Delend lidwoord: de/d
Wanneer gebruik je ‘de’ in het Frans?
- Na een woord van hoeveelheid: -beaucoup, peu
- Na een ontkenning (ne …
pas)
van: un/une
vb. J’ai une maison. – Je n’ai
pas de maison.
van: delend lidwoord
du, de la, de l’, des
du = mannelijk
de l’ = stomme h/klinker
de la = vrouwelijk
des = meervoud
Als je in het Nederlands geen lidwoord hoort!
LET OP!
le, la l’, les
veranderen NIET na een ontkenning!
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
F.
F.
Hoi,
Oefening & uitleg van het delend lidwoord:
http://hetfranseatelier.nl/?p=2543
9 jaar geleden
Antwoorden