichting heeft gezocht voor individualisering omdat mensen zonder leider gedwongen worden om zelf keuzes te maken, en daarbij ook hun eigen normen en waarden.

Vraag 30

De Duitse filosoof Friedrich Nietzsche onderscheidde twee soorten moraal, de herenmoraal en de slavenmoraal

A Leg uit wat goed betekend in de herenmoraal en wat het betekend in de slaven moraal

Volgens de Herenmoraal is iets pas goed als het nuttig is voor degene die oordeelt.

Alles dat volgens de Herenmoraal goed is kwaadaardig is volgens de Slavenmoraal

B Leg uit wat Nietzsche’s  motto betekend en waarom het past bij zijn idee van een heren- en slaven moraal.

Nietzsche’s motto betekend dat jij kan beslissen wat je wil zijn, dit past bij de heren- en slaven moraal omdat volgens de heren en slaven moraal iets pas goed en of nuttig is als degene die erover oordeel er positief over is.

C Leven wij volgens jou in een samenleving waarin volgens Nietzsche’s typering sprake is van slaven moraal of van een herenmoraal? Licht je antwoord toe aan de hand van een voorbeeld.

Wij leven in een samenleving met een heren moraal omdat mensen ernaar streven om geliefd te worden door de mensen in de omgeving waarin ze wonen.

Vraag 31

Volgens de Canadese filosoof Charles Taylor kun je alleen op basis van waarden die door de samenleving aangereikt worden, bepalen wat voor jou persoonlijk waardevol is.

A Ben je het eens met Taylors uitgangspunt? Beargumenteer je antwoord.

Daar ben ik het mee eens, de mens streeft om er bij te horen en om vooral niet op te vallen, als iemand dus naar andere normen en waarden zou streven dan die de samenleving opgeeft (studeren, trouwen, kinderen krijgen etc.) dan zou die persoon door de mand vallen en dus verstoten worden.

B Leg uit wat “authenticiteit” betekend en waarom volgens Taylor verkeerd word opgevat.

Authenticiteit betekend controle om te bevestigen of de persoon of object in kwestie daadwerkelijk diegene of datgene is waar voor het zich uitgeeft. Taylor vat het in de tekst verkeerd op dat is te zien aan omdat hij spreekt over het begrip authenticiteit alsof het “van ouds” betekend.

De antwoorden gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Authenticiteit betekend controle om te bevestigen of de persoon of object in kwestie daadwerkelijk diegene of datgene is waar voor het zich uitgeeft. Taylor vat het in de tekst verkeerd op dat is te zien aan omdat hij spreekt over het begrip authenticiteit alsof het “van ouds” betekend.

Vraag 32

A Typ “morele crisis” in op Google

B Komen jouw hits overeen met wat er in het tekstboek staat?

Als je “morele crisis’’ intypt in Google krijg je vooral resultaten over de morele crisis als financiële crisis dit komt dus  niet overeen met wat er in het tekstboek staat.

C Wat vind jij: zijn we in een morele crisis beland?

Niet echt de criminaliteit is wel omhoog gegaan maar het is niet zo erg dat we er echt serieus een oplossing moeten gaan verzinnen.

 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.