Atoommodel van Bohr:
Eerste schil (K): 2 elektronen
Tweede schil (L): 8 elektronen Elektronenconfiguratie
Derde schil (M): 18 elektronen
Positieve en neutronen in de atoomkern à Rutherford en Bohr
Elektronenwolk om de atoomkern heen. Alleen elektronen in de buitenste schil doen mee in chemische bindingen en reacties. Periodiek systeem à atomen in dezelfde groep hebben vergelijkbare eigenschappen. Deze atomen hebben evenveel elektronen in de buitenste schil.
Dimitri:
- Heeft de atomen gerangschikt naar opklimmende atoommassa’s met vergelijkbare eigenschappen.
Groep 1 alkalimetalen
Groep 2: Aardalkalimetalen
Groep 17 halogenen
Groep 18 edelgassen
Naam zouten: Metaal + niet metaal à -ide
Fe2+ = ijzerchloride à IJzer (II) chloride
Atoommodel van Dalton:
- Moleculen bestaan uit kleine deeltjes (atomen)
- Alle atomen van dezelfde soort zijn hetzelfde qua massa en grote
- Atomen kun je niet veranderen
- Ongeveer 100 atomen.
Atoommodel van Ernest Rutherford.
- Alle protonen bevinden zich in de atoomkern van de atoom.
- De elektronen zijn te vinden in de elektronenwolk om de atoomkern heen.
- volgens het atoommodel heeft elk atoom een positief geladen kern en een negatief geladen elektronenwolk.
- Atoomnummer is gelijk aan aantal protonen en aantal elektronen.
- Massagetal is het aantal protonen + het aantal neutronen
- Aantal neutronen = massagetal – aantal protonen
Mijnen
à Uit de mijnen in Zuid-Limburg werd kalksteen (bouwmateriaal) en steenkool (brandstof) gewonnen. De laatste steenkoolmijn sloot in 1974. In 2018 mag er nog mergel (grondstof voor cement) worden afgegraven.
à In de omgeving van Hengelo haalde AkzoNobel steenzout uit de bodem, zo’n 100 jaar terug. Met het injecteren van water lost het zout op, zo kan het naar boven worden gepompt en heb je keukenzout.
à De meeste metalen zijn ertsen. Na het opgraven moet het metaal eerst uit de erts gewonnen worden. Metalen zoals: goud, zilver en platina kunnen zuiver worden gewonnen. Dat komt omdat ze nauwelijks reageren met andere stoffen.
Fossiele brandstoffen
à ontstaan uit resten van planten en dieren à aardgas, aardolie en steenkool
à Groningse Slochteren à aardgasveld
à aardolievelden à In 1946-1996 haalde de Nederlandse Aardolie Maatschappij in het Drentse Schoonebeek aardolie uit de bodem. Vervolgens is dit in 2011 hervat, omdat door nieuwe technologie de winning weer rendabel is.
à Wereldeconomie àAardolie levert brandstoffen en grondstoffen (plastic en medicijnen).
Elementen in de aardkost
à Gesteenten van de aardkorst bestaat voor het overgrote deel uit zuurstofbindingen.à siliciumdioxide (verbinding tussen zuurstof en silicium).
à Door de bijzondere omstandigheden in de gesteenten zijn op sommige plaatsen edelstenen ontstaan, zoals robijn. Saffier en smaragd.
à De aardkorst bevat veel verschillende mineralenàvaak kristallen met prachtige kleuren en vormen.
à Naast zuurstof en silicium zijn het vooral metalen die in de aardkorst voorkomen.
à Andere niet-metalen moeten uit een delfstof worden vrijgemaakt.
Overeenkomsten zoeken
Joseph John Thomson
- Elektronen
- Je kunt uit alle atoomsoorten elektronen vrijmaken
- Een atoom is elektrisch neutraal dus dan moeten er ook protonen aanwezig zijn.
àHet periodiek systeem bestaat uit 109 elementen met een officiële naam, een symbool en een nummer. Element 92, Uraan, is het zwaarste element dat in de natuur gevonden kan worden. Elementen met hogere nummers zijn kunstmatig gemaakt en alleen onder specifieke omstandigheden waargenomen. De horizontale rij noem je een periode. De verticale kolom is een groep. De edelgassen reageren nauwelijks met andere elementen.
Atoomkern à Alle positieve lading van een atoom bevindt zich in een heel klein gebiedje in het midden van de atoom.
Atomaire massa-eenheid: Is ingevoerd omdat de massa van een atoom heel klein is en je schrijft de massa met een u erachter.
Isotopen à Atomen met hetzelfde atoomnummer (en dus evenveel protonen als elektronen) maar met een verschillende massa (en dus ook een ander aantal neutronen in de kern).
Er zijn 3 soorten stoffen
- Metalen à Stoffen die de stroom zowel in vaste toestand als in gesmolten toestand geleiden. Een metaalbinding bestaat uit atomen.
- Zouten à Stoffen geleiden alleen de stroom in gesmolten toestand. Dit zijn ontleedbare stoffen. De stof bestaat uit een metaal en een niet-metaal. Zoutbindingen zijn ionbindingen
- Moleculaire stoffen à Stoffen geleiden de stroom helemaal niet. Deze stoffen bevatten alleen niet-metalen. Een coeffilentenbinding bestaat uit moleculen.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden