The whispering knights door Penelope Lively

De vader van William is leraar scheikunde. Ze zoeken alle ingrediënten in het bos. Ze doen de proef in een oude schuur. Naast hun schuur staat een oud verlaten huis. Ze kijken er soms naar binnen. Ze zien alleen haast niks want het is heel donker en mysterieus. Een heksenmengsel vraagt de vrouw onverwachts? De kinderen werden bang want ze hadden niet door dat er iemand binnen gekomen was. Miss. Happelweith stond binnen. De vrouw zegt het kan gevaarlijk zijn. In deze schuur heeft een heks gewoond. Miss Happelweith kan Morgan altijd herkennen. Ze is altijd slecht. Is iets goed dan maakt ze het slecht. Ze gaat weg als niemand het geloofd ze blijft als mensen denken dat ze er is. Ze denkt dat ze weg is. Maar waar zij de baas is let ze altijd op. ze moeten goed uitkijken van miss happelweith. De kinderen krijgen het koud. Omdat het koud is gaan ze naar huis toe. Als ze naar huis lopen gaat de zon weer schijnen. ’S Avonds eet Martha thuis. Ze zegt dat ze miss. Happelweith ontmoet heeft. Ik kende haar ook vroeger zei haar vader toen was ze al oud. De vader zei dat de schuur van haar is. Niet te lang in de schuur zijn daar is het koud zei haar moeder. William wil niet graag vechten antwoordde ze op de vraag van haar moeder. Martha denkt dat ze de geesten hebben opgeroept ze moet altijd huilen na een nachtmerrie. Martha word wakker en heeft het koud. Dan ziet ze een donkere schaduw die beweegt. Het lijkt op een oude dame gekleed in het zwart. Ze vindt het eng. Ze deed het licht aan en de schaduw bleef enkele seconden staan ze dacht Morgan was hier. Susie, Martha en William lopen naar de schuur. Martha vertelde het Susie zegt je droomde gewoon. Ze komen bij de schuur ze zien stro liggen om zitjes van te maken. Het bewoog het was vast een kat. Nee zei Susie. Het beweegt weer. Martha zei geloof je me nu? Nee dit is wat anders. De stro begint te branden het gaat uit (door water wat William er op gooide). Ze weten niet of ze het aan miss Hippelweith moeten vertellen of niet. Ze gaan naar miss. Hippelweith. Ze zien een hele oude tuin vroeger was het goed verzorgt maar nu niet meer. William zegt we denken dat Morgan gekomen is. Martha krijgt het heel erg warm. Je moet altijd proberen te winnen van Morgan zei de vrouw. Je moet tegen haar vechten. Ze moesten de heksen verjagen. Ze moesten het de ouders vragen (via een brief). Ze zegt niks over het lawaai maken. Ze komen alle 3 terug. Er staat ook een oud pistool. Ze vinden met moeilijk om lawaai te maken maar later vinden ze met makelijker. Miss Hippelweith is tevreden. Ze is planten aan het verbranden. De kinderen vallen op de grond omdat ze moe zijn. Het is heel stil vanwege het lawaai maken zonet. Ze zijn niet meer bang. Er was niks meer gebeurd. Ze dachten dat Morgan weg was. Ze nodigen Miss Hippelweith uit voor een theekransje. Susie helpt haar moeder in de winkel. (Mr Steel eigenaar van een fabriek.) Ze hoorde mensen praten over een snelweg die door het dorp ging. De TV deed het niet. Dus wil ze bij Martha TV gaan kijken. Als ze daar heen gaat ziet ze een pakje liggen. Er zit een witte doos in (een cake). Ze weet niet van wie de cake is. Ze willen nu allebei een stukje cake. Martha doet een stukje in haar mond. Susie roept STOP!!. Er viel zo straks een stuk cake. (het was een soort bom). De geur is heel raar ze zetten een stuk hout midden in de taart. Het stuk is helemaal verbrand. De lucht begint donker te worden. Het was Morgan? Ja!! Ze rennen naar het huis van Martha Morgan moet met meer komen als ze wil winnen. Hoe werken die TV’s eigenlijk? Via beweging’s in de lucht. Morgan denkt dat TV een belangrijke rol in het leven is. Miss Hippelweith zegt we hoeven ons geen zorgen te maken. Miss Watts weet veel over de snelweg net zoals de moeder van Martha mevrouw Poulter. Iedereen praat over de nieuwe snelweg heel veel huizen moeten afgebroken worden en veel boerderijen. Mrs. Steel heeft een hele jonge vrouw. De snelweg gaat ook door hun speelplaats (Oud huisje van Susie, Martha en William). Ze gaan naar miss. Hippelweith. Het was heel stil. Martha zegt ik denk dat iemand een vloek op hem heeft uitgesproken. Morgan heeft er mee te maken. Waarom wil Morgan een snelweg door de schuur? Je moet goed opletten zegt Miss. Hippelweith. Ze vindt een kruis teken heel erg. En natuurscheikunde snapt ze niet. (dat kun je tegen haar gebruiken). Ze gaan naar de stenen. Ze klimmen de berg op. Zo kunnen ze de hele stad zien. Ze noemen de stenen ook wel THE WHISPERING KNITHGS. De stenen helpen dat het allemaal goed komt. De laatste 100 jaar hebben ze de stenen niet meer zien bewegen. Martha voelt zich goed bij de stenen. Ze zoeken een weg. Maar die kunnen ze niet vinden. Er komt een hele grote zwarte auto aan. Maar niemand heeft zo’n dure zwarte auto in het stadje. Ze denken dat het Mr. Steel is. De bestuurder rijd weg. Ze heeft mooie ringen om. Als ze langs rijd kijkt ze boos naar de kinderen haar ogen lijken heel koud/boos/eng. Ze gaan naar Miss. Hippelweith om te zeggen dat ze er echt is. (Morgan). Van Miss. Hippelweith mogen ze niet naar de vrouw van Steels kijken (Morgan). Handtekeningen laten zetten tegen de snelweg. Iedereen is tegen de snelweg. De kinderen zien op TV meneer Steels word geïnterviewd. Kunt u uitleggen waarom. Hij door de stad moet gaan de snelweg? Hij zei er moet toch iets weg. Mensen willen een snelweg dus er moet iets weg. Ze sluiten het gesprek snel af. Meneer Steel is hopeloos William is niet bang voor Morgan. Er is iets aan de hand. Ze zien iemand. Het is een gezicht de vrouw kijkt naar hun. We kunnen beter terug zeggen de meisjes. William voelt zich sterk. Hij zorgt ervoor dat ze weg gaat. Ze weten dat ze hem niet alleen kunnen laten gaan. Hij rent op haar af. William word op de grond gegooid. Waar Morgan net stond stond nu een steen. Het was Morgan zei William. Ze is weg want ze haat het als iemand haar slaat. Ze gaan nu met een drilboor op de steen zagen. Maar als William daar mee begint verdwijnt de steen. Martha dacht dat ze de stenen zag bewegen. (THE WISPERING KNIGHTS). Morgan vraagt of Martha mee wil? Martha gaat mee!! Susie en William gaan er achter aan. Ze komen bij het huis van meneer Steels. Ze zijn bang. Ze zien de bestuurder van de auto. De bestuurder weet van niks. Ze moeten weg! Er mochten geen vreemden zijn hier. Om Martha te vinden moeten ze naar binnen. Ze vinden Martha. Ze moesten weg want Morgan komt eraan. (ze waren snel met de bus naar een andere plaats gegaan). Ze gingen naar de kerk want daar waren allemaal kruisen en Morgan kont niet tegen kruisen. Niemand kon hun helpen en Morgan kwam. William zag Morgan staan bij de deur met haar slangen ogen in het donker. Ze keek ongemakkelijk net een kat die in het water viel. Susie en William kregen het koud. Martha voelde niks. Je hoorde de voetstappen van Morgan ze kwamen dichter naar hun toe. Een luide stem zei kom hier Martha. Stop Martha riep Susie. Martha hoorde haar niet en liep door. Morgan wachte op haar bij de deur. Susie keek om haar heen en pakte een kruis van de muur. Morgan leek op een slang en viel terug. En toen gilde zij, en het geluid vulde de kerk voor verscheidene seconden. Dan was het gegaan, en zo was Morgan. De kinderen bevonden zich alleen, het staren bij de plaats waar zij was geweest. Susie zette het kruis op de kolom terug, samen bewogen zij zich allen in de dagelijkse wereld van de straat. Op het eind komt het goed. Ze hebben Morgan weggejaagd en de snelweg gaat niet door het speelhuisje van de kinderen maar gaat over de fabriek van meneer Steels.