The lord of the rings door J.R.R. Tolkien

Titel:In de ban van de Ring Auteur: John Ronald Ruell Tolkien is geboren in 1882 in Zuid-Afrika maar opgegroeid in Birmingham, Engeland waar hij aan de Oxford universiteit studeerde. Tijdens de eerste wereld oorlog vocht Tolkien in het leger. Na de oorlog werd hij leraar Engels en literatuur. De Hobbit, In de ban van de Ring en de Silmarillion , die overigens allemaal verband met elkaar hebben, zijn zijn bekendste boeken. Tolkien overleed in 1973. Hij maakt zelf geen deel uit van het verhaal. Plaats/ruimte Midden Aarde, een fantasie wereld bedacht door Tolkien (het speelt zich niet af in het midden van de aarde, die wereld wordt zo genoemd).
Soort werk Een roman Aantal bladzijden 1402 Genre Fantasie. Toch zou ik dit boek niet aanraden aan kinderen, omdat het behoorlijk moeilijk is om te begrijpen. Eerste druk Urwin 1954, Londen. Rassen beschrijvingen en de geschiedenis van de Ringen Hobbits: Hobbits zijn in wezen kleine mensen (ze worden in de regel niet groter dan een cm of 90), maar ze zijn geen familie van elkaar. Hobbits hebben geen baarden zoals dwergen Maar hebben wel sterke beharing op hun voeten. Ze hebben ronde hoofden met bolle wangen. Ze hebben een leerachtige huid onder hun voeten zodat ze geen schoenen aan hoeven en dat doen ze dan ook niet. Dwergen: Hoewel dwergen ongeveer even groot zijn als hobbits, kun je ze niet door elkaar halen: Dwergen hebben namelijk grote baarden in alle kleuren. Ook dragen dwergen veel sieraden, bij voorkeur goud. Dwergen hebben vanwege een conflict in vroegere era’s een hekel aan Elven.
Elven: Elven zijn niet, zoals veel mensen denken, kleine wezentjes met vleugeltjes en toverstokjes. Elven zijn iets kleiner en slanker dan mensen. Ze wonen niet in mensen steden maar wonen in Rivendel, een plaats waar de half-elf Elrond woont en in het bos Lothlorien waar de elvenkoning Galadriel woont. Elven hebben, vanwege de bovengenoemde reden een hekel aan dwergen. Elven houden van de natuur en zijn immuun voor ziekten en kunnen niet sterven van ouderdom. Orks: Orks zijn elven die door zwarte magie gemuteerd zijn. Deze wezens, die tot op het bot slecht zijn, dienen de Zwarte Heerser Sauron. Orks kunnen verschillende lengtes hebben: 1-2 meter kunnen ze worden. Ze hebben een geschubde, groene huid en vaak hebben ze slagtanden. Nazgûl: Ook wel Ringgeesten genoemd, zijn de meest machtige dienaren van Sauron. Het zijn ondode, spectrale wezens, onderschikt aan Sauron door het gebruik van de ringen die aan de 9 mensen zijn gegeven. Zij worden aangetrokken door de Meesterring en onderhouden een geestelijk contact met Sauron. Geschiedenis van de Ringen: In de ban van de ring speelt zich af in de 3e era. In de 2e era smeedde de elvensmeden 19 Ringen van Macht: 9 voor de mensen, 7 voor de dwergen en 3 voor de elven. Dit deden ze in samenwerking met Sauron, omdat de elven toen nog dachten dat Sauron een bondgenoot was. Toen het werk voltooid was verraadde Sauron de elven en eigende zich alle ringen toe, behalve de drie van de elven. Met de macht die hij hiervan kreeg smeedde hij de Meesterring. Deze ring zou even machtig zijn als alle andere ringen bij elkaar. Toch werd Sauron in de 2e era verslagen door de mensenkoning Isildur die de Meesterring van de vinger van Sauron afsneed en hem zich toeeigende. Hij was degene die erachter kwam dat als je de Ring draagt, dat je onzichtbaar wordt(hoewel machtiger wezens meer kracht aan de Ring ontlenen). Een paar jaar later werd Isildur door Orks in een nederlaag gelokt. Om te ontsnappen deed Isildur de ring om en sprong in de rivier. Daar is de Ring van zijn vinger gegleden en Isildur werd gedood. Jaren later werd de ring gevonden door gollem, een wezen die de ring lang zou bezitten totdat Bilbo Balings de Ring zou vinden en met zich mee zou nemen. Karakterbeschrijvingen Frodo Balings: Frodo, de neef van Bilbo, geadopteerd op zijn 20e (Hobbits worden pas op hun 33e volwassen), is de belangrijkste persoon van het boek, want hij moet de Ring vernietigen. De Ring heeft hij geërfd van Bilbo die hij op zijn avontuur naar de eenzame berg vond. Hoe verder Frodo vordert op zijn reis naar Mordor, hoe erger hij in de ban van de ban van de Ring komt. Hierdoor wordt hij paranoïde dat iedereen “zijn” Ring wil stelen. Sam Gewissies: Sam, zoon van tuinman Hamfast Gewissies ook wel de Gabber genoemd, is Frodo’s tuinman en tevens beste vriend. Hij heeft alles over voor Frodo en heeft hem de hele reis naar en door Mordor gesteund en gezelschap gehouden. Boromir van Gondor: Boromir is een mens uit het land Gondor. Hij is de zoon van de stadshouder en reist naar Rivendel voor de raad van Elrond de half-elf. Hier ontmoet hij Frodo en de rest van het reisgenootschap. Boromir is de persoon die Frodo aanzet tot het verlaten van het reisgenootschap, maar daar later meer over. Stapper/ Aragorn: Aragorn is de erfgenaam, in rechte lijn, van Isildur. Hij ontmoet Frodo al vroeg in het verhaal en zorgt altijd voor zijn veiligheid. Hij beschikt over sterke geneeskundige kwaliteiten. Hij heeft veel omgang met Elven, die hem helpen in zijn zwervende bestaan. Gandalf de Grijze: Gandalf is een tovenaar met grote krachten. Hij is een goede vriend van Bilbo en later, ook van Frodo. Hij is degene die beseft dat de toverring van Bilbo in werkelijkheid de Meesterring is waar Sauron op aast en terug wil hebben. Gandalf sterft in de loop van het verhaal, maar herrijst als Gandalf de Witte en is dan sterker dan ooit. Gollem/ Smeagol: Hoewel hij eigenlijk Smeagol heet, wordt hij Gollem genoemd vanwege een keelgeluid die hij maakt. Gollem heeft de Ring bezeten, of eigenlijk de Ring hem, voordat Bilbo hem “stal”. Hij heeft zijn houdbaarheidsdatum lang overschreden door gebruik van de Ring. Ook heeft hij een extra persoonlijkheid gekregen: Een slechte en een neutrale, soms zelfs goede persoonlijkheid. Hij zoekt de Ring en wil hem terugnemen van de “dief”. Op een gegeven moment komt hij Frodo tegen maar belooft hem te gehoorzamen, omdat hij wordt gevangen door Frodo en Sam. Sauron, de Zwarte Heerser: Sauron is het grote kwaad in het boek. Hij is degene die, door het terugkrijgen van de Meesterring een enorme oorlog wil ontketenen en heerser worden over Midden-Aarde. Bijpersonen: Pepijn Toek: Peregrijn, voor zijn vrienden Pepijn, is een van de beste vrienden van Frodo en is ook lid van het reisgenootschap, maar hij heeft geen rol die echt belangrijk is, hoewel hij wel een Nazgûl heeft verslagen. Merijn Brandebok: Meriadoc, Merijn voor zijn vrienden, is eveneens een goede vriend van Frodo en lid van het reisgenootschap. Legolas van Demsterwold: Legolas, een elf uit het Demsterwold, is een zoon van de koning van Demsterwold. In Rivendel komt hij de rest van het reisgenootschap tegen en rijt met hun mee. Hoewel Elven en Dwergen een hekel aan elkaar hebben, hebben hij en Gimli de Dwerg een hechte vriendschap opgebouwd in de loop van het verhaal. Gimli de Dwerg: Gimli, zoon van Gloin, een vriend van Bilbo, is een dwerg van de eenzame berg. Ook hij gaat naar Rivendel om raad te vragen van Elrond over geruchten over de Ringen van Macht die gevonden zouden zijn. Hij wordt een goede vriend van Legolas.
Verslag Boek 1: Het reisgenootschap van de Ring Dit verhaal begint op de 22e van de Heiligmaand 3001 in de Gouwtelling(Hobbits wonen in een land genaamd De Gouw). Het is een week voor de verjaardag van Bilbo en Frodo. Omdat hij het leven van avontuur mist, besluit Bilbo dat hij, voor hij sterft, nog een keer op reis wil. Hij laat alles aan Frodo na, inclusief de Ring. Na een aantal jaren komt Gandalf weer eens langs, alleen met minder goed nieuws: Hij is erachter gekomen dat de Ring, die Bilbo aan Frodo heeft nagelaten, de Meesterring is. Samen besluiten ze dat de Ring vernietigd moet worden voordat Sauron hem te pakken krijgt. Er is maar een probleem: Hij moet vernietigd worden in het vuur waarin hij is gesmeed. Dat is de Doemberg, gelegen in Mordor, het land van de Schaduwen en het land van Sauron. Frodo gaat, in alle heimelijkheid, op reis naar de stad Rivendel. Onderweg naar Breeg, een stad tussen de Gouw en Rivendel, komen ze de eerste tekenen van de Vijand tegen: Een Ringgeest, maar gelukkig ontsnappen ze voordat de Ringgeest hun kan pakken. Na nog een paar moeilijkheden komen ze veilig aan in Breeg. Hier ontmoeten ze een mysterieuze, lange man die door de inwoners van Breeg “Stapper” wordt genoemd. Later blijkt hij Aragorn te zijn, de erfgenaam van Isildur en rechtmatige koning van het land Gondor. Aragorn overtuigd de Hobbits hem te vertrouwen en met hem mee te reizen naar Rivendel. Eenmaal in Rivendel aangekomen houdt Elrond een vergadering om te beslissen wat er verder met de Ring moet gebeuren en vragen van zijn gasten te beantwoorden. In deze vergadering wordt besloten dat de Ringdrager de Ring met vernietigen. Om zijn queeste tot een goed einde te brengen gaan er 8 reisgenoten mee om het aantal Ringgeesten te evenaren. Deze reisgenoten zijn: Gimli, Legolas, Boromir, Sam, Merijn, Pepijn, Aragorn en Gandalf. De reisgenoten vertrekken na een paar weken op weg naar Mordor. Al snel komen ze het eerste probleem tegen: De Nevelbergen. Er zijn 3 manieren om dit obstakel te overwinnen: Hem beklimmen, er omheen gaan of door de stad trekken die in het hart van de berg ligt: Moria. Moria is een oude en verlaten Dwergenstad geïnvesteerd met Orks. Ze besluiten het laatste te doen, maar blijkt catastrofaal te worden. Gandalf stort in de afgrond als hij in gevecht raakt met een Balrog, een brandende demon uit de 1e era. De overige reisgenoten kunnen nog net ontsnappen uit Moria. Nu ze hun leider kwijt zijn besluit Aragorn hun verder te leiden. Omdat Lothlorien dicht bij is en hij bevriend is met de koningin, Galadriel, besluit hij hun eerst daarheen te leiden. Na hun korte verblijf in Lothlorien gaan ze weer verderop hun weg naar Mordor tot ze bij een punt zijn gekomen waar sommige reisgenoten een besluit moeten nemen wat ze gaan doen: Gaan ze naar Gondor om het land te verdedigen of gaan ze naar Mordor om de Ring te vernietigen? Frodo heeft tijd nodig om na te denken en vraagt om wat tijd alleen. Na een poosje komt Boromir hem opzoeken om hem over te halen de Ring aan hem te geven. Als Frodo weigert, verliest Boromir zijn zelfbeheersing: Hij is in de ban van de Ring. Frodo raakt in paniek, doet de Ring om en laat Boromir achter. In zijn paniek besluit Frodo dat hij beter alleen naar Mordor kan gaan en zijn reisgenoten te verlaten. Gelukkig had Sam al zo’n gevoel dat hij dat zou doen en kon nog net op tijd bij hem komen om met hem mee te gaan. Als Boromir terug komt en Frodo is niet bij hem gaan ze naar hem zoeken. Als Boromir in een gevecht met Orks omkomt en Merijn en Pepijn door die Orks gevangen wordt genomen valt het reisgenootschap definitief uit elkaar. Boek 2: De twee torens Het boek springt hier van persoon naar persoon zodat het moeilijk is om erover te vertellen. Het zal daarom soms wat moeilijk te begrijpen zijn, hoewel ik het boek zal proberen zo goed mogelijk te volgen. Na het begraven van Boromir besluiten Aragorn, Legolas en Gimli Merijn en Pepijn te gaan helpen ontsnappen omdat ze begrijpen dat ze voor Frodo en Sam niets meer kunnen betekenen. In hun achtervolging op de Orks die Merijn en Pepijn gevangen hebben genomen, trekken Aragorn en de anderen door het land Rohan, het land van de paardenruiters, op weg naar dee Ortanc, de toren van de slechte tovenaar Saruman. Als ze de orks bij het bos Fangorn inhalen, komen ze erachter dat de Orks al zijn verslagen, maar ze vinden geen enkel spoor van de Hobbits. Ondertussen zijn de Hobbits al ontsnapt en het bos Fangorn ingevlucht. Hier ontmoeten ze Boombaard de Ent. Een Ent is een groot boomachtig wezen die ouder zijn dan elk ander levend wezen op Midden-Aarde. Boombaard zorgt voor de Hobbits en wordt goede vrienden met hen. Als de Hobbits vertellen van Saruman worden de Enten woedend, omdat de Enten al jaren worden geteisterd door de Orks van Saruman. De Enten besluiten Saruman te vernietigen en vertrekken naar de Ortanc. Hier gaat het boek weer naar Aragorn en de anderen. Ze trekken Fangorn in om naar sporen te zoeken naar de Hobbits maar tegen die tijd zijn ze al vertrokken uit Fangorn met Boombaard. Hier komen ze wel een andere vriend tegen: Gandalf de Grijze, nu Gandalf de Witte herrezen uit de dood. Deze neemt hun mee naar de koning van Rohan om hem te waarschuwen voor Saruman en de dreiging uit Mordor en hem over te halen Saruman te verslaan en Gondor te helpen tegen Mordor. Nadat Saruman is opgesloten in zijn eigen toren gaan de Ruiters van Rohan naar Gondor, die inmiddels wotdt aangevallen door tienduizenden Orks en de Ringgeesten. Frodo en Sam worden gevolgd door Gollem en ze nemen hem gevangen. Als Gollem hen belooft dat hij hun gids zal zijn sparen Frodo en Sam hem. Gollem leidt hen vervolgens door de Dode Moerassen naar Cirith Ungol, doorgang naar Mordor. Wat Gollem niet heeft verteld is dat Shelob een enorme spin hier huist. Gollem sluit een overeenkomst met Shelob: Zij mocht Frodo en Sam opeten als hij de Ring mocht hebben. Sam verslaat het beest maar niet voordat Shelob Frodo te pakken kreeg. Als Sam concludeerd dat Frodo gestorven is trekt hij alleen verder om de Ring te vernietigen. Als hij ziet dat Frodo gevangen wordt genomen door Orks ziet hij zijn fout in en gaat hem proberen te redden. Boek 3: Terugkeer van de Koning Dit boek begint in Gondor dat wordt aangevallen door Mordor. Als Gondor nog net op het nippertje wint door de komst van Rohan en de Reisgenoten Aragorn, legolas, Gimli, Merijn en Pepijn, trekken de Reisgenoten en een deel van het leger naar de Poorten van Mordor om Sauron af te lijden van Frodo en Sam, waar hij nog geen weet van heeft. Voor deze poorten wordt een enorme slag geleverd die wordt gewonnen door het vernietigen van de Ring. Hier gaat het boek weer terug naar Sam, die Frodo redt uit de klauwen van de Orks. Samen trekken ze verder naar de Doemberg waar Frodo zijn verstand verliest en besluit de Ring niet te vernietigen. Hier komt Gollem weer terug en gaat in gevecht met Frodo. In dit gevecht probeert gollem de Ring van de vinger van Frodo af te bijten en niet zonder succes: Hij bijt de vinger met de Ring van de hand van Frodo af, hoewel hij hierna, nadat hij zijn evenwicht verliest, in de Doemberg valt en hiermee de ring vernietigt. Hierna gaat iedereen terug naar waar hij hoort: Aragorn wordt koning van Gondor gekroond, Legolas gaat met Gimli op reis en Gandalf gaat met de Hobbits terug naar de Gouw, hoewel hij niet het land met hen intrekt maar hij gaat nog een paar zaakjes regelen. Als de Hobbits de Gouw binnen trekken is niets meer hetzelfde: Saruman is ontsapt en heeft chaos gecreeerd in het kleine land. Als hij vernietigd is blijft er voor altijd vrede in Gouw. 1 jaar later, als alles goed gaat in de Gouw, vertrekt Frodo samen met Gandalf, Bilbo, Elrond en een heleboel Elven naar de Havens om naar Valinor, een plaats de goden nog leven, te gaan om nooit weer terug te keren.