Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Doornroosjes honden door Willy Spillebeen

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
Boekcover Doornroosjes honden
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas havo | 4162 woorden
  • 28 februari 2003
  • 99 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
99 keer beoordeeld

Boekcover Doornroosjes honden
Shadow
Doornroosjes honden door Willy Spillebeen
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Signalement
1.2. Van het boek Auteur: Willy Spillebeen
Originele titel: Doornroosjes Honden
Nederlandse titel: Doornroosjes Honden
Uitgeverij: Manteau
Plaats van de uitgave: Antwerpen
Jaar van eerste uitgave: 1983
2. Het werk 2.1. Genre
Welk soort boek is het? Treurspel - verhaal - mythe - dagboek – redevoering - sprookje 2.2. Onderwerp Waarover gaat het boek? Karakterontleding - sociale problemen 2.3. Hoofdgedachte Hoop - familie - opstand - levensmoeheid - liefde - vlucht uit de werkelijkheid - noodlot - zeden - geweld - karakterschildering - wanhoop - macht - natuur - maatschappij – vriendschap 2.4. Met welk probleem wordt de hoofdpersoon geconfronteerd? Cindy die zich alleen voelt, telkens als ze thuiskomt is ze alleen, haar moeder die met andere mannen omgaat, ze voelt zich niet goed in haar vel en krijgt weinig steun van haar moeder. Wordt dit probleem opgelost? Geef uitleg. Ja, ze gaat met haar moeder naar het asiel, en ze mag de hond, Tristan, meenemen naar huis. Spijtig genoeg moet hij later afgemaakt worden. Haar moeder ontmoet ook Ibrahim, met hem bouwt ze een heel intieme band, maar dan moet Ibrahim wegens familiale omstandigheden terug naar zijn geboorteland, en ze krijgt de pop van zijn zus. Maar dit helpt niet om haar verdriet te verwerken, daarom pleegt ze zelfmoord. 2.5. Toon Realistisch - tragisch - emotioneel 2.6. De personages 2.6.1. Naam van de voornaamste personages
Cindy, Mama, Walter, Tristan en Ibrahim. 2.6.2. Functie van de voornaamste personages

2.6.3. Karakter van de voornaamste personages
Cindy: Zij is een braaf meisje die grote verliezen meemaakt zoals het weggaan van Walter, het verlies van haar hond Tristan en het verplicht terugkeren van Ibrahim naar zijn vaderland. Mama: zij is een vrouw die veel te gemakkelijk uit de kleren ging voor andere mannen (haar beroep), ze was tevens zeer leugenachtig tegenover haar dochter want telkens er een man op bezoek kwam zij mama tegen Cindy dat het een oom was van haar. Walter: hij lag altijd in ruzie met Cindy’s mama, hij sloeg mama dan een in elkaar tot op een dag hij het nest verliet en Cindy een harlekijn achterliet die ze heel haar leven zal koesteren
Tristan: dit was Cindy’s langverwachte hond hij was heel lief en de beste vriend die zij ooit gehad heeft, tot op een dag tristan terug naar het asiel moest, hij begon Cindy en haar moeder te bijten en is uiteindelijk afgemaakt toen Cindy in het ziekenhuis lag. Ibrahim: hij was een Algerijnse gastarbeiders die de nieuwe vriend werd van haar moeder en een heel goed met Cindy overeenkwam er ontstond een nieuwe band, een soort Vader – dochterband die ze miste na de dood van tristan en het verdwijnen van haar vader. 2.6.4. Welke zijn de voornaamste relaties tussen de hoofdpersoon en twee andere belangrijke personen? De voornaamste relaties zijn de relaties tussen Cindy en Tristan, en Cindy en Ibrahim. Tristan: dit was Cindy’s langverwachte hond hij was heel lief en de beste vriend die zij ooit gehad heeft, tot op een dag tristan terug naar het asiel moest, hij begon Cindy en haar moeder te bijten en is uiteindelijk afgemaakt toen Cindy in het ziekenhuis lag. Ibrahim: hij was een Algerijnse gastarbeiders die de nieuwe vriend werd van haar moeder en een heel goed met Cindy overeenkwam er ontstond een nieuwe band, een soort
Vader – dochterband die ze miste na de dood van tristan en het verdwijnen van haar vader. 2.6.5. Hoe veranderen die relaties in de loop van het verhaal? Tirstan wordt afgemaakt nadat hij Cindy aangevallen heeft, en Ibrahim moet wegens familiale omstandigheden terug naar zijn geboorteland. 2.6.6. Welke zijn de statische en dynamische personages? De statische personages zijn Moeder, Ibrahim, Tirstan en Walter, zij veranderen of verdwijnen in de loop van het verhaal, maar Cindy blijft altijd dezelfde. Haar grootste probleem is de eenzaamheid. Telkens wanneer er iemand in haar leven komt verdwijnt deze weer en blijft ze alleen achter. Haar moeder is de hele dag gaan werken en als Cindy van school komt is ze boven en moet ze beneden op haar wachten, alleen. Ze tracht het van zich af te zetten. Ze beeld zich in dat het niet zijzelf is die deze problemen ondergaat, maar een tweede Cindy. Een Cindy waar ze achter kan schuilen als er iets gebeurde. Ze zondert zich af om de problemen te ontwijken. Naarmate ze ouder wordt is er voor haar nog altijd die tweede Cindy maar in mindere mate dan in het begin. Ze staat min of meer weer open voor de buitenwereld. Ze ontwijkt de problemen minder dan in het begin. Toch is ze soms nog bang en onzeker. Ze vindt vooral steun bij haar moeder die haar telkens weer tracht te troosten. Ook vindt ze steun bij de hond Tristan en later ook bij Ibrahim, maar deze steun zal - zoals de samenvatting dat vertelt - maar van korte duur zijn. Niet alleen bij de levende wezens, maar ook bij haar poppen kan ze troost vinden. Eerst is er Harlekijn, dan Aisja de lappenpop. Haar moeder vertelt telkens weer dat zij het met hun tweetjes toch goed hebben. Met de hond Tristan kan ze spelen en ze mag op z’n rug rijden. Ibrahim is voor haar een tweede vader en van hem krijgt ze de lappenpop Aisja. Tegen haar kan ze rustig praten en de vrolijke kleuren vrolijken haar op. Harlekijn doet vooral dienst in haar éérste levensdeel, als haar ouders net gescheiden zijn. Harlekijn is dan het enige gezelschap dat ze heeft. 2.7. Samenvatting van het boek
Deel I: een meisje van acht jaar, Cindy, krijgt van haar moeder te horen dat het niet meer goed gaat tussen haar vader en haar moeder. Dit gegeven werd duidelijk wanneer haar vader haar moeder op de grond gooit en begint te slaan en trappen op Cindy’s mama ( deze observerende beelden zullen nog vaak in Cindy’s gedachten komen) Op een dag verlaat haar papa het huis. Dit gebeuren zal haar nooit meer loslaten en zal later haar denken sterk beïnvloeden. De harlekijn die ze van haar vader kreeg zal ze koesteren als een herinnering aan haar "verloren" vader, ze mist de vaderfiguur in haar leven. Er zijn nog vele dingen en gebeurtenissen dat het kind nog niet zo goed begrijpt, het zou zo graag een hond hebben maar haar, vaak vloekende moeder weigert die te geven. Wanneer er steeds meer een vreemde heer op bezoek komt zegt haar moeder steeds dat het een ‘oom’ is, maar Cindy is nog niet zo dom als de volwassenen denken en voelt dat er iets fout is (maar wat?) Deel II: in het tweede hoofdstuk is Cindy alweer een jaartje ouder en plots gaat haar droom in vervulling, ze mag van haar moeder mee naar het asiel om een hond, Tristan. Tristan wordt Cindy’s beste, trouwste vriend ondanks dat haar kameraad nog steeds geen genade vindt bij haar moeder, volgens haar stinkt het dier en is het lastig. Na enige tijd wil haar moeder met Cindy op vakantie, naar Spanje. Omdat het dier niet mee mag naar Spanje moet het dier onvermijdelijk terug naar de kennel. Maar wanneer de hond weggebracht wordt, wordt het beest plots woest en valt Cindy en haar moeder aan. Cindy belandt in het ziekenhuis, haar moeder is slechts lichtgewond. In het ziekenhuis merkt een verpleegster een mooi feit op namelijk dat de slapende Cindy lijkt op Doornroosje, door het witte kleed en de manier van liggen: armen strak naast het lichaam. Toen Cindy door de hond meer neergegooid en gebeten ziet ze het beeld weer waar haar vader en haar moeder vechten en wanneer ze hoort dat Tristan is afgemaakt weet ze niet meer hoe ze dit tweede verlies te boven zal kunnen komen. Deel II: haar moeder ‘werkt’ nu in een zaak van speciale aangelegenheden en daardoor komen steeds meer van die ‘ooms’ over de vloer, één van die ooms is Ibrahim, een Algerijnse gastarbeider. Ibrahim, die binnenshuis Pitbram als koosnaampje krijgt, staat al gauw in de gunst van het meisje en er ontstaat en nieuwe band, een soort vader - dochterband (die ze mist met de dood van Tristan en haar verdwenen vader). Maar wanneer haar ‘nieuwe vader’ om familieaangelegenheden terug naar zijn geboorteland moet, krijgt ze een pop, "Aisja", die ze net als de harlekijn van haar vader zal koesteren. Maar deze troostende herinnering zal haar niet lang kunnen helpen. Dit derde verlies weegt sterk door op Cindy. Ze is ziek van droefheid en eenzaamheid, ze wil rusten en vergeten. Wanneer ze drie doosjes pilletjes neemt - net als moeder er soms neemt - gaat ze netjes op haar bed liggen, terug in de houding van de prinses, Doornroosje. Ze hoopte dat er een prins zal komen om haar te redden (Ibrahim, Tristan of haar vader). Nu is Cindy bevrijdt van eenzaamheid, ongeborgenheid en droefheid. En zo eindigt dit mythische verhaal. 2.8. Plaats van de handeling 2.8.1. In welk land, streek, stad heeft de handeling plaats? Het verhaal vindt plaats in België, Het verhaal speelt zich af in een groot dorp aan de dokken. Aan de dokken zelf woont Ibrahim, in een steegje waar de huizen opvallend gekleurd zijn. Het ‘café’ waar Regina werkt, de school en de stadsvijver waar de hondenkennel is zijn de andere belangrijke plaatsen. Eerst wonen ze in een triestige buurt met veel lawaai. Het is hier dat de ruzies en de echtscheiding plaats vindt. Dan is er hun tweede woonplaats. Rustiger gelegen met een tuintje om in te spelen. Hier kan Cindy tot rust komen. De fel gekleurde huisjes aan de dokken waar Ibrahim woont gaan samen met het nieuwe geluk en leven. 2.8.2. Is de plaats bepalend voor het verloop van het boek? In het begin niet, op het einde een klein beetje als Ibrahim naar zijn geboorteland terug moet. 2.8.3. Is het wereldbeeld in het boek simplistisch of genuanceerd? Leg uit
Het wereldbeeld is simplistisch, er wordt enkel gepraat over de belevenissen die Cindy zelf heeft meegemaakt. 2.8.4. Hoe wordt er tegen de maatschappij aangekeken? pessimistisch
Er wordt niet veel over de maatschappij gezegd, en als er iets over gezegd wordt is het pessimistisch 2.9. Milieu
2.9.1. In welk sociaal milieu speelt het verhaal zich af? middenstanders - arbeiders
2.9.2. Is het gekozen sociaal milieu van belang voor het verhaal? Zo ja, waarom? Ja, want Cindy haar moeder is een hoer, en Ibrahim is een arbeider in een fabriek. Cindy haar moeder moet heel veel werken om wat geld te verdienen. 2.9.3. Levert de schrijver kritiek op de maatschappij? Neen, niet duidelijk, er wordt niet zoveel over de maatschappij gezegd
2.9.4. Zitten mannen en vrouwen vast in het traditionele rolpatroon of doorbreken ze dat wel eens? Leg uit

Cindy haar moeder is heel blij dat ze eens op reis mag gaan, maar dan wordt Cindy gebeten door Tristan. Cindy leert dan ook Ibrahim kennen, en dan stopt ze ook met haar “werk”. 2.10. Tijd
2.10.1. Wanneer speelt het verhaal zich af? Bewijs
Het verhaal speelt zich af in het heden, er zijn enkele flashbacks, maar meestal gebeuren de dingen op het moment zelf. Vb: als Tristan Cindy aanvalt. 2.10.2. De belevingstijd
A. Is er een chronologische volgorde? Zo niet, waar wijkt de auteur van die volgorde af (situeer dit) en waarom? Op een enkele flashback na is alles in chronologische volgorde geschreven. Er zijn drie tijdsaanduidingen m.n. de drie leeftijden ( 8, 9 en 10 jaar) die Cindy doorloopt. B. Zijn er sprongen in de tijd, simultane gebeurtenissen, terugwijzingen, vooruitwijzingen, flashbacks e.d.? Zo ja, duid ze aan. Er zijn flashbacks als Cindy terugdenkt aan haar vader hoe hij haar moeder staat te trappen en te slaan. 2.10.3. Welke is de verhouding tussen belevingstijd en kalendertijd? Er is een normale verhouding. Soms springt het verhaal een beetje vooruit. Daarom is het in 3 delen ingedeeld. 2.10.4. Geeft het boek een beeld van de tijd waarin het is geschreven? Gaat het dus over een specifiek probleem voor een bepaalde tijd? Leg uit. Er zijn geen problemen in verband met de tijd, en het boek heeft geen specifiek beeld van de tijd. 2.11. Spanning
Op welke manieren wordt er spanning gewekt? Door ruimtelijke elementen, v.b. Als er verwarring is ziet Cindy overal benen en armen zwaaien. De naam Ptibram vat ze niet in de gevoelensvorm maar in de letterlijke vorm op. Ze had verwacht dat Ibrahim klein van gestalte zou zijn. Kleuren zijn voor Cindy heel belangrijk. Als ze omgeven is door triestige donkere kleuren voelt ze zich droevig ( bv. de pop Harlekijn ). Bij felle kleuren voelt ze zich blij en gelukkig ( bv. de pop Aisja, de fel gekleurde huisjes langs de dokken en het groene geitje van haar moeder ). Als de hond haar aanvalt: Gele ogen, rode vlekken op de canapé, op de hondekop rode strepen en rondom witte stukken van iets. Harlekijn : Witte broek met zwarte bollen, zwarte kraag en zwart mutsje. De pop Aisja : De kleren waren zo kleurrijk dat ze enorm moest lachen. Ibrahims wijk: Kleuren van de huisjes en de auto. Als Cindy de pop Aisja vernielt: Stukjes gekleurde stof en witte bloembladen. 2.12. Einde
Welk soort einde is er? geen happy end
Was de afloop voorspelbaar of onvoorspelbaar? Het einde van het verhaal kwam voor mij onverwacht en vond ik zeer onlogisch. Dit omdat Cindy nog zeer kinderachtig wordt voorgesteld, met poppen speelt, haarzelf vergelijkt met Doornroosje,... en dan plots in staat is om zelfmoord te plegen. Het is begrijpelijk dat ze nog met poppen speelt, niet begrijpt dat het geen ooms zijn maar minnaars van haar moeder en nog zeer kinderachtige opvattingen heeft enzovoort. Maar dan is het zeer onlogisch dat ze wel bewust is van het feit dat ze levenslang (zoals Doornroosje) gaat slapen door een overdosis slaapmiddelen te nemen. 3. Waardering 3.1. Verklaar de titel
De titel heeft iets sprookjesachtig. Het verband tussen de titel en het verhaal is vrij duidelijk: Cindy is Doornroosje en de honden zijn de personages die in haar leven komen en gaan. De naam ‘Doornroosje’ is gemakkelijk te verklaren. Cindy vergelijkt alles met sprookjes en geloofd dat zij zelf een prinsesje is, net als Doornroosje. Vooral in het slot wordt de naam Doornroosje sterk benadrukt. Cindy wil net als Doornroosje 100 jaar slapen om dan wakker gekust te worden door een prins. Een prins die haar uit deze ellendige wereld bevrijd. De personages die in haar leven komen en gaan worden ‘honden’ genoemd omdat Cindy hun doen en laten vergelijkt met die van een hond. Ze worden vooral met de hond Tristan vergeleken. Ook Tristan zelf is een van Doornroosjes honden. 3.2. Is de titel in overeenstemming met de inhoud? Heeft u zelf een voorstel voor een betere titel? Neen, ik vind dat deze titel heel goed bij het boek past. 3.3. Enige ontdekkingen
a. Een goed behandeld onderwerp vind ik op blz. 6, Het handelt over: De gebeurtenis die de meeste indruk heeft gemaakt op Cindy maar ook op mij is de eerste. Het feit dat haar vader haar verlaten heeft. Hoewel deze niet zo uitvoerig beschreven wordt is ze toch de meest drastische verandering in haar leven geweest. Ze heeft mij het meest aan het denken gezet door het feit dat sindsdien Cindy’s leven totaal veranderd is. Ze heeft door zijn vertrek altijd een leegte in haar gevoeld, iets dat ontbrak en moeilijk te vervangen was. Door deze gebeurtenis als eerste te plaatsen maakt de schrijver duidelijk hoe een diepe groef dat bij een kind kan achterlaten en hoe sommigen deze gebeurtenis nooit kunnen verwerken en toont hij ook duidelijk aan dat bij een echtscheiding vaak de kinderen het slachtoffer zijn. Dit beklemtoont hij door het contrast met de moeder die het wel zeer goed verwerkt heeft en die bovendien met vele mannen gaat flirten. Met dit alles wil de schrijver de lezers de ernst van een echtscheiding duidelijk maken wanneer er kinderen bij zijn, en hierin slaagt hij. B. Vijf merkwaardige gedachten: 1. Cindy lachte telkens en zei dan weer dat ze alles al had. 2. Haar vader had natuurlijk geweten dat zij een prinses was. 3. Op een keer wist ze héél zeker dat Walter boven was. 4. Er dansten vale schaduwen op het groen voor de zwarte struiken. 5. Cindy jubelde wanneer Ptibram ’s nachts bleef slapen. c. Vijf merkwaardige uitdrukkingen: 1. De worm: symbool van verdriet en pijn. 2. De hond Tristan: symbool van plezier en levensvreugde. Pop Aisja: symbool van razernij en woede. 3. Prinsesje: symbool van eenzaamheid. De 2 Cindy’s: symbool voor de vreemde dingen die gebeuren, vooral in haar fantasie. 4. Papageur: symbool van tederheid en gemis. 5. Mist: symbool van de dood. d. Geef een kort uittreksel waarin de titel van het boek duidelijk wordt. De titel heeft iets sprookjesachtig. Het verband tussen de titel en het verhaal is vrij duidelijk: Cindy is Doornroosje en de honden zijn de personages die in haar leven komen en gaan. De naam ‘Doornroosje’ is gemakkelijk te verklaren. Cindy vergelijkt alles met sprookjes en geloofd dat zij zelf een prinsesje is, net als Doornroosje. Vooral in het slot wordt de naam Doornroosje sterk benadrukt. Cindy wil net als Doornroosje 100 jaar slapen om dan wakker gekust te worden door een prins. Een prins die haar uit deze ellendige wereld bevrijd. De personages die in haar leven komen en gaan worden ‘honden’ genoemd omdat Cindy hun doen en laten vergelijkt met die van een hond. Ze worden vooral met de hond Tristan vergeleken. Ook Tristan zelf is een van Doornroosjes honden. e. Woordenschat (10 nieuwe woorden met paginavermelding, woordenboekverklaring en vermelding van de titel van het woordenboek) 1. p. 15: aanhalerig: overdreven aanhalig, overdreven liefkozen of geliefkoosd worden. 2. p. 25: grinniken: zenuwachtig lachen

3. p. 29: harlekijn: figuur uit het Italiaanse kluchtspel, gekleed in een bont pak met een houten sabel
4. p. 34: patisserie: banketbakkerij
5. p. 37: setter: patrijshond, langharige staande hond voor de korte jacht
6. p. 43: schampschot: even rakend, afglijden schot
7. p. 47: stampvoette: met de voeten stampen
8. p. 47: hooghartig: onvriendelijk trots
9. p. 64: mohammedaan: aanhanger van de leer van Mohammed
10. p. 81: kalief: titel van de opvolgers van Mohammed als wereldlijke heersers
Al deze verklaringen zijn gevonden in het kramers Nederlands pocketwoordenboek
3.4. Belangstelling
a. U vindt dit boek
boeiend - interessant - iets bij opgestoken B. Welke is de centrale idee die de auteur in dit boek ontwikkelt? Om iets te bereiken, moet je ervoor werken, en je kan dit niet alleen, in je leven heb je sociale contacten nodig, anders ga je eraan kapot. c. Ga je akkoord met de auteur? Waarom? Ja, de auteur heeft gelijk. Als er problemen zijn moet je er met iemand over kunnen praten. d. Wat heeft de schrijver met zijn boek willen bereiken? Ontspanning - de lezer laten nadenken over een probleem - inzicht geven in het karakter van de mensen - de lezer zijn wereld beter laten begrijpen Is hem dat bij u gelukt ? ja
e. Kon je meeleven met iemand in het boek? Zo ja, met wie en waarom? Met Cindy en met haar moeder, zij staan aan de rand van de maatschappij en hebben in het begin niemand om op terug te vallen, behalve elkaar. f. Heeft de auteur uw opvattingen gewijzigd of uw geest verrijkt? Neen, over dit onderwerp, mishandeling en dergelijke, wordt al heel veel gesproken in de wereld, en er bestaan ook al veel boeken over dit onderwerp. g. Stijl

Eenvoudig Geef de kenmerken van de stijl van de auteur in dit boek: De indeling van de gebeurtenissen valt samen met de leeftijd van Cindy en deze vormen tevens de 3 hoofdstukken. h. Gedachten
in elkaar verweven - ingewikkeld i. Quoteer het werk op 10 of op 100 8/10 Motiveer je quotering
Ik vind “doornroosjes honden” een zeer mooi boek, een boek dat boeit van het eerste tot het laatste moment. Dit vooral omdat het verhaal een mengeling is van actuele gegevens en sprookjesachtige motieven, het is vooral een zeer realistisch verhaal dat hierdoor ook een diepe indruk op je nalaat. “Doornroosjes honden” is hierdoor zeker geen sprookjesverhaal. Het boek handelt over een 8-jarig meisje, Cindy. Haar korte leven (waar ze uiteindelijk zelf een einde aan maakt) wordt bepaald door drie gebeurtenissen, deze worden door de auteur tot een mooi geheel verwerkt, waarbij met eenvoudige taal toch haar diepste gevoelens worden uitgedrukt. Doordat de taal eenvoudig blijft is het ook makkelijker om je volledig in haar personage in te leven, wat zeker een troef van het boek is. Het boek krijgt ook een extra effect door de talrijke vergelijkingen en de zeer mooie beeldspraak, waardoor je een zeer klaar beeld van alles krijgt en je je zo alles visueel kan voorstellen. 4. De auteur
4.1. Beknopte biografie (vermeld de bron) De steenbok is eenzaam, trots en mensenschuw dier. Om te overleven in het hoogland moet hij organiseren. Tegenslagen zijn voor hem spoorslagen, vergezichten moet hij bereizen. Hij lijkt gevoelskoud, wantrouwig en onzeker, maar hij verbergt zijn ontroeringen en zijn sociale betrokkenheid. Hij kent de duizeling van de afgrond: de aandrang tot de sprong en de val. En ook de aantrekking tot de hemel, tot het ongenaakbare, het onbereikbare. Hij kent vooral de eigen zwaarte: hij hangt aan de aarde vast. Icarus, maar zonder vleugels. Sisyfus, maar met de steen onder zijn voeten. Het is zijn kracht: hij staat op de grond en verplaatst zijn grenzen omdat hij ze kent. Het is ook zijn zwakheid: hij raakt niet van de grond los. Onmacht verlamt hem, depressies liggen op de loer. Zo stelt Willy Spillebeen zichzelf voor in een zelfportret "De levensreis van een steenbok". Willy Spillebeen werd op 30 december 1932 geboren in West-Rozebeke, West-Vlaanderen. Hij studeerde talen en was lang werkzaam als leraar Nederlands en Frans aan de technische school Sint-Lucas in Menen, het stadje aan de Franse grens en de Leie, waar de auteur nog steeds woont en dat vaak het decor vormt voor zijn meer autobiografisch-getinte romans. Hij is een erg veelzijdig schrijver, met een uitgebreid oeuvre, dat zowel proza (voor volwassen en jongeren) en poëzie, als essays en vertalingen omvat. Verder is hij redacteur van het literair tijdschrift "Dietsche Warande en Belfort" en lid van de Koninklijke Academie voor taal en letterkunde. Met Hubert van Herreweghen (voor 1974 met Jos de Haes) publiceert hij jaarlijks "Gedichten", een poëziebloemlezing, en stelde hij ook twee bloemlezingen met poëzie uit Noord en Zuid samen: Het nachtegalenbosje (1880-1916) en Dingen die niet overgaan (1945 – 1985). Tijdens het schooljaar 1990 –1991 werd hij als eerste Vlaamse auteur afgevaardigd door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap als "writer in residence" in de Verenigde Staten van Amerika. Hij onderwees daar onder andere Nederlandse taal en cultuur aan de universiteit van Wiconsin in Madison. Ook daarover heeft hij een interessant boek, In vele staten, geschreven. http://www.geocities.com/CollegePark/Hall/9563/besprspb.txt 4.2. Bibliografie (welke werken heeft hij geschreven en in welk jaar). Vermeld ook hier uw bron. Gedichten 1959–1973 1973
Steen des aanstoots 1970
Drie×drempelvrees 1974
De geboorte van het stenen kindje 1977
Ontwerp van een landschap 1977
Het goede doel van het geweld 1980
De vossenjacht 1977
Herinneringen aan de toekomst 1979
Aeneas of de levensreis van een man 1982
Cortés of de val 1987
De waarheid van Antonio Salgado 1988
De varkensput 1985
You're welcome in vele staten 1992
De spiraal 1959
Naar dieper water 1962
Groei-pijn 1966
Woorden in de stroom 1978; bloeml. uit eigen werk
Voorbij de populieren 1982

Dubbelspoor 1983
Land van vergeten 1995
Stillebeen/van Herreweghen. Gedichten 1995 1995
De maanvis 1966
De krabben 1967
De sfinks op de belt 1968
De schreeuw van de bunzing 1991
De anonieme jezuïet 1992
De seigneur van Peuplingues 1993
De ongestorven doden 1995
Thersites 1996
E. Looten 1963
J. de Haes 1966
Een zevengesternte 1968
A. Demedts 1971
H. van Herreweghen 1973
J.H. Leopold 1978
I. Gerhardt 1981
Doornroosjes honden 1983
De hel bestaat 1984
De engel van Saint-Raphael 1986
Moeder is een zot 1986
De andere oorlog 1988
Het toeval 1989
Een pluisje van de zee 1989
Anastasia 2001 4.3. Algemene tendensen in het leven en werk van deze auteur? Willy Spillebeen kan zich sinds 1988 volop met schrijven bezighouden. Hij is in de letteren dan ook een duizendpoot. Hij schrijft romans, gedichten, essays, poëziekritieken en maakt vertalingen. Als poëzierecensent levert hij bijdragen voor een heel aantal tijdschriften en hij zetelt in verschillende letterkundige verenigingen. Bovendien verzamelde Spillebeen een indrukwekkend aantal bekroningen voor zijn werk. Sommige van zijn boeken voor volwassenen worden vaak door jongeren gelezen, zoals bijvoorbeeld Doornroosjes honden. Een pluisje van de zee is zijn bekendste jeugdboek. Over Willy Spillebeen is er niet veel informatie verkrijgbaar, niet in de bibliotheek, en op internet vind je ook niet veel over hem. 4.4. Is hij een geëngageerd schrijver? Waarom denk je dat? Ja, ik denk van wel, ik denk dat de meeste schrijvers persoonlijk betrokken zijn bij hun boek, want moesten ze dat niet zijn, zouden ze er geen passie kunnen insteken, en dan zou het ook niet leuk zijn om een boek te schrijven. 4.5. Is het een Ikroman, auteursroman of persoonsroman? Bewijs je antwoord met een citaat Ik denk dat het een persoonsroman is. Cindy vertelt niet veel vanuit haar eigen standpunt, er is altijd een verteller. 4.6. Welke bronnen heb je gebruikt bij het maken van deze lectuurfiche? Tijdschrift - boek – Website
4.7. Heb je reeds andere boeken gelezen die met dit boek kunnen vergeleken worden? Geef een woordje uitleg

Ik vind dat dit boek een beetje vergeleken kan worden met blauw is bitter, het verhaal loopt ongeveer in dezelfde lijn, alleen speelt Cindy niet voor hoer. 4.8. Is het boek ooit verfilmd? Zo ja, door wie, wanneer en onder welke titel? Welke waren de acteurs die de hoofdrollen vertolkten? Neen

REACTIES

E.

E.

goede samenvatting , voor mij althans , heb er veel aan gehad , thx

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Doornroosjes honden door Willy Spillebeen"