AIDS

A: Vragen over AIDS

1. Wat is het verschil tussen Hiv en AIDS? Schrijf ook op waar de afkortingen voor staan.
Aids is een stoornis in het afweersysteem van het lichaam. Het ontstaat na een infectie met HIV (is een virus) die het immuunsysteem aantast. Dus Hiv veroorzaakt AIDS.
Aids staat voor: Acquired Immune Deficiency Syndrom en
HIV staat voor: Humaan Immunodeficientie Virus.

2. Hou zou het komen dat in de rijke landen een virusvariant opkomt die resistent is tegen medicijnen?
- In de rijke landen worden er steeds medicijnen uitgevonden om de ziektes te bestrijden en in arme landen helemaal niet. Het virus zal zichzelf dan niet ontwikkelen (muteren) omdat er geen medicijnen zijn en kan dus gewoon zijn gang gaan. In de rijke landen moet het virus zich steeds verder ontwikkelen om te kunne overleven.

3. Bereken hoeveel Afrikanen er in 2002 aan aids zullen overlijden. Klopt dit met het totale aantal aids-slachtoffers in Afrika dat in het artikel staan vermeld?
- Zie blz. 4.

4. Afrika heeft het moeilijk om zich op duurzame wijze tot een welvarend continent te ontwikkelen. Welke extra negatieve rol speelt aids daarbij?
- Als in Afrika een leraar AIDS heeft en hij wordt niet behandeld, dan kan hij dus ook geen les meer geven aan de scholieren (zij zijn de toekomst van het land) en aangezien er weinig leraren in Afrika rondlopen, zullen steeds minder jongeren zich kunnen voorbereiden op de toekomst. Daarom kan het dus voor Afrika moeilijk zijn om zich op duurzame wijze tot een welvarend continent te ontwikkelen.

5. Welk verwijt maakt de Nederlandse arts Joep Lange aan de welvarende landen?
- Hij vindt dat er niet genoeg hulp wordt aangeboden aan de arme landen en dat de welvarende landen denken dat AIDS een geldprobleem is maar dit kan juist wel aangepakt worden.

6. Wat wordt bedoeld met ‘medicijnencocktails’?
- Eigenlijk wordt er met de medicijnen hetzelfde gedaan als bij een drankencocktail: de medicijnen worden door elkaar geschud en zo ontstaat er een ‘medicijnencocktail’.

7. De campagne ‘Veilig vrijen’ staat op een laag pitje dan een paar jaar geleden. Leg uit dat dat niet verstandig is.
- Aangezien AIDS zich steeds meer verder ontwikkelt en ‘bekender’ wordt, is het heel verstandig om veilig te vrijen maar als de campagne ‘Veilig vrijen’ op een laag pitje staat betekent dit dat het niet bepaald gestimuleerd wordt onder de jongeren dus zal de virus zich verder uitbreiden.

8. Zoek uit hoe een virusinfectie met Hiv tot stand komt en hoe het virus zich verspreidt en ontwikkelt in het lichaam. Beschrijf de ontwikkeling in het lichaam.
- ‘Het HIV-virus bevat van binnen twee gedeelten met erfelijk materiaal (RNA) met negen genen. Sommige genen bevatten informatie over de aanmaak van nieuwe eiwitten, zodat ze een witte bloedcel kunnen infecteren of het virus kunnen vermenigvuldigen. Eén gen zorgt ervoor dat nieuw aangemaakt virus in witte bloedcel ‘kan binnenkomen’. Met één van de 120 eiwitten van de eiwitmantel maakt het virus zich vast aan de buitenkant van een CD4-witte bloedcel.
Hierna versmelten de wanden van het virus en de bloedcel zich en de twee stukken erfelijk materiaal (RNA) van het virus worden opgenomen in de cel. Het RNA van het virus wordt vervolgens DNA en opgenomen in de celkern van de witte bloedcel, waarna het versmelt met het DNA van de cel zelf. De celkern produceert daarna nieuwe slierten virus-RNA, die in het cytoplasma van de cel worden losgelaten. Met eiwitten uit het plasma van de witte bloedcel, worden nieuwe virusdeeltjes gemaakt: deze worden buiten de cel vrijgelaten. Het virus kan dan nog niet infecteren. Buiten de cel moeten nog enkele delingen in de viruskern plaatsvinden, waardoor uiteindelijk een nieuw volwassen en infecterende virusdeeltje ontstaat.

B: De werking van het virus

9. Leg uit wat het verschil is tussen een infectie met een virus en een infectie met een bacterie.
- Een infectie die veroorzaakt wordt door een virus kan niet worden bestreden met antibiotica en een infectie met een bacterie wel.

10. Leg uit hoe het komt dat er in Afrika relatief veel meer infecties zijn dan in Europa.
- In Afrika zijn er veel meer infecties dan in Europa, omdat daar deze niet worden behandeld.

11. Waarom is er geen vaccin tegen Hiv?
- Het antwoord is heel simpel: die is er gewoon nog niet. De artsen zijn er druk mee bezig maar er is nog steeds geen vaccin tegen HIV. Je kan het niet bestrijden maar je kan jezelf wel behandelen met medicijnen: maar dit wil niet zeggen dat het hiermee weggaat, hierdoor kun je alleen leven en werken.

C: De strijd tegen het virus

12. Zoals je in het artikel hebt kunnen lezen, is er veel te weinig geld om de ziekte in Afrika goed te kunne bestrijden. Dat komt doordat allerlei groepen verschillende belangen hebben. Probeer dat duidelijk te maken in een radio-interview met een zestal gasten. Uitgenodigd zijn:
- een aids-deskundige
- een Afrikaanse overheidsfunctionaris
- een politicus uit het westen
- een Afrikaanse arts
- een verpleegkundige uit een weeshuis voor aids-wezen
- een vertegenwoordiger van een westers farmaceutisch bedrijf

Schrijf voor elk een rolbeschrijving. Laat ieder zich goed voorbereiden op zijn of haar rol. Wijs een gespreksleider aan die het radio-interview leidt. Neem het interview met de klas als publiek op.
- Zie blz. 4.

13. Gebruik de resultaten van het radio-interview voor het onderwerp een reclameposter.De poster is bestemd als voorlichting tegen het verspreiden van aids. Beslis zelf of de poster bestemd is voor westerse of derdewereldlanden.
- Zie blz. 4.

In plaats van de vragen die ik open heb gelaten, heb ik zelf een paar vragen gemaakt en beantwoord die ik meer bij dit onderwerp vond passen.

- Kan AIDS bij katten voorkomen? Zo ja, hoe worden ze geïnfecteerd? En welke zijn de vijf stadia?
- Ja, in 1986 werd er een virus ontdenkt bij katten dat heel erg leek op het virus van AIDS.
Dit kan ontstaan door bijvoorbeeld vecht- en bijtwonden, via de moederpoes op katten is ook mogelijk tijdens de zwangerschap en via de moedermelk.
De vijf stadia zijn:
- ‘Acute stadium’: er zijn in deze periode weinig verschijnselen, de kat krijgt wel koorts en opgezette lymfeklieren.
- ‘Asymptomatische‘: er zijn nog steeds niet echt uiterlijke ziekteverschijnselen maar de kat is wel al besmet.
- ‘Persistent gegeneraliseerde lymfadenopathie’: bij een kat is het niet duidelijk wat deze fase inhoudt maar bij mensen komt er op neer dat ze koorts, verminderde eetlust, vermagering en bloedarmoede hebben.
- ‘AIDS gerelateerde complex’: de kat komt voor het eerst als patiënt in de dierenartskliniek omdat hij doodziek is.
- Voor deze fase is er geen naam, maar het komt er op neer dat de kat de stadium zal bereiken die de mensen ook hebben: behalve de algemene klachten komen er nu ook andere vervelende bij kijken, zoals infecties op de achtergrond.

- Hoe wordt HIV overgedragen?
Je kan HIV op twee manieren om besmet te worden: door de direct bloedcontact (bijvoorbeeld een bloedtransfusie of vieze naalden bij drugsgebruikers) en door seksueel contact.
Gelukkig is de kans heel klein dat je besmet wordt ook al is de virus erg agressief, bovendien kan het virus het niet overleven buiten ons lichaam.

- Wat loop je op als je sex hebt met iemand die ook HIV-positief is?
- Je kan dan natuurlijk elkaar niet meer infecteren, maar wel andere geslachtziektes aan elkaar overdragen. Je kan een virusvariant oplopen die wel tegen jouw HIV-remmers kan of je loopt een virusvariant op waar jouw afweer nog geen antwoord op heeft.

Bronvermelding:

- http://www.nshd.nl/medisch/aidsbijkatten.html
- http://www.ziekenhuis.nl/ziektebeelden/199.html
- http://www.hivnet.org/OverHivEnAids/Medisch/woordenlijst.html
- http://www.hivnet.org/OverHivEnAids/FAQ/WatIsHiv.htm
- http://www.hivnet.org/OverHivEnAids/
- http://www.sensoa.be/ShowPage.cfm?PageID=1357
- www.arbo-advies.nl - ziekten & werk – AIDS