Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Floris ende Blancefloer door Diederic van Assenede

Beoordeling 7.7
Foto van een scholier
Boekcover Floris ende Blancefloer
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 3e klas vwo | 2110 woorden
  • 19 augustus 2006
  • 39 keer beoordeeld
Cijfer 7.7
39 keer beoordeeld

Boekcover Floris ende Blancefloer
Shadow
Floris ende Blancefloer door Diederic van Assenede
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Zakelijke gegevens Auteur: Diederic van Assenende
Titel: Floris ende Blancefloer, Taal & Teken, Leeuwarden, 1996, 63 blz, 2e druk
Genre: Oosterse hoofse ridderroman, o.a. onder invloed van de kruistochten. Eerste reactie Keuze: Ik heb dit boek gekozen omdat wij het op school bij Nederlands klassikaal gelezen hebben, alleen was ik er toen een paar keer niet en ik had dus een gedeelte van het verhaal gemist. Daarom vond ik het leuk om het voor dit leesverslag te lezen. Ik vind het ook gewoon leuk om een boek uit de Middeleeuwen te lezen, omdat mensen heel lang geleden dit verhaal ook hebben gehoord. Inhoud: Ik vind het een mooi verhaal en het is leuk om een boek uit de Middeleeuwen te lezen. Aan het eind van het boek verwacht je eigenlijk dat Floris en Blancefloer gedood worden, maar dat gebeurt niet. Voor de rest vind ik het wel een erg voorspelbaar verhaal.
Verdieping A Samenvatting
Het verhaal gaat over twee personen, die verliefd op elkaar zijn: Floris en Blancefloer.Het begint met de mohammedaanse koning Fenis uit Toledo, een stad in Spanje, die op rooftocht naar Frankrijk gaat. Bij deze rooftocht wordt een jonge, christelijke vrouw meegenomen, als bediende voor de vrouw van de koning. Deze vrouw is zwanger, tegelijk met de koningin. Ze bevalt van een dochter, Blancefloer en de koningin bevalt op dezelfde dag van een jongen: Floris. Floris wordt opgevoed door de jonge vrouw en daarom groeien hij en Blancefloer samen op. Ze worden al op jonge leeftijd verliefd op elkaar. Ze kunnen het lang verborgen houden, maar op een gegeven moment wordt het toch bekend. De koning vindt het helemaal niet goed. Hij wil Blancefloer laten doden. De koningin is hier tegen en verzint een plan: ze sturen Floris naar een school in een andere stad, Montoro en verkopen Blancefloer op de markt in Nicle aan een paar kooplieden. Deze kooplieden verkopen haar weer door aan de Emir in Babylon. Blancefloer wordt door hem in een toren opgesloten samen met andere jonge vrouwen. Zij zullen allemaal voor 1 jaar de vrouw van de emir worden. Na dat jaar zullen ze worden gedood. Als Floris weer terugkomt uit Montoro vertellen de koning en koningin aan hem dat Blancefloer is overleden. Ze hebben zelfs een graf voor haar gemaakt. Als Floris dat hoort wil hij zichzelf ook doden. Om dat te voorkomen vertelt de koningin dat Blancefloer niet gestorven is, maar dat ze is verkocht. Meteen gaat Floris op reis om haar te zoeken. Tijdens zijn reis wordt hem verteld dat Blancefloer naar Babylon is gebracht en aan de Emir is verkocht, dus reist hij daar naartoe. Een vriendelijke man, Darius, en zijn vrouw Licoris willen Floris helpen om Blancefloer te vinden. Zij geven hem de raad dat hij eerst het vertrouwen van de poortwachter van de toren moet krijgen en dat hij dan moet vragen of de poortwachter hem wil helpen in de toren te komen. Wanneer hij het vertrouwen van de poortwachter heeft, gaat hij in een grote mand met een heel veel rozen naar Blancefloer toe. Blancefloers vriendin Clarisse helpt hem daarmee. Jammer genoeg komt de emir erachter dat Floris in de toren is en wil hij Floris en Blancefloer doden. Net voor hun terechtstelling komt de emir tot inkeer, omdat zijn edelen het zo hartverscheurend vinden om te zien hoe Floris en Blancefloer worden gedood. De emir staat toe dat ze samen weer terug naar hun land gaan. Onderzoek van de verhaaltechniek Het verhaal is oorspronkelijk op rijm geschreven, maar met de vertaling naar het hedendaagse Nederlands is dat weggevallen. Je merkt wel aan de manier van schrijven dat dit boek in de Middeleeuwen geschreven is. Er wordt bijvoorbeeld vaak erg overdreven en ook worden sommige dingen uitgebreid, met alle details erbij verteld. Er zijn verschillende plaatsen waar het verhaal zich afspeelt. In het begin wonen Floris en Blancefloer op het kasteel in Toledo. Als Floris wordt weggestuurd, woont hij een poosje Montoro. Daarna is hij op reis naar Babylon. In Babylon verblijft hij bij Darius en Licoris. Blancefloer verblijft nadat ze is verkocht in de toren van de Emir in Babylon. Het verhaal speelt vanaf de rooftocht van koning Fenis naar Frankrijk totdat Blancefloer en Floris elkaar gevonden hebben en weer terug gaan naar Spanje vanuit Babylon. Er wordt meerdere keren gebruikt gemaakt van tijdvertraging. Er wordt bijvoorbeeld een uitgebreide beschrijving gegeven over hoe mooi het (nep)graf van Blancefloer is. Ook de beker die de kooplieden op de markt in Nicle voor Blancefloer betaalden wordt uitgebreid beschreven. De opbouw van dit boek is chronologisch. Het begint aan het begin, bij de rooftocht naar Frankrijk en het eindigt wanneer Floris en Blancefloer elkaar weer hebben gevonden en gered zijn van de dood. Er wordt geen gebruik gemaakt van flashbacks. Er is een gesloten einde: de tekst eindigt wanneer het verhaal ook stopt. De hoofdpersonen in het verhaal zijn: Floris: Hij is de zoon van de Spaanse, islamitische koning. Hij wordt opgevoed door een jonge, christelijke bediende van zijn moeder. Zij is de moeder van Blancefloer. Hij is verliefd op Blancefloer. Blancefloer: Zij is de dochter van de christelijke vrouw die gevangen is genomen door de Spaanse koning. Ze is verliefd op Floris. En de bijpersonen zijn: Koning: is de vader van Floris. Hij is er op tegen dat Floris en Blancefloer verliefd zijn op elkaar. Koningin: is de moeder van Floris. Ze voorkomt dat Blancefloer wordt gedood omdat de koning niet wil dat zij en Floris verliefd zijn op elkaar. De christelijke vrouw: Is de moeder van Blancefloer. Wordt tijdens de rooftocht van de koning gevangen gemaakt en voedt Floris en Blancefloer op. Vrouwe Sante: de vrouw waar Floris logeert als hij naar Montoro wordt gestuurd. De Emir: een heerser in Babylon. Hij koopt Blancefloer en wil haar tot zijn vrouw maken. Hij sluit haar daarom op in zijn toren. Jonkvrouwe Claris: is de vriendin van Blancefloer wanneer zij in de toren verblijft. Darius en Licoris: twee personen die Floris helpen een list te bedenken om in de toren te komen. De poortwachter: hij bewaakt de toren van de Emir waar de vrouwen in opgesloten zitten. Floris probeert zijn vertrouwen te krijgen zodat hij hem helpt om in de toren te komen. Verteller Dit is een auctoriaal verhaal. Er is een alwetende verteller, maar hij komt er zelf niet in voor.
Op zoek naar de thematiek Het centrale thema in dit boek is dat de liefde tussen 2 mensen (Floris en Blancefloer) zo sterk is, dat ze alles willen doen om elkaar te vinden en er zelfs de dood voor over hebben. In het verhaal wil de koning niet dat Floris en Blancefloer trouwen en probeert van alles om hen uit elkaar te houden. Wanneer Floris hoort dat Blancefloer niet meer leeft wil hij zelfmoord plegen. Hieruit blijkt zijn ware liefde voor haar. Als hij erachter komt dat ze toch nog wel leeft, onderneemt hij een gevaarlijke reis om haar bij de Emir vandaan te halen. Een tekstgedeelte dat typerend is voor het thema is onder andere als Floris denkt dat Blancefloer is gestorven en hij zelf ook wil sterven: “Ach Blancefloer,” zei hij, ‘Blancefloer, sinds ik je verliet, voel ik me ellendig. Wat zou ik graag wraak nemen voor dit verlies, als ik maar wist op wie. We werden op dezelfde dag geboren en in dezelfde nacht verwekt. We werden samen opgevoed en samen naar school gestuurd, totdat men ons bedroog en ons van elkaar scheidde. Het zou rechtvaardig zijn als wij ook op dezelfde dag gestorven waren. Niemand kan mij kwalijk nemen dat ik me daarover beklaag. Ik ben zielsbedroefd, mijn hele verdere leven zal ik in smart en rouw doorbrengen. Aan het eind van het verhaal, als de Emir Floris en Blancefloer wil gaan doden, willen ze allebei als eerste sterven, om niet te hoeven zien hoe hun geliefde ten dood wordt gebracht: Blancefloer zegt: “... Lieve heer, laat hem (Floris) leven en dood mij.” Dan zegt Floris: “Nee heer, laat mijn geliefde vrij en laat mij sterven.” En: “.... Lieveling, al deze mensen zouden schande van mij spreken. Ik ben een man dus zul jij niet voor mijn ogen sterven.” Dan zegt Blancefloer: “Heer, ziet u niet dat ik bereid ben te sterven? Het is mijn schuld. Waarom slaat u niet, als u dat toch van plan bent?” De titel van het boek spreekt redelijk voor zich, er zit geen diepere inhoud in. De titel is Floris ende Blancefloer en het hele boek draait ook om de liefde tussen hen tweeen. De motieven die dit thema ondersteunen zijn: - de scheiding tussen Floris en Blancefloer - De Emir wil Blancefloer als zijn vrouw hebben - Floris en Blancefloer worden bijna terechtgesteld door de Emir omdat hij Floris betrapt heeft in de toren. . Plaats in de literatuurgeschiedenis Het verhaal is waarschijnlijk rond 1160 in Frankrijk gemaakt. Toen heette het Floire et Blancheflor. De oorspronkelijke schrijver van het verhaal is niet bekend, maar we kunnen uit de tekst aannemen dat iemand die zichzelf Diederic van Assenede noemt het verhaal rond 1620 in Vlaanderen uit het Frans in het Nederlands vertaald. Die Diederic van Assenede heette in het echt Dierekin de Hassenede. Hij werd in ieder geval voor 1230 geboren en hij was een secretaris van het ambacht Assenede, die in dienst was van de Vlaamse gravin Margaretha. In 1293 is hij overleden. Echt veel weten we niet van hem af. De tekst die we nu hebben is niet de oorspronkelijke versie, maar het is een 14e eeuws handschrift. Het boek is tijdens de Middeleeuwen geschreven, en het is een oosterse, hoofse ridderroman, onder invloed van o.a. de kruistochten. De invloed van de kruistochten zie je bij dit boek erg goed: het gaat over een christelijk meisje en een islamitische jongen en het meisje wordt naar het Midden-Oosten (Babylon) gestuurd. Je kan niet weten of dit boek typerend voor de schrijver is. Als eerste omdat de Diederic van Assenede dit verhaal niet zelf verzonnen heeft, hij heeft het alleen maar in het Nederlands vertaalt. En als tweede is het niet bekend of de schrijver nog meer boeken heeft geschreven. Dit verhaal is ontstaan in de Middeleeuwen. Het past precies in die tijd, want in de 2e helft van de 12e eeuw is het verschijnse ‘hoofse ridderroman’ ontstaan. Kenmerken van de hoofse ridderroman zijn o.a: een sfeer van verfijning en de heldendaden in het verhaal worden verricht voor de vrouw. Die kenmerken zijn bij dit boek duidelijk aanwezig: veel mooie dingen worden uitgebreid beschreven, bijvoorbeeld de beker die voor Blancefloer wordt betaalt als zij wordt verkocht, en het graf waarin zij zogenaamd ligt. Ook worden de heldendaden die Floris verricht, de moeilijke, gevaarlijke reis die hij maakt en de list die hij verzint om in de toren te komen, gedaan om Blancefloer terug te krijgen. Beoordeling Ik vind het over het algemeen een leuk verhaal. Het leest lekker weg. Het verhaal is heel ontroerend als Floris naar Blancefloer toegaat in een mand met rozen en het verhaal is spannend wanneer de Emir op het punt staat om hen terecht te stellen. Wat me het meest aanspreekt. is dat Floris zoveel van Blancefloer houdt dat hij alles wil doen om haar van de Emir te redden. Soms wordt het verhaal wel saai en langdradig, wanneer bepaalde details heel lang en uitgebreid worden beschreven. Ook wordt er soms erg overdreven. Er wordt meerdere keren verteld dat Floris en Blancefloer de mooiste en slimste mensen zijn die er ooit op de aarde geleefd hebben en dat is niet realistisch. Ook de oplossing van het probleem, namelijk hoe Floris in de toren moet komen, is niet echt realistisch. Het is volgens mij niet mogelijk om in een mand bloemen ongezien een toren in te komen. Ik kan het boek niet echt goed met andere boeken vergelijken, omdat de andere boeken die ik lees niet in de Middeleeuwen geschreven zijn. Er zijn wel veel meer boeken geschreven over allesoverheersende liefde, dat mensen alles willen doen om elkaar terug te vinden. Dat is erg herkenbaar in dit boek. Het taalgebruik is niet moeilijk. Je zou het misschien wel verwachten bij een Middeleeuws verhaal, maar het is altijd goed te begrijpen. Je merkt soms wel dat het een poos terug geschreven is. Er wordt bijvoorbeeld meerdere keren gezegd: “Luister wat hierover nog meer beschreven staat.” Dat zou nu niet zo snel meer gebruikt worden. Daarom is het ook wel orgineel. De koningin en koning spreken elkaar ook aan met ‘Heer’ en ‘Vrouwe’. Dat wordt nu niet meer gedaan. Mijn eindoordeel is positief, omdat het gewoon een leuk verhaal is met een happy end en ook niet moeilijk om te lezen. Daarom zou ik dit boek ook iemand anders aanraden.

REACTIES

C.

C.

onder het kopje 'plaats in de literatuurgeschiednis' staat dat het biek in 1620 vertaald is naar het nederlands, maar dat moet 1260 zijn.

12 jaar geleden

C.

C.

biek moet boek zijn

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Floris ende Blancefloer door Diederic van Assenede"