Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Het bittere kruid door Marga Minco

Beoordeling 7
Foto van een scholier
Boekcover Het bittere kruid
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 2339 woorden
  • 3 september 2001
  • 54 keer beoordeeld
Cijfer 7
54 keer beoordeeld

Boekcover Het bittere kruid
Shadow

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop …

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerhe…

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop en verwachting, die precies weergeeft wat in die jaren in de harten van de vervolgden leefde. Sober omslag, duidelijke druk.

Het bittere kruid door Marga Minco
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Ondertitel: ‘een kleine kroniek’. Hiermee wordt bedoeld, dat dit verhaal een kort gedeelte ui de geschiedenis beschrijft (kroniek= een geschiedenis verhaal in chronologische volgorde). Motto: ‘Er rijdt door mijn hoofd een trein vol joden, ik leg het verleden een wissel om…’ - Bert Voeten Opbouw: 90 blz. 23 hoofdstukken
De hoofdstukken zijn dus vrij kort. Epiloog. Uitgeverij: Amsterdam: Bert Bakker 1e druk: mei 1957 Dit is de 39e druk: februari 1995
Genre: Psychologische oorlogsroman. Korte inhoud: de familie van de ikpersoon woont in Breda. Ze krijgen het steeds moeilijker omdat ze joods zijn. Op een dag komt er een razzia en pakken de Duitsers de ouders van de ikpersoon op. De ikpersoon kan ontsnappen. Ze krijgt verschillende onderduikadressen, maar nergens kan of wil ze lang blijven. Later krijgt ze een nieuw persoonsbewijs en een nieuw onderduikadres, en daar blijft ze totdat de oorlog voorbij is. Na de oorlog zoekt ze haar oom op. Hij heeft bericht gekregen dat zijn hele familie is omgekomen. Toch blijft hij bij de tramhalte staan wachten of er nog iemand terugkomt. Wanneer haar oom gestorven is, mist ze het geloof van haar oom. Ze weet dat er niemand meer terug komt. Samenvatting: Marga komt met haar ouders terug in Breda, nadat ze waren gevlucht voor de Duitsers. Haar vader vindt het nog niet nodig om voor de Duitsers onder te duiken, omdat hij denkt dat het zo'n vaart niet zal lopen. Vroeger al was Marga lastig gevallen door kinderen omdat ze joods was, en ook kon ze herinneren dat er altijd afstandelijk en bang werd gedaan als ze bijvoorbeeld iemand uitnodigde om naar binnen te komen. Ze vindt het ook moeilijk dat alles onder de bezetting verboden was. Toen Marga het eerste jaar van de oorlog ziek werd, verhuisde de familie naar Amersfoort en trokken bij haar broer Dave en zijn vrouw Lotte gingen inwonen. Marga moest kuren ondergaan in het ziekenhuis. Op een dag komt vader thuis met de sterren die goed worden ontvangen door iedereen. Vader en Dave krijgen een oproep voor het werkkamp, maar worden beide afgekeurd, omdat vader huidaandoeningen heeft en Dave iets uit een flesje heeft genomen dat hem ziek maakte. Een niet-joods buurmeisje neemt, bij een bezoek om een tennisracket een heleboel van Marga's spullen mee, omdat zij ze mooi vindt en Marga zegt dat ze mee mag nemen, want zij zal er waarschijnlijk toch geen gebruik van maken als ze weggaat. Om hen heen duiken steeds meer mensen onder. Toch wil vader nog niet onderduiken, ondanks dat er wel razzia's worden gehouden. Ook Bettie wordt door de razzia's opgepakt. Als Marga, Dave en Lotte een oproep krijgen, komen ze daar onderuit door de dokter een attest achtergelaten had voor Marga en Dave. Lotte mocht blijven om Marga en Dave te verzorgen. Marga's ouders moesten in een getto in Amsterdam gaan wonen, omdat ze over de vijftig waren. Op een dag heeft Marga genoeg van het rondlopen in haar pyjama de hele dag. Ze gaat met de trein, wat zeer gevaarlijk was, naar Amsterdam om haar ouders op te zoeken. Veel mensen om hen heen duiken onder, maar de familie van Marga nog steeds niet omdat ze er het geld niet voor hebben en omdat vader optimistisch blijft en hoopt dat het misschien niet nodig zou zijn. Dave en Lotte wonen inmiddels ook in Amsterdam en naar hen gaat ze als haar ouders op een avond door de Duitsers worden opgepakt en zij nog net door de achterdeur kan ontglippen. Omdat haar identiteitspas in handen was gekomen van de Duitsers ( hij zat nog in haar jas, die ze in het huis van haar ouders had moeten laten hangen) onderging Marga een metamorfose; haar haar werd gebleekt. Toch besluiten ze om naar Utrecht te gaan om daar onder te duiken, maar op het station worden Lotte en Dave opgepakt. Marga redt het naar Utrecht, maar kan niet bij het onderduikadres terecht. Ze gaat weer terug naar Amsterdam en wordt daar door een jongen, Wout, geholpen met een ander adres te zoeken. Omdat er of weinig plaats was, of omdat ze moest betalen en haar geld opraakte, moest Marga een aantal keren van onderduikadres wisselen. Tot na de oorlog verblijft ze in Heemstede. Na de oorlog gaat ze haar oom en tante opzoeken in Zeist. Zij zijn niet opgepakt omdat haar tante Nederlands was. Haar oom kon nog steeds niet begrijpen dat zijn familie allemaal dood was en ging ook elke dag naar de tramhalte om te kijken of ze niet toevallig langs kwamen. Toen haar oom gestorven was en Marga haar tante nog eens op ging zoeken zag ze ook de tramhalte waar hij altijd had gezeten. Alleen zij beseft wel dat noch haar ouders noch Bettie, Dave of Lotte terug zouden komen. Hoofdpersoon: · Ikpersoon: Je beleeft alles precies zoals de ikpersoon het heeft beleefd. Je leert de ikpersoon kennen door: haar woorden, haar gedachten en haar daden. Bijpersonen: · Vader: Hij is een optimistisch type. Van buiten af lijkt hij niet bang te zijn voor de oorlog. Hij zegt telkens: ”Hier is het anders” en “Ons gebeurd niets”. Hij is erg rustig en wacht alles af. · Moeder: Ze is erg bezorgt en tegelijkertijd ook realistisch. Ze heeft niet te veel vertrouwen in de oorlog. · Dave: Hij is het oudste kind van de familie. Hij is erg bang om te moeten vechten; hij neemt een drankje zodat hij wordt afgekeurd. Hij is erg sterk; hij is snel weer beter nadat hij het drankje heeft ingenomen. · Lotte: Ze is de vrouw van Dave. Ze is erg bezorgd; bang wanneer Dave het drankje inneemt. Ze is erg netjes en precies; de ster naait ze heel netjes op haar kleren. Ze is ook onzeker. · Bettie: Ze is de zus van de ikpersoon. Ze woont in Amsterdam. Ze wil haar familie niet ongerust maken, door hen een kaartje te sturen. Tijd: De tijd die in het boek verloopt, begint als de oorlog een paar dagen bezig is en eindigt iets na de bevrijding. Het verhaal duurt ongeveer vijf jaar. Er zitten gedachten in van de ikpersoon. Dan denkt ze vooral terug aan de dingen die in haar jeugd gebeurd zijn, zoals het bijna zien verdrinken van haar zus Bettie of het gepest als ze door de Kloosterstraat moest lopen, waarin veel kinderen waren die haar pestten omdat ze Joods was. Dit zijn flash -backs. De verteltijd is korter dan de vertelde tijd. Ik had ongeveer 3 a 4 uur nodig om het boek te lezen, maar in het boek verstrijkt er 5 jaar. Er zitten verschillende tijdssprongen in, niet elke gebeurtenis in het boek wordt verteld. Bijvoorbeeld de sprong van het einde van het boek naar de epiloog, de oorlog is daar ineens afgelopen. Er zitten ook versnellingen en vertragingen in. Voor een gebeurtenis van 5 minuten, wordt soms een paar bladzijden voor uitgetrokken, terwijl met enkele woorden een periode van jaren weergeeft. Of als ze door de man in de Lepelstraat wordt aangehouden bijvoorbeeld beschrijft ze hoe deze man eruit ziet en daardoor krijg je niet echt een doorlopend verhaal.
Ruimtes: Het verhaal speelt zich op verschillende plaatsen af. Als eerste het huis in Breda; een ingericht huis met voortuin en bovenverdieping. Het ligt vlak bij een weiland. Het kledingsmagazijn; een donker kantoortje met een tabakswalm. Er staan veel oude dozen. De ikpersoon denkt aan vroeger. Dan in het huis van Dave en Lotte in Amersfoort; een mooi huis met een tuin met veel bloemen. Er hangt een vriendelijke sfeer. Het getto het is erg groot en kil. De ikpersoon voelt zich er niet echt thuis. Het huis in de Sarphatistraat; het is er erg donker, een beetje somber, maar de ikpersoon voelt zich er wel thuis. In de Lepel; overal zijn soldaten met overvalwagens. De soldaten plunderen huizen leeg en de ikpersoon voelt zich niet echt op haar gemak. Dan zijn er dan nog de verschillende onderduikadressen, zoals het huis boven de kruidenier, maar hier kon ze niet blijven. Een donker huis waar veel mensen zitten, hier voelt ze zich wel op haar gemak. Dan het laatste onderduikadres; een klein huisje. Ze wil hier niet blijven want de mensen zijn erg arm. Tenslotte het huis van haar oom; het is klein en er hangt een treurige sfeer. De ruimte is vooral ondersteunend gebruikt. Alles wordt sober en triest beschreven en dat was het ook in de oorlog. Ook het huis, dat symbool staat voor veiligheid, verliest haar functie, omdat er in de oorlog voor Joden niets veilig was. Ze konden elk moment opgepakt worden door de Duitsers. Spanning: De spanning in het boek wordt opgebouwd door de lezer op te zadelen met een vraag: Lukt het de familie van Marga Minco om uit de handen van de Duitsers te blijven? En als de familie opgepakt is gaat het over in: zal het Marga lukken om niet opgepakt te worden? Ook wordt de spanning in het verhaal opgebouwd door vertragingen. Bijvoorbeeld als er mensen in de Lepelstraat worden opgepakt en Marga ook bijna moet instappen. Een ander voorbeeld is als de familie in Amsterdam wordt opgepakt, maar Marga nog net via de tuindeur kan ontsnappen. Er wordt zoveel omheen verteld van de situatie die er op dat moment speelt (uiterlijk van mensen e.d.) dat je daardoor een vertraagde werking krijgt, omdat je de dialogen op deze manier niet direct kan volgen. Toch wil je zo snel mogelijk te weten komen wat er gaat gebeuren. Door de omgeving en personen goed te beschrijven bouwt de schrijfster ook spanning op. Ze beschrijft namelijk precies hoe de Duitsers eruit zagen en hoe ze zich gedroegen. Omdat ze zo star en bevelend waren (ze worden dan ook beschreven als tinnen soldaatjes) gaf dat een nare situatie was en het verhaal spannend maakte. Vertelperspectief: Je bekijkt de moeilijkheden en de oorlog door de ogen van de ikpersoon. Het verhaal wordt verteld vanuit het ik-perspectief. Je leest met de gedachten van de 'ik' in het verhaal. Ook voel je haar gevoelens. Het is dus een 'ik-verhaal'. Je kan de naam van het ikfiguur niet opmaken uit het boek. Maar omdat het boek een waar gebeurd verhaal en omdat het boek gaat over Marga's belevenissen in de Tweede Wereldoorlog is het ook een autobiografie. Het verhaal is chronologisch verteld, omdat alle gebeurtenissen elkaar opvolgen. Motieven: *Oorlog: doordat het verhaal zich afspeelt in de oorlog word je er constant aan herinnerd en is het terugkerend. *Dood: dit maakte indruk. Om Marga heen worden veel mensen opgepakt, waaronder ook haar ouders, broer Dave, zus Bettie en de vrouw van Dave, Lotte. *Jodenvervolging: de Duitsers die mensen oppakken, zoals de razzia's waarbij Bettie is opgepakt of die van de mensen in het bejaardenhuis of de Lepelstraat maakten een grote indruk, omdat het een eng idee is, dat er mensen op deze manier worden vermoord en eigenlijk zonder reden. *Verboden: door de Duitsers waren er een heleboel dingen verboden voor Joden, zoals het zwembad, badhuis, de parken en later ook het openbaar vervoer. Dit wordt in het boek duidelijk herhaald.
*Angst: dit gevoel maakt zowel indruk als dat het herhaald wordt. Het is gek dat iemand bang is als hij in de trein zit om gepakt te worden door de Duitsers. En niet alleen als men in de trein zit, maar zelfs als je thuis zit, kunnen ze komen. Men voelde zich als Jood bang en was beroofd van zijn vrijheid *De gele jodenster: die ze moeten dragen tijdens de oorlog *De wachtende oom: die gelooft dat er nog meer familie terugkomt, terwijl hij een brief heeft gekregen, waarin stond dat iedereen is omgekomen. *De verpletterde tol: die aangeeft dat de oorlog slecht zal aflopen. Thema: de gevolgen voor de joden tijdens en na de oorlog. De problemen en angsten die de joden hebben gehad tijdens de Tweede Wereldoorlog en hoe lang deze tijd nog zal nawerken in de periode die nog volgt. De ik-persoon mag zich dan wel goed hebben gered uit de oorlog, ondanks de spanning en angst die ze heeft gehad en de gevaarlijke momenten dat ze bijna werd opgepakt. De titel is niets voor niets ‘het bittere kruid’. Ook verliest ze bijna haar hele familie, dit is heel triest. De dingen die ze heeft meegemaakt zullen nog lang een rol blijven spelen in haar leven. Ze zou nog lang pijn en verdriet kennen omdat ze eigenlijk zonder reden haar hele familie is kwijtgeraakt. Het thema in één zin: “De problematiek van de Joden in de oorlog” en hoe met name Marga Minco zelf, zich eruit heeft gered. Recensies In veel uittreksels wordt steeds verteld over Marga. Terwijl er is verteld dat je geen naam aan de ikpersoon mag geven. Er stond ook in dat de ikpersoon geen gevoelens in haar verhaal uitte. Ik vond juist dat je door middel van de ruimtes goed de stemming van de ikpersoon kon merken. Wel was ik het er mee eens dat de epiloog erg mooi en ontroerend was.
Hoofdthema’s Het hoofdthema van de meeste boeken van Marga Minco is oorlog. Stroming: Moderne Nederlandse literatuur. Biografie: Marga Minco is op 31 Maart 1920 geboren in Ginneken. Ze is de enige van haar familie die de oorlog heeft overleefd. Ze trouwde met de schrijver/ dichter Bert Voeten, van wie ze na een paar jaar scheidt. In 1958 krijgt ze de Vijverbergprijs voor haar boek: Het bittere kruid. Ook heeft ze nog vele andere boeken geschreven ( zie oeuvre). Oeuvre: De andere kant 1957
Een leeg huis 1966
Terugkeer 1968
De dag dat mijn zuster trouwde 1970
De val 1983
Kijk eens in de la 1963 (kinderboek) De verdwenen bladzij 1994 Eigen mening: De scène die mij het meeste aansprak was, toen de ouders van de ikpersoon opgepakt werden en de ikpersoon vluchtte. Dit boek sprak mij wel aan, omdat er veel spanning in zit en er verdrietige en ontroerende scènes in voorkomen. Het boek is makkelijk te begrijpen, behalve de joodse woorden. Het verhaal is goed opgebouwd: voor de oorlog, tijdens de oorlog en na de oorlog. Geraadpleegde bronnen: - uittreksels van internet:
http://www.scholieren.com - boekverslag van een vriendin - informatie over Marga Minco uit de bibliotheek.

REACTIES

K.

K.

goed boekverslag!

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het bittere kruid door Marga Minco"